10 immigrantendrama’s

Tien immigrantendrama’s

La-jaula-de-oro

Tien mooie immigrantendrama’s die verschenen tussen 2000 en 2015. Is er wat veranderd?

door Cor Oliemeulen

1. – La jaula de oro (Guatemala/Spanje/Mexico 2013, Diego Quemada-Díez)

Bijna overal ter wereld hebben mensen dromen om elders een beter en kansrijker bestaan op te bouwen. Dat geldt ook voor Juan en Sara (zij verkleed als jongen) die vanuit Guatemala vertrekken met als bestemming Los Angeles. Intrigerende, poëtische roadmovie is het regiedebuut van de gelouterde cameraman Diego Quemada-Díez (Gone in Sixty Seconds, 21 Grams) die veel vanaf de schouder filmt om het realistische karakter van het hachelijke avontuur te benadrukken. Onderweg sluit een Indiaanse jongen zich aan bij het duo. Argwaan, vriendschap, solidariteit en volharding moeten hen op de been zien te houden totdat de laatste grens naar hoop opdoemt. Prima educatief materiaal over het lot van arme migranten.

 

2. – Sin Nombre (Mexico/USA 2009, Cary Jôji Fukunaga)

Ook in Sin Nombre zien we grote groepen naamlozen op goederentreinen die vanuit het zuiden de Verenigde Staten proberen te bereiken, terwijl berovingen, arrestaties, ongelukken en ander leed voortdurend op de loer liggen. Een enkel troostend shot van mensen langs de spoorrails die de vluchtelingen op de trein fruit toewerpen toont dat de menselijkheid nog niet ten dode is opgeschreven. Beide films zijn meer vluchtelingen- dan immigrantendrama, omdat alles draait om de ingewikkelde weg richting het nieuwe land. Sin Nombre is even naturel gefilmd als La jaula de oro maar is veel harder. El Casper is lid van de transnationale bende MS-13, die bekend staat om uitbundige gezichtstatoeages en extreme ontgroeningspraktijken. Na een conflict met de bendeleider slaat El Casper op de vlucht en ontmoet bovenop de trein het Hondurese meisje Sayra.

 

3. – Frozen River (USA 2008, Courtney Hunt)

Amerikaanse immigrantendrama’s zonder vals sentiment zijn dun bezaaid. Frozen River is een mooi voorbeeld van een naturalistische film met een uitstekend script zonder stereotiepe karakters. Onder de uitstekende regie van Courtney Hunt (die tot dusver slechts deze speelfilm maakte) excelleert Melissa Leo als Ray, met haar twee kinderen woonachtig in een huisje dat binnenkort moet worden afgebroken. Haar gokverslaafde man is er vandoor met al hun geld. Om het hoofd boven water te houden, gaat Ray vanuit Canada illegale Aziatische arbeiders naar een Mohawk-reservaat in de Verenigde Staten smokkelen. Een zeer riskante onderneming: er is een strenge grenspatrouille en de tocht gaat kilometers lang over een bevroren rivier. Het wordt echt bloedstollend als Ray in een vluchtpoging een tas met kostbare inhoud op het ijs moet achterlaten.

 

4. – Welcome (Frankrijk 2009, Philippe Lioret)

Dit terecht veel bejubelde sociaalpolitieke pamflet speelt zich af in en rond Calais. Deze zogenoemde Jungle aan de Noord-Franse kust is een verzamelplaats van vluchtelingen uit vooral het Midden-Oosten die op de een of andere manier de oversteek naar Engeland willen maken. Marion Calmat werkt er namens een hulporganisatie om de illegalen van eten te voorzien, terwijl de politie regelmatig razzia’s uitvoert. Marion vindt dat haar man Simon (Vincent Lindon) ook wel mag opkomen voor de vluchtelingen, zeker nadat er een paar hardhandig uit een supermarkt zijn gewerkt. Als de Koerdische jongen Bilal zich meldt bij Simon om te leren zwemmen, raakt ook hij betrokken. Bilal wil kost wat kost het Kanaal oversteken voor het weerzien met zijn vriendin in Engeland. Het emotionele slot werpt de vraag op of je een altruïstische daad strafbaar kunt stellen.

 

5. – Le Havre (Finland/Frankrijk 2011, Aki Kaurismäki)

De Finse regisseur Aki Kaurismäki staat bekend om zijn eenvoudige droogkomische filmstijl waarin de personages zonder grote gebaren acteren. Dat geldt ook voor Le Havre, thematisch verwant aan Welcome. Ook hier ontfermt de hoofdpersoon zich over een jonge vluchteling. De barmhartige man is ditmaal geen zwemleraar, maar schoenpoetser, die luistert naar de naam Marcel Marx (prachtig naïef en ingetogen gespeeld door André Wilms). Terwijl op tv een politiemacht de Jungle schoonveegt, bereidt Marcel in zijn simpele huisje de vluchteling voor op de oversteek naar Engeland. Hij wordt in het geheim geholpen door enkele middenstanders en krijgt te maken met een vasthoudende politie-inspecteur. Marcel gaat zo op in zijn nieuwe bestemming dat hij niet doorheeft dat zijn vrouw in het ziekenhuis niet meer lang te leven heeft. Minder intens dan Welcome, wel aangrijpend.

 

6. – In This World (UK 2002, Michael Winterbottom)

De langste trip in deze top 10 maakt de Afghaanse tiener Jamal die in 2002 vertrekt vanuit een overbevolkt vluchtelingenkamp in Pakistan. Jamals familie heeft voorbereidingen getroffen zodat hij samen met zijn neef Enayat op reis kan naar een beter leven in Londen. De camera van de veelzijdige Engelse regisseur Michael Winterbottom volgt het duo dat de handelswijzen van autoriteiten en mensensmokkelaars aan den lijve ondervindt. Unieke opnames in Pakistan en vooral Iran waren mogelijk omdat de filmmakers toestemming kregen om een documentaire over de historische zijderoute te maken, terwijl zij in werkelijkheid het lot van vluchtelingen vastlegden. In This World begint als een documentaire met voice-over, maar ontwikkelt zich geleidelijk tot een indrukwekkend realistisch drama. Een barre tocht in containers, op boten en onder vrachtwagens, met alle gevolgen van dien.

 

7. – Lilja 4-ever (Zweden 2002, Lukas Moodysson)

Vele duizenden meisjes uit Oost-Europa belanden elders in de gedwongen prostitutie. De derde speelfilm van de Zweedse regisseur Lukas Moodysson is een sociaal-realistisch meesterwerk omdat hij op een uiterst geslaagde wijze een leeg en uitzichtloos bestaan invoelbaar maakt. We volgen de zestienjarige Lilja in een stad in Estland. Ze valt voor de mooie praatjes van een jongen die haar meeneemt naar Zweden. Eenmaal aangekomen nemen criminelen haar paspoort af en sluiten Lilja op in een kamertje. Steeds als er een ‘feestje’ is, wordt ze opgehaald. De deprimerende geschiedenis wordt in bijna documentaire stijl verteld vanuit het perspectief van het slachtoffer en is geïnspireerd op een Litouws meisje dat van een brug sprong nadat ze maandenlang was misbruikt. Lilja’s vlucht onder de woeste klanken van Rammstein is onvergetelijk triest.

 

8. – Maria Full of Grace (Columbia/USA 2004, Joshua Marston)

Debuterend regisseur Joshua Marston schreef en toont de lotgevallen van het zwangere Columbiaanse meisje Maria dat het geld goed kan gebruiken. Ze heeft ontslag genomen in een bloemenfabriek omdat de chef haar het leven zuur maakte, maar ze  moest sowieso haar salaris afgeven omdat het zoontje van haar zus medicijnen nodig heeft. Zoals de hoofdpersoon in Lilja 4-ever wordt verleid door een loverboy, zo krijgt Maria dollartekens in haar ogen als ze hoort hoeveel ze kan verdienen als drugskoerier. Na enige aarzeling maakt troosteloosheid plaats voor avontuur. We zien dat je er heel veel voor moet doen om zeventig bolletjes te kunnen slikken, met als risico dat je pardoes overlijdt als er een bolletje in je maag scheurt. Spannend en sympathiek verhaal over een onverstoorbaar meisje dat voor de keuze staat: in Amerika blijven of teruggaan.

 

9. – Ae Fond Kiss… (UK 2004, Ken Loach)

De combinatie immigratie en romantiek is bij de Britse regisseur Ken Loach en zijn vaste scenarioschrijver Paul Laverty in uitstekende handen. De Pakistaanse familie Khan lijkt haar draai aardig te hebben gevonden in de samenleving van Glasgow. Echter traditionele waarden en normen voeren de boventoon, wat blijkt als zoon Casim verliefd wordt op de blanke muzieklerares Roisin, terwijl hij is voorbestemd te trouwen met een Pakistaans meisje. Terwijl de tortelduifjes elkaar in het geheim ontmoeten, wordt de druk op Casim steeds groter. Maar ook Roisin ontmoet in haar omgeving onbegrip en afkeuring. Evenwichtig sociaal-realistisch drama met goed spel legt subtiel en zonder grote gebaren de vinger op de zere plekken.

 

10. – La graine et le mulet (Frankrijk 2007, Abdellatif Kechiche)

De Tunesische immigrant Slimane krijgt na 35 jaar ontslag op een scheepswerf. Ondanks dat hij geen financiering kan lospeuteren, lukt het hem een restaurantboot te openen. Maar de openingsavond loopt niet van een leien dakje: een sensuele buikdans moet de stemming erin houden. Regisseur Abdellatif Kechiche schetst in lange takes en close-ups een uitgebreid portret van een grote immigrantenfamilie. La graine et le mulet kent een neorealistische inslag, zie bijvoorbeeld de tragikomische zoektocht naar het gestolen brommertje van de hoofdpersoon die knipoogt naar Ladri di biciclette (1948, Vittorio De Sica). Bijna alle acteurs zijn amateurs die bijna voortdurend lijken te improviseren. Kechiche maakte later nog twee lange in het oog springende drama’s: Vénus noire (2010) en La vie d’Adèle (2013).

 

12 januari 2015

 

Alle leuke filmlijstjes