Brick Mansions

*

recensie  Brick Mansions

Spectaculair hersenloos

door Wouter Spillebeen

Paul Walker is dood en daarom is elke film waarin hij postuum het hoofdpersonage portretteert automatisch aan hem opgedragen. In het geval van Brick Mansions is dat niet noodzakelijk een eer.  

Luc Besson is het brein achter actiefilms als de The Transporter– en Taxi-reeks, net zoals het diepgaande Léon en de culthit The Fifth Element. Naar zijn script regisseerde Pierre Morel in 2004 Banlieue 13, een commentaar op het neerkijken op de achterbuurten van Parijs met een typische Besson-flair: vol actie, explosies en free running. De Hollywood-remake door de Franse debutant Camille Delamarre heet Brick Mansions en ruilt Parijs in voor Detroit en een snel aftakelende buurt met dezelfde naam als deze film, waar criminaliteit welig tiert.

Brick Mansions

Wanneer een gangsterbende een superbom steelt en per ongeluk de timer start, moet undercoveragent Damien Collier (Paul Walker) in Brick Mansions infiltreren om die binnen dertien uur onschadelijk te maken. Aangezien de bendeleider zijn vader heeft omgebracht, doet hij dat maar wat graag. Hij roept de hulp in van de Robin Hood van Brick Mansions, Lino Dupree (parkourlegende David Belle herneemt zijn rol uit Banlieue 13).

Sociale denkoefening
Het sociaal commentaar op de Parijse achterbuurten vertaalt niet slecht naar een dystopische versie van Detroit. Het is interessant te fantaseren over een afgesloten wijk vol criminelen, waar ziekenhuizen, scholen en supermarkten plaats maken voor bendes die elkaar te lijf gaan, drugs dealen en auto’s opfokken. Het zou een kwestie van tijd zijn vooraleer de gangsters uit de verpauperde en half verwoeste appartementsblokken de stadsbewoners als vijanden gaan zien. Binnen de kortste keren zouden politici en brave burgers niets met een wijk als Brick Mansions te maken willen hebben. Die sociale denkoefening is prominent in Banlieue 13, maar Brick Mansions schijnt meer bezorgd om spectaculaire achtervolgingsscènes dan om politiek engagement.

Belles free running en Walkers jiujitsu (waarvoor hij postuum een zwarte band kreeg) geven wat afwisseling voor de monotone vuurwapengevechten. De autoachtervolgingen pogen dat ook te doen, maar slagen daar minder in: die scènes doen verlangen naar de betere films uit de Fast and Furious-reeks. De vele razendsnelle, wazige jump cuts in een al overdadig snelle montage, zorgen ervoor dat de actie veelal niet te volgen is, een cliché dat actiefilmfans al jaren bejammeren. Toch is de razendsnelle actie de (enige) troef van Brick Mansions, aangezien het acteerwerk veelal gruwelijk onnatuurlijk is, vooral wanneer Belle zijn stunt- en vliegwerk inruilt voor gedoodverfde oneliners.

Brick Mansions

Plottwist
De grootste zonde van Brick Mansions is het verhaal. Menig intellectueel zal de wenkbrauwen sterk fronsen bij het zien van de geforceerde, onlogische, onjuiste en gewoonweg hersenloze plottwist. Dialogen zijn zo dun gezaaid dat het verhaal in negentig minuten niet eens de kans krijgt het minste beetje te ontwikkelen. De eigen denkprocessen tijdelijk volledig uitschakelen is een absolute must om uit deze film enig genieten te puren.

3 mei 2014

MEER RECENSIES