Matterhorn

****

recensie  Matterhorn

Pas-de-deux

door Cor Oliemeulen

Duizendpoot Diederik Ebbinge vervolgt zijn carrière van cabaretier van De Vliegende Panters, acteur, columnist en regisseur van theaterstukken en korte films met een veelbelovend speelfilmdebuut.

Hij schrijft en regisseert een tragikomedie over de strenggelovige Fred, die zijn dagen slijt in een bekrompen gehucht. Voor de buitenwereld aanvankelijk een rustig en degelijk type, achter de gordijnen een man die wegkwijnt in eenzaamheid na de dood van zijn vrouw en het verlies van zijn zoon. Een ontmoeting met een zwerver verschaft hem de moed te ontsnappen uit zijn benauwende bestaan op zoek naar vriendschap.

Matterhorn

Verlichtingsverhaal
Het gegeven van de zwerver die het leven van de toevallige passant opnieuw zin geeft, is al zo oud als City Lights (1931) waarin vagebond Charlie Chaplin een depressieve miljonair van de verdrinkingsdood redt en en passant het hart van een blind bloemenmeisje verovert. Matterhorn is een persoonlijk verlichtingsverhaal waarin de ontwikkeling en het komen tot inzicht van de hoofdpersoon voorop staat. Volgens Ebbinge gaat het niet zozeer over het losbreken uit een religieuze dogmatiek; zoiets laat hij liever over aan schrijver Maarten ’t Hart.

De vraag is hoeveel tijd, moeite en innerlijke strijd het kost om tot nieuwe inzichten te komen. En hoezeer je daarvoor een spiegel nodig hebt in de vorm van een ander persoon. Voor Fred is de zwerver de spiegel. Voor hem is het niet van belang dat hij geen gesprek kan voeren met een zwakbegaafde man, die zich beperkt tot het uitkramen van een incidenteel ‘ja’ en het geluid van geiten en kippen. Voor Fred is de zwerver meer dan alleen de ideale figuur om enige structuur bij te brengen, hij is vooral essentieel om Fred uit het zinledige te trekken.

Matterhorn

Uitgekotst
Een vergelijking met de absurde zwarte komedies van eigenzinnig landgenoot Alex van Warmerdam ligt op de loer. Ook Matterhorn speelt zich weliswaar af in een kleine gemeenschap met zonderlinge, realistische figuren in onalledaagse situaties, echter de typische absurditeiten met de zwarte humor maken ruim baan voor meer tragiek. Zo begint Fred als de Barmhartige Samaritaan omdat hij een hulpeloze onderdak verleent, maar wordt allengs uitgekotst door de hypocriete dorpsmeute nadat de zwerver zich in kleren van zijn overleden vrouw buiten op een trapveldje vertoont. Freds strohalmen zijn flessen jenever, een reis naar de Zwitserse alpentop Matterhorn, waar hij zijn vrouw ten huwelijk vroeg, en het samenzijn met de zwerver.

Het eenvoudige verhaal heeft een slot dat het verdient en doet wonderen door de fantastische chemie tussen Ton Kas (Fred) en René van ’t Hof (zwerver), die al samen speelden in Ebbinge’s korte films Succes (2008) en Gewoon Hans (2009). Beide acteurs zijn gepokt en gemazeld in het theater en dat werpt zijn vruchten af in deze ‘kleine’ film. Het duo maakt van Matterhorn een acteerfeestje met een perfect gevoel voor non-verbale communicatie.

 

3 februari 2013

 

MEER RECENSIES