Relatiesores 3: maffe schoonouders

Relatiesores 3: maffe schoonouders

door Bob van der Sterre

The Family Way ♦ Little Murders ♦ The In-Laws

 

Stupide schoonouders zijn klassiekers in de filmwereld. Meet The Parents buit deze humor enorm uit. Er is meer als je in de wereld van de obscure film duikt.

In The Family Way (1966) gaat in de arbeiderswijk van Manchester Arthur Mills trouwen met Jenny Fitton. ‘Word je al nerveus?’ ’Doe niet zo daft.’

Ze regelen hun huwelijksreis naar een paradijselijk eiland. Het gaat niet zo fantastisch als de bedoeling was. De reis blijkt oplichterij. En Arthur raakt zo opgefokt van het feit dat hij nog thuis woont met zijn vrouw, dat hij hem niet overeind krijgt tijdens zijn huwelijksnacht, en ook de nacht erna en in feite alle volgende nachten.

De eer van de familie
Kersverse vrouw zou het geheim houden maar… vertelt het aan moeder, die weer aan die, die weer aan die. Pa durft niet meer naar de fabriek om te werken. Zoonlief wordt uitgelachen. De eer van de familie hangt aan een dun lijntje.

Het conflict tussen Arthur en Jenny dijt uit naar pa en ma Fitton die onophoudelijk kiften. Pa droomt weg over zijn lang geleden overleden maatje Billy. Een gesprek met Billy roept hij uit als beste herinnering van zijn huwelijksreis. Het feit dat Billy er überhaupt bij was, vond hij helemaal niet vreemd.

Jenny Fitton, de bruid, is dan toch degene die de families met veel boerenslimheid tevreden houdt  (verfrissende rol van Haley Mills, die eruit ziet als iedere GTST-actrice vandaag de dag). Ze is de kern van dit heerlijke verhaal toen arbeidersklassen nog niet ontspoord waren in xenofobisch geweeklaag.

In deze film zijn ook de echte schoonfamilies interessant. Jenny was in werkelijkheid de dochter van de man die in deze film haar schoonvader is, John Mills (dus vader Fitton). En zij is in werkelijkheid getrouwd geweest met Roy Boulting, regisseur van deze film. En hun kind… het moet niet gekker worden: zanger van de band Kula Shaker.

Satire op de moderne relatie
Little Murders
uit 1971 staat haaks op de vorige film. Hier ontmoet een man, een fotograaf, een vrouw. Ze hebben een probleem: hij kan zich niet verzetten. Ze doet haar uiterste best om agressie op te wekken. Ondertussen zijn er ‘random shootings’ in New York die de sfeer verpesten.

Veel bizarre passages. Alfred en Patsy die samen op stap gaan. Alfred die zijn bizarre schoonfamilie ontmoet (beste scène, film in een film). Alfred die zijn eigen ouders bezoekt. Die weten alles van psychologie maar herinneren zich niets meer van Alfreds jeugd. Donald Sutherland als humanistische dominee. ‘Hij trouwde omdat hij wilde stoppen met masturberen. En dat is ook een prima reden.’

Jules Feiffer (bekend van Popeye en Carnal Knowledge) schreef het stuk terwijl hij somber was geworden over de wereld na de dood van JFK. Het verhaal is ook anders te interpreteren, als een satire op de moderne relatie (ook al is dit 1971) waarbij vrouwen ontevreden zijn met hun mannen en hen koste wat kost proberen te veranderen.

Bijzonder project maar het is misschien jammer dat de film misschien iets te slim probeert te zijn, iets te veel intellectueel aan het knipogen is, en zijn neus ophaalt voor ‘normale’ scènes die voor evenwicht hadden kunnen zorgen.

Het toneelstuk is flink onder handen genomen voor de film. Scènes en karakters zijn herschreven. Afgezien van het einde lijdt het resultaat er niet onder. Van de acteurs in het toneelstuk speelde Elliott Gould weliswaar al mee in het stuk (en deed Alan Arkin ook al de regie) maar verder niemand. Marcia Rodd speelt wervelend als Patsy – de moderne onafhankelijke vrouw is ouder dan het blad Viva – toch was zij er niet bij in het toneelstuk.

Als toneelstuk hield het in de VS maar zeven optredens vol. Het ging vervolgens naar Londen waar 400 voorstellingen gehouden werden. En als film is Little Murders ver, ver weggezakt in het collectieve geheugen, hoewel Jean Renoir nog zei na het zien van deze film dat ie nooit vergeten zou worden. En dat is men ondertussen ook al vergeten.

Terroriserende schoonvaders
Alan Arkin speelt zelf een schoonvader in The In-Laws. Bij die titel denk je misschien Ryan Reynolds, Michael Douglas en Albert Books. Maar die film kan niet tippen aan het gelijknamige origineel uit 1979 met Peter Falk en Arkin.

Tandarts Sheldon Kornpett en Vince Ricardo ontmoeten elkaar want hun kinderen gaan trouwen. Bij het eerste beste etentje meldt Vince dat hij maandenlang in een oerwoud heeft gezeten waar hij tseetseevliegen zag zo groot als roofvogels, die kinderen met hun snavels ontvoerden. ‘Was jij betrokken bij de Varkensbaai-invasie?’ ‘Betrokken? Het was mijn idee!’ Sheldon wil het huwelijk afblazen. ‘Die man is gestoord!’

Meestal zijn schoonoudersfilms niet zo goed voor de kinderen (denk aan Meet the Parents). In The In-Laws is het zo dat ene vader door de andere vader wordt geterroriseerd. Vince stoort Sheldon op zijn tandartspraktijk en vanaf dat moment sleurt ie hem mee in een wereld van misdaad en moord.

De twee schoonvaders reizen vervolgens flink wat rond, worden beschoten en aangevallen. Niet echt iets wat je hoopt mee te maken bij het ontmoeten van ‘de andere familie’.

Een van de betere komedies uit de jaren zeventig. De chemie tussen opgewonden Arkin en kalme Falk maakt de film erg feestelijk. En het geestige materiaal waar ze mee te maken kregen. Veel teksten zouden nu ongetwijfeld internet-memes zijn geworden. ‘Ik heb vlammen op mijn auto. Ik heb vlammen op mijn auto!’ of: ‘Serpentine, Shelly. Serpentine!’

Een vlot script, veel actie en ook prima bijrollen, van bijvoorbeeld James Hong en David Paymer (debuut). Geen wonder dat in 2003 bij het kraken van de nieuwe The In-Laws iedereen het alleen maar had over het origineel. En dat Marlon Brando de film twintig keer schijnt te hebben gezien. Over moeilijke schoonvaders gesproken…

 

9 januari 2017

 

The Family Way

 

Alle Camera Obscura