Hanna van Niekerk, regisseur van If the Sun Explodes:
“Als ik regisseurs opzocht die ik bewonderde, hadden ze een baard of een buik”
door Alfred Bos
If the Sun Explodes is de debuutspeelfilm van Hanna van Niekerk (La Paz, Bolivia, 1991). Het is een roadmovie, gesitueerd in Litouwen, waar een jong stel, Philippe (Egbert-Jan Weeber) en Yara (Wies Fest), elkaar en zichzelf beter leert kennen. De derde hoofdrol hoort toe aan een eland, het totemdier van Philippe.
Van Niekerk had nooit in haar hoofd: dit wordt mijn speelfilmdebuut. Voor En ze leefden nog lang…, de film waarmee ze in 2014 afstudeerde aan de HKU in Utrecht, ontving ze van het Nederlands Filmfonds een zogeheten Wildcard. Ze kon twee jaar ongestoord en geheel vrij werken aan een film. Dat werd If the Sun Explodes. Hij is vertoond tijdens het Nederlands Film Festival van het afgelopen jaar; dat hoort ook bij de Wildcard.
In december meldde zich Mokum Filmdistributie, een onafhankelijke distributeur die zich toelegt op het verspreiden van ‘artistieke en dwarse films van cinematografisch hoge kwaliteit’, aldus de MF-website. Ze wilden de film uitbrengen. Oh, dit wordt dus mijn debuut, dacht Van Niekerk. Bizar, zegt ze achter een kop koffie met uitzicht op de dierentuin van Amsterdam.
Geen stress dus bij het maken van If the Sun Explodes. “Ik begin nu pas stress te voelen, verlate stress”, zegt ze. Deze film heeft ze in alle vrijheid kunnen maken, dat zal in de toekomst wel anders zijn. “Er werd ook gezegd: geniet er maar van, want het is tamelijk uniek dat je de vrije hand krijgt om dingen te gaan uitproberen. Dat zie ik niet nog eens gebeuren.”
“Ik wilde een speelse, maar ook kritische blik geven op mijn eigen relatie” |
Smartphoneverslaving
Voor If the Sun Explodes dook Van Niekerk in het boekje waarin ze tijdens haar opleiding aan de kunstacademie ideeën had verzameld. Ze wilde weer werken met improvisatie, dat had ze ook gedaan voor haar afstudeerfilm. Dat was een sciencefictionfilm en nu wilde ze een meer intieme film maken, over relaties. En ze wilde met een kleine cast en crew werken in een ander land dan Nederland. Die ideeën heeft ze bij elkaar gevoegd.
“Ik wilde een speelse, maar ook kritische blik geven op mijn eigen relatie. Dingen waaraan ik me een beetje ergerde in mezelf heb ik omgevormd tot de twee personages. Philippe die aan het zoeken is, dat herkende ik bij mezelf. Yara komt niet op voor zichzelf en delft het onderspit, terwijl ze veel potentie heeft. Die karaktereigenschappen die ik in mezelf zie, en die ik ook zie in mijn generatiegenoten om me heen en waar ik me ook aan erger, heb ik uitvergroot en in de vorm van een koppeltje op reis gestuurd.”
Philippe is Van Niekerk in mannelijke vorm, zo was ze als begin twintiger. Het is geen portret van de mannen van haar generatie. “Nee, totaal niet. De film is niet bedoeld om een bepaald manbeeld neer te zetten.” Maar het is wel een film over haar generatie en hun twintigersdilemma’s. Urgentie, het rijke westen, wil ik dit of wil ik dat. “Ergens heeft dat ook een oppervlakkig randje”, zegt ze.
Een van de luxeproblemen waar de twintigers van het nieuwe millennium tegenaan lopen is de smartphoneverslaving. In de film gooit Philippe de iPhone van Yana op het kampvuur, iets wat dicht bij de acteur Egbert-Jan Weeber staat. “Egbert-Jan heeft een simpele Nokia”, vertelt van Niekerk. “Jij ook? De acteurs hebben veel input gehad in de repetities. Egbert-Jan zei: ‘het lijkt me heerlijk om symbolisch een iPhone op het vuur te gooien en daar een preek over te geven’. Ik zei: ‘ga maar los’. Dat kwam van heel diep, hij heeft er echt een hekel aan.”
“In de sociale media presenteer je een alter ego, een beste versie van jezelf” |
Zelf probeert ze afstand te nemen van de smartphone, want ze merkt hoe verslavend het apparaat kan zijn. Vrienden of stelletjes die in het café niet met elkaar maar met hun telefoon bezig zijn. “In de sociale media presenteer je een alter ego, een beste versie van jezelf. Daardoor ontstaat een ontzettende vergelijkingsdrang. Veel mensen voelen zich daardoor een beetje rot, omdat ze denken: het kan altijd beter of altijd mooier. Er is altijd een interessantere partner. Het is allemaal zo inwisselbaar. Ik zie dat wel als een probleem.”
Eland
Hanna van Niekerk werkte voor haar afstudeerfilm al met Wies Fest. Die kan als twintiger haar personage geloofwaardig neerzetten, maar is Egbert-Jan Weeber met zijn 34 jaren niet te oud voor zijn rol? Ze spelen voor een groot deel wat er gaande is in hun eigen leven en hebben veel affiniteit met de personages, pareert de regisseur. Vóór de opnamen in Litouwen van start gingen is er in Nederland uitgebreid gerepeteerd, in die fase hebben de acteurs aan elkaar kunnen wennen en een intimiteit ontwikkeld.
“Improvisatie werkt pas wanneer de acteurs hun personage heel goed kennen. We wisten bij veel scènes hoe die zou beginnen en waar die zou eindigen. Daartussen hadden ze de vrijheid om los te komen van het papier. Als ze een ingeving kregen liet ik dat aan hun. Daardoor is het voor mij heel authentiek.”
“Relaties gaan gewoon uit. Je komt erachter dat je verschillend bent en je gaat je eigen weg” |
Zelf denkt ze dat de relatie tussen Yana en Philippe aan het slot van de film over is. “Geen happy ending. Relaties gaan gewoon uit. Je komt erachter dat je verschillend bent en je gaat je eigen weg.”
De eland, belangrijk voor het verhaal, is een robot, geleend van Lemming Film, die het ‘dier’ voor een kinderfilm hadden gebruikt. Twee producenten hebben hem in een busje geladen en naar Litouwen gereden. Philippe vindt zijn totemdier, maar de ontmoeting brengt hem niet wat hij had gedacht. Het is een simpel, maar krachtig plotelement.
Goede doelen
In de personages hebben de acteurs veel van zichzelf gestopt, zie het iPhone-incident met Philippe/Egbert-Jan Weeber. “Ik hoor van veel dertigers dat ze nog steeds met die twintigersproblemen kampen”, zegt de regisseur.
Zoals onrust, vooral Philippe heeft er last van. Impulsief gedrag, niet luisteren, beperkt inlevingsvermogen, ongeduld—beetje ADHD eigenlijk. Goede typering, vindt Van Niekerk. “Die onrust heb ik er doelbewust ingeschreven en die is versterkt door de improvisatie. Egbert-Jan voelt die onrust, veel van wat hij in de film zegt komt recht uit zijn hart. Wies heeft veel van haar eigen ervaringen in het personage gestopt.”
Philippe is ook van de goede doelen, het verbeteren van de wereld. Hij wil waterputten graven in Afrika. Hanna van Niekerk komt zelf uit een familie die zich uit idealisme inzet voor een betere wereld. Haar ouders werkten voor een hulporganisatie in La Paz, de hoofdstad van Bolivia, toen ze daar in 1991 werd geboren. Dus ze herkent het idealisme van Philippe wel. Zelf is ze op haar zeventiende naar India gegaan om daar vrijwilligerswerk te doen. Maar ze merkte al snel dat ze daar niet geschikt voor was. Ze kon het verschil niet maken. “Ik voelde me eigenlijk heel overbodig.”
Koeien en hagelslag
Op haar achtste kwam Hanna van Niekerk naar Nederland. De cultuurschok was groot. Koeien en hagelslag vond ze fascinerend, maar haar klasgenootjes waren wel heel brutaal tegen de leraar. In Bolivia was ze de Latijnse warmte gewend, dat broederlijke, met veel fysiek contact, en de Nederlandse cultuur vond ze best hard. Heel anders dan de veilige cocon waarin ze was opgegroeid.
Film was haar redding, zegt ze. Haar ouders hadden een kast met videobanden. Daar had ze in Bolivia al uitgebreid in gegrasduind. The Shining, Psycho, Apocalypse Now—“veel te enge films voor mijn leeftijd.” Ze vond het fantastisch. En ze kon in cinema wegkruipen toen de Van Niekerks eind jaren negentig weer naar Nederland verhuisden.
“Als ik thuis kwam van school, ging ik storyboarden. Zelf filmpjes bedenken en hardop zeggen wat er gebeurde” |
“Als ik thuis kwam van school, ging ik storyboarden. Zelf filmpjes bedenken en hardop zeggen wat er gebeurde. Maar ik had nooit het idee dat ik zelf ook filmregisseur kon worden. Als ik regisseurs opzocht die ik bewonderde – Coppola, Hitchcock, George Lucas – dan hadden ze een baard of een dikke buik. Dus in mijn hoofd kwam het niet op dat je als vrouw ook regisseur kon worden.” Pas toen ze Lang leve de koningin (1995) van Esmé Lammers (haar Soof 2 draait nu in de bioscoop) had gezien, begreep Hanna van Niekerk dat je als vrouw ook regisseur kunt zijn.
Ze koos voor de HKU, omdat je daar je eigen route kunt uitstippelen. Ze wilde zich oriënteren en op de filmacademie moet je gelijk kiezen. Film is montage, manipulatie, en dat geldt ook voor documentaire, het onderwerp van haar afstudeerscriptie. Titel: Documentaire, fictiefilm in vermomming. En al werkt ze graag met improvisatie, vanwege het authentieke, het Amerikaanse subgenre van de mumblecore (“waar vooral het South By South West festival in Austin, Texas, een platform voor is”) gaat haar te ver.
“Bij mumblecore kennen de acteurs hun personage, maar als ze op de set komen weten ze niet wat de scène gaat zijn. Ik vind het leuk om een structuur en een verhaal te bedenken. Ik vind het ook leuk om de dialogen een beetje vrij te laten, maar voor de rest weet ik heel goed wat ik wil.”
Psychologische SF
Haar afstudeerfilm was een sciencefictionfilm, daar ligt haar belangstelling. “Maar dan de wat kleinere, meer intieme scifi-film, zoals Another Earth of Eternal Sunshine of the Spotless Mind.” Daarom zal het niet verbazen dat de nieuwe film van Hanna van Niekerk een sciencefictionfilm wordt.
“Die tien dagen zijn een betere leerschool geweest dan vier jaar kunstacademie” |
Daarbij wordt ze gecoacht door de gelouterde (en gelauwerde: Oscar voor Karakter) regisseur Mike van Diem, ook een SF-fan. Afgelopen zomer zat ze in Venetië, voor een tiendaagse workshop van de Biënnale en het filmfestival. Ze kreeg er les van filmdocenten uit de hele wereld, mensen die hebben gewerkt met grote namen. Ze vond het fantastisch. “Die tien dagen zijn een betere leerschool geweest dan vier jaar kunstacademie.”
In Nederland komt ze te makkelijk weg met makkelijke oplossingen. “Daar niet. Daar werd me het vuur na aan de schenen gelegd. Ik werd gepusht om heel diep te graven. Ik kreeg te horen: ‘zoek de complexiteit op, onderschat je kijkers niet’.”
Dus geen makkelijke romcommetjes voor Hanna van Niekerk. Haar nieuwe film speelt in een dystopische nabije toekomst. De wereld is overbevolkt en een deel van de mensen moet worden geruimd. Maar iedereen krijgt de kans om zijn lot te bepleiten voor een commissie. Een beetje als haar eigen situatie van jonge filmmaker en het Nederlandse Filmfonds, maar dat kan ook maar het idee van de schrijver dezes zijn. “In Venetië was men daar heel enthousiast over”, vertelt ze. “Hier in Nederland kreeg ik te horen: dat is heel luguber, dat moet wat vrolijker.”
Haar pleidooi: “Met If the Sun Explodes heb ik laten zien dat ik ook relatiedrama kan, maar mijn liefde ligt bij de sciencefiction. En dan vooral bij de wat meer filosofische en psychologische sciencefiction. Die films kunnen ook klein zijn, dat vraagt niet gelijk om een enorm budget.”
20 februari 2017