****
recensie Flow
Vriendelijk portret van dierencommunicatie
door Bob van der Sterre
Flow is geen zoetsappige film, heeft geen dieren die propvol ironische kwinkslagen door het leven gaan, maar toont dieren zoals ze echt zijn: grappig, intelligent en speels.
Een zwarte kat. Oren in de nek. ’Mauwww…’ En dan, recht op hem af: een muur van water. Een labrador retriever wil op zijn tak meeliften. De kat blaast, maakt een slaande beweging. En de tak breekt.
Even lijkt er een redding te zijn: het favoriete huis met beelden van katten. Maar het waterpeil blijft stijgen. Uiteindelijk biedt een boot redding aan de kat, met een ringstaartmaki, een capibara en een secretarisvogel. En wat asociale honden.
Grenzen verleggen
Het is een wereld van mensen, je ziet huizen, steden, kunst, maar… zonder mensen. De film geeft er geen verklaring voor. Maar wie had die moeten geven? De dieren spreken alleen in hun eigen taal.
Deze Letse film van de maar net 30-jarige regisseur Gints Zilbalodis is een verzorgde productie. De muziek is mooi – en niet van het genre dat je emoties door de strot duwt – de animatie knap (let bijvoorbeeld alleen maar op de beweeglijke oren en ogen) en het verhaal gaat niet eens overboord met thema’s als vriendschap of familie. Het zit er wel een beetje in, dit is duidelijk een groep buitenbeentjes, maar het hinderde niet, en ook niet dat er eigenlijk niet eens echt een verhaal is, meer een reeks gebeurtenissen, met een bovennatuurlijk tintje.
Het is een type film waarvoor je als maker grenzen moet verleggen. De ontmoetingen op de boot zijn allemaal luchtig, maar toch ook vooral dierlijk én biologisch. De knorrende en nonchalante capibara; de verzamelende maki en de secretarisvogel met zijn hautaine houding. Maar ook zijn er doordachte, soepele camerabewegingen, zoals wanneer een vogel met de kat vliegt, of als de kat de mast opklimt voor uitzicht of als vogels in de lucht met elkaar duelleren.
Speels en intelligent
Technisch is het ook een interessante prestatie. Flow werd gemaakt met de open-source software Blender. De dierengeluiden zijn echt, op die van de capibara na, die te schril klinkt om een hele film naar te kunnen luisteren. Het is allemaal iets nieuws in het platgelopen dierenanimatiegenre. De moeite werd op prijs gesteld: de film kreeg de juryprijs en publieksprijs bij het animatiefilmfestival van Annecy. En trok veel Letten naar de film.
Misschien is het script (van Matīss Kaža) een van de beste dingen van de film. Er is drama, humor en avontuur, zonder dat je er een de ander in de weg zit. De film is ook komisch op een echte, dierlijke manier. De kat die een haarbal dropt (grote ogen bij de maki). De capibara die bananen plukt. De maki die per se zijn collectie bijeen wil houden. De secretarisvogel die het niet pikt als iemand anders de boot wil sturen.
Het perspectief van dieren zorgt ervoor dat je ze nog meer bewondert. Ze zijn zo speels en intelligent. Soms blijkt waarom ze dat zijn: omdat ze de brute kant van de natuur moeten kunnen overleven.
Knappe productie zal vooral een plezier zijn voor de dierenliefhebbers in de zaal.
23 december 2024