****
recensie Silence
Mens vraagt, God zwijgt
door Alfred Bos
Martin Scorseses langverwachte film over twee jonge Portugese missionarissen die in het Japan van de zeventiende eeuw op zoek gaan naar hun verdwenen mentor. Hun geloof wordt tot het uiterste beproefd.
Als tiener wilde Martin Scorsese priester worden, maar de liefde voor de cinema won het van de liefde voor God. Maar oude liefde roest niet en Silence is Scorseses derde speelfilm – na The Last Temptation of Christ (1988) en Kundun (1997) – waarin geloof, en de beproeving van geloof, expliciet de hoofdrol speelt. De film is gesitueerd in het feodale Japan van de eerste helft van de zeventiende eeuw. Daar worden christenen, na decennia lang te zijn getolereerd, door de zittende shogun met harde hand vervolgd.
De openingsscène zet de toon. In een desolaat oord met hete bronnen kunnen christelijke westerlingen kiezen: hun geloof afzweren of aan het kruis gruwelijk worden doodgemarteld. De hete bronnen worden daartoe vernuftig aangewend, zoals later in de film zal blijken dat men in het Japan van toen geraffineerde methoden had ontwikkeld om mensen zo traag mogelijk naar een andere wereld te helpen. Als ze daar het geduld voor hadden, ten minste.
De achtergrond die Scorsese gebruikt voor het verhaal van twee Portugese priesters – Sebastiao Rodrigues en Francisco Garupe, gespeeld door Andrew Garfield en Adam Driver – en hun zoektocht naar de verdwenen vader Ferreira, is authentiek, evenals de Japanse marteltechnieken. Ook de filosofische twistgesprekken tussen christenen uit het westen en Japanners, aanhangers van het Shinto-geloof (een soort voorouderverering), worden gestaafd door historische bronnen. De film is gebaseerd op de gelijknamige roman van de Japanse auteur Shûsaku Endô.
Hoogmoed
De onzekerheid over het lot van Ferreira heeft de verdwenen missionaris een mythische status gegeven en Scorsese gebruikt de zoektocht van Rodrigues en Garupe als suspense-element in een film die nadrukkelijk over geloof gaat, of eigenlijk: de kwaliteit van het geloof. De discussies tussen ‘west’ (Portugese christenen) en ‘oost’ (Japanners die shinto of de Japanse variant van het boeddhisme aanhangen) vormen het hart van de film. De Japanners fileren de naastenliefde van de christenen als hoogmoed; het is hypocriet, een vorm van eigendunk.
De Japanse sloeber Mokichi (Yôsuke Kubozuka), die Rodrigues en Garupe als gids helpt Japan binnen te smokkelen, fungeert als las tussen ‘west’ en ‘oost’. Ook in spirituele zin, want hij kan niet kiezen tussen christendom en boeddhisme. Hij wil christen zijn, maar verloochent onder druk niet alleen zijn geloof, maar ook zijn familie. En zijn vrienden: hij is de Judas van het verhaal, zoals Rodrigues met zijn baard en allengs langer wordende manen meer en meer een Christusfiguur wordt. Het wachten is op de haan die drie keer kraait.
Er is nog een andere tussenpositie mogelijk, Silence snijdt ook de tegenstelling geloof-wetenschap aan. Vader Ferreira (Liam Neeson) duikt op in de slotakte, maar hij is niet meer de persoon die de jonge jezuïeten zochten. Ferreira is hun vaderfiguur, God in feite, maar hij blijkt getransformeerd tot mens. Hij vertegenwoordigt het moderne standpunt, dat van de rede. Hij heeft gekozen voor kennis en wetenschap, en stelt dat je je niet moet bemoeien met de geest van een ander. ‘Er is zoveel te delen.’ Horen we daar Scorsese?
Feest voor het oog
Silence is geen film voor de fans van Scorseses holdedebolder-portretten van vrijgevochten individuen, denk aan The Wolf of Wall Street, Casino of Goodfellas. Het is wel, maar op een andere manier, een film over het thema dat als een rode draad door het oeuvre van de Amerikaanse regisseur loopt: individualiteit versus morele keuzes. Als een typisch Scorsese-werkstuk is Silence niet ijdel over de irrationele kanten van de menselijke natuur. Maar voor naastenliefde en begrip heeft hij geen God nodig. Die zwijgt met oorverdovende stilte in deze film over geloofsbeproeving.
Met zijn authentieke vormgeving en panoramashots van het spectaculaire Japanse landschap is dit in de geschiedenis wortelende verhaal een feest voor het oog, mits de kijker over een sterke maag beschikt en niet wars is van filosofische terzijdes. De rolbezetting met een aantal Japanse karakteracteurs – waaronder Issei Ogata als inquisiteur Inoue – is raak en de film realiseert met een traditionele aanpak, inclusief verschillende voice-overs, wat Terrence Malick via avant-garde methodes doet: hij maakt film van filosofie.
Silence duurt met twee uur en 41 minuten net even te lang en dat is jammer, want je voelt de urgentie van de regisseur die zijn punt evenwel al ruim voor de aftiteling overtuigend heeft gemaakt. Hij laat The Temptation of Christ en Kundun ver achter zich.
7 februari 2017