Reis 1: 1895 | De trein die niet arriveerde

Filmhuis van het Verleden | Reis 1: 1895
De trein die niet arriveerde

Axel F. Jomich: roadtrip met een DeLorean

Het is 28 december 1895 en het kleine gezelschap van besnorde heren in jacquets en pantalons, geflankeerd door dames met hoedjes en sieraden, neemt vol verwachting plaats op de houten stoeltjes in Salon Indien, de kelder van Grand Café Capucines in Parijs. Tussen wat grote planten staat voorin een wit schermpje en aan de zijkanten hangen gedrapeerde rode gordijnen.

Charles-Antoine Lumière gelooft direct dat ik een toevallig passerende journalist uit België ben en introduceert me bij zijn zoons Louis en Auguste. Buitenlandse promotie is zeker gewenst nu een historisch moment op het punt van beginnen staat. In tegenstelling tot de andere aanwezigen hoef ik niet te betalen, wat goed uitkomt, want ik heb geen oud Frans geld bij me.

Met zijn pretoogjes neemt Auguste plaats achter een vierkante doos van hout en koper en draait aan een zwengel. Deze cinematograaf, een combinatie van bestaande uitvindingen waarop de broers heel slim als eerste patent hebben aangevraagd, projecteert via een sterke lamp en een lens de eerste beelden op het scherm. Een zucht van opwinding vult het zaaltje.

Het allereerste filmpje duurt nog geen 50 seconden. La Sortie de l’Usine Lumière à Lyon toont hoe tientallen werknemers de fabriek van Lumière in Lyon verlaten. Pa Lumière was daar destijds begonnen met de productie van fotografische platen. Na zijn pensioen namen beide zoons het bedrijf over en gingen in korte tijd miljoenen verdienen.

In het programma van tien korte filmpjes, allen in één shot opgenomen, is vooral aandacht voor arbeid, zoals fonkelend smeedwerk in Les Forgerons. Maar ook familie, zoals in Le Repas waarin Auguste Lumière samen met zijn vrouw Marguerite hun baby Andrée te eten geven. Senior legt uit dat elke filmstrook 35 millimeter breed en 17 meter lang is. ‘Onze cinematograaf is bovendien veel handiger dan die lompe kinetoscoop van die yank Thomas Edison waarmee je maar met één persoon tegelijk een filmpje kunt kijken.’

– Ik heb de trein gemist, zeg ik nadat de filmvoorstelling is afgelopen.
De oude Lumière kijkt op zijn vestzakhorloge.
– Nee, ik bedoelde wat anders…
In bijna elke bron staat dat L’Arrivée d’un train en gare de La Ciotat juist vandaag zou worden vertoond, maar dat klopt dus niet. Je weet wel: de trein die langzaam een station binnenrijdt en sommige toeschouwers de stuipen op het lijf jaagt omdat die denken dat ze worden aangereden.

‘Wonderlijke cinema, maar handige zakenlui. Alsof de Lumières persoonlijk de eerste film hebben gemaakt’, mompelt een beschonken dame op geaffecteerde toon. ‘Zeker vergeten dat die arme Louis le Prince al zeven jaar geleden een kort filmpje van zijn schoonfamilie in Leeds maakte en bij terugkomst in Frankrijk spoorloos verdween. Dat zaakje stinkt als een cancanflamoes in de Moulin Rouge.’

Weer buiten op het trottoir loopt een kalende man met zwarte snor en grijs sikje op me af en steekt zijn hand uit.
– Georges Méliès, zegt hij.
– Aangenaam!
– U bent toch journalist? Welnu, ik heb 10.000 francs geboden, maar die Lumières willen me geen cinematograaf verkopen. Die Auguste huurt momenteel nota bene een kamer in het gebouw waar ik woon. Maar niet getreurd, ik heb connecties met iemand in Londen die ook bezig is met het ontwikkelen van een projector en als het moet maak ik beslist mijn eigen camera.

Georges nodigt me uit bij hem thuis en vertelt dat hij filmvoorstellingen in zijn theater wil geven en de eerste filmstudio van Europa wil bouwen, helemaal van glas, zodat hij optimaal gebruik van het daglicht kan maken. Na een goed diner doen we een “Amélietje” in de kamer van Auguste Lumière: we wisselen wat deurklinken om en kartelen zijn scheermesje.

De volgende ochtend nemen we afscheid.
– Zorg wel dat je de rechten van je films regelt, anders eindig je nog samen met je vrouw anoniem in een kioskje op het station van Montparnasse!
Georges hoort me niet meer.

Op het beschutte veldje achter Galeries Lafayette trek ik het doek van de DeLorean en besluit ik in Parijs te blijven. Ik stel het tijdcircuit in op september 1959 wanneer een filmrevolutie op het punt staat te worden geboren.

 


 

Bronnen en tips:
Film: Hugo (2011)
Boek: Film: An International History of the Medium (1993)
Websites: https://wichm.home.xs4all.nl/myth.html
https://www.youtube.com/watch?v=5oRonEW7-lE
https://nl.wikipedia.org/wiki/Georges_M%C3%A9li%C3%A8s
https://www.thefamouspeople.com/profiles/auguste-lumire-6863.php

 

ALLE TIJDREIZEN