Als de kraanvogels overvliegen

****
recensie Als de kraanvogels overvliegen
Vervlogen geluk

door Tim Bouwhuis

Een idyllisch beeld: kraanvogels nemen een vlucht boven Moskou terwijl twee gezworen minnaars de liefde vieren. En dan de oorlog, als ruwe verstoorder van “te mooi om waar te zijn”. Als de kraanvogels overvliegen wordt vandaag de dag geëerd als het vroegste hoogtepunt van de Russische nieuwe golf (1957-1968).

Hij moet gaan, zij blijft achter. De plot van Als de kraanvogels overvliegen (Letjat zjoeravli) is er één uit het boekje, maar de filmische uitwerking is een huzarenstuk van regie en camera. Bijna vijfenzestig jaar na dato ligt het blijvende belang van deze productie dan ook vooral besloten in de stilistische kenmerken en het toenmalige momentum van verschijnen.

Als de kraanvogels overvliegen

De twee geliefden van de film, Veronika en Boris (rollen van glorieuze debutante Tatyana Samoylova en Aleksey Batalov), belichamen namelijk een kruispunt in de Russische (film)geschiedenis. Eens Stalin (1878-1953) begraven was (bekijk zeker de dit najaar uitgebrachte archiefdocumentaire State Funeral), ontstond er geleidelijk een sociaal-cultureel klimaat waarin met een andere blik kon worden teruggekeken op het recente (oorlogs)verleden. Dat klimaat mocht nooit een utopie worden: films als Dear Comrades! (Andrey Konchalovskiy, 2020) laten duidelijk zien dat er ook onder Nikita Chroesjtsjov (aan de macht tussen 1953 en 1964) beslist geen heilstaat werd gecreëerd. Toch presenteert Als de kraanvogels overvliegen een bijzonder open en kritische beschouwing van de Russische oorlogsinspanning en de visie die daar mede aan ten grondslag ligt.

Perpectieven
De films van Michail Kalatozov (na Als de kraanvogels overvliegen maakte hij De brief die nooit verzonden werd, die ook gerestaureerd is), hoe rijk aan propaganda ook (zie het verleidelijke meesterwerk Soy Cuba, dat zonder geld van de Sovjet-overheid nooit gemaakt had kunnen worden), wijken qua benadering af van de meer collectief georiënteerde films van het tijdperk Stalin. De beste filmmakers (Sergei Eisenstein, Vsevolod Pudovkin en anderen) van die periode moesten te allen tijde rekening houden met de straffe censuur en eisen van het regime.

Een van de pijlers van de communistische heilstaat was de arbeider, die zich onvoorwaardelijk in dienst stelde van het ideaal en als zodanig opging in de massa. Vertaald naar de periode van de Tweede Wereldoorlog betekende dat dat mannen zonder pardon gescheiden werden van hun geliefden, en dat het vooral een eer moest heten om voor het vaderland ten strijde te trekken.

Het tijdperk Chroesjtsjov was zogezegd geen onvervalst positieve perestrojka (‘herbouwing’), maar er ontstond wel ruimte om (onder andere door middel van film) andere perspectieven op de Russische beleving van oorlog en maatschappelijke verandering uit de doeken te doen. Terwijl Boris de wapens opneemt aan het oostfront, heeft Kalatozov alle aandacht voor de ervaringen van Veronika in een verscheurd Moskou. Het wordt haar bepaald niet makkelijk gemaakt om de terugkeer van haar geliefde eerbiedig af te wachten: haar neef (een rol van Aleksandr Shvorin) staat te trappelen om Boris’ plek in te nemen. Veronika loopt gekwetst weg als haar baas in het ziekenhuis (waar ze tijdelijk dienst doet als verpleegster) schande spreekt van vrouwen die hun heroïsche echtgenoten niet onvoorwaardelijk opwachten. Haar neef slaat ze wanhopig van zich af, maar ondertussen schuift de vrees voor een tragisch lot als een schaduw voor de horizon. De kraanvogels worden in dat licht dubbelzinnige symbolen: ze zijn richtpunten van zowel hoop als vervlogen geluk.

Als de kraanvogels overvliegen

Visuele motieven
Een film als I am Twenty (Marlen Khutsiev, 1965), deze zomer nog terecht onder de aandacht gebracht door het IFFR (in het online 50/50 programma van Unleashed), is in zijn lyrische weergave van liefde in vrije tijden duidelijk geïnspireerd door Als de kraanvogels vliegen. De film van Kalatozov combineert de anticipatie van een meer optimistische toekomst (die nog veel zichtbaarder is in I am Twenty) met een overheersend gevoel van rouw ten aanzien van het verleden. Deze spanning tussen uitersten heeft ook betrekking op de persoon van Andrej Tarkovsky, die in I am Twenty figureert als een beleerde student maar een paar jaar daarvoor doorbrak met De Jeugd van Ivan (1962, in 2019 nog in de Nederlandse zalen).

Als de kraanvogels overvliegen en De Jeugd van Ivan zijn niet alleen vergelijkbaar in hun kernachtige pacifisme, maar ook in hun dynamische beeldvoering en onorthodoxe camerastandpunten. Sergey Urusevskiy, een vaste medewerker van Kalatozov in zijn beste werk, combineert zijn gedurfde gevoel voor perspectief (de zogeheten ‘high angle’-shots zou hij later perfectioneren in Soy Cuba) met duizelingwekkende tracking shots die menigmaal eindigen in dramatische close-ups.

De stilistische keuzes en filmlocaties zijn cruciaal, aangezien Kalatozov betekenis uitdrukt via slimme visuele motieven die in een andere context plots een andere lading krijgen. Zo zijn de kraanvogels te zien op twee contrastrijke momenten. Een doodgewone trappengalerij verandert in oorlogstijd in een brandende ruïne. En de lange sprint naar boven, een eindeloze opwaartse spiraal, eindigt pas als het de tragische held aan het front langzaam zwart wordt voor de ogen.

Als de kraanvogels overvliegen zou in de gerestaureerde versie vanaf 2 december in een aantal bioscopen draaien, maar wegens de huidige coronamaatregelen is dat uitgesteld. De film is momenteel te zien op YouTube. De nieuwe versie is inmiddels verschenen op Criterion.

 

30 november 2021

 

ALLE RECENSIES