Op zoek naar de oorspronkelijke natuurdocumentaire (4)

Op zoek naar de oorspronkelijke natuurdocumentaire – Deel 4:
Eerbied en het nostalgisch verlangen naar zuivere aanschouwing

door Paul Rübsaam

Denkbaar is een andere benadering van de natuur en de registratie daarvan dan tot dusver besproken. De mens zou zich bij zijn natuurverkenningen kunnen gedragen met de terughoudendheid van een gast in het leefgebied van andere levensvormen, waaronder doorgaans in het wild levende zoogdieren worden verstaan.

Niet het met hightech filmapparatuur vervaardigen van de meest gedetailleerde en spectaculaire beelden is het primaire doel. Op die manier maakt de mens zich immers vaak schuldig aan ‘holvredebreuk’ en ‘habitatschennis’. In plaats daarvan moet behoedzaamheid het credo zijn bij de registraties die de dieren zo veel mogelijk tonen zoals ze zich zouden gedragen als wij niet in de buurt zijn.

The Edge of Eden: Living with Grizzlies (2006)

The Edge of Eden: Living with Grizzlies (2006)

Omgang met grizzlyberen
De Canadese naturalist, grizzly-expert en schrijver Charlie Russell (1941-2018) maakte jarenlang studie van in het wild levende grizzlyberen en andere grote berensoorten in Canada, Alaska en Kamtsjatka. In die laatste afgelegen Russische regio trachtte hij wees geworden jonge grizzly’s die in de dierentuin terecht waren gekomen voor te bereiden op hun terugkeer naar een leven in de vrije natuur. Russells leven en werk met de grizzlyberen in Kamtsjatka vormt het onderwerp van de documentaire The Edge of Eden: Living with Grizzlies (2006) van het Canadese regisseurskoppel Jeff en Sue Turner.

In deze documentaire zien we hoe Russell de jonge grizzly’s met zorg opvoedt en zelfstandig probeert te maken in de betoverende ruimtelijkheid van het groene, vulkanische Kamtsjatka. Tevens ontvouwt de Canadees zijn visie op de verhouding tussen mens en grizzlybeer. De mens is voor Russell geen objectieve onderzoeker en de grizzly geen onderzoeksobject. Naast behoedzaamheid zijn empathie en zelfkritiek belangrijk. Het aantal door mensen gedode grizzly’s bedraagt een veelvoud van het aantal door grizzly’s gedode mensen. Omdat mensen nu eenmaal bang zijn voor grizzly’s bepaalt dat hun gedrag jegens de beren, wat zijn weerslag heeft op het gedrag van de grizzly’s, zo betoogt Russell.

Het voornaamste dat je de Canadees tegen zou kunnen werpen is dat hij er te weinig rekening mee hield dat niet iedereen zoveel geduld had als hij. Misschien is het waar dat grizzlyberen pas onberekenbaar worden als ze slechte ervaringen met mensen hebben gehad. Maar hoe zorg je ervoor dat onberekenbare mensen grizzlyberen geen slechte ervaringen bezorgen?

Het geduld van fotografen
Dieren die hoe je het ook wendt of keert mensen kunnen verscheuren, blijft een hachelijk onderwerp voor een ruimhartigere benadering van de natuur in natuurdocumentaires. Maar het loslaten van de idee-fixe dat de mens een objectieve waarnemer is en het dier ongevoelig zou zijn voor menselijke gedragingen, zoals Charlie Russell deed, kan ook op andere manieren vorm krijgen.

In het afgelopen decennium hebben enkele natuurfilmers, vaak in het voetspoor van natuurfotografen, de natuur herontdekt als bron van serene ruimtelijke ervaringen en eerbiedige, maar zinnenprikkelende ontmoetingen met medeschepselen. De mens treedt in hun werk niet op als beheerder, bewerker of wetenschapper, maar als belangeloos aanschouwer. Voor het vervullen van die rol moet hij geduld aan de dag leggen en bestand zijn tegen de nodige fysieke ontberingen.

De Franse natuurfilmer Jean Michel Bertrand gaat in La vallée des loups (2016) op zoek naar het oorspronkelijke leefgebied van wolven in de Franse Alpen. Zijn verkenningen nemen drie jaar in beslag, tot hij eindelijk de beoogde roedel vindt en erin slaagt de dieren zijn aanwezigheid te laten accepteren. In die periode van drie jaar moet hij zelf zijn weg vinden en leren overleven in het berglandschap, dat zich voor de kijker ontvouwt vanuit het perspectief van de in het wild levende dieren, waaronder de wolven.

Éternel émerveillé (2019)

Éternel émerveillé (2019)

In Éternel émerveillé (2019) van Pierre-Antoine Hiroz en Benoît Aymon volgen we natuurfotograaf Vincent Munier. Deze streeft ernaar de ‘ziel’ van dieren te vereeuwigen. Munier wil de ware aard van het dier tonen in zijn eigenlijke, natuurlijke omgeving. Daarvoor moet de fotograaf barre tochten maken, ongewone tijdstippen uitzoeken (’s ochtends vroeg of ’s nachts), overnachten in camouflagetenten, zich consequent verdekt opstellen en lang kunnen wachten.

De filmmakers die Munier vergezellen tonen ons op hun beurt de natuur waarin de fotograaf zijn weg zoekt, onder andere in de Franse Alpen, Noorwegen en de Vogezen. Het geduld van de filmmakers, hun bereidheid te wachten op de dieren, van kraanvogels, tot wolven, uilen en eekhoorns, stellen de kijker in staat intenser de woonplaats en de eigenlijke identiteit van het dier te ervaren dan het geval is met de snelle aaneenschakeling van spectaculair diergedrag registrerende beelden die meer gangbare natuurdocumentaires kenmerken.

In The Velvet Queen (2022), onder regie van Munier en zijn partner Marie Amiguet, is de Franse fotograaf opnieuw een van de protagonisten. Dit keer is hij in gezelschap van de Franse schrijver Sylvain Tesson. Het tweetal bevindt zich op de Tibetaanse hoogvlakte, op zoek naar de moeilijk te traceren sneeuwluipaard. Een dier dat zoals de meeste in het wild levende dieren de menselijke speurders veel eerder waarneemt dan omgekeerd.

Verwant aan The Velvet Queen is A White Dream (Yukon – un rêve blanc, 2022), waarin de Franse fotograaf Jérémie Villet in het hoge Noorden van Canada op zoek gaat naar een zeldzaam soort berggeit, die zich ver in de sneeuwwitte wereld terug heeft getrokken. Het witte dier fotograferen in een in witte nevels gehuld sneeuwlandschap, waarin slechts karakteristieke kenmerken zoals zijn hoorns scherp zichtbaar zijn, is wat Villet nastreeft. Evenals Munier moet hij zich daarvoor veel moeite getroosten en engelengeduld aan de dag leggen. Cameraman en regisseur Mathieu le Lay legt de even fraaie als zware tocht van Villet vast in een decor van het natuurlijke wit van bergen die op lijken te lossen in de lucht, dwarrelende sneeuwvlokken in de duisternis en de daarvan nauwelijks te onderscheiden sterren aan de inktzwarte hemel.

Kruisende wegen
Op zoek gaan naar het dier in zijn oorspronkelijke, vaak eeuwenoude leefgebied is ook mogelijk in gebieden waar de menselijke invloed juist prominent aanwezig lijkt te zijn.

In Sidik en de Panter (2020) van de Nederlands-Koerdische regisseur Reber Dosky hoopt de natuurvorser en pelgrim Sidik Barzani in het berglandschap van het door oorlogsgeweld geteisterde Koerdistan (Noord-Irak) de terugkeer te kunnen verwelkomen van de Perzische panter. Het wederom verschijnen van dat dier zou volgens Barzani de redding kunnen betekenen van het geplaagde Koerdische volk. Het leefgebied van de panter zou dan immers de status van nationaal park kunnen krijgen en gevrijwaard kunnen blijven van bombardementen.

Wat lichtvoetiger is Il sentiero dei lupi (The Path of the Wolves, 2022). Hierin gaat de natuuronderzoeker Marco Galaverni nabij het Zuid-Italiaanse Cilento op zoek naar sporen en voetstappen van wolven. Tevens stelt hij vast dat anders dan de wolven mensen juist wegtrekken uit dit gebied. Galaverni’s verkenningen van de wolvenroutes en zijn ontmoetingen met een schaapherder, een achtergebleven beeldhouwer en een zonderlinge laatste inwoner van een geheel verlaten dorp vormen een mozaïek van verhalen over het gebied waar de wegen van mensen en wolven elkaar al sinds duizenden jaren kruisen.

De omweg (samenvatting en conclusie)
Het dier in zijn leefomgeving even respectvol benaderen als een priester tijdens een kerkdienst. Dat lijken de cineasten (en fotografen) die in dit laatste deel over natuurdocumentaires de revue passeerden na te streven. Ze geven uitdrukking aan idealen die passen bij de negentiende-eeuwse Romantiek, de tegenhanger van het Verlichtingsdenken, dat met zijn streven naar ‘objectiviteit’ en een wetenschappelijke benadering van de werkelijkheid de ‘homo sapiens’ als diersoort centraal stelde.

Door verwondering gedreven de toen nog ongereptere natuur aanschouwen en beleven, was in de negentiende eeuw niet ongewoon. Opmerkelijk genoeg heeft die wijze van aanschouwen en beleven via het medium film – bij uitstek het medium van de twintigste eeuw – niet of nauwelijks vorm gekregen.

In plaats daarvan werden we in zogeheten ‘natuurdocumentaires’ achtereenvolgens getrakteerd op kunstmatige ensceneringen waarin ‘nobele wilden’ moesten figureren, minutieuze, in een laboratorium tot stand gekomen studies van micro-organismen, verslagen van menselijke veroveringstochten waarbij ‘gevaarlijke’ dieren meedogenloos werden uitgeroeid, registraties van door mensenhanden getrainde en gekwelde dieren en overdreven en infantiel vertoon van menselijk technologisch vernuft.

Het is zeker niet zonder betekenis dat wij ‘de natuur’ tegenwoordig plaatsen in de context van grote processen als de evolutie en pogingen doen de schade te herstellen van negatieve menselijke invloeden op het natuurlijk leefmilieu. Als menselijk streven in het algemeen moet dat laatste zelfs zonder meer worden toegejuicht.

Het medium film dient echter in de eerste plaats om ons vermogen tot kijken uit te leven en niet ons vermogen tot begrijpen en handelen. Met de mens die zijn fouten rechtzet als cinematografisch beginsel richt die schuldbewuste mens de blik opnieuw op zichzelf en laat hij opnieuw na zich te verwonderen.

Wanneer we de beperkingen van de filmapparatuur van destijds buiten beschouwing laten, hadden door het werk van natuurfotografen geïnspireerde films als The Velvet Queen en A White Dream al een eeuw geleden gemaakt kunnen worden. Toen de natuur ‘er nog was’, om het zo maar uit te drukken. Men had, zoals gezegd, in die tijd echter andere prioriteiten. Het gevolg daarvan is dat de weg die het verschijnsel natuurdocumentaire in de loop van een eeuw heeft afgelegd zich laat typeren als een ietwat jammerlijke omweg.

 

22 januari 2023

 

Deel 1: Geënsceneerde taferelen, menselijke veroveringsdrang en kaasmijten
Deel 2: Gemartelde dieren, technologische speeltjes en oppervlakkige diepzeeverkenningen
Deel 3: Evolutie, klimaatschade en het stalken van dieren met zenders

 

ALLE ESSAYS