Film Fest Gent 2016
Deel 4
door Wim Meijer
In deel vier van het Gentse filmfestijn aandacht voor een schermer uit Sovjet-Estland die vecht voor zijn idealen en leerlingen, een bijzonder fijne film met spoken, zenuwslopende sequenties en een steengoede Kristen Stewart, een slap Argentijns aftreksel van het leven van vrouwelijke academici én de nieuwste van Jim Jarmusch, een film die alles in zich heeft om een cultklassieker te worden.
The Fencer
De Finse regisseur Klaus Härö is hofleverancier van de Oscarinzendingen van het land. Van zijn vijf speelfilms werden er vier doorgezet naar de Verenigde Staten. The Fencer haalde in 2015 de shortlist niet, maar kreeg wel een nod van de Britten met een Golden Globe-nominatie.
Gesitueerd in het naoorlogse Sovjet-Estland volgen we Endel Nelis, een schermer die in de oorlog onder dwang werd gerekruteerd door de Duitsers en daarom nu moet vluchten voor de Russische geheime diensten die hem als een verrader zien. Hij verlaat Leningrad voor een gehucht en gaat lesgeven. Terwijl zijn vrienden in Leningrad hem op het hart drukken zich gedeisd te houden, beweegt de protagonist zich meer en meer in het vaarwater van de schooldirecteur, een Stalinist in hart en nieren.
Elke keer dat er onbekende mannen in beeld lopen is het spannend. Is het de geheime dienst? Endel probeert zo normaal mogelijk te leven, maar het verleden blijft hem achtervolgen. Hij blijkt ook geen bijzonder goede leraar, met zijn gebrek aan geduld en onbegrip voor het leervermogen van de kinderen. Toch raakt hij verknocht aan de kleine Esten, waarna hij zich als een heldhaftige leraar ontpopt. Denk School of Rock of Dangerous Minds. Ook hier gaan de kinderen als underdog een schermcompetitie aan. Härö bewandelt niet bijster originele paden. Toch ontstijgt The Fencer de gemiddelde hero teacher movie, voornamelijk door bijzonder goed acteerwerk en aandoenlijke kinderen.
The Fencer is een aangrijpende film met sfeervolle pianomuziek die losjes is gebaseerd op het leven van schermkampioen Endel Nelis. Tijdens de eerste opnamedag vielen de Russen de Krim binnen. Er is wat dat betreft weinig veranderd. Ook thema’s als liefde, zelfverloochening en vechten voor idealen zijn van alle tijden. Klaus Härö maakt een prachtige film, een hoogtepuntje op het Vlaamse filmfestival dat doorspekt is met goede titels.
Personal Shopper
De nieuwste film van Olivier Assayas is zo’n film die je moet ondergaan. Laat je onderdompelen in de modieuze spookwereld die de Franse cineast creëert. En geniet van de uitstekende, verontrustende Kristen Stewart als down to earth medium.
Het duurt slechts enkele minuten voordat Maureen (Stewart) zich ’s nachts in een verlaten huis bevindt, gekweld door haar overleden broer Lewis, ook een medium. De afspraak is dat hij haar vanuit het hiernamaals een teken zal geven. Het huis kraakt, piept en er wordt met deuren gesmeten. Op zachte toon, volledig beheerst, zegt Maureen: ‘Lewis? Lewis, is that you?’ De kille cinematografie en indringende strijksymfonieën creëren een naargeestige sfeer. De oplettende kijker ziet een vertroebeling in de lucht, waar het gedimde licht tegen afsteekt. Assayas knipt terwijl je midden in de spannende scène zit. Verwarrend. De volgende ochtend zegt Maureen tegen de potentiële kopers dat er meer tijd nodig is. Ze knikken instemmend.
Kristen Stewart is een personal shopper, iemand die voor een beroemdheid shopt, omdat die daar zelf geen tijd voor heeft. Een verderfelijke wereld, zo blijkt al snel. Maureen is gestrest, kwetsbaar, gereserveerd, introvert, gedreven, verbeten en geïrriteerd. Haar emoties zijn voelbaar en echt. Maureen is Stewart op het lijf geschreven en de actrice speelt de rol met ongekende klasse. Het Oscarseizoen gaat binnenkort beginnen en Stewart zou met deze veelzijdige rol hoge ogen moeten gooien.
Personal Shopper houdt het midden tussen drama, thriller en horror, maar is eigenlijk niet te categoriseren met haar vreemd soort realisme en bijzonder beklemmende sfeer. De geesten – vaker niet dan wel in beeld, zoals het hoort – jagen je de stuipen op het lijf. Andere keren levert het vertederende momenten op. Dan verschijnen er ook nog vreemde berichtjes op Maureens telefoon. Afzender: Unknown.
Hermia & Helena
Dit portret van vrouwelijke, Argentijnse academici poogt even kunstzinnig te zijn als haar protagonisten, maar faalt en creëert een barrière tussen publiek en personages.
Hermia & Helena vertelt het verhaal van Camila, een Argentijnse academica die Shakespeare’s A Midsummer Night’s Dream vertaalt in het Spaans en er een gewoonte van maakt om onaangekondigd mensen te bezoeken aan de andere kant van de wereld. Zo gaat ze naar haar ex in Japan, waar ze ook werkt. Althans, werken, iedereen is meer bezig met het presentje dat je dient achter te laten als je onderzoek er op zit. Is het kritiek op de academische wereld, waar persoonlijkheid en gedreven onderzoek ondergeschikt zijn geraakt aan het aantal publicaties?
De film is grillig, onsamenhangend en rusteloos, met constant verwarrende flashbacks en achteloos keuvelende Argentijnen. De onderzochte kunstvormen, zoals teksten van Shakespeare, verschijnen letterlijk in beeld. Ook toont Hermia & Helena negatieven, beelden van een tuinhekje of klerenhangers, en opnames van een honky-tonk piano. Omdat er eigenlijk geen touw aan vast te knopen valt, blijft dit Argentijnse abstracte drama afstandelijk. Zelfs de charmante Camila kan niet voorkomen dat de verveling na een uur toeslaat.
Paterson
Het is mooi, hoe Jim Jarmusch het doodnormale koppel uit Paterson verfilmt. De een is een buschauffeur die in zijn vrije tijd dicht. Hij heet Paterson en rijdt door Paterson. De ander is Laura, een dagdromer. Ze wil artiest, schilder, patissier of countryzangeres worden. Jarmusch droomt mee, met mooie, poëtische beelden van de stad. De Amerikaanse cineast weet het koppel effectief te vangen, maar kan niet voorkomen dat deze tragikomedie uiteindelijk wat langdradig is.
Paterson volgt het koppel gedurende een week. De protagonist, een fijne rol van Adam Driver, rijdt wat rond. Alle dagen lijken identiek, met hier en daar een kleine variatie. Zo is er de grappige Indiër Donny, die altijd een waslijst met klachten ten gehore brengt nadat Paterson hem vraagt of alles oké is. De Engelse buldog Marvin is ook goed voor een gniffel of twee. De komedie doet denken aan die van de gebroeders Coen, net zo gortdroog en soms een tikje absurd.
De rode draad van Paterson is de poëzie. De buschauffeur wil zijn grote voorbeeld achterna, de lokale dichter William Carlos Williams. Zijn gedichten zijn van dezelfde kwaliteit. Dat wil zeggen, een 8-jarige had het kunnen schrijven. De gedichten zijn lachwekkend. Zo beschrijft Paterson hoe je wellicht met een specifiek type lucifer de liefde van je leven kan vinden door haar sigaret aan te steken. En zo schrijft-ie er nog wel een paar.
De film begint en eindigt op maandag. Op vrijdag is het welletjes geweest, het weekend is ronduit saai, maar Jarmusch komt sterk terug op de laatste dag, wanneer Paterson een Japanse poëzieliefhebber spreekt. De internationale pers bejubelde de film – deze lokale Hollander was iets minder enthousiast – en de keuze voor het Film Fest Gent is een logische. Jim Jarmusch zelf kwam nog even buurten. Paterson heeft alles in zich om een cultklassieker te worden.
17 oktober 2016