CinemAsia 2025 – Deel 3: Delinquenten zoeken rechte pad

CinemAsia 2025 – Deel 3:
Delinquenten zoeken rechte pad

door Cor Oliemeulen

Als je jaren in de gevangenis hebt gezeten, zou je moeten snakken naar vrijheid. In dit laatste deel van ons verslag van CinemAsia 2025 drie films die laten zien hoe moeilijk een terugkeer naar de maatschappij kan zijn.

 

Pierce

Pierce – Broederliefde
Eens een crimineel, altijd een crimineel. De moeder van Zijie verbiedt haar jongste zoon contact met haar oudste zoon, Zihan, die na enkele jaren jeugdgevangenis wegens goed gedrag vrijkomt, maar thuis de deur wordt gewezen. Zihan werd veroordeeld vanwege de dood van een tegenstander tijdens een schermwedstrijd. Niemand geloofde zijn verhaal dat zijn degen per ongeluk afbrak, waarna het noodlot toesloeg. Zijie is de enige die geneigd is zijn broer te geloven. Dat komt omdat Zihan hem vroeger van de verdrinkingsdood heeft gered.

Pierce, het speelfilmdebuut van de Singaporese Nelicia Low, begint met die scène. Vage onderwaterbeelden met spartelende armen en benen, afgewisseld door beelden van moeder die roepend en schreeuwend naar het water rent, suggereren die reddingspoging. Aan het eind van de film zien we wat er precies gebeurde.

Het drama neemt veel tijd om het aarzelende weerzien tussen de twee broers vorm te geven. Zijie blijkt een heel zachtaardige jongen, die zijn oudere broer heeft gemist, en neemt het zijn moeder kwalijk dat zij niets meer met Zihan te maken wil hebben. De terugkomst van Zihan levert wel een dilemma op met de nieuwe partner van de moeder, die liegt over het verleden van haar oudste zoon. Zihan speelt het spel meesterlijk mee.

Het belangrijkste deel van Pierce speelt zich af in de schermschool, waar Zijie zich voorbereidt op een toernooi en waar hij wordt genegeerd door andere schermers, die weten dat hij Zihans broer is. Buiten de school krijgt Zijie les van zijn broer, maar ook soms binnen, want schermers hullen zich in identieke outfits en zijn vooral door de maskers onherkenbaar. Regisseur Low speelt met dit gegeven door thrillerelementen aan het verhaal toe te voegen, maar heel overtuigend is het niet. Door het groteske karakter komt de climax zeer onverwacht en met een keiharde twist, die het begrip broederliefde een nieuwe dimensie geeft.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

Yen and Ai-Lee

Yen and Ai-Lee – Verstopte emoties
De delinquent in het sfeervolle, in zwart-wit geschoten, Taiwanese familiedrama luistert naar de naam Yen. In de openingsscène zien we haar van verre aan komen fietsen, en als ze voor de camera stopt, zien we bloedvlekken op haar shirt en gezicht. Met een mes in de hand loopt ze naar het politiebureau waar ze zichzelf aangeeft.

Acht jaar later keert Yen terug bij haar moeder Ai-Lee, die thuis een winkeltje runt. Yen trekt zich terug in haar kamer en probeert aan de nieuwe situatie te wennen. Ze gaat solliciteren, maar vindt moeilijk een baan. Ondertussen maakt ze contact met een jongen met wie ze vroeger op school zat en krijgt ze te maken met de vriendin van haar vader, die probeert haar zoontje Wei, Yens halfbroertje, naar eigen zeggen voor een maand bij Yen achter te laten. Yen ziet het idee niet zitten, maar heeft uiteindelijk geen keus om voor Wei te zorgen.

In zijn vijfde speelfilm Yen and Ai-Lee behandelt regisseur Tom Lin drie thema’s: huiselijk geweld, moeder-dochterrelatie en identiteit. Yen moest de gevangenis in omdat ze genoeg had van het huiselijke geweld en krijgt bij terugkeer opnieuw hiermee te maken. De fragiele relatie tussen moeder en dochter is subtiel opgebouwd en geloofwaardig neergezet. Vooral in haar precaire relatie met Wei glorieert Yang Kuei-mei, die de rol van moeder Ai-Lee voor haar rekening neemt. Zij is een bekende Aziatische actrice, die al in 1994 een hoofdrol speelde in Eat Drink Man Woman van Ang Lee.

En dan speelt nog het thema identiteit een wezenlijke rol in dit intelligente drama. De regisseur koos voor de rol van Yen zijn vrouw Kimi Hsia, die ook in haar echte leven worstelde met een disfunctionele familie. Zij speelt in Yen and Ai-Lee een dubbelrol: die van dochter Yen én die van Ai-Lee, een jonge vrouw die sterk lijkt op Yen en die zich aanmeldt voor een toneelklas. De keuze voor dit personage geeft niet alleen de filmtitel een extra lading, maar biedt de regisseur een mooie gelegenheid om verstopte emoties tot wasdom te brengen.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

Black Dog

Black Dog – Twee outsiders worden vrienden
Black Dog van Guan Hu is een sociaal drama dat zich richt op de rauwe realiteit van het hedendaagse China. Net als zijn collega-filmmakers Jia Zhang-ke (A Touch of Sin) en Wang Xiaoshuai (So Long, My Son), heeft Guan Hu een scherp oog voor de gevolgen van economische veranderingen. In een trage, poëtische verteltrant toont Black Dog de eenzaamheid en vervreemding van mensen aan de zelfkant van een snel moderniserende samenleving. Plaats van handeling is een spookstadje aan de rand van de Gobi-woestijn in Noord-China waar roedels zwerfhonden veel overlast veroorzaken.

Het verhaal draait om de mysterieuze dertiger Lang (Eddie Peng) die na een gevangenisstraf terugkeert naar de plaats waar hij opgroeide en (zo vertelt iemand) furore maakte als rockster. Het oude theater zal worden gesloopt, de meeste huizen zijn onbewoond na het verdwijnen van de mijnbouw. Om geld te verdienen, gaat Lang werken bij een team dat zwerfhonden vangt. Hij raakt gefascineerd door een grote, dunne zwarte hond, omdat die gevaarlijk zou zijn. Black Dog focust zich op de ontmoetingen tussen deze twee eenzame outsiders en de band die ze opbouwen. Ondertussen maken we kennis met Langs vader, een alcoholist die in een gesloten dierentuin voor een tijger zorgt, een meisje van een circus dat aan de rand van het stadje is neergestreken en de slangenkweker Hu, die Lang verantwoordelijk houdt voor de dood van zijn neef.

Er is weinig dialoog, de beelden van het vervallen stadje met resten van vergane glorie en de desolate uitgestrektheid van de woestijn geven de film een melancholische sfeer. En dan is er die indrukwekkende magisch realistische scène als Lang op zijn motor met zijn zwarte hond in het zijspan in de woestijn stuit op honderden stilstaande honden op en naast de weg.

Terwijl op de achtergrond bijna voortdurend goederentreinen langs het stadje tuffen en de eerste bulldozers woningen met de grond gelijk maken, ontdoet regisseur Guan Hu zijn protagonist van zijn heldenstatus. Dat het Lang tot tweemaal toe niet lukt om met zijn motor over een gapend gat in de weg te springen, laat zien dat hij een mens van vlees en bloed is. Met een voorliefde voor bijzondere honden. En Pink Floyd.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

9 maart 2025

 

CinemAsia 2025 – Deel 1: Onmogelijke liefdes
CinemAsia 2025 – Deel 2: Het welzijn van de generaties

 

MEER FILMFESTIVAL

CinemAsia 2025 – Deel 2: Het welzijn van de generaties

CinemAsia 2025 – Deel 2:
Het welzijn van de generaties

door Tim Bouwhuis

Je familieleden heb je doorgaans niet voor het uitkiezen, de plaats waar je met hen samenleeft in veel gevallen wél. De laatste jaren besteedt CinemAsia uitgesproken aandacht aan de rijke verschillen tussen culturen, met als gevolg dat familierelaties en golven van migratie in veel van de geselecteerde films centraal staan.

Grasduinend door het programma van 2025 komen er verschillende titels voorbij die verbeelden hoe nauw het welzijn van de generaties samenhangt met een gevoel van ’thuis’. In Mongrels, Tale of the Land en Fly Me to the Moon wordt dit gevoel van toebehoren telkens gecompliceerd door de keuzes die oudere familieleden voor de jongere generatie hebben gemaakt.

Mongrels

Mongrels

Bloed aan de handen
Het warm gefilmde, maar onevenwichtige Mongrels toont hoe een driekoppig gezin het verlies van de moeder probeert te verwerken. In de hoop zijn sterkste rouwgevoelens achter zich te kunnen laten, heeft vader Sonny zijn Koreaanse thuisland verruild voor een idyllisch stukje Canadese natuur. In deze zonovergoten omgeving lijkt het geluk de familie weer toe te lachen, maar vooral Sonny weet zich maar moeilijk open te stellen voor nieuwe gewoonten en sociale contacten.

De eerste ruzies komen om de hoek kijken als tienerzoon Hajoon bevriend raakt met een jongen uit de buurt. “Je komt te dichtbij”, bijt Sonny hem toe als Hajoon zijn sociale plannen voor die dag uit de doeken doet. Ondertussen ontkomt de weduwnaar er zelf ook niet aan om zich naar de gebruiken van de plaatselijke bewoners te schikken. Een baanaanbod om te helpen met de jacht op een stel wilde honden bezorgt hem een ingrijpend schuldcomplex; “vergeef me voor wat ik moet doen”, fluistert Sonny’s voice-over aan het begin van de film. Niet veel later heeft de pater familias daadwerkelijk bloed aan zijn handen.

Debuterend regisseur Jerome Yoo (net als Sonny geboren in Zuid-Korea, maar woonachtig in Canada) haalt zichzelf veel hooi op de vork door het verhaal van de gemigreerde familie een zware symbolische lading mee te geven. Het eerste van de totaal drie hoofdstukjes heet bijvoorbeeld ‘God’, verwijzend naar het menselijke ingrijpen in de cyclus van leven en dood. Het levendige geluidsontwerp poogt in de geplaagde geest van de vader te kruipen. Blaffende bastaardhonden tergen zijn gemoedstoestand, zijn kinderen gooien olie op het vuur. Is dit écht wat hun moeder gewild zou hebben?

Het grotere plaatje
Filmmakers die zich buigen over migratiethematiek en de banden tussen generaties, hebben de uitdaging om invoelbaar drama te balanceren met het ‘grotere’ plaatje: de sociaal-culturele processen en gebruiken die in hun specifieke verhaal een rol spelen. In het dubbelzinnig getitelde Mongrels is dat enerzijds het contrast tussen lokale bewoners en traditiegetrouwe nieuwkomers, en anderzijds de omgang met het dierenrijk. Deze spanningen houden het verloop van de film zodanig bezig dat het nog al eens ten koste gaat van het persoonlijke drama.

Tale of the Land

Tale of the Land

De twee benoemde elementen zijn beter in balans in Tale of the Land, een kalm uitgesponnen drama over een jonge vrouw die met haar opa in een huis op het water woont. Nog voor het eerste filmbeeld te zien is, horen we de golven rond het onderkomen al stormachtig razen. Vroeg in het verhaal vertelt de opa waarom hij May hier onder zijn hoede houdt. Na het overlijden van haar beide ouders verloor de familie ook het eigendomsrecht over een stuk land én zijn binding met de buurtbewoners. “Het zijn allemaal verraders”, benoemt opa een trauma dat alleen terloops wordt aangestipt. May gaat de discussie niet op elk moment even fel aan, maar haar verlangen naar het vasteland groeit.

Nieuw land
Tale of the Land doet met zijn serene beelden van het waterhuis en omgeving regelmatig denken aan de cinema van Kim Ki-Duk, maar de dramatische aanpak van de Indonesische debutant Loeloe Hendra is een stuk gematigder. Met Shenina Cinnamon beschikt hij over een hoofdrolspeelster die juist non-verbaal overtuigt. De angst om het land te betreden, aangezwengeld en versterkt door het bijgeloof van haar grootvader, tekent haar gelaatstrekken in de zoektocht naar haar identiteit en bestemming.

Fly Me to the Moon

Fly Me to the Moon

In Mongrels, in Tale of the Land en ook in slotfilm Fly Me to the Moon nemen de (groot)ouders van de jongere hoofdpersonages steeds weer migratiebeslissingen met een blijvende impact. Het generatiedrama van Sasha Chuk (voor de derde maal in dit verslag een debuut) opent in het Hongkong van 1997, waar twee jonge zusjes uit de Chinese provincie Hunan met hun moeder intrekken bij hun vader. Al snel blijkt dat de man totaal niet bij machte blijkt de verantwoordelijkheid van het vaderschap te dragen. De meisjes zien hun vader vaker op het bezoekuur van de gevangenis dan thuis en worstelen ondertussen met de verschillen tussen hun nieuwe thuis en de provincie waar ze vandaan komen.

Leven in een tussenruimte
Chuk kiest ervoor om op twee momenten tien jaar vooruit in de tijd te springen, wat in dit geval ook betekent dat de zusjes door verschillende actrices worden gespeeld. De drie hoofdstukken sluiten niet zo naadloos op elkaar aan als je bij een dergelijke fragmentarische opzet zou hopen. Tegelijk weet de film stilistisch wel te intrigeren: zo vertrouwt de maakster op de kracht van pianobegeleiding in scènes waar je elders dialoog zou verwachten.

“In Hongkong noemen ze ons vastelanders, in Hunan noemen ze ons Hongkongers”, schetst een van de zusjes de tussenruimte waar ze dagelijks in leeft. Het is dezelfde tussenruimte die het gevoel van toebehoren parten speelt in Mongrels en Tale of the Land, en vooral de jongste generatie voor een keuze stelt. Willen zij de koers blijven volgen die hun (groot)ouders voor hen uitgestippeld hebben of durven zij hun eigen vleugels te spreiden? Migratie is in dit verband geen opgelegd kwaad, maar een doorlopend proces dat per generatie nieuwe bestemmingen blootlegt. Wat dat betreft had de organisatie van deze editie geen treffender slottitel kunnen kiezen.

De drie besproken films in dit verslag staan nog geprogrammeerd.

 

8 maart 2025

 

CinemAsia 2025 – Deel 1: Onmogelijke liefdes
CinemAsia 2025 – Deel 3: Delinquenten zoeken rechte pad

 

MEER FILMFESTIVAL

CinemAsia 2025 – Deel 1: Onmogelijke liefdes

CinemAsia 2025 – Deel 1:
Onmogelijke liefdes

door Cor Oliemeulen

CinemAsia – van 6-11 maart in Amsterdam – mag dan niet een van de grootste filmfestivals van het land zijn, het programma biedt de laatste jaren een uitgekiende mix van debuutfilms, recente arthouse-pareltjes, gerestaureerde klassiekers en shorts uit Azië. InDeBioscoop ontdekte in deze editie drie interessante thema’s: onmogelijke liefdes, generaties en delinquenten. In dit eerste deel drie films over onmogelijke liefdes.

 

Bona

Bona – Een warm bad
De Filipijnse regisseur Lino Brocka (1939-1991) werd internationaal bekend door zijn kritische films tijdens de dictatuur van Marcos. Bona (1980) is grotendeels ongezien gebleven, omdat men lange tijd dacht dat er delen uit de film ontbraken. Dit drama is nu prachtig 4K-gerestaureerd en te zien op CinemAsia. Met Engelse ondertiteling, net als alle andere films op het festival.

Met Bona maakte Lino Brocka een van zijn meest gewaardeerde sociaal bewogen films die de onrechtvaardigheid en de problemen van de Filipijnse samenleving aan de kaak stelt. Vanwege zijn activistische inslag kreeg hij regelmatig te maken met censuur en vervolging. Deze film speelt zich af in een krottenwijk van hoofdstad Manilla waar de bewoners worstelen met armoede en troost zoeken in alcohol. Tegen de achtergrond van tradities en sociale normen, toont Brocka de indringende realiteit van het dagelijks leven door innerlijke, en vaak intens emotionele, conflicten van zijn personages.

Het verhaal begint met een religieuze processie met deelname van honderden jonge mannen. Het feit dat hier nauwelijks een vrouw valt te bekennen, zet de toon voor de verhouding tussen mannen en vrouwen in deze samenleving.

We volgen Bona (gespeeld door Nora Aunor, een van de meest geliefde actrices in de Filipijnse filmgeschiedenis), die liever naar filmopnamen in de buurt gaat dan naar school. Bona heeft liefdevolle gevoelens voor wannabee acteur Gardo (Phillip Salvador), die aan het miserabele leven in de krottenwijk wil ontsnappen, maar het moet doen met kleine filmrolletjes. Aan Bona zal het niet liggen. Na elke scène veegt ze zijn voorhoofd af, geeft hem een sigaret en een glas water. Nadat haar vader haar heeft mishandeld, omdat Bona niet naar school gaat en laat thuiskomt, vindt ze onderdak in het huisje van Gardo. Ze begint meteen te schrobben en te poetsen, zorgt voor het eten, wast zijn kleren, haalt water, stopt hem in een provisorisch badje en wast hem. Bona ziet met lede ogen hoe Gardo regelmatig dronken thuiskomt met scharrels om vervolgens een paar meter verder de liefde te bedrijven.

Brocka bouwt Bona’s nieuwe, slaafse leven met haar worstelingen langzaam op naar een onvermijdelijke climax. Want terugkeren naar huis is onmogelijk, net als haar verlangen naar liefde en erkenning. Sterke regie en hoofdrollen.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

The Glassworker

The Glassworker – Gebroken glas
Een leuk aspect van CinemAsia is de kennismaking met films die je anders waarschijnlijk nooit zult zien. Dat geldt zeker voor The Glassworker (2024), de eerste met de hand getekende Pakistaanse animatiefilm. Regisseur Usman Riaz en een team van tientallen tekenaars werkten bijna tien jaar aan deze sfeervolle film, die werd ingezonden voor de Oscars maar de shortlist niet haalde. De film ontving lovende kritieken voor de visuele pracht en de krachtige anti-oorlogsboodschap.

Het verhaal gaat over Tomas Oliver, een meester-glasblazer die zijn zoon Vincent opleidt om glaskunstwerken te maken. Een oorlog zet het idyllische leven van Vincent op zijn kop. Hij krijgt warme gevoelens voor Alliz, de dochter van de commandant wiens leger het land heeft bezet. Terwijl de meeste inwoners de bezetters met open armen lijken te ontvangen, worden Tomas en Vincent neergezet als pacifisten. Tomas verbiedt Vincent omgang met Alliz, en Vincent sluit zich in tegenstelling tot zijn vriendjes niet aan bij de jeugdbeweging van de bezetters. Ondertussen weten Vincent en Alliz elkaar vluchtig te ontmoeten, en wordt Tomas voor een dilemma geplaatst als hij wordt gedwongen glazen ‘rectifiers’ te maken voor oorlogsmachines.

The Glassworker is het eerste grote project van de Mano Animation Studios en doet door de traditionele handgetekende animatiestijl met de nadruk op natuur, emoties en menselijke relaties denken aan het werk van de beroemde Japanse animatiestudio Ghibli. De Pakistaanse stijl is indrukwekkend, maar mist de vloeiende, gedetailleerde animatie en nuance in beweging die Ghibli kenmerkt. Bovendien is de storytelling en de karakterontwikkeling van de personages minder subtiel.

Toch weet The Glassworker van begin tot eind te betoveren, bijvoorbeeld met twee krachtige overgangen. Eerst zien we een scène met Vincent en Alliz liggend in het gras tussen vlinders en klinkt romantische muziek op de achtergrond, abrupt verstoord door het sombere beeld van zeppelins die bommen op de stad gooien. Dan de scène met Vincent die teleurgesteld een zelfgemaakt glazen beeldje voor Alliz in het vuur van de glasblazerij gooit, gevolgd door de scène waarin Alliz thuis viool speelt voor de openhaard en we het instrument in het vuur zien branden.

Ondanks enkele kleine oneffenheden in het verhaal is The Glassworker een fantastische animatiefilm met een inspirerende boodschap, al even delicaat en liefdevol gemaakt als de glazen objecten van Oliver en Vincent.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

Salli

Salli – Online romance
In het romantische drama Salli (2023) is de afstand tot liefde nog groter dan in The Glassworker. Debuterend filmmaker Chien-Hung Lien portretteert de 38-jarige Hui-jun op het platteland van Taiwan waar ze een kippenboerderij runt. Haar omgeving vindt dat ze maar eens moet trouwen, maar de enige vent die dicht bij haar in de buurt komt, is haar onafscheidelijke witte haan. Misschien dat haar hippe, moderne tienernichtje het tij kan keren. Zij adviseert haar tante om online te daten en maakt voor haar een account aan met de naam Salli. Binnen mum van tijd zit Salli met behulp van een vertaalapp te chatten met ene Martin in Parijs. Terwijl haar omgeving roddelt over Salli’s online romance, waarschuwen haar tante en haar nichtje haar tegen online oplichters, zeker nadat Martin zegt dat hij met Salli wil trouwen en haar om geld vraagt. Maar in plaats van luisteren, danst ze van geluk tussen de kippen.

Salli draait om het contrast tussen traditie en het moderne leven. Een goed voorbeeld van bijgeloof zien we in de scène met een huwelijksadviseur die de juiste omstandigheden wil creëren voor de bruiloft van Salli’s broer. Salli mag niet op de bruiloft komen, want ze is geboren in 1986, het Jaar van de Tijger, én ze is ongetrouwd. Als ze wél naar de bruiloft komt, zal het stel geen kinderen krijgen. Ondertussen probeert Salli stiekem de lippenstift en nagellak van haar nichtje uit en betreedt ze de online wereld, die leidt naar de wereldstad Parijs, waar een cultuurclash wacht.

Salli is een feelgoodfilm die de grootste clichés van het genre weet te vermijden en eindigt minder voorspelbaar dan je misschien zou verwachten. De charme van hoofdrolspeelster Esther Liu als het naïeve boerenmeisje dat haar hart wil volgen, verliefd wordt op een onbekende, Franse hipsters ontmoet en enkele levenslessen leert, draagt bij aan het onderhoudende karakter van de film, en daar is alles mee gezegd.

Nog te zien tijdens CinemAsia 2025.

 

7 maart 2025

 

CinemAsia 2025 – Deel 2: Het welzijn van de generaties
CinemAsia 2025 – Deel 3: Delinquenten zoeken rechte pad

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

IFFR 2025 – Deel 8:
Tragische figuren

door Bob van der Sterre

Wat is IFFR zonder tragische figuren? Ook bij deze IFFR zijn er aardig wat te vinden. Karakters die door situaties in moeilijkheden komen en er dan met wijsheid (of niet) uitkomen.

 

Rock ‘n’ Roll Ringo

Rock ‘n’ Roll Ringo – Klappen uitdelen op Duitse kermissen
Ringo is weer eens ontslagen. Als hij bij een kermis een kans krijgt als bokser, hapt hij toe. Aanvankelijk gaat het best goed. Daarna vervalt hij in oude kwalen (drinken) en gebeuren er nare dingen. Net op de dag dat zijn dochter langskomt.

Eerst maar de leuke dingen in deze film van regisseur Dominik Galizia. Zoals de setting: Duitse kermissen. De sfeer is goed neergezet met lompe housemuziek en gasten met matjes in trainingsjasjes. De mensen om de kermis heen, van een soms opgefokte clown/goochelaar tot een lokale kermisdominee. Daarnaast speelt Martin Rohde best heel aardig zijn karakter Ringo, wat toch geen makkelijk type is. En dan zijn de bijrollen levendig ingevuld.

Wat het lastige is van deze film is dat er niet zoveel nieuws onder de zon is. Er zijn al veel van deze mensen-die-langzaam-de-misdaad-inrollen-films. De opbouw is ook een stuk beter dan het afrondende, tweede deel, wanneer alles opeens snel en chaotisch verloopt. Dat Ringo ineens door iedereen gezocht wordt, de tas houdt, zijn droom (een boot) najaagt, etc. Geen verrassende scriptwendingen. Bij dat alles blijft Ringo ook wel een vlak karakter.

 

Traffic

Traffic – Schilderijen stelen en niet verkopen
Een Roemeens stel woont en werkt in Vlaanderen. Als een van hen, Nati, wordt misbruikt in een seksclub (waar ze bijkluste als serveerster) wil ze zich wreken op iemand die ze herkent, een curator van een museum. De wraak gebeurt niet direct maar indirect: de mannen van het groepje vrienden krijgen spontaan het idee om kunstwerken van dat museum te stelen.

Veel mensen herinneren de inbraak in de Kunsthal in 2012 nog wel. Voor wie het niet meer scherp heeft: de daders werden in Roemenië gearresteerd maar de werken zijn vermoedelijk voor eeuwig kwijt. Op NPO Start kun je een reconstructie bekijken. Deze film is geen reconstructie, meer een fictieve hervertelling die er losjes op is gebaseerd. We kruipen we in de huiden van deze mannen en vrouwen en ervaren hoe arbeidsmigranten als tweederangsburgers worden behandeld. Het heeft daarmee iets weg van Lilja 4-ever, het arthousedrama van Lukas Moodysson.

De film van Teodora Ana Mihai richt zich het meest op Nati. Echt goed komt haar karakter niet uit de verf – het speelt in feite een bijrol in dit verhaal. Het is sowieso allemaal wat aan de zwart-witte kant (er zijn praktisch geen niet-hufters) maar de verteltoon van de film (geschreven door Cristian Mungiu, regisseur van 4 luni, 3 saptamâni si 2 zile) maakt veel goed. De film heeft goed tempo, acteerwerk en afwisseling van scènes.

Goed gedaan maar erg somber. Misschien dat een satirische en komische aanpak beter gewerkt had om het hufterige gedrag tegen arbeidsmigranten te bespotten. Zelfs de diefstal had al iets komisch (‘Je staat bij de verkeerde brug, je moet naar de Westzeedijkbrug’) en anders het vervolgens vrij kansloos aan de man proberen te brengen.

 

Memoir of a Snail

Memoir of a Snail – Aandoenlijk lot van een tweeling
Grace (introvert) en Gilbert (lefgozer) zijn onafscheidelijke tweelingen in Australië. Als hun ouders overlijden, komen ze terecht in pleeggezinnen. De een aan de oostkant van Australië (Canberra, bij twee ouders die nudistencruises bezoeken) en de ander aan de westkant (bij zeer religieuze boeren). De scheiding wekt veel verdriet in de hand en dat heeft impact op hun levens. Grace werkt bij een bibliotheek, Gilbert moet appels aan de lopende band stickeren.

Als je de plaatjes bij de film bekijkt, denk je: dat kan niet veel zijn. Toch is deze film van Adam Elliot (bekend van Mary and Max) een van de meest vermakelijke tragikomedies die ik in tijden heb gezien. Je wordt heen en weer geworpen tussen trieste verhalen (Grace die een ‘feeder’ als partner krijgt, haar huis volstopt met slakken, Gilbert die onder de terreur van een vrij gestoorde pleegmoeder leeft) en komische momenten (met name de vader die goochelaar was in Parijs of het verhaal van Pinky).

De film scoort punten met geslaagde persoonlijkheden in hoofd- en bijrollen (zoals Pinky), warme momenten en een paar serieuze psychologische kwesties die subtiel in het verhaal zijn verweven. Een minpunt is dat de film veel tijd nodig heeft om op gang te komen. En dat – voor de mensen die ervan houden – er geen dubbele lading is. Ik vind het altijd erg bijzonder dat iets als claymotion zulke gevoelens  kan ontwikkelen.

 

The Radiant Screen

The Radiant Screen – Leven in een afgesloten stad
Wat is dat voor stad midden in Siberië? Zheleznogorsk, of te wel de stad Ж, is niet zichtbaar op Google Maps en afgeschermd door flink wat prikkeldraad. Een afgesloten minimaatschappij die in de jaren vijftig voor de winning van uranium werd gebouwd, vandaar de bijnaam ‘The Radiant City’.

Het valt nog het beste te vergelijken met steden in films: ‘Alles is vreemd, zoals The Zone in Stalker’. ‘Het lijkt op Derry in Stephen King’s It.’ En niet genoemd, maar misschien ook een aardige vergelijking: The Truman Show.

Ine Lamers probeert de bizarre sfeer van de afgesloten Russische stad weer te geven. We krijgen de geschiedenis te zien van de bouw van deze stad, die begon als een socialistisch Utopia. Het stond niet op kaarten en bestond officieel niet. Hier en daar zien we wat verboden foto’s en video’s.

Maar hoe is het leven daar? Behoorlijk tragisch, vertellen ex-bewoners. ‘Als je hier opgroeit, denk je niet dat er nog een wereld buiten is. Het bevindt zich onder een koepel en je bent beschermd van de stad van andere dingen.’ Het is nog steeds zo afgesloten als vroeger. Veel bewoners blijken de suggestie van een afgeschermd leven prettiger te vinden dan het ‘gevaarlijke leven’ in een normale stad. Hoewel er meer radioactiviteit is dan gemiddeld.

Met deze film eindigt onze verslaggeving van deze 54ste IFFR in Rotterdam. Al deze artikelen zijn gratis. Iets terugdoen zou aardig zijn: meld je aan voor onze nieuwsbrief en blijf op de hoogte van de betere online artikelen over cinema.

 

9 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid

IFFR 2025 – Deel 7:
Drie keer fictie versus werkelijkheid

door Bob van der Sterre

Een leuk thema waar je eindeloos mee kunt spelen: werkelijkheid en fictie. Hoe verweven zijn ze? Het is vaak een onlosmakelijk duo maar drie films op IFFR nemen het wel heel letterlijk. 

 

Grand Tour

Grand Tour – Eigenzinnige film toert heel Azië door
In Grand Tour vlucht Edward van zijn toekomstige vrouw, Molly, die uit Londen kwam gereisd. Zijn reis (het jaar is 1918) is in feite een Grand Tour door Zuidoost- en Oost-Azië. Maar het is een grote sombere trip. We zien hem naar Rangoon gaan, naar Singapore, een weg door de jungle banen na een ontspoorde trein, hij vervolgt zijn weg door Vietnam, Filippijnen, Shanghai, vaart met de boot over de Jangtse. En Molly reist de hele tijd achter hem aan. In die tijd waren nog diverse landen gekoloniseerd en spraken ze bijvoorbeeld Frans in Vietnam.

Een film als Grand Tour laat zich lastig samenvatten. De film van Miguel Gomes is veel eigenzinniger dan deze beschrijving doet lijken. Want bovenstaand verhaal is maar een van de drie verhalen die je ziet: we zien ook actuele documentairebeelden van dezelfde locaties (met voice-overs van mensen uit die landen) en soms ook wat oudere archiefbeelden. De fictieve versie is misschien maar de helft van de film.

Het is vreemd om te schakelen tussen de fictie van 1918 naar snackbars, motoren, mondkapjes, reclame, voetbalshirts, etc. Ik kan me niet herinneren dit eerder te hebben gezien. Het IFFR geeft er deze bijna cryptische uitleg over: ‘Grand Tour speelt zich af in een claustrofobisch koloniaal tijdperk dat voortdurend in dialoog is met het heden dankzij een uniek gebruik van documentairebeelden (…).’

Cultuur is duidelijk de rode draad van de film. Muziek komt steeds terug. Bijvoorbeeld twee mannen en een microfoon bij een rivier, een man die My Way zingt in een bar, schimmenspel met Wajangpoppen, en nog meer.

Met deze thema’s is het niet lastig te voorspellen dat dit een critici-darling gaat worden – hij won al de prijs voor beste regie in Cannes. De film is ook wel minutieus gemaakt. De zwartwitpassages zijn zeer sfeervol gemaakt.

Toch ben ik zelf niet overtuigd. Het acteren is geregeld aan de onhandige kant. Het vertelde verhaal is ook steeds simpel: Molly doet dit, Edward doet dat. Ook ben ik er niet van overtuigd dat het ‘documentairedeel’ van die steden in deze mix op deze manier echt werkt. Het is eigenzinnig en gedurfd, zeker, maar het resultaat is niet direct overrompelend.

Nog te zien op IFFR 2025.

 

Le Deuxième Acte

Le Deuxième Acte – Breken door de vierde én vijfde muur
David en Christian (Willy) hebben een lunchafspraak in Le Deuxième Acte, een locatie midden op een berg in de bossen. Daar is het de bedoeling om Florence en haar vader te ontmoeten. Florence is dol op David, maar die wil haar liever koppelen aan Christian, die daar heel sceptisch over is en vervolgens wat ongemakkelijke dingen zegt over homoseksualiteit, waarop David schrikt. ‘We zijn niet alleen, de camera loopt hier ook, wil je ons gecanceld hebben?’ ‘O ja.’ Ze kijken in de camera en slechten de beroemde vierde muur.

Florence komt aan met haar vader, die dus ook twee acteurs blijken te zijn. De vader, Guillaume, zeurt en klaagt en heeft er genoeg van. Stomtoevallig wordt hij gebeld voor een rol in een nieuwe film van Paul T. Anderson. En hij is meteen een stuk vriendelijker. Florence mist haar dochtertje en belt met haar moeder, die tijdens chirurgische handelingen niet al te opbouwende kritiek geeft.

Ondertussen loopt de scène in het café niet zo vlot want een bijrol, de ober die wijn moet inschenken, trilt zo buitengewoon van de zenuwen dat hij meer buiten de glazen giet dan erin. De acteurs krijgen meer en meer ruzie met elkaar. De film gaat verder – ik laat even in het midden hoe. Het creatieve brein is een mannetje op een laptop (AI) die minder betaalt als je het niet helemaal hebt gedaan zoals hij wilde.

Het spel tussen werkelijkheid en fictie ís hier het thema van de film. Wat is de werkelijkheid en wat is de fictie? Echt werkelijk oogt de werkelijkheid ook niet. De grap is dat de acteurs even onaardig zijn tegen de bijrol in zowel de werkelijke als fictieve versie.

Het is zeker vermakelijk – het publiek zat geregeld te schateren. De acteurs – Lea Seydoux, Louis Garrel, Vincent Lindon en Raphaël Quenard – nemen zichzelf op de hak en stoppen veel acteren in hun rollen. (Ze spelen acteurs die acteurs spelen, hoe lastig is dat.) Toch heb je het idee dat er meer in had gezeten, zoals met meer recente films van Dupieux. Je mist misschien de geniale weirdness die Realité en Wrong wel hadden.

Bij Dupieux zie je een trend naar komische acteerfilms die ook toneelstukken hadden kunnen zijn (Yannick speelt zich zelfs af in het theater). Daar valt ook van te genieten. Maar waar zou hij mee komen als hij zich vijf jaar concentreert op een project, in plaats van ieder jaar een of twee films te maken?

 

Bad Painter

Bad Painter – Een pain-ter met veel eigenliefde
Albert Oehlen is weer terug – zijn filmische alter ego tenminste. Nu woont hij in Los Angeles en praat hij met deze en gene, vriendinnetje, manager, medewerker, vrienden, interviewers en collega’s. Beledigt zijn medewerkers (‘Hij vertelde me niet eens dat we naar de woestijn gingen’), slaat bevriende kunstenaars in het gezicht, beledigt zijn vrienden (‘Misschien vind ik mijn eigen werken gewoon interessanter’), bestelt eten voor zijn vriendin die zelf iets anders wilde bestellen, investeert in goud ‘want dat staat leuk in de tuin’.

Net als Albert Oehlens vorige namaakidentiteit Der Maler uit 2021 is deze versie van hem een behoorlijk vervelende vent. Geen aanstellerig Karel Appel-gedrag zoals toen Ben Becker hem speelde, meer iemand die langzaam steeds onuitstaanbaarder wordt. En dingen zegt als ‘Intuïtie… niemand doet iets in mij…’ Of: ‘Ik ben pain-ter, iemand die pijn lijdt tijdens het schilderen.’

De film is geen mockumentary (het is ook niet dolgeestig) maar meer een complexe zelf-parodie. Udo Kier speelt Albert Oehlen, maar Albert Oehlen is wel de regisseur en schrijver hiervan. Het ligt voor de hand dat hij trekken van zichzelf met opzet uitvergroot, als de belemmering van de werkelijkheid wegvalt.

Ook hier is de grens tussen fictie en feiten lastig te leggen. En dan is er nog een mysterieus element. Het laatste half uur wordt het allemaal nog dwazer. Hoe dan ook leuk om Udo Kier weer eens in een hoofdrol te zien.

 

8 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 


MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken

IFFR 2025 – Deel 6:
Films die de grenzen opzoeken

door Bob van der Sterre

De categorie ongrijpbare films op IFFR. De grensverleggers en uitprobeerders. Minst populair bij het publiek maar vaak het meest vernieuwend. Meestal korte films maar er zijn ook een paar langere.

 

From Behind the Teeth

From Behind the Teeth – Schaakspel met kiezen om te associëren
Kunstenaar Mox Mäkelä en wetenschapper Mikael Forteliu zitten tegenover elkaar en spelen schaak. Althans, ze hebben een schaakbord met tanden op de plaatsen waar normaal stukken staan. Verwacht geen aanvallende paarden of rokerende koningen. De een kent de schaakregels niet (‘Dit is een nar en ik zet hem daar neer, hij wil in het voetlicht staan’), de ander vertelt over de geschiedenis van de tanden (‘De toren is een maalkies, een zekere rondheid is opvallend.’)

We zien deze twee de hele film van bovenaf met een omheining van een gebit. De tandenschaakstukken zijn aanleidingen voor associatieve dialogen. Ze associëren over elanden, oorlog, geschiedenis, religie, spullen kopen, entertainmentcultuur, AI, etc. De illustraties en collages die hun gesprekken volgen doen aan Jan Svankmajer denken.

Deze Finse film zal er niet bij iedereen makkelijk in gaan. Hij is traag, duurt veel te lang (1 uur 45 minuten), meandert als een malle en je ziet niet eens echt mensen in beeld. Wil je jezelf uitdagen, dan is dit een prima film, je kunt er wat van leren over je gebit, de speelsheid van dialogen en de beelden bij de film zijn best grappig.

 

Debut, or, Objects of the Field of Debris as Currently Catalogued

Debut, or, Objects of the Field of Debris as Currently CataloguedEen onderzoek naar jezelf
In Debut… begint een voice-over over een onderzoek. We krijgen te leren wat de voice-over heeft geleerd. ‘Hij is gemiddeld intelligent en heeft slechte ogen. De naam is Julian Castronovo. Ik kon vrij gemakkelijk bij zijn archief op zijn laptop.’

Ze vertelt verder over ‘het subject’: ‘Een kunstdealer verhuurt de kamer aan de 23-jarige Castronovo. Hij heeft alleen maar een vaag idee dat hij naar New York kwam om filmmaker te worden. Medische documenten laten zien dat hij ritalin kreeg en behandeld moest worden voor slaapproblemen. Hij is gemaakt voor de simpele pleziertjes van het leven.’ Ze observeert verder zijn verder onschuldige gedrag: ‘Om onduidelijke redenen besluit ons subject om zijn kamer te verven.’

Zijn leven verandert door het bezorgen van brief van ene F., de vondst van tekeningen van herten en Chinese tekens in de muur en een boek. Via kunstvervalser Han van Meegeren komt hij de (spoorloze) vervalser Fawn Ma op het spoor.

De manier van vertellen met tijdstippen en bewijzen – en de zelfspot – maken deze film best vermakelijk om naar te kijken. Een slim gemaakte film die op een plek is opgenomen, maar veel variatie biedt in beeld door het onderzoek te volgen (via documenten, telefoongesprekken, chats, videocalls, etc.).

Julian Castronovo deed álles zelf en kan daardoor interessante paden bewandelen. Hij is de regisseur maar ook de persoon over wie de film gaat – en toch is dat een karakter in dit verhaal. Hij bespreekt zelfs de vorm van de film die hij gaat maken in deze film, die deze film dus al is. Koppijn, anyone? Aardig subthema is dat de film iets laat zien van het totale gebrek aan privacy dat je hebt als modern mens.

Toch zullen weinigen het uithouden tot het einde denk ik. Ik verloor mijn interesse ook op zeker moment. Ingedikt tot maximaal drie kwartier had het beter gewerkt. De verhalen deden me denken aan de kunst van Marcel van Eeden, die ook verhalen verzint met geschiedenissen.

 

DIVERSE ARTISTIEKE SHORTS OP IFFR:

Euclidean Man – Marshall McLuhan wist alles al
We beginnen met flikkerend licht (hopelijk dat niemand in de zaal last heeft van epilepsie) en geluiden van militaire acties die ‘targets’ zoeken. ‘Er liggen een zootje lichamen.’

Daarna volgt een analyse van Marshall McLuhan, de Canadese mediafilosoof (grondlegger van de gedachte over de global village; dus het internet voor het bestond). Hij brengt een indrukwekkend staaltje toekomstvoorspellerij ter berde. Over grote innovaties: ‘Het zal geweldig en verbazingwekkend zijn, maar ik denk niet dat wij zulke grote veranderingen aan kunnen in zo’n korte tijd.’ Bij een foto van Elizabeth Taylor: ‘Meer iconische beelden worden gemaakt, maar privébeelden nemen een steeds kleinere plaats in.’ En over de paradox van méér informatie tot je beschikking hebben: ‘Als je alsmaar toegang hebt tot álle informatie tegelijkertijd, kun je geen onderwerpen hebben.’ En: ‘We leven in een tijd dat het publiek zich gedraagt als producent.’ (Vertalingen van ondergetekende, bekijk de film voor de letterlijke bron.)

Zéér artsy maar ook inhoudelijk en prikkelend op een filosofische manier, deze in Nederland geproduceerde (Engelstalige) film van Sebastian Pappalardo. Opnieuw voor de kijker die graag uitgedaagd wordt.

Euclidean Man

Euclidean Man

Lamento – Ruzie? Zing het uit
Een man zit in een woonkamer. Er wordt gerommeld aan zijn deur. Een vrouw komt binnen en begint te zingen als Michael Jackson. Zo voeren ze ruzie: zingend. Ze verplaatsen zich al ‘ruziezingend’ naar de slaapkamer. Op de trap worden ze ineens overvallen door Whitney Houston. En later ineens door The Power of Love.

Hoe leg je een film als Lamento uit? Volgens IFFR gaat het over hoe popcultuur onze zielen koloniseert. Ik zie meer een soort surreële wereld waarin de clichés van popliedjes écht zijn: primitief, naïef en soms vrij griezelig. Film van Jannik Giger en Demian Wohler biedt veel ruimte voor interpretatie. Het duurt vijftien minuten en is leuk, vindingrijk en theatraal.

Este no es tu jardín – Een meanderend bos van stippen
Een digitaal bos, gemaakt van miljoenen lichtgevende stipjes tegen een zwarte achtergrond. We vliegen erdoorheen en horen vogeltjes. Dan slaat de vlam erin en heeft alles een duistere kant.

Deze korte film van iets meer dan tien minuten is gemaakt op basis van echte wetenschappelijke data over hoe bossen in Colombia komen en gaan. De menselijke invloed wordt pijnlijk duidelijk maar het bos heeft ook een eigen leven. Deze film van Carlos Velandia en Angélica Restrepo doet ook denken aan afbeeldingen waarin je ziet hoe het universum met clusters aan elkaar vastzit.

Erg trippy. Zeker als het begint te draaien kan ik me voorstellen dat je dit ook voor hypnose kunt gebruiken.

Melody Electronics – 80’s game in filmvorm
80’s games en film komen samen in deze ‘film’. Dit zogenaamde spel uit 1988 heeft een menu waar je uit kunt ‘kiezen’: Television, Camera (‘een dode vlinder op de stoep’), Stereo (‘dit is mijn Technics turntable’), Computer (‘Dit is mijn favoriete game’), Toaster,  Blender, Telephone, Clock (‘Tijd is raar’), VCR, etc. (De film kiest de onderwerpen en je kijkt naar wat er gebeurt.)

Grappig om retrogames en animatie gecombineerd te zien in deze film van een half uur. Het is nauwgezet; 80’s games graphics zijn exact zo. Veel games worden nu weer heruitgegeven dus het is een kleine hypegolf. Deze film van Albert Birney is dus wel echt voor de liefhebber.

Melody Electronics

Melody Electronics

A Light Unseen – Prisma waar je ook kijkt
De lichtval op draden in de natuur. Spinnenwebben, grashalmen, etc. Zo gefilmd dat de ‘dispersie’ (volgens een korte search in Google) het licht breekt in allerlei kleuren (ik heb er geen enkele kennis van dus neem vooral deze uitleg niet te serieus). Nog geen tien minuten, deze film van James Sansing, maar wonderschoon en erg meditatief. Pure esthetiek voor de liefhebber van dit soort films.

Commute – Bielzen en nog eens bielzen
Ook nergens mee te vergelijken is het negen minuten durende Commute. Bielzen en nog meer bielzen. En dan desoriënterende geluiden alsof een radio steeds van zender verandert. Flarden Johnny Cash, Chuck Berry, Kraftwerk, Raymond Scott komen langs in deze experimentele productie van Henry Hills. Ritme, daar gaat het om. Hypnotisch maar misschien ook iets te abstract.

 

KUNSTINSTALLATIES IFFR:

Art directions: IFFR-installaties in het Katoenhuis
Het Katoenhuis is gelegen op een nagenoeg onbereikbare plek in Nieuw-Mathenesse (bij de Keileweg). Met kou en windkracht 5 is het geen pretje om daarheen te lopen. Gelukkig is er een shuttlebus die je terugbrengt naar De Doelen.

Hier waren vier IFFR-installaties verzameld (met een bonus). In Alice, Bob, Carol en David van Viktor Timofeev kijken we naar een game waarbij vier personages met willekeurige choreografie invloed op elkaar hebben. Het oogt theatraal. ‘De stille, maar expressieve handelingen van de personages ontwikkelen zich als een live theaterproductie op een dynamisch digitaal podium.’ In Extramission: The Capture of Glowing Eyes zien we aan de ene kant een camera de lichtgevende ogen van otters volgen en aan de andere is iemand bezig met opzetten van dieren (die van Europa naar Argentinië zijn overgebracht, waar ze niet meer voorkomen). Als je iets gemist hebt en wacht tot de film herbegint, heb je pech: het duurt 720 minuten. In Brown Bodies in an Open Landscape are Often Migrating geeft Basir Mahmood een herinterpretatie van fragmenten van migranten. En in La Quema neemt Francisco Baquerizo Racines ons mee naar Guayaquil in Ecuador, waar lappen of kartonnen poppen op oudejaarsavond worden verbrand. Dit keer wordt er ook een VOC-galjoen meegenomen en verbrand.

La Quema

La Quema

Dan is er als bonus nog een stille disco VR-kunstwerk (dat nog werk in uitvoering is). Het idee is dat je de aarde opnieuw ziet beginnen. Steden schieten als paddenstoelen uit de grond. Het is niet alleen kijken, maar ook dansen, want het is immers een stille disco. Een bizarre ervaring natuurlijk als je handen opeens wit en blauw zijn en de personen naast je dansende schimmen. Soms zie je naast je een afgrond, en je hersenen geven maar een signaal: val er niet in. Als je brein in deze basic versie al zo gemanipuleerd kan worden, laat staan over een jaar of vijftig als de VR-bril net zo ingeburgerd is als de mobiel nu. De dopamineprikkels van onze socialmedia zullen daarbij vergeleken kinderspel zijn. Het kunstwerk Show me the Light van Mila Moleman is speels maar nog niet helemaal af: als kijker mag je er feedback op geven.

Hier vind je alle installaties.

 

8 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht

IFFR 2025 – Deel 5:
Baden in het zonlicht

door Tim Bouwhuis

Zwaai tijdens deze 54ste IFFR-editie de deuren van Pathé Schouwburgplein open, en een ijskoude februariwind herinnert je vrij abrupt aan de pluspunten van een vol filmprogramma. Een luchtje scheppen is gezond, prevelt de doorzetter op zo’n moment, maar na een minuutje koukleumen lonkt dan toch weer de luwte van de bioscoopzaal. Treffend genoeg bevat de line-up dit jaar verschillende titels die de winter voor even doen vergeten, met Nicolas Cage-flick The Surfer voorop. Terwijl de thermostaat overuren draait, kun je als cinefiel baden in het zonlicht.

“Van deze film ga je dorst krijgen”, verklapt de Ierse filmmaker Lorcan Finnegan als hij op een ongure vrijdagmiddag The Surfer voorstelt. De hoogzomerse komedie is opgenomen aan de zuidoostkust van Australië, waar de immer geflipte Nicolas Cage het moet opnemen tegen spinnen, slangen en een new age-achtige surfsekte. “Met die spinnen en slangen was Nicolas niet zo blij”, memoreert Finnegan de pittige draaiperiode; de beruchte acteur kon zelf helaas niet bij de vertoning aanwezig zijn.

The Surfer

The Surfer

Verongelijkt slachtoffer
In de vele jaren dat Cage al op het grote doek te zien te bewonderen valt (en eens kan zomaar de laatste keer zijn, als we hemzelf mogen geloven), hebben talloze liefhebbers en critici de acteerkwaliteiten van de markante Amerikaan bevraagt. Voor een deel is dat terecht, want met zijn onmiskenbare cultstatus en zijn zelfbewuste imago (zie: The Unbearable Weight of Massive Talent) heeft Cage regelmatig meer weg van een performancekunstenaar dan van een oprecht acteur. Toch is er één ding dat de man als geen ander kan: verongelijkte slachtoffers spelen.

Ging Cage in Dream Scenario nog ten onder aan de cancelcultuur, in The Surfer wordt hij geleidelijk uitgekleed (figuurlijk én letterlijk) door een stel lokale surffanaten die beslag hebben gelegd op hun favoriete stukje strand. Het bezitterige gedrag van de surfgang botst met de aspiraties van een opgewekte bezoeker, die niet alleen zijn zoon op een middagje watervertier wil trakteren, maar ook nog eens uit is op het eigendomsrecht van een nabijgelegen appartement.

Uitputtingsslag
Opzichtige pestacties van de karikaturale locals veranderen de welgestelde surfer in een nacht en een dag in een armoedige zwerver. Met gezichtsuitdrukkingen die laveren tussen zielig en wanhopig banjert Cage heen en weer tussen het strand, de parkeerplaats en het armetierige toiletverblijf. In de middaguren brandt de zon zo fel dat je je afvraagt hoe de crew het ooit zo lang met de acteur heeft uitgehouden. Het zweet parelt van Cage zijn gezicht, en daarmee ook van het scherm.

Het conflict tussen de strandgang en de onrechtvaardig behandelde outsider is zo sterk aangezet dat The Surfer na verloop van tijd behoorlijk op de zenuwen gaat werken. Dat de tegenspelers van Cage zich zo mogelijk nog schuldiger maken aan overacting dan de vermaarde acteur, spreekt boekdelen. Het wonderlijk ontsporende slotkwartier versterkt nog een laatste keer het gevoel van onverschilligheid dat dit dolgedraaide strandsprookje oproept. Anderzijds had Finnegan wel gelijk: na de film wil je pardoes een tussenstop maken bij de frisdrankautomaat.

Zomer van je leven
The Surfer overtuigt in het ophalen van zomerse sferen, maar komt als beoogde toevoeging aan de eigentijdse cultcanon matig uit de verf. Gelukkig draaien er in de dagen na het zien van het Cage-vehikel nog meer dan genoeg warmbloedige films die wél overtuigen. Het beknopte Camp d’été (met 78 minuten een van de kortste langspelers van het festival) speelt zich af op een massaal scoutingkamp in de Zwitserse bergen, waar jongeren van verschillende leeftijden de zomer van hun leven hebben.

Camp d'été

Camp d’été

Met slechts één camera bewegen regisseur Mateo Ybarra en zijn cinematografe zich tussen de talloze tenten, eettafels en toiletgebouwen om verschillende groepjes scouts te volgen. Ybarra kiest er bewust voor om niet voor één hoofdpersoon te gaan, zodat hij de enorme diversiteit van sociale ervaringen, gesprekken en rituelen vast kan leggen. Wijdere shots van de imposante omgeving plaatsen deze tijdelijke microkosmos alsnog in een ruimer perspectief.

Een kwestie van kleur
De warme gloed die de zomerse plaatjes van Camp d’été omringt, tekent in het Spaanse Deuses de pedra het landklimaat van de grensstreek Galicië. Debuterend filmmaker Iván Castiñeiras Gallego laat zijn publiek in een drieledig portret kennismaken met verschillende mensen die er wonen, en in de meeste gevallen ook geboren en getogen zijn. Geleidelijk meandert zijn aanpak van etnografie naar fictie. Tijdens de opnames ontmoette Castiñeiras Gallego een familie die hun huis en levens voor de regisseur openstelde. Deze ontmoeting mondde uit in het eenvoudig uitgewerkte, maar kernachtige coming-of-ageverhaal dat de derde en afsluitende akte siert.

Deuses de pedra

Deuses de pedra

Deuses de pedra is opgenomen op 16 mm, een analoog formaat dat digitale beelden vrijwel altijd naar de kroon steekt als het gaat om de diepte en tastbaarheid van de kleurfotografie. Als de film ongeveer een twintigtal minuten onderweg is, schakelt de regisseur welbewust van groezelige etnografische beelden naar een vrijetijdstafereel bij een beekje. Plotseling baadt het grijzig aangevangen debuut zo in het zonlicht. Door zijn verdere vertelling toe te spitsen op de band tussen verschillende generaties, zorgt Castiñeiras Gallego ervoor dat die overgang niet bijblijft als een botsing tussen heden en verleden maar als een continuüm.

De zon tegemoet
Met de warme toets van Deuses de pedra en Camp d’été zou je denken dat het nauwelijks zomerser kan, maar aan het Zuid-Koreaanse Hear Me: Our Summer kunnen ook deze prettige festivalontdekkingen niet tippen. De op papier volstrekt onnodige remake van het Taiwanese Hear Me (2009) heeft zo’n heldere aanblik dat er haast een therapeutische werking van uitgaat. Het glinsterende wateroppervlak van een trainingszwembad, een centrale locatie voor het verhaal, sluit perfect aan bij de vele buitenscènes, waarin de zon weldadig schijnt en regendruppels taboe blijven.

Hear Me: Our Summer

Hear Me: Our Summer

Het liefdesverhaal dat de film navertelt, blinkt bepaald niet uit in originaliteit. Met een speelduur van bijna twee uur lijkt dat zich op voorhand te gaan wreken, maar de aandoenlijke uitwerking en dito personages weten het gebrekkige (en richting het einde schier lachwekkende) scenario aardig te compenseren. Kijk zeker níet als je al te cynisch bent aangelegd, en mogelijk juist wél als je in deze maatschappelijk pessimistische tijden wel wat jeugdig optimisme kunt gebruiken. Onbeschaamde kalverliefde en overdadige zonneschijn doen tijdens het kijken van Hear Me: Our Summer de onverbiddelijke winter vergeten. Bij het verlaten van de zaal ziet de wereld er nét wat mooier uit dan voorheen.

Van de vier hierboven besproken films is Hear Me: Our Summer nog eenmaal te zien, op zaterdag 8 februari. 

 

7 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 


MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid

IFFR 2025 – Deel 4:
Zuidoost-Aziatische luchtigheid

door Bob van der Sterre

Aziatische films komen steeds vaker uit andere landen dan de traditionele filmlanden Japan, India en Zuid-Korea. Ook bijvoorbeeld Thailand, Filippijnen, Indonesië en Maleisië worden steeds belangrijkere filmleveranciers van IFFR. Veel sympathieke films, maar het resultaat is wisselend.

 

Operation Undead

Operation Undead – Zombies als wapens (Thailand)
Het is oorlog. De Japanners staan klaar om Siam (Thailand) binnen te vallen. De Thaise verdedigers hebben aanvankelijk vooral lol. Seks, voetbal aan het strand, vrouwen ten huwelijk vragen. De Japanners dreigen met inzet van een biologisch wapen. Alleen heeft het biologische wapen ‘Fumetsu’ al de benen genomen. Met alle gevolgen. Ook voor protagonist korporaal Mek.

Er zijn vast mensen die elke zombiefilm gezien willen hebben en dan is deze film een mooie aanvulling. Omdat de setting zo apart is: de Tweede Wereldoorlog in Thailand, tijdens de inval van Japan. Het is ook net even anders: ze worstelen met emoties, kunnen zelfs een beetje praten (en zingen) en vliegen soms spontaan in brand.

Vermoedelijk verwijzen deze zombies naar de jonge soldaten die tijdens deze oorlog hun onschuldige levens verloren, maar dan ga ik interpreteren en dat is altijd risicovol.

Ondanks de suggestie van een boodschap houdt Operation Undead zich niet in met de (overigens best creatieve) bodyhorror. Het is echt erg bloederig. Waarom word ik altijd onpasselijk van zombiefilms? De geluiden, het elkaar opeten, het hhhgghhhgg geluid. Je moet er wel zin in hebben.

Nog te zien op IFFR 2025

 

The Good Loan Sharks

The Good Loan Sharks – Amateurs versus grote crimineel (Maleisië)
Een man in laboratoriumpak wordt achtervolgd door gangsters en rent een flat in. Hij ontsnapt via balkons en komt bij het huis van een stel. Zij willen hem geruststellen en beginnen al zingend een verhaal te vertellen. Over de baas van een pretpark, Ah Long. Die heeft er genoeg van dat zijn zonen lopen te niksen en dwingt ze om hun eigen weg te volgen. ‘In het leven heb je ambitie, focus en discipline nodig.’ Ze schrikken zich kapot.

De zonen leren per toeval hoe je woekeraar kunt zijn, dus onderhandse leningen uitgeven en dan immense rente rekenen. Een winkel is de dekmantel voor hun ‘praktijk’. Als een echte misdaadbende erachter komt dat ze dit doen, willen ze hen een les leren. Als praten niet werkt, zoeken ze naar andere middelen. Oftewel: de amateurs versus de grote crimineel.

Wat een energie! Tussen de vele serieuze drama’s op IFFR vind je ook zo’n kleurrijke musicalkomedie als The Good Loan Sharks. Er wordt gezongen (je kunt meezingen), komisch geacteerd, gedanst. Er zitten talloze culturele grappen in (vader-zoonrelaties; citeren van miljardair Jack Ma; invloed tradities en religie). Het beste zou natuurlijk zijn om deze film in een Maleise bioscoop te zien – ik weet zeker dat er op los geschaterd wordt. Het zou me verbazen als deze productie daar geen hit wordt.

Een type ‘doldwaze komedie’, eerder The Naked Gun dan een sophisticated comedy. Voor zo’n type film is twee uur te lang en uitputtend. Maar vervelen doe je er niet bij en de acteurs zitten boordevol energie.

Opvallend is de belangrijke rol voor de coronaperiode. Iedereen draagt mondmaskers. En de criminelen hebben een nieuwe markt ontdekt: desinfecterende handgels. Het staat in het Maleis toegelicht voor de film begint – alleen was Covid-19 het enige woord dat ik ervan begreep.

 

An Errand

An Errand – Even een T-shirt en wat pillen halen (Filippijnen)
Moroy is privéchauffeur in Baguio. Zijn baas, een rijk man, zegt: ‘Kun jij voor mij een T-shirt halen met de Mona Lisa erop en meteen pillen mee terugbrengen?’ Manila is wel honderden kilometers ver weg van Baguio.

Moroy droomt onderweg lekker weg, van uitgaan met bevriende chauffeurs, eerdere uitstapjes met zijn baas, gesprekken met diens minnares. Puzzelstukjes vallen samen. Ze schetsen een beeld van een gedienstig persoon, die flarden van de louche zaken van zijn baas meekrijgt.

De film van Dominic Bekaert is gebaseerd op een verhaal van de schrijver Angelo Lacuesta, die ook nauw betrokken was bij de productie. Het is best aardig om  het verhaal rondom de productie te lezen, bijvoorbeeld dat Bekaert en zijn vrouw, die producer is van de film, ook nog een kind kregen precies op het moment dat ze de film afrondden.

Ambitieuze film. Dat hoor je aan de muzikale ondersteuning en zie je aan de aandacht voor kleur en details in beelden, waardoor IFFR er een ‘neo-noir’ in ziet. Je krijgt beelden van de verschillende klassen in de Filippijnen, rijk en niet zo rijk. Een gesprek met een masseuse. Een rij in een apotheek. Rijdend midden in totaal verlaten bergen. Etcetera.

Ik miste dramatische, spannende of komische momenten om een echte connectie met de film te maken, maar kon het wel waarderen dat de film clichékeuzes mijdt. Dat zorgt er wel voor dat de betrokkenheid van de kijker op de proef wordt gesteld. Toch is dit een van de weinige films op IFFR die ik (deels) twee keer heb gekeken.

Nog te zien op IFFR 2025

 

No Magic for Socialists

No Magic for Socialists – De horrorfilms die niet meer mochten van het socialisme (Myanmar)
De vroege films van Birma (het huidige Myanmar) zaten vol met spiritualiteit, horror en magie. Kunstenaar en regisseur Htoo Lwin Myo vertelt via interviews met betrokkenen het verhaal van de Myanmarese horror- en genrefilmindustrie uit de jaren vijftig.

In de film zien we voorbeelden van deze oude mysterieuze films. Iemand in een bos (een koning) eet een stuk fruit en verandert in een soort weerwolf. In een ander voorbeeld zien we hoe ze met eenvoudige effecten een reuze demon laten vechten met de kleine held. Dan vliegt er een vliegend bootje een rots binnen.

Begin jaren zestig veranderden ze de Birmese maatschappij in een socialistische, vertelt een oud-regisseur. ‘Vanaf dat moment kreeg geen een bovennatuurlijke productie nog volledige toestemming van de censor. Een gevolg was dat de visual effects verdwenen.’ Brave, melodramatische films namen het over.

De oude generatie krijgt nu alsnog erkenning. In een frappante scène zitten de nieuwe en oude generaties tegenover elkaar. De nieuwe bedankt de oude voor hun goede daden. ‘Nu mag u hulde geven aan de ouderen.’

Er zijn nog een paar voorbeelden, vrijwel allemaal in slechte staat. En passant gaat het ook een beetje over de Thaise filmgeschiedenis, waarin ook veel horror voorkomt. De toegankelijke (maar ook wel erg trage) documentaire neemt je mee naar een filmwereld waarvan je voor deze film vermoedelijk geen idee had.

Nog te zien op IFFR 2025

 

Finding Ramlee

Finding Ramlee – Imiteer je uit een schuld (Maleisië)
Een zanger met geldzorgen moet op appèl komen bij de crimineel Mr. Yusuf. ‘Ik beloof dat ik mijn schuld in een keer zal betalen.’ Gelukkig komt net Mr. Yusufs zus binnen die hem verwart met de zojuist overleden filmmaker P. Ramlee. En waarvan ze fan is. ‘Als je het dertig dagen doet voor haar, is je schuld weg.’

De namaak-Ramlee kwijt zich goed van zijn werk. Hij danst met de zus van Mr. Yusuf, vertelt over nieuwe films, kletst over Some Like It Hot. De nep-Ramlee heeft een zus, theatermaakster, die zonder te weten helpt met de kennis van nep-Ramlee, zoals anekdotes over zijn ‘voorbeeld’ Akira Kurosawa.

Aardig om eens een 70’s retrofilm te zien vanuit een ander land dan je gewend bent: Maleisië. De kleding, sfeer, drankjes, omgangsvormen, meubels, lampen etc.

De film is sympathiek maar ik had er wat meer van verwacht. Finding Ramlee combineert op een wel wat te verwarrende manier een hippe 70’s retro komische misdaadfilm, met een spannend verhaal (ontdekt zij zijn bedrog?) en puur Maleis melodrama. Veel van dit soort scènes hebben we bovendien al vaker gezien (‘Waarom heb je me niets over die leningen verteld?’ ‘Omdat je mijn kleine zus bent!’). Ook jammer dat het acteerwerk houterig is. Al met al iets te gemiddeld om je echt te laten verwonderen.

Nog te zien op IFFR 2025

 

Bury Us in a Lone Desert

Bury Us in a Lone Desert – Inbreker geronseld voor begrafenis (Vietnam)
Een inbreker breekt in een huis en ziet een pop op bed liggen. Hij wordt neergeslagen door een oudere man, die hem vervolgens vastbindt en vraagt of hij hem wil vermoorden. ‘Ik heb alles klaargezet, je hoeft alleen maar mijn lead te volgen. Niemand zal het ooit weten.’

De man – niet zo verrassend – blijkt een beetje apart. Zijn vrouw is tien jaar geleden overleden en hij heeft haar opgezet (de pop die de inbreker zag liggen). Hij laat de inbreker vrij en die gaat bij hem wonen. Hij wil dat hij hem helpt bij de begrafenis van hem en zijn vrouw in de woestijn.

De film van Nguyễn Lê Hoàng Phú heeft een zachtaardig en artistiek hart. Een rond beeld zie je niet elke dag. De film (60 minuten) volgt zijn eigen logica en biedt ook nog wat luchtige momenten. Het had wat vlotter gekund – maar het werkt wel.

Termite Feeding Show – Termieten strippen een stukje kabel (Taiwan)
Termieten hebben een stukje kabel vastgebonden en snijden er telkens een stukje af. Dat gaat naar de larven. Deze Taiwanese korte film van nog geen tien minuten geeft best wat droogkomische momenten en heeft wel iets van Jan Svankmajer. Ik miste alleen een plot.

 

6 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 


MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten

IFFR 2025 – Deel 3:
Videofanaten

door Bob van der Sterre

Het focusprogramma Hold Video In Your Hands biedt een aantal luchtige films over een praktisch verdwenen cultuur. Toch is de liefde voor VHS en videobanden soms nog steeds heel groot.

 

Videotheek Marco

Videotheek Marco – De opkomst en neergang van VHS
De videoband, een hele generatie is er groot mee geworden. Dat was op zichzelf een hele evolutie sinds de introductie eind jaren zeventig. Van banden met VCC, Betamax en VHS, zonder leeftijdswaarschuwing, naar VHS, dvd en blu-ray en met categorieën voor 12+, 16+ etc. En natuurlijk het middelpunt van die evolutie: de videotheek. Zowat elke stad had er een.

In 2003 waren er meer dan duizend zaken, nu zijn ze praktisch allemaal weg, verslagen door de streamingdiensten. In deze film van Gyz La Rivière krijgen we de hele videothekengeschiedenis, tot en met de mysterieuze Videotheek Marco in de passage van het metrostation onder de Beurs.

Vermakelijk en interessant, de trends van videotheken, technische veranderingen, liefhebbers. Luchtig gebracht en met heel veel archiefmateriaal. Van de populariteit van de Evil Dead-serie, tot de illegale kopieën die in beslag genomen werden. Met hier en daar een feit dat je nog niet eerder had gehoord, zoals dat er mensen waren die voetbalwedstrijden filmden in Turkije, de videobanden lieten overvliegen en verkochten in Nederland.

Het komt alleen in razende stroom over je heen. Want de film is geëdit met een vaart alsof nog de bus moest worden gehaald. Dat zorgt ervoor dat je weinig tijd hebt om alles goed tot je te nemen. En dat is best jammer want het is een boeiende geschiedenis waar veel maatschappelijke zaken aan vastzitten. Een paar rustpunten had de film goed gedaan.

Intussen leven we in het tijdperk van de streamingdiensten en begint de VHS-retrotrend. Mensen willen toch graag iets in hun handen hebben, blijkt.

Nog te zien op IFFR 2025

 

Directamente para video

Directamente para video – Mysterie rondom een Uruguayaanse slasher
In Uruguay verscheen in de jaren tachtig de lowbudgetthriller Acto de Violencia en un joven periodista. De regisseur was Manuel Lamas, die bijna alles zelf deed, montage, muziek, camera, etc. De cultfilm die direct voor videotheken werd gemaakt heeft fans. ‘Pyrotechnics for the soul’, noemt een fan het. Echt goed is de amateurfilm ook niet. ‘Alles fout doen is indrukwekkend.’

Niemand weet precies wie Lamas is of waar hij woont. Acteurs lijken spoorloos of willen niet praten. Hoe zit dat? Regisseur Emilio Silva Torres nam er geen genoegen mee en ging in 2021 de diepte in. Het leidt hem naar Buenos Aires en Ushuaia. Het mysterie rondom Lamas ontrafelt zich.

Het slotakkoord met de berghut is erg mysterieus. Wat je ervan moet maken is niet heel duidelijk, behalve dat Silva Torres zelf ook creatieve ambities heeft. En waarom niet, er zijn geen harde regels voor het mengen van docu en fictie.

Lamas blijkt geen sympathieke kerel, sadistisch en vrouwonvriendelijk, al is er op het eind toch nog een oude vriend om iets positiefs te zeggen over Lamas.

Nog te zien op IFFR 2025

 

Video Kings

Video Kings – Door de film heen kletsende vertalers
In de communistische tijd was het heel moeilijk om Hollywoodfilms te kijken in Tsjechië. Door de komst van video ontstond een groep liefhebbers die video’s ‘regelden’ (soms zelfs door met de trein naar Duitsland te reizen, video’s te huren, terug te reizen, te kopiëren en dan weer terug te brengen). Ze voorzagen de film van een dub in het Tsjechisch, waarbij ze álle stemmen deden. Het begon als lolletje maar ontwikkelde zich als illegaal handeltje op markten.

Deze docu uit 2020 spreekt met een aantal bekende dubbers. Ze tappen amusante anekdotes. Zoals die ene dub waarbij je op de achtergrond een ruzie hoort. ‘Ga jij nog het vuilnis buiten zetten?’ Of de telefoon die door de film rinkelt. Honden die door actiescènes heen blaffen.

De dub van The Brood was legendarisch: een van de slechtst vertaalde films ooit want die dubber sprak bijna geen Engels en zat zelf maar in te vullen wat er werd gezegd. Een andere kerel vertaalde een pornofilm: ‘Ik was dronken en ik verzon van alles, die versie werd populairder dan de gedubde Police Academy.’

Soms was het ook wel moeilijk. The Long Good Friday, met plat cockney, was nauwelijks te vertalen. Of in Godfather 2 wordt opeens Italiaans gesproken. Zelfs titels veranderden soms, The Terminator werd The Finisher of The Concluder. Deze traditie bestond ook in andere Oost-Europese landen.

Toen videotheken daar ook professionele films gingen verhuren, en het illegaal kopiëren serieuzer werd aangepakt, verdween de subcultuur. Toch zweren sommige mensen nog steeds bij een illegale kopie. Liefhebbers herkennen nu nog sommige dubbers: de fluisteraar, de mompelaar, of de religieuze, die fuck you vertaalde met: Ga heen en plant u voort.

Deze amusante documentaire is vooral anekdotisch, maar de betrokken personen zijn allemaal voorzichtig om het als een daad van verzet tegen het communistische regime te willen zien. Het was vooral iets om lol mee te hebben.

Nog te zien op IFFR 2025

 

Razones por las que soy un infeliz

Razones por las que soy un infeliz – Magische Chaplin-video’s
Een man zit op de wc. Hij kijkt naar alle graffiti en ziet een telefoonnummer. Hij belt. Geen gehoor. Dagen gaan voorbij. Hij huurt en bekijkt talloze Chaplin-video’s. Hij belt een paar dagen later opnieuw en krijgt een vrouw aan de lijn. Dan wordt hij zelf opgebeld op zijn werk. Wat hebben de Chaplin-films met dit alles te maken?

Deze Mexicaanse film van Ruben Nuño Lepe duurt slechts 22 minuten en doet zijn best om in die korte tijd je als kijker op het verkeerde been te zetten. Het had nog iets magischer gemogen.

Nog te zien op IFFR 2025

Meer zien? Bekijk het hele programma: Hold Video In Your Hands. Voor de liefhebber is er ook nog de IFFR VHS Club tijdens het festival.

 

4 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 


MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2025 – Deel 2: Kunstmatige intelligentie in opmars

IFFR 2025 – Deel 2:
Kunstmatige intelligentie in opmars

door Bob van der Sterre

Sinds je op menselijke manier met bots kunt chatten, is er weer een drempel geslecht in technologie. Het doet wat met ons nu we voor het eerst AI’s van dichtbij meemaken. Experimentele filmmakers zien er in elk geval kansen in. Genoeg voorbeelden op IFFR, vooral met korte films.

 

Gerhard

Gerhard – Kunstenaar Gerhard Richter door AI bespot
Gerhard Richter is een van de beroemdste kunstenaars ter wereld. Hij gaat naar zijn kantoor, een gigantisch gebouw, waar ‘8% met een kunstwerk vertrekt’.

Tijdens een meeting pitcht hij nieuwe ideeën zoals grijze blokkendozen midden in de stad. ‘De VAE bestelt er zeker vijf.’ ‘Zullen we ook een NFT uitgeven voor onze jongere klanten?’ ‘Goed idee. Is het wel namaakbestendig?’ ‘AI kan menselijke kunst niet reproduceren.’ ‘Ah, goed om te horen.’

Na het bezoeken van een commercieel ingestelde kerk, geeft hij een masterclass. ‘Noteer: pigment is de zuurstof van kunst.’ Een student pikt het lingo snel op: ‘Mijn canvas is een veldslag van kleuren.’ Een andere: ‘Deze kunst is een symfonie van rebelsheid.’ Dat loopt gruwelijk uit de hand, net als wanneer Gerhard kinderen met blauw laat spelen in zijn huis. De verf verandert in een rivier.

Behoorlijk geestige korte satirische mockumentary van Ulu Braun (slechts tien minuten) bespot mondiale topkunstenaars zoals Gerhard Richter. Ze hebben teams die hun werken in elkaar zetten en focussen zich meer op zakendoen dan kunst. Zijn voornaamste bijdrage aan zijn werk (in deze film) is het roepen van: ‘Gebruik de grootste rakel!’

De met AI gemaakte film zit vol schaamteloze fouten. Die zijn net zo hilarisch (zonnebril verdwijnt opeens, kind met drie vingers, hoofd aan rugzijde, etc.) als creepy (bij een van de vrouwen komt het hoofd opeens vanuit de nek tevoorschijn). Grappig is de zelfverzekerde opmerking van een student die volledig van AI is gemaakt: ‘Kunst zal AI outperfomen’.

Nog te zien tijdens IFFR 2025

 

Ethereal Rhythms, Everything Rhymes – AI-mannen met stropdassen die rondlopen
Vergelijkbaar is het eveneens deze met AI gemaakte film van Brecht Vanhoutte die ongeveer een kwartier duurt. Lopende mannen met stropdassen in een rood en blauw decor. Ondertussen geluiden van een station. De visioenen worden steeds nachtmerrie-achtiger.

Voor Vanhoutte was dit een persoonlijk verhaal, legt IFFR uit: ‘Bij het om leren te gaan met zijn geestelijke gezondheid onthult hij zijn innerlijke wereld met een experimentele reis met AI en texturen die vervlogen tijden oproepen.’

Net als bij Gerhard klopt er niet veel van het lopen van die mannetjes maar dat maakt het ook instant surrealistisch. Filmmakers worden vaak te pas en te onpas met David Lynch vergeleken maar dit is wel dezelfde geest, ook een flink bizarre trip. Nou nog de zeer mysterieuze film waar dit een intermezzo van zou kunnen zijn.

Nog te zien tijdens IFFR 2025

 

Empty Rider

Empty Rider – Zelfsturende auto met kunstmatige intelligentie staat terecht
Een zelfsturende auto, Vanguard 3181, wilde een uitvinder kidnappen. Het staat nu terecht in SimBeijing. Een ‘selfbot’ (die ‘verwarde zelfsturende AI-auto’s’ helpt) neemt het voor de auto op.

Een lastige rechtszaak. Bevindt AI als zelflerende machine zich ook in een kleutertijd en kan het dan wel gestraft worden? Dan komt de verdachte auto zelf aan het woord en begint over het ‘empty rider syndroom van’ zelfsturende auto’s.

Mooie, eigenzinnige korte film van Lawrence Lek raakt veel toekomstige discussiepunten over AI. Lek is een kunstenaar met interesse in futurisme en hij werkt vaak met virtual reality. Eerder maakte hij Notel, over het hotel van de toekomst. Enige wat deze film nog mist, is een plot.

Nog te zien tijdens IFFR 2025

 

Primitive Diversity – 92 en nog steeds eigenzinnig
Vorig jaar schreven we al over Cosmic Miniatures, die filmdocent + avantgardistische legende Alexander Kluge op 91-jarige leeftijd in elkaar had gezet. Nu is hij een jaar ouder en komt hij weer met een beeldessay over technologische ontwikkeling.

De focus ligt (volgens mij, ik denk dat niemand het precies weet) bij hoe de technologie van oorlogen ook cinema heeft gepusht. Net als in Cosmic Miniatures zie je veelal met AI gemaakte beelden en met teksten in comic sans-achtig lettertype als: ‘De geest kan elke vorm aannemen.’ Soms zien we ineens beelden uit het archief van Kluge: een door de stad rondlopende geit, een interview van een operazanger in een zwijgende film (de interviewer kan zijn lachen niet inhouden), een interview van een expert van een universiteit.

Opnieuw een rauwe, chaotische film voor Kluge-fans. Aan de ene kant ziet het er in elkaar geflanst uit, aan de andere kant heb ik er toch respect voor dat hij eigenzinnig zijn eigen weg blijft volgen. Ik vermoed alleen wel dat er nog wat plaatsen vrij blijven in de zaal.

Nog te zien tijdens IFFR 2025

 

Electric Child

Dan is er nog de Zwitserse speelfilm Electric Child óver kunstmatige intelligentie. Sonny en Akiko krijgen te horen dat hun pasgeboren zoontje Tōru maar een paar maanden te leven heeft. Maar Sonny werkt ook aan een superintelligente AI. Misschien dat die zijn zoontje kan redden? Maar wat als de AI steeds slimmer wordt en de mensheid bedreigd kan worden?

Er zijn al jaren films over en met AI op IFFR. Zie bijvoorbeeld deze talk die al in 2020 werd gehouden. Met het toegankelijker worden van AI-beeld, zijn er ook meer creatieve kansen voor kunstenaars en filmmakers. In 2024 werden de eerste animaties volledig met AI gemaakt, lees dit artikel in Forbes.

Van de meer avantgardistische filmmakers zal het steeds meer in handen komen van mainstream filmmakers. Het ziet nu nog vaak hilarisch uit maar het niveau wordt vast veel hoger de komende jaren en zal niet meer weg te denken zijn bij festivals als IFFR. Het biedt bijvoorbeeld perspectieven om veel goedkopere animaties te laten maken.

Als onderwerp gaat het ook al een tijdje mee, zoals Imagine in 2021 al een speciaal programma had. Zoals met veel films over technologische vernieuwingen, gaat het vrijwel altijd gepaard met spannende verhalen over een dystopische toekomst.

 

2 februari 2025

 

IFFR 2025 – Deel 1: Humor, of het ontbreken daarvan
IFFR 2025 – Deel 3: Videofanaten
IFFR 2025 – Deel 4: Zuidoost-Aziatische luchtigheid
IFFR 2025 – Deel 5: Baden in het zonlicht
IFFR 2025 – Deel 6: Films die de grenzen opzoeken
IFFR 2025 – Deel 7: Drie keer fictie versus werkelijkheid
IFFR 2025 – Deel 8: Tragische figuren

 


MEER FILMFESTIVAL