Isla Minima, La

*****

recensie  La Isla Minima

True Detective in Andalusië

door Alfred Bos

Spaanse thriller over verdwenen meisjes in een godverlaten moerasdelta die dankzij zijn rake psychologie naast een eigentijdse noir western een film is over Spanje op de overgang van dictatuur naar democratie.

Het Guadalquivir-moeras in de Zuid-Spaanse regio Andalusië is de locatie voor deze onderkoelde, met veel overmacht geregisseerde thriller. Het landschap is van een onbarmhartige schoonheid, bevolkt door sjofele dagloners, arglistige stropers en vissers die klussen als smokkelaar. Armoe en bijgeloof bepalen het dagelijkse leven. Hier zijn de feodale Middeleeuwen nooit helemaal verdwenen.

Recensie La Isla Minima

Seriemoordenaar
Wanneer na de jaarlijkse kermis in september de twee puberdochters van een lokale veerman zijn vermist, worden uit het verre Madrid twee rechercheurs naar La Isla Mínima, een vlek in de delta, gestuurd om het incident te onderzoeken. De speurders zijn tegenpolen, de een heeft een verleden bij de geheime dienst van dictator Franco, de ander is vanwege zijn anti-autoritaire denkbeelden uit zijn post gezet.

Als de vermiste meisjes gruwelijk toegetakeld worden gevonden, moeten Juan en Pedro, de rechercheurs, op zoek naar een seriemoordenaar die in de voorgaande jaren, ook tijdens de kermis, al heeft toegeslagen, alleen waren er toen geen lijken aangetroffen. Zonder forensische ondersteuning, het is 1980, maar met klassiek rechercheren – getuigen ondervragen, verdachten observeren, aanwijzingen natrekken – gaan ze op zoek. Ze raken verstrikt in het wantrouwen van de lokale gemeenschap, inclusief gespannen samenwerking met de militaire politie, maar vinden in een dramatisch climax de seksuele sadist.

La Isla Mínima

Rijk psychologisch canvas
Regisseur Alberto Rodríguez liet zich inspireren door het landschap van het Parque Nacional de Donona, een geïsoleerd moerasgebied tussen Sevilla en de Golf van Cadiz. De lege rietvlaktes, doorsneden door kreken en dijken, zijn in feite de hoofdpersoon van deze thriller. Pedro en Juan zoeken niet alleen naar een vrouwenhater die als een geest opgaat in het landschap, ze zijn op zoek naar hun ziel. Pedro (Raúl Aréalo) veracht zijn collega Juan (Javier Gutiérrez) en diens hardhandige ondervragingsmethodes. Juan heeft niet alleen een donker verleden, achter zijn branie worstelt hij met zijn gezondheid – en zijn sterfelijkheid. De levensgenieter Juan symboliseert het verleden, Franco; de idealist Pedro de toekomst, democratie.

Het is een rijk psychologisch canvas waarop Rodríguez zonder poespas en met veel beheersing het verhaalt schildert. Het wordt nog beter wanneer ook de psychologie van de lokale bewoners en hun motivatie messcherp blijkt getroffen. De pubermeisjes willen weg uit het godverlaten gat, de lokale bink denkt met zijn piemel, de guardia civil wil alleen maar de schijn van routine ophouden, de journalist zoekt gore details, de landeigenaar staat boven de wet en de vissers schromen politieaandacht. Alleen de stroper weet dat wegkijken nu niet helpt.

La Isla Mínima is een film over overgang en transformatie, over de schemerzone (gradiënt) waar het leven het heftigst is. De moerasdelta is het verraderlijke overgangsgebied tussen land en water. Daar moeten de speurders, de een op de overgang van leven naar dood, de ander tussen gefnuikte loopbaan en gerechtigheid, op zoek naar een schim die beweegt tussen schaduwen. En dat alles in een Spanje dat officieel een democratie is geworden, maar nog steeds de geest van Franco ademt. Zo’n film kan alleen maar noir zijn.

Recensie La Isla Minima

Hallucinante schoonheid
Dat Rodríguez een bovengemiddeld onderhoudende thriller met actie, menselijk drama en gelaagde personages kan maken, wisten we al van zijn vorige film, Grupo 7 (2012), over een team van vier undercover-agenten die infiltreren in het drugsmilieu van Sevilla, vlak voor de Wereldtentoonstelling van 1992. La Isla Mínima stijgt ver boven de genreconventies uit, mede door de setting en de schitterende fotografie. De met een drone gedraaide openingsbeelden van de moerasdelta, met getijdeneilandjes als menselijke hersenen, zijn van een hallucinante schoonheid. Die droneshots komen op goed gekozen momenten terug en scheppen, letterlijk, lucht. Ook is er oog voor detail, de climax wordt subtiel aangekondigd wanneer de eerste regendruppels op de voorruit van Pedro en Juans huurauto vallen.

La Isla Mínima kreeg in eigen land maar liefst tien Goya’s, het Spaanse equivalent van de Oscar, en werd internationaal, onder de titel Marshland, met applaus ontvangen. Hij fungeerde als openingsfilm van het eerste Amsterdam Spanish Film Festival, afgelopen mei, en draait nu, midden in de vakantieperiode, in de Nederlandse bioscoop. Daardoor is de kans groot dat de liefhebber een van de beste films die er dit jaar zal verschijnen, door omstandigheden misloopt. Dat zou spijtig zijn, want veel beter dan La Isla Mínima worden ze niet gemaakt: het is in feite de perfecte film.

 

6 juli 2015

 

MEER RECENSIES