De 6 beste rechtbankdrama’s

De 6 beste rechtbankdrama’s

Leden van de rechtbank, ik zal vandaag trachten de juridische significantie van de zes hieronder nader te behandelen films aan te tonen. De bewezenverklaring van deze significantie zal zich voltrekken in een per film individueel getrokken pleidooi waarbij ik verscheidene relevante rechtsbeginselen zal benoemen.

door Yordan Coban

Aangewezene ter terechtzitting
Niet alle rechtbankklassiekers verschijnen hier ter terechtzitting. Moge het de rechtbank behagen dat slechts een selectie van de zes beste films opgeroepen zijn. Rechtbankdrama’s draaien vaak om een enkele bijzondere afwijking in de procedure, of een verhaal dat een verrassende wending neemt bij elke procedurele stap.

Primal Fear

Er waren veel gegadigden voor mijn selectie, maar ik heb specifiek gekeken naar de belangrijkste juridische knooppunten die de films behandelen. Een film als A Few Good Men (1991) is buiten de selectie gelaten aangezien het slechts gaat om een getuigenverklaring. Zo ook de erg vermakelijke thriller Primal Fear (1993) omdat deze enkel gaat over de vraag of er sprake is van ‘een ziekelijke stoornis van verdachte zijn geestvermogens’. Ook Kramer vs. Kramer (1978) heeft de lijst net niet gehaald. Ondanks dat de film mij emotioneel erg aanspreekt acht ik deze juridisch toch net te weinig om het lijf hebben, en in de rechtszaal kan emotie niet de boventoon voeren.

Het Nederlandse recht
Verder heb ik overwogen de film Lucia de B. (2013) in mijn lijst op te nemen omdat deze gaat over een van de beruchtste missers van het Nederlands strafproces. Toch acht ik de film qua omvang niet doortastend genoeg om naast de andere grote namen in de banken te treden. Datzelfde geldt voor Mijn Vriend (1973) van Fons Rademaker. Een uiterst bijzondere zaak waarin een Belgische rechter veroordeeld wordt voor moord, diefstal en witwasserij. Echter klinkt het verhaal betreurend genoeg spectaculairder dan de uitvoering van de film.

Tot slot wens ik graag voor de rol benoemd te hebben dat ook JFK (1991) de revue gepasseerd is. De slotscène in de rechtszaal bevat één van de spectaculairste bewezenverklaringen in film, ondanks dat deze door de jury afgewezen wordt.

 

The People vs. Larry Flynt

6. – The People vs. Larry Flynt

Ik begin dit onderzoek ter terechtzitting met The People vs. Larry Flynt (1990). Deze liberale film van de pas overleden Milos Forman is een krachtig bepleiten voor de vrijheid van meningsuiting. Larry Flynt (gespeeld door Woody Harrelson) was wellicht meer opportunistisch dan principieel te noemen. Toch is zijn zaak essentieel voor de vrijheid van meningsuiting en een invloedrijke doorbreking van de preutsheid wat betreft pornografie in Amerika.

Mijn juridische hart gaat vooral sneller kloppen bij het pleidooi van de advocaat van Flynt (gespeeld door de nog jonge Edward Norton) voor het Hooggerechtshof van Amerika. De film stelt een aantal interessante vragen over de voorwaarden van strafbaarstelling en speelt zich af in een tijd waarin liberale sentimenten in wetgeving voet aan de grond krijgen. Deze zaak over de legaliteit van pornografie is niet alleen spraakmakend maar ook belangrijk voor de bepaling van de grenzen van het religieus paternalisme van de Amerikaanse staat.

 

Close-up

5. – Close-up

Met Close-up (1990) wijk ik enigszins af van mijn eigen opgestelde regels (wat contra legem heet in het recht). Deze Iraanse documentaireachtige film van Abbas Kiarostami gaat meer over kunst dan over rechten. Toch is er is een quote in Close-up die mij altijd bijgebleven is, die ik graag wil citeren. Het citaat bevat de definitie van het begrip kunst, op een wijze die ik als jurist erg kan waarderen. Juristen werken altijd met definities. Het enige echte gereedschap van de rechtswetenschap is taal. Definities zijn dus belangrijke hulpmiddelen bij het interpreteren en formuleren van rechtsregels.

Kunst wordt vaak erg vaag en klungelig omschreven, mede omdat het vrij omvattend is en juristen niet goed weten wat ze ermee aan moeten. Kiarostami leent zijn beschrijving van de Russische schrijver Tolstoj die het in zijn boek What is art? uitvoerig heeft over de betekenis van kunst. Indien de Hoge Raad of de wetgever nog op zoek is naar een definitie adviseer ik mee te schrijven: ”Art is the inner experience cultivated by the artist and conveyed to his audience.”

Deze definitie bevat een objectief en subjectief element. Het subjectieve zit in de emotie (inner experience), de niet meetbare ervaring van de artiest die hij hoopt over te brengen. Het objectieve zit in de zinsnede ‘audience’ die aangeeft dat kunst een publiek moet hebben. Wij bepalen per slot van rekening wat kunst is.

Kiarostami laat Hossein Sabzian, verdacht van bedrog, dit uit de grond van zijn hart in de rechtszaal verkondigen. Recht geeft ons de uiterste kaders van het legale menselijk handelen. Kunst geeft ons richtlijnen voor het menselijk handelen binnen deze kaders.

 

Anatomy of a Murder

4. – Anatomy of a Murder

Er zit een cruciale scène in Anatomy of a Murder (1959) waarin verdachte en tevens cliënt van advocaat Paul Biegler (gespeeld door James Stewart) vraagt hoe de jury de ingetrokken vraag kan vergeten? James Stewart antwoordt, bijna teleurgesteld, dat dat niet mogelijk is. In Nederland hebben we dan geen juryrechtspraak meer sinds 1813, maar bovenstaande probleem is ook in ons rechtssysteem niet geheel afwezig.

Rechtspsychologen waarschuwen al jaren voor het probleem dat ontstaat door onrechtmatig verkregen bewijsmateriaal, dat in sommige gevallen pas na kennisneming uitgesloten wordt van het dossier. Natuurlijk speelt het dan geen rol meer in de bewezenverklaring maar het kan wel degelijk de overtuiging van de rechter en het openbaar ministerie beïnvloeden. Ter waarborging zijn er sancties maar daar valt niet altijd genoegdoening mee te scheppen. Het is een complex fenomeen dat kan leiden tot tunnelvisie bij zowel het Openbaar Ministerie als de rechter. In een rechtssysteem dient men continu wegingen te maken tussen de belangen van waarheidsvinding en de rechten van verdachten. Er zijn geen goede antwoorden, slechts verschillende afstellingen.

Anatomy of a Murder laat verder zien dat de complexiteit van de zaak bij een rechtbankdrama niet van doorslaggevend belang is. De uitvoering met uitvoerig uitgewerkte actoren kunnen elke zaak weven tot een wals van emotie en suspense. Regisseur Otto Preminger neemt je mee de rechtszaal in, zijn kijkers zitten daadwerkelijk in de banken en luisteren aandachtig mee bij elke getuigenverklaring tot elke frons van de rechter.

 

Paths of Glory

3. – Paths of Glory

Paths of Glory (1957) gaat over machtsmisbruik van de elite, en wel door middel van het recht. De grondwet is juist opgesteld ter bescherming van het volk tegen de overheid. Voor het bestaan van de grondwet bestond de overheid uit de adellijke stand en de koning die met tirannie over het volk heerste. In Stanley Kubricks Paths of Glory zien we deze machtsstructuur in volle glorie bij een militair tribunaal ten tijde van de Eerste Wereldoorlog.

Een aantal soldaten worden berecht in een schijnproces, ter wraking van een gefaalde veldslag. Executie is de eis en vonnis lijkt onvermijdelijk. Het lot van de soldaten ligt in de handen van de verdediging van Colonel Dax (gespeeld door Kirk Douglas). Na een grandioos pleidooi waarin hij uit alle macht de menselijke waardigheid verdedigt, zien we de onverbiddelijkheid van een corrupt rechtssysteem.

Stanley Kubrick toont ons hoe cru de doodstraf is (in Nederland afgeschaft in 1870) op een wijze die doet denken aan hoe Lars von Trier de doodstraf demonstreert in Dancer in the Dark (2000). Maar primair vertoont Paths of Glory, op gelijke wijze als in In the Name of the Father (1993), het belang van een onafhankelijke rechtsprekende macht voor de bescherming van burgers tegen de tirannie van machthebbenden.

 

Judgement at Nurenberg

2. – Judgement at Nurenberg

Na alle bewonderenswaardige bovengenoemde pleidooien in rechtbankdrama’s is er één die er bovenuit springt: de verdediging van advocaat Hans Rolfe (gespeeld door Maximilian Schell) in Stanley Kramers Judgement at Nurenberg (1961). Dit personage belichaamt de legitimiteit en ethische complexiteit van de advocatuur in het recht. Ook stelt de film vragen over wat de waarde is van het geldende recht op papier ten opzichte van wat ethisch gezien voortvloeit uit het menselijke rechtvaardigheidsgevoel.

Martin Luther King stelde dat alleen rechtvaardig recht het werkelijke geldende recht zou moeten zijn. Toch heb je je aan de wet te houden en was het gelegaliseerde nazirecht, dat schuurt met elke menselijke waardigheid, de destijds geldende wet. Deze strijd tussen het geschreven positieve recht (wat ons rechtsbescherming biedt) en het ongeschreven natuurrecht (wat de bouwstenen van elk rechtssysteem vormt) leidt tot een fundamentele weging bij elke juridische discussie over legaliteit. In deze zaak brengt dat ons tot de rechtsfilosofische vraag of een officier die een onmenselijke, maar op dat moment geldende, wet volgt strafbaar is?
 
 
12 Angry Men

1. – 12 Angry Men

Elke grote filmliefhebber en elke goede jurist kent 12 Angry Men (1957), het meesterwerk van Sydney Lumet. De film draait om een van de meest fundamentele rechtsbeginselen van ons rechtssysteem: de onschuldpresumptie.

Een deel van de charme van de film zit in de eenvoud. Net zoals in My Dinner with Andre (1981), Rope (1948) en Rear Window (1954) speelt de hele film zich in één ruimte af. De jurykamer schikt zich gelijke een lege bladzijde waarop de twaalf mannen hun ideeën over de zaak kwijt kunnen. Als kijker luister je mee en volg je de debatten van een afstand. De camera staat aan het begin hoog, uitkijkend over de vergaderende koppen. Aan het einde van de film, als iedereen met passie zijn standpunten over de zaak verdedigt, is de camera onder de acteurs geplaatst. Zweetdruppels staan de mannen op het voorhoofd, de jasjes zijn uit en de hals is bevrijd van een stropdas. Zo betogen de acteurs driftig over de kijkers heen.

De cast is een indrukwekkend ensemble van gevestigde namen uit die tijd, met als voorman Henry Fonda, op dat moment primair bekend van The Grapes of Wrath (1940). Fonda is perfect gecast als het geweten van de evenwichtige, alles meewegende rechter. Een rol die alleen James Stewart of wellicht Tom Hanks ook zo beheerst zou hebben ingevuld. Hij staat, qua standpunten over de zaak, recht tegenover Lee J. Cobb, op dat moment bekend van zijn kwaadaardige rol in On the Waterfront (1954). Ook in die film is hij hard en onverbiddelijk, maar naarmate de discussie van de juryleden vordert, merk je dat hij niet per se kwaadaardig is, eerder koppig en onwetend.

Het feit dat je gedurende het debat over de zaak de personages alsmaar beter leert kennen, trekt je mee in het verhaal. Een verhaal van slechts twaalf pratende mannen in een zaal, maar doordat het verhaal met zijn personages zich langzaam openbaart, is het geen moment saai. In Dog Day Afternoon (1975) achttien jaar later zien we een bevestiging van hoe meesterlijk Lumet met spanningsbogen kan omspringen. De regisseur is een activist en zijn films zijn zowel inhoudelijk als stilistisch zo ingericht dat de kijker geen moment kan wegkijken.

De onschuldpresumptie is cruciaal voor een fatsoenlijk rechtssysteem. Zonder de onschuldpresumptie krijgen we een Kafkaëske wereld met vervolgingen, zoals beschreven staat in Kafka’s boek The Trial. Vervolgingen zonder rechten voor de verdachten en veroordelingen zonder bewijs.

Veroordeling dient in Nederland pas plaats te vinden bij het bereiken van een bewijsminimum en de persoonlijke overtuiging van de rechter. In Amerika kent men hiervoor de term ‘evidence beyond reasonable doubt’. Als alleen de overtuiging van de rechter (of in dit geval de jury) voldoende is voor veroordeling krijg je impulsieve gevoelsrechtspraak. Rechtszalen zitten vaak vol met emotie, intrige en drama, maar voor een rechtvaardig vonnis dat gelijk is voor iedereen dienen er objectieve waarborgen te zijn. Bij enige twijfel dient de verdachte het voordeel van de twijfel te krijgen. Het gaat hier namelijk wel om mensenlevens, predikt Fonda stellig tegen zijn jurygenoten. 12 Angry Men heeft niet voor niets de status van de beste rechtsfilm. Lumet mengt de emotie die triomfeert in kunst in een juridische vergadering en stelt zich tegelijkertijd principieel op in de zoektocht naar rechtvaardigheid.

 

30 november 2018

 
Alle leuke filmlijstjes