Deel 8: Ralph Evers
Top 10 van het Millennium
Oh Europa! Toen de vraag kwam om een top 10 vanaf 2000 te maken, kostte het me weinig moeite om de eerste 8 op papier te zetten. Monumenten van beeldesthetiek, eigenheid, menselijkheid en creatieve fantasie. De laatste twee bleken echter een worsteling van jewelste. Films herzien, wikken en wegen en wat te doen met de afvallers? Nou vooruit, omdat ze me ook na aan m’n filmhart liggen: Okuribito, The Broken Circle Breakdown, Mr. Nobody, Stellet Licht, A Londoni Férfi, Marie Heurtin, Ah-ga-ssi (The Handmaiden) en Ying Xiong (Hero) hebben het uiteindelijk niet gehaald.
door Ralph Evers
10. Interstellar (2014)
De evolutie heeft na Kubricks 2001 niet stilgestaan. Christopher Nolan komt met een intelligente sci-fi volgepakt met creatieve en ingenieuze vondsten. Zoals de zeeplaneet waar een uur gelijk staat aan 13 jaar op aarde. Of het gegoochel met de dimensies waar verleden en toekomst in het nu samenkomen. Nolan toont eens temeer zijn kunde het onmogelijke te verbeelden.
9. Springtime in a Small Town (2002)
Springtime in a Small Town (Xiao Cheng Zhi Chun) is een verstilde vertelling, ondersteund met prachtig camerawerk en subtiele muziek. De film kent een eenvoud die zo eigen is aan Aziatische cinema en filosofische traditie. Ongecompliceerde beeldtaal, die als ‘ondertiteling’ van het zielenleven verslag doet van wat er niet gezegd wordt.
8. The Turin Horse (2011)
This is the way the world ends, this is the way the world ends, this is the way the world ends. Not with a bang, but a whimper, dichtte T.S. Eliot in de beginjaren van de vorige eeuw. Torinói Ló (The Turin Horse, zoals de Engelse titel gaat, met verwijzing naar de gekwording van Nietzsche) vangt die profetische woorden van Eliot op magistrale wijze. Alle elementen van Béla Tarr, die hem voor mij zo briljant maakt, zijn aanwezig: lange monologen, contrastrijke zwart-witcinema in exact het juiste trage tempo en Breughelse blikken. Ditmaal met bijna valse cello en vrijwel uitgeklede beelden.
7. Les Triplettes de Belleville (2003)
De tekenstijl van Sylvain Chomet roept vervlogen tijden op van sigarenrook in bruine, warme jazzclubs waar de swing nog klinkt. Pure nostalgie, alsof je naar een stomme film kijkt, maar dan met karikaturale uitvergrotingen. Het verhaal is verweven rondom de typische rokerige, broeierige sfeer van de Franse thrillerklassiekers van weleer, met ditmaal een assertieve, vindingrijke oma en een drietal zangeressen die er zo hun eigen stijl op nahouden.
6. The Congress (2013)
Moderne technieken, waarmee Hollywoodsterren voor eeuwig jong blijven (ook heerlijk nummer van Alphaville), gemengd met existentiële bezinning over sterfelijkheid, geluk en maakbaarheid gegoten in de tofste transformatie van de afgelopen 20 jaar. Van film naar animatiefilm vol hallucinante droombeelden en anachronismen. Met Max Richter voor de filmscore in optima forma.
5. Risttuules (2014)
Beeldschoon beeldgedicht dat als een trage, verstilde dans van tableaux vivants vorm krijgt, rondom een groot verdriet, te weten: de Sovjet-holocaust onder het Stalinregime die de Baltische landen ten deel viel. De scène met de berkenbomen doet denken aan de berkenboom-scène in Tarkovski’s oorlogsdrama De jeugd van Ivan. Eens temeer blijkt de kracht van zwart-wit cinematografie.
4. Sieranevada (2016)
Kijk ik naar een film, of ben ik op de een of andere manier als spook terechtgekomen in een familieruzie. Van de eerste tot de laatste seconde gefascineerd en verwonderd naar echte mensen gekeken en op de radio ook nog eens de rockklassieker Errors of my Way van Wishbone Ash, wat een traktatie!
3. La grande bellezza (2013)
Duizelingwekkende cameravoering, wonderschone en diverse muziek, bijzondere ontmoetingen, speelse satire, fragmenten en leegte van luxe, een verterende herinnering aan jeugdliefde, een ode aan Rome en haar vele openlijke en verborgen schoonheden.
2. Spirited Away (2001)
Wat animatiefilms vooral moeten doen, is betoveren. Het tot leven roepen van de fantasie. Als er één film is die daarin geslaagd is, is het wel Spirited Away (Sen to Chihiro no Kamikakushi) van Hayao Miyazaki.
1. Werckmeister Harmóniák (2000)
Gemakkelijke keuze. De nummer 1 in mijn lijst is een film van Béla Tarr die ik kan blijven kijken. Een zwart-witte harmonie in mineur die als een meditatie voort glijdt. Zoals de echt goede werken telkens iets anders laten zien en al ettelijke duidingen gehad hebben. Ik kan me de avond in de Groningse RKZ Bios nog levendig herinneren en ook die melodieus klinkende Hongaarse taal en dat allegorische begin van de film die mijn associatieve brein direct in de overdrive zette. Niet lang daarna alles van de man verslonden en de soundtrack opgezocht. Nog steeds een van de mooiste soundtracks, die een harmonie met het beeld aangaat.
22 december 2019
Deel 1: Cor Oliemeulen
Deel 2: Tim Bouwhuis
Deel 3: Michel Rensen
Deel 4: Bob van der Sterre
Deel 5: Ries Jacobs
Deel 6: Sjoerd van Wijk
Deel 7: Yordan Coban
Deel 9: Alfred Bos