Filmmarathon Jeanne Moreau

5 onbekende films van bekende Franse actrice
Filmmarathon: Jeanne Moreau
Twee redacteuren van InDeBioscoop dompelen zich een weekend lang onder in de goede dingen des levens en vijf relatief onbekende films van de Franse actrice Jeanne Moreau.

 

1. La mariée était en noir (1968)

BOB:
De 8 kilometer wandeling is achter de rug, de Olympische medaille op de 10 kilometer binnen, en dan nog voor de echte diehards een Jeanne Moreau-marathon! Met een smakelijke Truffaut-lunch om de filmavond mee te starten. Begint goed: Jeanne Moreau die moorden pleegt aan de lopende band, terwijl ik de aanval inzet op de pindakaaspot. Een beetje Kill Bill op zijn Frans… Tuez Guillaume peut-être…. Haar altijd iets te droevige, bozige gezicht past goed bij deze wraakzuchtige weduwe. Ze kan iemand van het balkon wieperen, rustig door de feestgangers weglopen en dat geloofwaardig houden.

Moreau is prima, de film (gebaseerd op een boek van Cornell Woolrich) toch wat minder. Truffaut die iets te veel naar zijn eigen stijl zoekt. Btw: doen jullie dat ook in Uden zoals de karakters in deze film: sigaren roken, drinken en dan schieten op kerkhanen? Dan weet ik wat me nog te wachten staat.

De schrijver van het script van deze film (Jean-Louis Richard) is trouwens de vader van haar enige kind.

En wist je trouwens dat Kate Bushs liedje The Wedding List is gebaseerd op deze film? Leuke vraag voor een filmquiz (alleen heb ik het antwoord hier dus al verklapt).


COR:

Nee, dat dat leuke liedje van Kate Bush (al even mysterieus als de vrouw die Jeanne Moreau hier speelt) is gebaseerd op deze film, wist ik niet. Ik had wel al direct de indruk dat Quentin Tarantino dit verhaaltje over de in zwart geklede bruid moest hebben gezien als inspiratie voor Kill Bill. Echter waar Moreau best inefficiënt een huisvader opsluit in een kast onder de trap, de kieren dichtplakt, zodat de man uiteindelijk stikt, kiest Tarantino 35 jaar later resoluut voor afgehakte hoofden.

Tijden veranderen. Sigaren roken, drinken en dan op kerkhanen schieten, doen wij hier niet meer. En als wij dit nog zouden doen, zouden wij niet zo hopeloos missen als de man die na een duw per ongeluk geen haan, maar een mens, doodschiet.

Wist je trouwens, Bob, dat je van te veel pindakaas depressief kunt worden? Pak gerust nog wat zelfgemaakte pompoentomatensoep voordat die koud wordt…

Regisseur François Truffaut moet het inderdaad niet hebben van het (vergezochte) plot, hoewel ik de laatste afrekening van Moreau wel origineel vind. Ik dacht dat hij wel wat meer spanningselementen had gebruikt uit de reeks interessante gesprekken met ‘master of suspense’ Alfred Hitchcock niet lang voor de opnamen.

De samenwerking tussen Moreau en Truffaut was in de klassieker Jules et Jim (1962) uiteraard een stuk geslaagder, toch ben ik blij dat ik nu ook deze film heb gezien.

 

2. The Train (1964)

COR:
John Frankenheimer was zijn tijd vooruit. Zijn vroegere films laten zich kenmerken door sociale en filosofische thema’s, denk aan
Birdman of Alcatraz, Seven Days in May en The Manchurian Candidate.

The Train, dat hij tussendoor maakt, kende ik nog niet, en zeker niet dat Jeanne Moreau daarin een bijrol speelt. Dat komt misschien omdat films vol nazi’s al snel mijn eetlust bederven en het feit dat ze geen Duits maar Engels spreken. Wat mij altijd opvalt, is dat Engels sprekende nazi’s met een dik Arnold Schwarzenegger-accent de grootste klootzakken blijken.

In dit avonturenverhaal over nazi’s – die net voordat ze de oorlog verliezen een immense schat van Franse schilderijen per trein naar hun thuisland willen vervoeren – springen de originele cameraperspectieven direct in het oog. En natuurlijk ook Frankenheimers huisacteur, Burt Lancaster, als stoere, maar ook als geloofwaardige held, die zijn leven riskeert om de kunstwerken te redden.

Zo laat hij zich zomaar in zijn been schieten, zodat hij zich liefdevol kan laten verzorgen door het personage van Jeanne Moreau.

Onderhoudende, wat lange film, zeker voor een marathon. Wat vond jij trouwens van de confrontatie tussen de held en de schurk in de finale? Of vond je Lancaster eigenlijk geen held omdat het redden van de kunstschat ten koste ging van al die doden?


BOB:

Wacht even, depressief worden door pindakaas? Zo’n mooie Hollandse uitvinding? Niets is meer heilig tegenwoordig. Wie eet er nou ook te veel pindakaas? Zou Jeanne Moreau wel eens pindakaas hebben gegeten? Ik gok van niet. Alain Delon vast wel, die had een Nederlandse vrouw. En schoot misschien ook soms op kerkhanen.

Zulke meanderende gedachten gaan wel door je heen bij het geduldige uitwerken van dit plot. Overigens wel goed gedaan, laat dat maar aan Frankenheimer over. Hij wist hoe je spannende actiefilms in beeld moest brengen, zoals die formidabele choreografie aan het begin, als iedereen door elkaar heen loopt, en het treinstationbombardement waar vier maanden voorbereiding aan zat.

Ja, wat kan die Lancaster slepen met een been! Dat was trouwens een echte blessure die hij opliep door een stomme actie op een golfterrein (tijdens het maken van deze film). Dus werd hij zogenaamd in zijn been geschoten. Hij was deze film ook natuurlijk, liet regisseur Arhur Penn vervangen door Frankenheimer, en zei daarna: “Frankenheimer is a bit of a whore, but he’ll do what I want.

Moreau de hoteldame als functioneel Lancasterliefje. Schudt ze ook weer uit haar mouw. Te weinig in beeld helaas. En die finale? Ik verraad niet graag eindes… Let wel op hoe weinig Lancaster nog te zeggen heeft in het laatste half uur. Grimassen doet hij genoeg.

Is er nog wat van die geweldige citroenmelisserooibosthee?

 

3. Mademoiselle (1966)

BOB:
Het is bizar maar hier is Jeanne Moreau nog gemener dan in Le mariée était en noir. Daar had de wraakneming nog zin, hier zet ze sluizen open en steekt ze dingen in de brand omdat ze niet goed bij haar hoofd is. En weer een weduwe! Daar houden de overeenkomsten mee op. Deze Moreau is vreselijk onsympathiek – wel top neergezet door haar, vermoedelijk een van haar betere rollen. Verrassend interessante film over discriminatie en dat midden op het Franse platteland. Af en toe wel lastig als je dierenliefhebber bent…

Tony Richardson was de maker ervan. Daar weet jij vast meer over te vertellen.

Niet geeuwen, Cor, we zijn pas net halverwege. Wees blij dat we straks met een western eindigen en niet met het nonnendrama Le Dialogue des Carmelites.

De soep is alweer even geleden. Wat staat er eigenlijk op het menu?


COR:

Als jij straks die aardappelschijfjes en wat vegetarische burgers bakt, kook ik de broccoli. Wat vind je trouwens van die biologische Merlot?

Prachtige, donkere film hoor, Mademoiselle! Moreau als schooljuf heeft inderdaad duidelijk een probleem, dat ze wil botvieren op haar dorpsgenoten, en zelfs een leerling. En wat een verademing dat het nooit echt duidelijk wordt waarom ze regelmatig de boel in de fik steekt.

Ondertussen krijgen, zoals dat gaat, de vreemdelingen (in dit geval Italiaanse gastarbeiders) de schuld van de rampspoed die zich in dit normaliter rustieke dorpje voltrekt.

Regisseur Tony Richardson was een grote naam van de Engelse new wave en maakte mogelijk deze film in Frankrijk vanwege zijn liefde voor Jeanne Moreau, hoewel hij ten tijde van de opname nog met Vanessa Redgrave was getrouwd.

De onbestemde sfeer met het kunstzinnige, schaduwrijke liefdesspel in de bossen doet mij denken aan modern toneel. Daar kan volgens mij geen nonnendrama tegenop. Hoewel… misschien binnenkort Benedetta van Paul Verhoeven.

 

4. Mata Hari, agent H21 (1964)

COR:
Beste Bob, ik begrijp je fascinatie voor Silvia Kristel als Mata Hari, maar we mogen aannemen dat iemand als Jeanne Moreau zich niet letterlijk in allerlei bochten hoeft te wringen.

De film is van Jean-Louis Richard, die slechts vier films regisseerde, en zoals ik van jou begreep, meeschreef aan het scenario van La mariée était en noir, maar – jawel – ook tien jaar later aan Emmanuelle, mét Silvia Kristel!

Net zo vunzig wordt deze Mata Hari bij lange na niet, hoewel niemand minder dan Jean-Louis Trintignant op zijn welbekende manier van poëtische tekstopleperij de (vermeende?) dubbelspionne uit de kleren probeert te lullen.

Moreau is zeker geen miscasting, maar door de warrige regie beklijft haar vertolking niet, of het moet zijn hoe ze in de finale na haar terechtstelling als een slappe vaatdoek aan een houten paal blijft hangen.


BOB:

Ja,
net zo teleurstellend als geruststellend dat deze film niet het schandalige opzoekt maar er een middelmatig spionagedrama van maakt. Moreau krijgt flink de kans om zich uit te leven als de spionne, en heel waarschijnlijk omdat Richard dus haar ex-man was met wie ze een kind had. Dat is Jerôme Richard, die rolletjes had in niet misselijke films als Domicile Conjugal, La Grande Bouffe en Céline et Julie vont en bateau, waar hij nu vast op zijn oude dag nog vaak over vertelt.

Het script voor Emmanuelle Wat een toeval. Kristels Mata Hari van twintig jaar later (die ongetwijfeld veel vaker is bekeken dan deze) moest het doen met ene Joel Ziskin (zijn enige filmscript: een 3,8 op IMDb). Richard schreef ook het script voor Fahrenheit 451 die net op InDeBioscoop is besproken.

Trintignant zag ik laatst als creep in Flic Story, misschien moet je die eens kijken, daar lepelt hij niets op maar schiet des te meer kapot.

Moreau is degelijk maar kan de film niet echt redden. Nog maar een wijntje halen. Had ik geen Kroatische wijn cadeau gegeven om zelf op te drinken?


5. Monte Walsh (1970)

BOB:
Godzijdank eindigen we met een western, die er altijd wel lekker ingaat, net als de Kroatische wijn (goede keuze van de wijnboer bij het station Rotterdam Centraal). William. A. Fraker als regisseur? Wie is dat? Heeft toch de cinematografie van Bullitt en One Flew Over the Cuckoo’s Nest gedaan. Hij ging voor een echte regisseursloopbaan en Monte Walsh had het dan moeten zijn. De film heeft wel een frisse en alcoholloze Lee Marvin (hij mocht niet drinken tijdens de opnamen) en natuurlijk Jeanne Moreau als zijn liefje, best wel een lieve relatie (en dat terwijl Lee Marvin eigenlijk helemaal niet op Moreau zat te wachten maar op Deborah Kerr), maar de film ontstijgt toch niet het gemiddelde.

Moreau speelt geconcentreerd – zoals altijd eigenlijk – maar moet veel lachen in deze rol en daarin is ze wat minder overtuigend. Vraag is wat ze zag in de rol in deze film. Zei zei wel: ‘Lee Marvin is mannelijker dan wie dan ook met wie ik gespeeld heb.’ Jack Palance moet trouwens ook al de hele tijd lachen… Vrolijke boel in deze western maar echt grappig wordt het niet.

Moreau blijft fascinerend als actrice. Ze werkte echt met bijna alle grootheden der aarde. Orson Welles noemde haar ooit de beste actrice ter wereld. In Baie des Anges en Le journal d’une femme de chambre vond ik haar voortreffelijk maar ze kan ook ‘dienstbaar’ zijn, zoals in Le Paltoquet of deze film. Een echte professional.

En nu maar maffen.


COR:

Ho ho, na onze filmmarathon kunnen we nog net de finish van de Olympische marathon kijken! Wow, een Nederlander wordt tweede, en zijn Belgische trainingsmaatje derde.

Ondertussen voel ik de vermoeidheid in mijn eigen benen van onze wandeltocht en vallen mijn ogen langzaam dicht. In gedachte zie ik nog hoe Lee Marvin met veel bombarie een wild paard probeert te temmen en daarbij het halve westerndorp sloopt.

Liever droom ik nog wat over Jeanne Moreau. Iets met een lift naar het schavot…

 
22 augustus 2021

 
Meer filmmarathons