**
recensie Titane
Spel met seksualiteit en identiteit
door Jochum de Graaf
Titane, de tweede film van de Franse filmregisseur Julia Ducournau, won afgelopen juli verrassend de Gouden Palm. Verrassend omdat het niet alleen pas de tweede keer was dat een vrouw de prestigieuze prijs won, maar vooral ook omdat voor het eerst in de geschiedenis van Cannes een film uit het horrorgenre zo bekroond werd.
Juryvoorzitter Spike Lee was zelf zo enthousiast dat hij bij begin van de prijsuitreiking al de uitslag verried. De kritiek was niet onverdeeld positief, sommigen roemen Titane vooral als een ‘futuristische kijk op seksualiteit’, ‘een ontroerende meditatie over identiteit’, anderen zien het als een ‘verknipte, bombastische uiting van body horror’.
Autofetisj
Nu maakte Ducournau zes jaar geleden in Cannes al naam met haar debuutfilm Raw, waarin een eerstejaars studente diergeneeskunde, vegetariër, een onverzadigbare honger naar mensenvlees ontwikkelt. Je hoeft dan ook niet vreemd op te kijken van de buitenissige plot van Titane waarin hoofdrolspeelster Alexia (Agathe Rousselle) als kind na een auto-ongeluk een titanium plaat boven haar oor ingeplant krijgt en op latere leeftijd een bizarre autofetisj ontwikkelt.
Aanvankelijk krioelt ze als pitspoes op autoshows geil over de motorkap van sexy sportwagens, allengs nemen haar seksuele aberraties toe en heeft ze zittend op de achterbank geslachtsgemeenschap met een uit de kluiten gewassen Cadillac. Haar buik begint te zwellen, ze lijkt zwanger te worden; als ze geweld gebruikt of geslagen wordt, sijpelt bloed uit haar wonden zo zwart als motorolie. Haar ongebreidelde seksdrive slaat om in een onbeheerste dwang tot een serie moorden, ‘Love is a dog from hell’ heeft ze op haar borst getatoeëerd.
Om onherkenbaar voor de politie te blijven, slaat Alexia zich blauw, breekt haar neus op de rand van een toilet, scheert haar haar af, bindt haar borsten af en kleedt zich als man. Op de vlucht wordt ze liefdevol in de armen gesloten door de macho brandweercommandant Vincent (Vincent Lindon), ook al zo’n getormenteerd personage, Hij tracht de aftakeling van zijn gebronsde bodybuilderslijf met anaboleninjecties tegen te gaan, en ziet in de androgyne Alexia zijn al jaren vermiste zoon Adrien.
Zinloos
Alexia wordt Adrien en Adrien wordt op den duur weer Alexia, een non-binair persoon. We zien haar evolueren van iemand die bruut is tot iemand die meer verfijnd wordt en zachtaardig is. In het begin, als pitspoes, is ze een stoere fysieke vrouw; halfweg, in het brandweermilieu, is ze een schuchtere zwijgzame wat in zichzelf gekeerde jonge man om uiteindelijk weer als vrouw het leven te schenken aan een baby met een titanium ruggenwervel.
Dit spel met seksualiteit en identiteit houdt de vaart wel in de film, vooral door het goede acteerwerk van Agathe Rousselle. Maar de seksuele aberratie met auto’s en met name in het luchtledige hangende reden waarom ze zich tot seriemoordenaar ontwikkelt, komt tamelijk ongeloofwaardig over.
Misschien zit de crux in de scène als Alexia op een feestje na een lesbisch liefdesspel eerst haar vriendin om het leven brengt en vervolgens ook een toevallige getuige. Wanneer ze daarna nog weer een opduikende partyganger ontwaart roept ze uit: ‘met hoeveel zijn jullie hier eigenlijk’. Fans van het horrorgenre zullen dit wellicht als goede zwarte humor ervaren, maar de verbetenheid waarmee Alexia te werk gaat, heeft toch vooral het effect van buitensporig zinloos geweld.
De relativerende groteskheid waarmee bijvoorbeeld Tarantino geweld in beeld brengt, ontbreekt totaal in Titane. Op geen enkel moment kan er in de bijna twee uur van de film al is het maar een glimlach vanaf. Dat maakt dat, gepaard aan de vrij zwakke slotscène, het negatieve oordeel van vooral een verknipte, bombastische horrorfilm toch overheerst.
25 augustus 2021