Infancia Clandestina

***

recensie  Infancia Clandestina

Leven met een valse identiteit

door Wouter Spillebeen

Argentijns regisseur Benjamín Ávilla brengt een klein verhaal over de grote burgeroorlog die zijn land in de jaren ’70 in de ban hield. 

In 1979 keren Christina en Horacio met hun zoon Juan na jarenlange ballingschap terug naar Argentinië. Ze zijn antiautoritaire activisten, in een constante guerrillastrijd verwikkeld met paramilitaire organisaties. Om zichzelf te beschermen meten ze zich valse namen aan. Net als zijn grote held Ché Guevara dat deed in Congo en Bolivia, houdt Juan – alias Ernesto Estrada – zijn echte identiteit geheim. Wanneer hij in de huid van Ernesto kruipt, smelten al zijn zorgen weg. Hij gaat naar school, maakt vrienden, gaat op kampeertrips en wordt verliefd.

Heisa
De ouders van Juan proberen hem ver van de gevechten te houden, maar toch voelt hij elke dag de impact. Strijders vergaderen in zijn huis en rouwen om gevallen kameraden. Wanneer Horacio sirenes hoort, komen de wapens boven. In alle heisa is oom Beto een vriend en vaderfiguur voor Juan. Hij helpt hem in de liefde en met zijn verjaardagsfeestje terwijl zijn ouders hun oorlog boven alles stellen. Dankzij zijn oom Beto beleeft Juan bijna een echte jeugd, weliswaar in de clandestiniteit.

Infancia Clandestina

Surrealistische toets
De scènes die voor Juan het meest traumatisch zijn, worden uitgebeeld met geanimeerde tekeningen, zoals wanneer zijn vader voor zijn neus beschoten wordt. Dat effect symboliseert hoe een kind een trauma beleeft en verwerkt. De dromen en fantasieën van Juan weerspiegelen de kindse hoop en het verwerkingsproces dat hij doormaakt wanneer de guerrillaoorlog zijn familie uiteen rijt. Hij stelt zich zelfs levendig zijn eigen uitvaart voor. Die momenten geven de film een surrealistische toets, wat een welkome afwisseling is voor de sobere manier waarop de rest in beeld wordt gebracht.

Argentijnse situatie
In de film wordt de Argentijnse situatie niet afdoende geschetst. Na de openingsscène leggen enkele regels tekst uit dat paramilitaire groepen op activisten jagen, maar tenzij je voorkennis hebt, is die uitleg niet genoeg. Bovendien is een guerrillaoorlog, in tegenstelling tot de jeugdige escapades van Juan, niet iets waar een West-Europees publiek zich mee kan identificeren. Daarom is het verhaal van Infancia Clandestina wat ver van het bed.

Hetgeen Infancia Clandestina ervan weerhoudt geniaal te zijn, is net wat de grootste troef moest worden: het acteerwerk. De jongste acteurs slagen er niet in diepe emoties over te brengen, ze lijken hun regels soms af te rammelen. Wanneer Juan bijvoorbeeld hoort over de dood van een familielid, heeft zijn hysterische reactie niet de impact die verhoopt was. Dat haalt de anders aangrijpende ervaring naar beneden.

 

25 juni 2013

 

MEER RECENSIES