****
recensie Jeunes Mères
Zo moeder, zo dochter
door Cor Oliemeulen
In Jeunes Mères volgen de broers Jean-Pierre en Luc Dardenne vijf tienermoeders in een opvanghuis. Verbondenheid draagt hen door de strijd voor een hoopvolle toekomst. Voor het eerst in jaren eindigen de Waalse cineasten niet in beklemming, maar met een klein, stralend gebaar: een baby die lacht.
In de drie vorige films van de Dardennes – La fille inconnue (2016), Le Jeune Ahmed (2019) en Tori et Lokita (2022) – had je vaak een gevoel van spanning en beklemming. Donkere interieurs, smalle kadreringen en een nadruk op gesloten ruimtes versterkten het gevoel dat de personages gevangen zaten in hun situatie. In Jeunes Mères zit veel meer ademruimte: empathie en observatie zijn belangrijker dan dreiging en spanning. Bijna rustgevend zijn sommige scènes in het opvanghuis als de camera langzaam van de ene naar de andere kant pant, zodat je een betere indruk krijgt van de omgeving waarin de personages functioneren.

Spontaan… maar tot in detail geregisseerd
Meestal is er in de films van de Dardennes sprake van niet-professionele acteurs of acteurs met weinig filmervaring, een handheld camera die dicht op de huid van de personages zit, met echt licht en echte locaties. Alsof je er als kijker toevallig bij bent. Maar in werkelijkheid zijn bijna alle scènes volledig gescript en uitgebreid gerepeteerd. Zelfs de camera’s zijn vooraf precies gepositioneerd. En toch heb je nog steeds soms het idee dat je naar een documentaire zit te kijken.
Het knappe is dat je al die voorbereidingen bij een film van de broers Dardenne niet doorhebt, omdat de scènes zo realistisch overkomen. Dat geldt dus ook voor de fragmenten met de vijf tienermoeders in Jeunes Mères, die we om beurten volgen in een korte introductie, waarna we geconfronteerd worden met hun worstelingen.
Ongevraagde erfenissen
Vaak is de vaderfiguur onbekend of een loser. Dat merkt bijvoorbeeld Perla, die vol verwachting en dromen, de vader van haar kindje gaat ophalen bij de poort van een jeugdgevangenis. Maar hij gaat liever meteen naar zijn vrienden om te blowen. Een positieve uitzondering is Julie’s vriendje. Voorheen leefden ze samen als drugsverslaafden op straat en nu brengen ze hun dochtertje voor het eerst naar de crèche.

Ook Jessica, Ariane en Naïma snakken naar een gezinnetje, en vinden steun van de medewerksters van het opvanghuis waar ze verblijven en steun van elkaar. Wat opvalt, zijn de achtergronden waardoor de meiden hier zijn beland. Ze zouden bijna allemaal een kopie van hun eigen moeders kunnen zijn, en proberen zich te realiseren dat ze dezelfde valkuilen moeten zien te vermijden. De confrontaties tussen Jessica en haar moeder, die niet wil vertellen waarom ze haar dochter destijds heeft afgestaan en haar verbiedt om bij haar huis te komen, snijden misschien wel het diepst door de ziel.
Morele vragen zonder handleiding
Het prettige van de meeste Dardenne-films is dat je als kijker zelf mag oordelen over de personages en de situaties waarin ze verzeild zijn geraakt. Anders dan hun sociaal-realistische Britse vakbroeders, regisseur Ken Loach (89 jaar) en zijn vaste scenarioschrijver Paul Laverty, onderzoeken de Dardennes niet expliciet de oorzaken van de ongelijkheid bij hun personages; Loach en Laverty verweven zulke persoonlijke verhalen juist nadrukkelijk met het politieke en maatschappelijke systeem. Hun drama’s als I, Daniel Blake (2016) en Sorry We Missed You (2019) zijn niet alleen bewogen en ontroerend, ze dienen ook als politiek pamflet. De Dardennes werpen liever ethische vragen op dan die zelf te beantwoorden.
13 augustus 2025
