Ilse Werner: de Nederlandse diva van de nazi-cinema

Ilse Werner: de Nederlandse diva van de nazi-cinema

door Alfred Bos

Ilse Werner was voor de Duitse film van de oorlogsjaren wat Ingrid Bergman voor de vrije wereld was. Na de oorlog werd ze in ´die Heimat´ een tv-ster.

De Duitse cinema uit de jaren 1933 tot 1945, de tijd van het nazi-regime, is weinig bekend. Film was voor Joseph Goebbels, minister van propaganda in het Derde Rijk, het voornaamste middel om de emoties van de massa te kneden. Onder zijn toezicht (censuur) produceerde de vermaarde UFA Studio in Babelsberg, Berlijn ruim duizend films. Die waren bestemd voor de thuismarkt: Duitsland, en vanaf 1938, de door de nazi’s bezette en bestuurde landen. Daarbuiten is het merendeel van de films niet te zien geweest. Na de val van Hitlers regime waren ze besmet met het nazi-odium en verdwenen uit de filmgeschiedenis.

Ilse Werner

Zo verdween ook Nederlands grootste filmster van dat moment uit het collectieve bewustzijn. Ilse Werner was het gezicht van de Duitse cinema tijdens de oorlogsjaren. Die rol viel haar toe nadat Marlene Dietrich niet inging op Hitlers invitatie om Hollywood te verruilen voor Berlijn en Ingrid Bergman na één film, Die Vier Gesellen (1938), had bedankt voor de eer om als uithangbord van Goebbels´ propagandamachine te fungeren. Ilse Werner, in 1921 in Batavia (tegenwoordig Djakarta) als Ilse Still geboren uit een Nederlandse koopman-planter en een Duitse huisvrouw, verbeeldde het Arische ideaal.

Wat Ingrid Bergman werd voor de vrije wereld, werd Ilse Werner voor nazi-Duitsland: vergelijkbare iconen, ook qua uiterlijk, in parallelle universa. Met dit verschil dat Bergman nimmer de radio of hitlijsten heeft gedomineerd als zangeres en kunstfluiter. Werner was een multitalent, geknipt voor de musicals waar de nazi-top, Goebbels voorop, zo verzot op was.

Nieuwe Bergman
Acteren had Werner geleerd aan het Max Reinhardt Seminar in Wenen. Daar was haar familie in 1934 neergestreken, na in 1931 naar Frankfurt te zijn geëmigreerd. Ze debuteerde in februari 1938 als 16-jarige in de Oostenrijkse productie van regisseur Géza von Bolváry, Die unruhigen Mädchen, en werd vrijwel direct geadopteerd door UFA. De studio zag in haar een nieuwe Bergman; die hield haar contract voor drie films na één hoofdrol voor gezien en vertrok naar Hollywood. Werner kreeg al snel hoofdrollen in musicals en komedies, zoals Bal paré (Karl Ritter, 1940).

Beslissend voor de populariteit van Ilse Werner was haar hoofdrol in Wunschkonzert (Eduard von Borsody, 1940), een propagandafilm vermomd als romantisch driehoeksdrama rond twee militairen die, zonder het van elkaar te weten, op verschillende momenten een relatie hebben gehad met dezelfde vrouw, gespeeld door Werner. De film is geconstrueerd rond de Berlijnse olympiade van 1936 en het populaire radioprogramma Wunschkonzert für die Wehrmacht, waarin iedere zondagmiddag vanuit de studio in Berlijn (vermeende) verzoeken van frontsoldaten werden gespeeld.

Wunschkonzert zou in Duitsland uitgroeien tot de op één na populairste film van de oorlogsjaren, na Die grosse Liebe, met Zarah Leander. De film haakte aan bij de populariteit van het radioprogramma; alle medewerkers waren op nadrukkelijk verzoek van propagandaminister Goebbels bij de film betrokken en speelden zichzelf. Ilse Werner liftte mee op de faam van de film.

Die swedische Nachtigall

Zingende actrice, acterende zangeres
Dat Werner meer kon dan acteren staat centraal in haar volgende film. Die swedische Nachtigall (Peter Paul Brauer, 1941) is een musical over de liefdesrelatie van de Deense auteur Hans Christian Andersen en de Zweedse zangeres Jenny Lind (Ilse Werner). Al is de film een romantisch sprookje, het is niet lastig om er politieke motieven in te lezen. Duitsland hield op dat moment Denemarken bezet en probeerde de relatie met het neutrale Zweden op kamertemperatuur te houden. Werner speelt de rol die Ingrid Bergman op het lijf was geschreven. En ontdooit al zingend versteende mannenharten.

Rijksminister Goebbels had met de UFA Studio naast een praktische reden – film als propaganda – een artistiek ideaal, de droomfabriek van Hollywood naar de kroon steken en zo mogelijk overtreffen. De revue Wir machen Musik (Helmut Käutner, 1942) toont Werners talenten ten volle, als actrice maar vooral als zangeres en kunstfluiter. Ze speelt een voor de nazi-cinema atypische rol, een sterke vrouw die succesvoller is dan haar serieuze muziek componerende echtgenoot. Moraal: er is niets mis met populaire muziek. En van populaire muziek was Ilse Werner in het Duitsland van 1942 zo ongeveer de belichaming.

Haar succes als zangeres liep gelijk op met haar loopbaan als actrice. Ze zong het lied Das ist Berlin op de geluidsband van Es leuchten die Sterne (Hans H. Zerlett, 1938), een musical over een secretaresse die naar Berlijn verhuist om filmster te worden. Tijdens de oorlogsjaren nam ze een aantal hits op voor het Odeon-label, waaronder Otto, en vertoonde haar zang- en fluitkunsten ook buiten de filmstudio, zoals in een experimentele televisie-uitzending uit 1942. In Wir machen Musik kan Werner uitpakken met haar zang- en fluitkunsten. Het is háár portret als Anni Pichler, de geslaagde zangeres en echtgenote van een minder succesvolle componist, dat de hoes van het soundtrackalbum siert.

Spektakel in kleur
Met haar status kon Ilse Werner niet ontbreken in Münchhausen (Josef von Báky, 1943), de spektakelfilm in Agfacolor – de Duitse tegenhanger van Hollywoods Technicolor – waarmee Goebbels het zilveren jubileum van de UFA Studio luister bijzette, net op het moment dat aan het oostfront de oorlogskansen kantelden. De film (die onder dit artikel in zijn geheel is te zien) is een pronkstuk van kostuums, decors en effecten; het UFA-antwoord op kleurrijke fantasieën uit Hollywood als The Wizard of Oz en The Thief of Bagdad. Werner speelt de bijrol van prinses Isabella d´Este, die uit het harem van de Turkse sultan wordt gered door de ondernemende baron, een rol van de populaire karakteracteur Hans Albers.

Zijn aan al Werners films tot dat moment openlijke dan wel verdekte aspecten van propaganda toe te kennen, haar – naast haar bijdrage aan Wir machen Musik – meest beklijvende rol is in Duitsland onder het nazi-regime niet te zien geweest. In Grosse Freiheit Nr. 7 (1944) is ze herenigd met Hans Albers en speelt Gisa Häuptlein, de vrouw die moet kiezen tussen twee aanbidders, burgerman Willem en zingende zeebonk Hannes Kroeger (Hans Albers), die met zijn accordeon optreedt in een club in het havenkwartier van Hamburg, zie de filmtitel. Gisa kiest uiteindelijk voor zekerheid, niet voor avontuur.

Grosse Freiheit Nr. 7 herenigt Werner ook met Helmut Käutner, de regisseur van Wir machen Musik. De film is in 1943 gedraaid – in Hamburg en Berlijn, waarna de opnamen wegens dreigende bombardementen werden verplaatst naar Praag – maar was pas laat in 1944 gereed voor release. De reden: Goebbels was er niet blij mee. De film was niet geproduceerd door UFA, maar door het onafhankelijke Terra, en werd uiteindelijk verboden voor vertoning in Duitsland. Tijdens de oorlogsjaren konden alleen de bioscoopbezoekers in Tsjecho-Slowakije er kennis van nemen.

Beroepsverbod
Münchhausen
was niet alleen de laatste film waarin Ilse Werner onder het nazi-regime in Duitsland acteerde, het was tevens haar laatste ´nazi-film´, als we de films die onder het toeziend oog van Joseph Goebbels tot stand zijn gekomen zo mogen noemen. Pas na de oorlog verscheen Sag´ Die Warheit (Helmut Weiss, 1946), een komedie waarvan de opnamen al in het voorjaar van 1945 waren begonnen. De Russische inval in Berlijn legde de productie stil en de film werd na de oorlog voltooid in de Britse sector.

Niet alle films uit de koker van Goebbels en UFA propageren een bedenkelijke moraal en de beste van de politiek neutrale films zijn in technisch en esthetisch opzicht minstens gelijkwaardig aan het beste wat Hollywood op dat moment had te bieden. De films uit het nazi-tijdperk maken helder dat film noir het Amerikaanse equivalent van het Duitse expressionisme is. De documentaire Hitler´s Hollywood (Rüdiger Suchsland, 2017) is er duidelijk over.

Ilse Werner was pas in 1949 weer op het witte doek te zien, als de vrouwelijke hoofdrol in Geheimnisvolle Tiefe van Georg Wilhelm Pabst, de regisseur van Die 3 Groschen Oper die in het stomme filmtijdperk met Greta Garbo en Leni Riefenstahl had gewerkt. Ze had vanwege haar bijdrage aan ´nazi-films´ een beroepsverbod gekregen, maar bouwde nadien – net als haar Grosse Freiheit-collega´s Hans Albers en Helmut Käutner – een bloeiende naoorlogse loopbaan op.

Maar niet als filmactrice, dat succes vervloog allengs in de jaren vijftig; ze was de dertig inmiddels gepasseerd. Werner bleef evenwel zingen. En fluiten. In 1960 had ze ook in Nederland een hit met Baciare. In de jaren zestig werd Ilse Werner in Duitsland een gevierd televisie-actrice. Het medium waarin ze in 1942 al te zien was geweest gaf haar een tweede (of is het een derde?) carrière. Ze is tot kort voor haar dood in 2005 op de beeldbuis actief gebleven, ook als gast van showprogramma´s.

Maar niet als Nederlandse. De diva van de Duitse oorlogscinema, de ´Duitse Ingrid Bergman´ die eigenlijk een immigrant was, heeft zich in 1955 laten naturaliseren.

 

27 december 2018


ALLE ESSAYS