Double Indemnity eerste film noir

Double Indemnity is Billy Wilders meest geslaagde film, volgens Billy Wilder

De eerste film noir: radicaal, maar censuurvriendelijk

door Alfred Bos

De filmstijl die bekend is geworden als film noir is schatplichtig aan Fritz Lang en Billy Wilder, Duitstalige regisseurs die het naziregime van Hitler ontvluchtten en hun expressionistische aanpak meenamen naar Hollywood. Double Indemnity zette in 1944 de toon.

Het zal de eenentwintigste-eeuwse kijker niet direct opvallen, maar toen Double Indemnity op 6 juli 1944 uitging in de Amerikaanse bioscoop was het een baanbrekende film. Billy Wilder omzeilde ingenieus de filmcensuur en toonde op het witte doek de immoraliteit van gewone mensen. Het kwaad had een gezicht: niet de gelittekende kop van de beroepscrimineel, maar het schijnbare conformisme van de buurman en buurvrouw. Een nieuwe boodschap die Wilder bracht op een nieuwe manier, met een nieuwe vorm. De hoofdpersoon, ironisch genoeg zowel dader als slachtoffer, vertelt zelf het verhaal. De film noir was geboren.

Double Indemnity

Die hoofdpersoon is Walter Neff (Fred MacMurray), verzekeringsagent te Californië, en hij verhaalt ’s nachts op kantoor via een dictafoon zijn relaas aan zijn vriend Barton Keyes (Edward G. Robinson), een oudere collega die claims onderzoekt op fraude. De claim in kwestie is de dood van Neffs cliënt Dietriechson, verongelukt tijdens een treinreis; daarvoor geldt de dubbele schadevergoeding uit de filmtitel. Neffs verhaal is een bekentenis: hij heult met Dietriechsons weduwe, Phyllis (Barbara Stanwyck), en het ongeval is moord. Double Indemnity werkt via flashbacks toe naar de ontknoping in het hier en nu van de film.

Geruchtmakende moordzaak
Zoals veel van Wilders films is Double Indemnity de bewerking van een toneelstuk of boek. De regisseur, van oorsprong sportjournalist, schreef zelf het scenario; dat deed hij voor al zijn films. Doorgaans in samenwerking met een sparringpartner, in dit geval Raymond Chandler, misdaadauteur en de schepper van de archetypische privédetective, Philip Marlowe.

Double Indemnity is gebaseerd op de gelijknamige novelle van een andere hard boiled-thrillerauteur, James M. Cain, de schrijver die faam had verkregen met zijn debuutroman over een ontrouwe echtgenote die haar minnaar aanzet tot moord op haar man, The Postman Always Rings Twice. (Dat boek werd maar liefst zeven maal verfilmd; de versie uit 1946 is het beroemdst en een van de bekendste films noirs.) Cain had zich gebaseerd op een geruchtmakende moordzaak uit 1927. Zijn verhaal, gepubliceerd in 1936, circuleerde jarenlang in Hollywood en werd onverfilmbaar geacht. Te nihilistisch, te openlijk seksueel, te ranzig; dat zou nooit door de censuur komen.

Billy WilderMaar dan kende Hollywood Billy Wilder nog niet. En dat kon kloppen, want Wilder was in 1944 nog een relatief onbekende regisseur; Hollywood kende hem vooral als scenarist. De man die in 1933 nazi-Duitsland had verruild voor Californië was de auteur van ruim een dozijn filmscripts, veelal komedies met gevatte dialogen, waaronder klassiekers als Ninotchka (Ernst Lubitsch, 1939) en Ball of Fire (Howard Hawks, 1941). Wilder ging zelf regisseren omdat hij schamperde over wat productielijn-regisseurs met zijn scripts deden.

Onverfilmbaar boek: moreel giftig
Zijn debuut konden de studiobazen niet kennen, want Mauvaise Graine (Bad Seed), een film over verdorven rijkeluisjongeren, in 1934 gedraaid in Parijs, was buiten Frankrijk alleen in Spanje en Italië te zien geweest. Wilders Hollywooddebuut, The Major and the Minor (1942) is een luchtige romcom met verkleedpartij (dat idee zou Wilder nader uitwerken in het befaamde Some Like It Hot uit 1959). De spionagefilm in oorlogssetting, Five Graves to Cairo (1943), kent spitse dialogen en een intelligent script; geen kopzorgen voor de Hays Code, de zelfcensuur van Hollywood. Double Indemnity is andere koek, moreel giftig.

Dat Wilder het onverfilmbaar geachte boek niettemin wist te bewerken tot een succesfilm komt door enkele slimme creatieve keuzes. Het oorspronkelijke einde, de executie van de moordenaar in de gaskamer, werd door de censuur afgewezen. Wilders oplossing is in zowel dramatisch als psychologisch opzicht veel bevredigender. Daarnaast is de handeling verplaatst naar 1938; veilig, want verleden tijd. Maar veruit de meest geslaagde truc is om de beide hoofdrollen, in feite afstotelijke personages, te laten vertolken door op dat moment gevierde acteurs met een zonnig imago. Ze spelen lege karakters die een fantasierol spelen; alles wat ze doen is dubbel, ook dubbel leeg.

Louche kneus valt voor sloerie
Zowel Fred MacMurray als Barbara Stanwyck, het gedoemde koppel uit Double Indemnity, zijn tegendraads gecast. MacMurray was begin jaren veertig een van Amerika’s populairste acteurs, bekend van vederlichte komedies waarin hij de rol van flierefluitende sul vervulde. In Wilders film speelt hij een brave burgerman met louche trekjes; hij is speelgoed voor de blond bepruikte intrigante. Zijn atypische rol toonde onvermoede kanten van de acteur en gaf zijn carrière een nieuw perspectief. MacMurray was Wilder eeuwig dankbaar en meende dat zijn Walter Neff in Double Indemnity de beste rol van zijn loopbaan was.

Barbara Stanwyck was op dat moment de best betaalde actrice van Hollywood en het stralende middelpunt van menige feelgood-film, waaronder Howard Hawks’ Ball of Fire. Hoewel geen klassieke schoonheid heeft Stanwyck een bovenmodaal charisma, ze knalt van het filmdoek. In Double Indemnity is ze de sloerie, een golddigger die seks inzet als wapen en letterlijk over lijken gaat. De actrice twijfelde over die rol, Wilder praatte haar om. Gelukkig maar, er is nadien geen betere femme fatale te zien geweest.

Double Indemnity

Hun nemesis, Neffs collega Barton Keyes, een vaderfiguur, is een fraaie rol van Edward G. Robinson. Hij was begin jaren veertig een steracteur, in 1931 op slag beroemd geworden door Little Caesar, een van de eerste geluidsfilms die uitgroeide tot klassieke status; daarin speelt hij als de criminele psychopaat Rico de titelrol. In Double Indemnity steelt Robinson iedere scène waarin zijn personage, een door de wol geverfde onderzoeker die alle trucs kent om de verzekering op te lichten, langer dan tien seconden voor de camera verschijnt. Hij staat wél met zijn voeten op de grond en heeft wél een emotionele kern. Zijn monoloog over alle varianten van zelfmoord is fenomenaal.

Archetypische film noir
Double Indemnity is een noodlotsdrama, Walter Neff en Phyllis Dietriechson vangen elkaar in een fatale dynamiek. Wat drijft hen? Is het lust, hebzucht, liefde? Kunnen ze überhaupt liefhebben? Hun misdadige plan ontstaat bijna spelenderwijs, uit opportunisme. Ze zijn loze hulzen, mensen zonder identiteit die hun gedrag spiegelen aan de codes die ze kennen uit de massamedia van die tijd; kranten, radio, pulpfictie, film. (In dat opzicht is Double Indemnity nog steeds actueel: vervang massamedia door sociale media.) Billy Wilder houdt Hollywood een spiegel voor. Zes jaar later zou hij dat nogmaals, en explicieter, doen met Sunset Blvd.

Double Indemnity is de archetypische film noir, hij definieert de stijl. (Film noir is een stijl; geen genre, zoals misdaadfilm, western of sciencefiction. Er is crime noir: The Maltese Falcon, met het archetypische noir personage, de outsider. Er is western noir: Blood on the Moon, met de archetypische noir acteur, Robert Mitchum. En er is sciencefiction noir: Blade Runner, met de archetypische noir setting, Los Angeles. Er is geen noir noir.) Wilders film biedt een checklist van wat film noir typeert: de voice over, de alineaire vertelling via flashbacks, de expressionistische belichting met verhoogd contrast, de sterke vrouw als femme fatale en – het meest typerende van film noir – de zwakke protagonist, de man die valt voor de verleiding.

Dat laatste onderscheidt Double Indemnity van The Maltese Falcon (1941), John Hustons verfilming van de gelijknamige misdaadroman van Dashiell Hammett die vaak wordt genoemd als de eerste film noir. Die status is twijfelachtig, want de hoofdpersoon, de privédetective Sam Spade (gespeeld door Humphrey Bogart), laat zich niet omkopen; hij gaat niet in op de verleiding, hij is en blijft een buitenstaander. Verzekeringsman Neff laat zich wél corrumperen, met fataal gevolg. Film noir verbeeldt de zondeval, niet uit het paradijs maar uit een existentiële poel van verderf. Dubbel zwart dus.

Double Indemnity

Hoog in de lijstjes
Double Indemnity was, de reserves vooraf ten spijt, een regelrecht succes en Hollywood zag zijn kans schoon. Opeens waren films over immorele personages – kleine criminelen of gewone burgers die de zaak belazeren – niet langer taboe. Corruptie, van politie, justitie en politiek, en misdaad, van sloebers en bonzen, vormden in de jaren na de Tweede Wereldoorlog een hoofdbestanddeel van het filmmenu in de bioscoop, waar in de vooroorlogse jaren komedie, romantiek en fantasie de toon hadden gezet.

Double Indemnity was de eerste film noir, tevens de belangrijkste en wellicht ook de beste. Hij wordt vaak genoemd in lijstjes van beste films ooit gemaakt – naast andere Wilder-klassiekers als het eveneens noire Sunset Blvd., het komediemonument Some Like It Hot en het met Oscars overladen The Apartment – en voor het nageslacht geconserveerd door Amerikaanse culturele instituten als Library of Congress en National Film Registry. Billy Wilder zelf was ingenomen met Double Indemnity, hij vond het in vakmatig opzicht zijn beste film. Wie zal de meester dat betwisten?
 

5 juli 2018

 

MEER BILLY WILDER
 
 
MEER ESSAYS