Ondertussen, op de redactie:
Opnieuw een bloedbad verfilmd
COR:
Op 19 februari 2020 maakte Tobias R. in het Duitse Hanau in en rond twee shishalounges negen slachtoffers met een migratieachtergrond. Na de aanslag schoot hij zijn moeder en zichzelf dood.
De Duitse ‘schandaalregisseur’ Uwe Boll maakt momenteel een film over deze tragedie. Het land is te klein nu de filmmaker in schandaalkrant Bild beweert achter de nabestaanden te staan (maar niet met hen heeft gesproken) en wil bijdragen om een antwoord te vinden op de vraag wat R. bezielde en of de aanslag had kunnen worden voorkomen. Volgens het Duitse OM was de dader racistisch, extreemrechts en schizofreen.
De film, die waarschijnlijk slechts op streamingdiensten zal verschijnen, doet hetzelfde stof opwaaien als Utøya 22. Juli, waarover wij eerder een discussie voerden. Alfred had destijds een interview met Erik Poppe, de regisseur van die film (die wel contact met nabestaanden had). “We hebben allemaal gehoord wat er die dag is gebeurd, maar het overgrote deel van de aandacht ging uit naar de dader. Over hem weten we bijna alles, van de slachtoffers weten we nauwelijks”, aldus de Noorse filmmaker.
Wat ik me nog van die film herinner, zijn vooral de doodsangsten van sommige slachtoffers (versterkt door de wetenschap dat de voorvallen echt zijn gebeurd) en een dapper meisje dat alle slachtoffers een gezicht gaf. Niet meer en niet minder.
De stad Hanau en de nabestaanden van de slachtoffers roepen Uwe Boll in een open brief op onmiddellijk te stoppen met de voorbereidingen en de film niet uit te brengen. Echter de regisseur rept over ‘waarheidsvinding’ en zegt dat nabestaanden niet verplicht zijn om te kijken.
In onze discussie over Utøya 22.Juli was een deel van onze redactie dezelfde mening toegedaan. Gaan jullie straks (ook) de verfilming van het bloedbad in Hanau kijken?
ALFRED:
Ik ga sowieso niet kijken. Was dat nimmer van plan en zal mijn plannen niet aanpassen, welke film er ook moge komen, zo die er komt. Zou ik gaan kijken naar een voorstelling van Gordon over James Brown?
Erik Poppe, de Noorse regisseur, was zich zeer bewust van de gevoeligheden en betrok direct getroffenen (familie van slachtoffers als ook overlevenden) bij de filmproductie en release.
Het enige wat ik weet over de voorgenomen film van Uwe Boll, weet ik uit het bericht van Cor. Daar kan ik niet uit opmaken dat Boll even kies omgaat met de emoties van de betrokkenen. Dat de inwoners van Hanau via een open brief de regisseur oproepen per ommegaande te stoppen met de preproductie, zegt wat mij betreft genoeg.
De reactie van Boll op die brief zegt nog veel meer. Het argument van ‘waarheidsvinding’ is op zijn zachts gezegd opportunistisch en gratuit: waarheidsvinding via een speelfilm? De tegenwerping ‘je hoeft niet te gaan kijken’ is ronduit onbeschoft.
Ik heb op IMDb Bolls palmares gecheckt en dat wekt bij mij de indruk dat we hier met een relzoeker hebben te maken die via een noodgreep en ongeacht het leed van anderen zich in de kijker wil werken. Niet bepaald van het kaliber Erik Poppe. Zoals de twee incidenten, al zijn ze beide schokkend, niet met elkaar zijn te vergelijken. Al is het maar omdat de dader in Hanau nooit voor de rechter heeft kunnen verschijnen.
Niet met mensen spreken en dan beweren dat ze achter je staan ̶ ik hoop dat ze in Hanau nog een plekje op de vuilnisbelt voor deze Bolleboos hebben vrijgehouden.
Over Roel Reiné hebben we dit soort discussies nooit hoeven voeren.
TIM:
Ook ik zag nog geen films van regisseur Uwe Boll. Dat ik wel bekend was met diens oeuvre en de bedenkelijke reputatie die daarbij hoort, speelt onmiskenbaar mee in mijn reactie op dit nieuws. Zoek de premisse van de ‘documentaire’ Auschwitz (2011) maar eens op: daar gaat het Boll kennelijk ook om ‘waarheidsvinding’, maar ik vermoed shockgericht effectbejag en exploitatie. Kan iemand die de film gezien heeft dit bevestigen of ontkrachten?
Ik kan de beweringen van Boll niet naast het eindproduct houden, maar heb ook geen enkele behoefte dat later wel te gaan doen. Wat dat betreft is het dus niet zinvol verder op de Duitse rel in te gaan, maar ik kan wel nog eens beknopt inhaken op de andere film die Cor aanhaalt, namelijk de Utøya- film van Erik Poppe.
Een van de problemen die ik op voorhand met dat drama had, was dat het leed nog vers was en er door de Netflix-release van Paul Greengrass’ 22 July (eveneens in 2018) de indruk ontstond dat te veel partijen ‘geschikt filmmateriaal’ in de gebeurtenis zagen, zonder dat daarbij inzicht en verwerking voorop zouden (kunnen) blijven staan. Naderhand heb ik Utøya 22. Juli met name qua stijlkeuze verdedigd.
Ik was het toen bijvoorbeeld niet eens met Dana Linssen, die de film in het NRC 1* gaf en haar stuk ‘slasher’ titelde (tekenend voor de wisselende reacties die Utøya opriep, want bijvoorbeeld op de Berlinale van 2018 – het premièrefestival – klonken ook veel positieve geluiden). Een belangrijke factor was dat ik (ook) na het kijken overtuigd was van de juiste intenties van regisseur Poppe, die Alfred toen ook gesproken had.
Ik meende dat een lange take in het bijzijn van een hoofdpersonage de slachtoffers juist eer aan deed, omdat ze hun chaotische ervaring poogde te spiegelen zonder dat de dader (voor de slachtoffers hoogstens een hard geluid, of een schim in de verte) meer inhoudelijke aandacht kreeg dan de jongeren hem op dat eiland ooit hebben kunnen of ‘mogen’ geven.
Bij Uwe Boll heb ik de overtuiging van juiste intenties niet, want wie niet de moeite neemt met de nabestaanden te spreken, maar wel een jaar (!) na dato met een film wil komen, krijgt niet het (kijk)voordeel van de twijfel.
COR:
In dit artikel wordt gerept over het nut om aandacht te besteden aan het “gevaar van het groeiende rechtsextremisme en toenemende complotdenkers”. De foto boven het artikel onderstreept de sentimenten bij het Duitse publiek ;-)
Begrijp ik goed dat een dergelijke film volgens jullie wél kan als een gerenommeerde regisseur een dergelijk project vanuit de hierboven genoemde motivatie gestalte zou geven?
ALFRED:
Nee, dat begrijp je niet goed. Want daar had ik het in mijn reactie niet over. Ik had het over Boll. En niet over een ‘gerenommeerde regisseur’. Dat is een andere discussie.
Je moet me geen woorden in de mond leggen of ideeën in de pen geven ;-)
TIM:
Ik vind die motivatie goedkoop en ze leveren doorgaans doorzichtige werkjes op die politiek preken voor eigen parochie. Ik had het er in mijn recensie van Riders of Justice nog over. ‘Gevaar’ (vaak ‘gevaar voor de democratie’) roepen met veel toeters en bellen is één ding, echt in staat zijn iets (al dan niet via film) uit te lichten iets anders.
Zonder daar bewust op in te zetten, vergeleek ik Boll en Poppe impliciet wel een beetje met elkaar, dus ik snap je observatie en vraag in die zin wel, Cor.
Wellicht is het dan zinvol nog toe te voegen dat ik Utøya 22. Juli een stuk sterker vond als weerslag van een tragedie dan als ‘waarschuwing’ voor politiek extremisme (Poppe expliciteert dat op ietwat gemakkelijke wijze via een geschreven statement aan het eind van de film). Wil je ‘waarschuwen’, dan moet je eerst begrijpen waar je voor waarschuwt.
Een filmmaker kan dat bijvoorbeeld doen door volledig in te zetten op een (psychologisch/ideologisch) portret van een dader. Dat is een andere discussie, want dan ben je, als het goed is, niet meer zozeer met slachtofferschap bezig en veins je dat ook niet. In de Boll-discussie was van een dergelijke (zorgvuldige) afweging geen sprake, en dan loopt het gegarandeerd spaak.
BOB:
We hebben het hier bij die vorige Ondertussen ook over gehad. Nog steeds leuk om terug te lezen. Helemaal omdat uit dit stuk ook dat interview kwam met Erik Poppe.
Blijft een lastig en gevoelig onderwerp, maar films maken we al langer dan vandaag. Volgens dit blad zijn er vier terroristische golven sinds de twintigste eeuw geweest. In de de 70’s waren er ook al terroristen en ook al films over die terroristen. De film Blutiger Freitag is bijvoorbeeld gebaseerd op het feit dat de RAF zich in die tijd financierde met bankovervallen. Deze film was vooral een excuus voor een supersensationele actiefilm over de meest macho bankovervaller die je ooit zal zien (Heinz Klett als Raimund Harmstorf).
Was je er zelf bij in de jaren zeventig, en er een trauma vanjewelste aan hebt overgehouden, word je vermoedelijk razend op de manier hoe Rolf Olsen dit in beeld bracht. Toch kun je nu de film best bekijken als de suffe eurocrime die het eigenlijk is. Het incident is een anekdote van de film geworden, de geschiedenis is te ver weg intussen. Maar smakeloos blijft het.
Voor filmers met passie voor het onderwerp zijn er mogelijkheden genoeg om het terrorthema ook anders te benaderen, zoals bijvoorbeeld deze Noorse documentaire over een jihadronselaar die ik eens zag op IDFA… waarbij de film op een bizarre manier zelf een rol ging spelen in het plot.
Maar nu eerst weer niet naar buiten voor een avondwandelingetje.
20 maart 2021