Blue Jasmine

****

recensie  Blue Jasmine

De tol van de waan

door Alfred Bos

Cate Blanchett schittert in de nieuwe Woody Allen als gevallen societyvrouw op het punt van breken. Blue Jasmine is een zedenschets die de kijker besluipt. En uiteindelijk overrompelt. 

Na een paar jaar in Europese steden te hebben gefilmd is Woody Allen voor zijn meest recente werkstuk teruggekeerd naar zijn thuisland. Maar toch ook weer niet helemaal, want Blue Jasmine speelt niet in Allens vertrouwde New York, maar aan de Westkust. Daar plaatst hij Jasmine (Cate Blanchett), een Newyorkse societydame in crisis, die uitwijkt naar San Francisco om de scherven van haar leven bijeen te rapen.

Recensie Blue Jasmine

In San Francisco woont Jasmine’s jongere zusje, Ginger (Sally Hawkins), bij wie ze op adem hoopt te komen. De zussen hebben weinig gemeen, want ze zijn beiden geadopteerd. Het geeft Allen alle kans om een aantal sociale tegenstellingen op humorvolle wijze uit te spelen. Ginger is een muizig typetje, dat onheil gelaten over zich heen laat komen. Haar zus heeft volgens Ginger ‘alle goede genen’: elegant gekleed en gewend aan een milieu waarin geld buffert tegen ongemak. Veel realiteitsbesef heeft Jasmine niet.

Onaangenaam personage
Jasmine schuilt in San Francisco, omdat haar voormalige echtgenoot, de investeringsbankier Hal (Alec Baldwin), haar niet alleen heeft bedrogen in de liefde, maar ook berooid heeft achtergelaten. Ginger en haar voormalige echtgenoot Augie (Andrew Dice Clay) zijn eveneens door Hal belazerd. Aldus zet Allen de ingrediënten klaar voor een cocktail van komedie en zedenschets.

Cate Blanchett speelt de bepaald niet eenvoudige rol van Jasmine met verve. Ze vertolkt een in beginsel onaangenaam personage, verwend en hooghartig. Toch gaat de kijker gaandeweg sympathie voelen voor de vrouw die al haar ‘zekerheden’ ziet verdampen. In haar ogen schemert de wanhoop; niettemin volhardt ze in haar illusies, wat voor hilarische complicaties zorgt. De simpele Ginger daarentegen neemt het leven zoals het is en maakt er nog iets aardigs van. Ze heeft geen pretenties.

Blue Jasmine

Vertrouwd terrein
Blue Jasmine is Woody Allen ten voeten uit. De inmiddels 77-jarige regisseur, nog altijd goed voor een film per jaar, is terug op vertrouwd terrein. Kon hij zich in zijn recente ‘Europese’ films nog verschuilen achter grollen over culturele clichés, ditmaal is de ellende existentieel. De humor komt uit rake typeringen van contrasten tussen arm en rijk; proletariaat en bourgeois; realiteitszin en zelfbedrog. Ook de bijrollen zijn sterk bezet, met bijdragen van de in Amerika gekende komiek Louis C.K., Max Casella (bekend van The Sopranos en Boardwalk Empire) en Peter Sarsgaard.

Misschien is het de crisis, met alle ontnuchtering van dien, die Allen nieuwe inspiratie heeft gegeven. Blue Jasmine, hoe humoristisch ook, kent geen genade met de hoofdpersoon. De klassenstrijd eindigt in het voordeel van de simpelen van geest. Waren het in de jaren ’70 nog tobberige intellectuelen die stuk liepen op de werkelijkheid – denk aan Interiors of Manhattan – nu is het de leeghoofdige nouveau riche die de tol van de waan betaalt. Wrang en toch geestig, alleen een meester komt ermee weg.

16 augustus 2013

MEER RECENSIES