5 onbekende films van bekende Amerikaanse acteur
Filmmarathon: Jack Nicholson
Twee redacteuren van InDeBioscoop dompelen zich een weekend lang onder in de goede dingen des levens en vijf relatief onbekende films van de Amerikaanse acteur Jack Nicholson.
1. The Wild Ride (1960)
COR:
Ik vind het altijd leuk om te zien in wat voor films beroemde acteurs en actrices aan het begin van hun carrière speelden. Dat blijken nogal eens dubieuze, vaak erotische films, zoals Sylvester Stallone in The Party at Kitty and Stud’s (1970), Helen Mirren in Caligula (1979) en Javier Bardem in Las edades de Lulú (1990). Jack Nicholson probeert in The Wild Ride (1960) iets uit te stralen van zijn rebelse voorgangers Marlon Brando en James Dean. Maar ja, met zo’n belabberd script en oninteressante tegenspelers kun je er weinig van bakken.
Wat me opvalt, is dat jongens in die tijd niet naar de sportschool gingen, want ze zijn bijna allemaal even dun, zo ‘normaal’. Nicholson speelt Johnny, de leider van een groepje andere lanterfanters. Als hij praat (met woorden als far out, dig, chicken, chick en buster), luistert iedereen. Ook een vriend die van Johnny zijn vriendin moet dumpen. Ondertussen maakt de leider de wegen van California onveilig met zijn roekeloze racegedrag. Daarbij komt een motoragent om het leven.
Stoer, Bob, dat jij ook voor deze marathon weer per fiets (met zware bepakking) naar het zuiden des lands bent geracet. Hopelijk geen motoragenten tegengekomen?
BOB:
Nee, en zelfs bijna geen fatbikes, al zag ik er in Oss toch eentje met drie scholieren erop. Fietsen wordt steeds gevaarlijker, met mensen die op e-bikes even snel rijden als Nicholson en zijn bende toen op hun motortjes.
Nicholson speelt hier al zijn archetype leidersrol. Zijn houding, gebaartjes, minachtende blik. Bijzonder dat hij dat zo vroeg in zijn loopbaan (was hij hier twintig, eenentwintig?) al zo was als acteur, zelfs inclusief die trage, lijzige stem. Iedereen in de film praat twee keer zo snel als hij.
Een onsympathieke leider. Hoe hij zich bemoeit met de relatie van die vriend van hem… Dat type karakter lag hem goed en zou hij later nog meer ontwikkelen met bijvoorbeeld A Few Good Men. De bepaler, keuzendoorhakker.
Mee eens dat de film vrij matig is. Het tijdsbeeld is het enige lolletje. Schuifelen bij jazzmuziek. Witte sweaters. En de taal inderdaad! Alle hippe lingo van die tijd zit erin als een soort afvinklijst. Ik vinkte ook nog aan: sleeping, going shallow, shower. En Nicholson met deze quote: “I don’t break the law, I make my own.” Snel naar de volgende film, want wat biedt Nicholson zonder de klassiekers?
2. Ride in the Whirlwind (1966)
BOB:
Wat heb je nu weer gevonden: een western, geschreven en geproduceerd door een nog geen dertigjarige Nicholson! En geregisseerd door Monte Hellman, regisseur van die klassieke autofilm Two Lane Blacktop. Ik ben geïntrigeerd.
Een film over wantrouwen. Twee groepjes outlaws ontmoeten elkaar bij een klein hutje (de laatste acteur past er eigenlijk niet meer in). Een kerel ligt daar te creperen. ‘Hij is op zijn mes gevallen tijdens een konijnenjacht’, zegt acteur Harry Dean Stanton met een ooglapje. Hmm jaja…
Nicholsons bende is ook niet zo fris. Ze zijn op weg naar Waco om redenen die we misten omdat we in gesprek waren over eerdere filmmarathons.
Een groep vigilantes nadert op dat moment de hut en wil iedereen ophangen. Zo loste men toen problemen op. Aardig filmfeitje: die acteurs kwamen van de lokale rodeo. Een shoot-out en zelfs shoot-out binnen een shoot-out ontwikkelen zich.
Verhaal is simpel maar wel aardig gefilmd, zo nu en dan, vooral met het ‘ricochet’ geluid in de heuvels. Het landschap, de droogte. Krijg jij er geen dorst van, Cor? Ik snap wel een beetje waarom Quentin Tarantino zo’n fan was van deze film. Had ik toch gelijk dat ik er iets van The Hateful Eight in zag…
Wist jij dat de film een soort dubbelproductie was met The Shooting? Dezelfde regisseur, acteurs, locatie. Dat was nog eens economisch denken in die tijd.
Best warm, deze septemberdag. Tijd voor een alcoholvrij biertje. Hoe zouden de gangsters in die tijd dat hebben ervaren?
COR:
Die dubbelproductie met The Shooting maakte beide films vast nóg goedkoper. Bij Ride in the Whirlwind zie je dat ook wel: veel zand, wat paarden en geweren, en dat veel te kleine hutje. Het is dat we hier geen woestijn hebben (nog niet), anders hadden wij ook wel zo’n lowbudgetwestern kunnen maken. Welke charismatische Nederlandse acteur Jack Nicholson zou moeten vervangen, weet ik even niet. Zou Pierre Bokma kunnen paardrijden?
Ja, krijg jij ook altijd dorst als je een western kijkt? Zal inderdaad wel komen door het landschap en de droogte. Stress, angst of andere emoties roept de film niet direct bij mij op. Misschien is het de verveling. Waar zijn die indianen trouwens als je ze nodig hebt? Buiten die shoot-outs gebeurt er ontzettend weinig. Nou ja, ontzettend…
Het ophangen van mensen is natuurlijk geen kattenpis, maar gelukkig brengt Monte Hellman vooral bungelende benen in beeld. Iemand ophangen scheelde natuurlijk wel kogels. In die tijd had je ook nog geen rechtssysteem, dus namen burgers nogal eens het recht in eigen handen. En tussen het ophangen door tonen de outlaws opvallend veel beschaving. Ze zeggen ‘graag gedaan’ en ‘dankjewel’. En nadat ze zich bij een familie helemaal hebben volgegeten, is er geen enkele boer te horen.
3. The Last Detail (1973)
COR:
Het was een goed idee om een uurtje te gaan wandelen en te genieten van een van de laatste warme dagen van deze nazomer. De dorst is gelest. Soep met brood gaat er goed in, zie ik. Snel verder met The Last Detail. Degene die als eerste ‘het laatste detail’ raadt, hoeft niet af te wassen!
In deze buddy-komedie van Hal Ashby zie je direct hoe het acteertalent van Jack Nicholson zich heeft ontwikkeld. Zijn personage van marinier, die een stelende collega heel ver weg naar een gevangenis moet begeleiden, legde de loper uit voor Nicholsons iconische hoofdrollen in Chinatown (1974) en One Flew Over the Cuckoo’s Nest (1975). Het is duidelijk dat de acteur het vooral moet hebben van zijn ogen, zijn wenkbrauwen en gezichtsuitdrukkingen. Binnen een seconde schakelt hij tussen mededogen en agressie.
Ook in deze film is zijn gedrag onvoorspelbaar. Van totale rust tot een uitbarstende vulkaan. Nicholson is vaak grappig als hij door het lint gaat. Ik vraag me af of hij in zijn privéleven ook zo is. Zou dat dan misschien te maken kunnen hebben met het feit dat Jack is opgevoed door zijn grootouders omdat zijn moeder, van wie hij dacht dat het zijn zus was, nog zo jong was? Of wordt iemand sneller opvliegerig als hij vijf kinderen bij vier verschillende vrouwen heeft? Oké, ik dwaal af.
Ook in The Last Detail gebeurt er niet veel schokkends. De gelaagdheid in het acteren van Nicholson redt de film wat mij betreft. Wat heb jij trouwens tegen het woordje ‘gelaagd’, Bob?
BOB:
Nou, bij gelaagd denk ik eerder aan een lasagna. Of tiramisu. Ik vind het een modewoordje dat zo goed als niets uitdrukt. Je leest het bijna in elke recensie. Overigens ben ik net zo goed een luie schrijver. Toch probeer ik nooit een woord te gebruiken dat ik zelf niet goed snap.
The Last Detail, met zijn typische trage 70’s tempo, bevalt mij ook. De film hoort met dit anti-autoritaire verhaal echt bij dat decennium. Hoe ze de jonge, stelende marinier (Meadows) op sleeptouw nemen omdat ze genoeg tijd en geld hebben. Al gauw gaan de handboeien los. Meadows krijgt een soort levensles met hotdogs eten, mantra’s zingen, bier drinken, in hotels slapen, rolschaatsen, prostituees bezoeken. Allemaal nog even voor hij de bak indraait om een diefstal van niets.
Kost wat tijd om op gang te komen maar dat dwalende, onvoorspelbare, improviserende vind ik heerlijk om te zien. Hal Ashby was een van die regisseurs die zich graag liet meedeinen door de stijl van die tijd, zoals hij ook liet zien met Harold and Maude en Being There. Randy Quaid (hier nog heel jong) is even wennen, maar past uiteindelijk wel bij het karakter.
‘Binnen een seconde schakelt hij tussen mededogen en agressie’… treffend gezegd, Cor! Paffend op zijn sigaar kan Nicholson hier elk moment ontploffen. ‘I am the motherfucking shore patrol here!’ En toch heeft zijn acteerwerk inderdaad ook vaak iets komisch, ironisch. Hij is erg comfortabel als acteur in The Last Detail in vergelijking met de vorige films. Nicholson had ook de mazzel in een tijd te leven dat hij de interessante regisseurs voor het uitkiezen had, en dat zij hem volledig vertrouwden met zijn talent.
Maar wacht even, dit lijkt een serieuze analyse… Eerst maar even afwassen omdat ik een weddenschap verloor…
4. Iron Weed (1987)
BOB:
Albany 1938. We kijken naar daklozen tijdens de grote crisis van de jaren dertig. Niemand wordt dakloos bij keuze, legt deze film uit. Het zijn de omstandigheden. Banen zijn een zeldzaamheid. Je hebt geen geld meer en moet op straat leven. Je slaat aan het zuipen en leeft van gratis soep bij een of andere kerk. Het is een risicovol bestaan. Af en toe bevriest iemand op straat. En dan al die herinneringen.
Nicholson is Francis en hij worstelt als een van deze daklozen met de demonen uit zijn verleden. Dat doet hij samen met Helen (Meryl Streep).
Aan de ene kant een gevoelig en begripvol portret van depressieve, alcoholverslaafde daklozen. Aan de andere kant kijken we deze film in hogere snelheid en het is nog steeds een van de traagste films die ik ooit heb gezien. Voor Nicholson was dronken spelen niet zo ingewikkeld, zoals hij al met verve deed in 1969 in Easy Rider.
Nicholson, hier leider-af, evolueerde zich in rollen buiten zijn comfortzone. Zoals met deze slome en hallucinerende dakloze. Hij was zelfs de acteur die William Kennedy (de schrijver van het boek waar de film op was gebaseerd) in gedachten had met zijn hoofdpersoon.
Aardig in vergelijking met andere films is dat juist de andere hoofdrol, Meryl Streep in topvorm, de aandacht trekt. Dat werkt verfrissend, dat Nicholson niet alleen een film hoeft te dragen, ik denk dat hij daar ook wel klaar mee was in 1987. Samen deden ze ook Heartburn in 1986. Roddels over een affaire tussen de twee waren er genoeg.
Ik weet dat het tactloos is met al die hongerige daklozen in de film, maar ik heb honger. Dus, Cor, wanneer gaan we het nepvlees braden?
COR:
Ach, beter tactloos dan dakloos. Helen in de film zal het niet erg vinden, want zij eet zelf nog nauwelijks. Ze is doodziek en kan voedsel niet meer verdragen. Een neut gaat er altijd nog wel in. Pas na anderhalf uur leren we dat ze vroeger een concertpianiste was. Mooi is de scène waarin ze een muziekwinkel betreedt. De eigenaar en de klanten deinzen terug als ze haar zo verfomfaaid naar de vleugel midden in de winkel zien schuifelen. Pas als ze een klassiek stuk gaat spelen, komt de eigenaar voorzichtig dichterbij.
Ook Francis heeft een achtergrond. Hij is in de goot beland nadat zijn pasgeboren zoontje, nu 22 jaar geleden, overleed. Na ruim twee uur blijkt dat hij de baby uit zijn handen had laten vallen. Hij ziet overleden personen en praat met hen. Voor even keert hij terug naar zijn familie waar wonden worden geheeld.
Ja, weer zo’n geweldige rol van Meryl Streep (gelaagd als een tiramisu). En een aangenaam optreden van collega-zwerver Tom Waits, die zojuist in Jarmusch’ Down by Law had gespeeld. Een knokploeg die de ‘overlast’ van al die daklozen zat is, maakt een eind aan zijn dromen. En Francis? Die scharrelt maar door, even hardnekkig en onverzettelijk als de taaie ironweed-plant die overleeft ondanks zware omstandigheden.
5. The Crossing Guard (1995)
COR:
Als je kijkt naar Amerikaanse thrillers van midden jaren 90 zie je regelmatig close-ups van gezichten om het gevoel van spanning en emotie te versterken. Ook zie je soms een slow-motion aan het eind van een scène om snel nog even de dramatische impact te benadrukken. Aan drama is sowieso geen gebrek in The Crossing Guard van Sean Penn.
Jack Nicholson kruipt in de huid van juwelier Freddy Gale, die sinds zijn scheiding met Mary (Anjelika Huston – in het echte leven was Nicholson nog met haar getrouwd) na zijn werk rondhangt in nachtclubs en daar zo nu en dan op de vuist gaat. Als hij hoort dat ene John Booth (David Morse) vrijkomt uit de gevangenis, gaat het mis. Booth heeft jaren geleden in beschonken toestand Emily, het dochtertje van Freddy en Mary, doodgereden. Freddy is vastbesloten om Booth te doden.
Ik kende deze film nog niet, maar het acteren van iedereen (behalve van David Morse) is sterk. Je kunt je inleven in het verdriet, de pijn, de wanhoop, de twijfel. Jammer dat de finale zo uit de bocht vliegt. Freddy heeft minutenlang achter de vluchtende John aangerend, als het duo uitgeput neervalt op het kerkhof. Jawel, bovenop het graf van Emily! Houden ze elkaars hand nou vast? Zie hier de verlossing en verzoening van twee gekwelde zielen in optima forma.
BOB:
Bij Nicholsons films lijkt toch wel sterke drank te horen, maar ik neem wel genoegen met een glas Pinot Grigio (piennookrietsjio als je het ergens bestelt) van de lokale Jumbo.
Ja, wow, wat een close-ups, alsof er een aanbieding was waar Sean Penn gretig gebruik van maakte. Nog meer tegen dumpprijzen waren vermoedelijk die slow-motions van iemand die over straat loopt. Zo hip toen, zo gedateerd nu.
Het is met afstand de meest ranzige Jack Nicholson die we zien deze marathon. We zien hem whisky drinken, kettingroken, lange leren jassen dragen, prostituees bezoeken en een abonnement op de plaatselijke stripclub. Een gebroken man, zoveel is duidelijk. Net als de dader.
Ik denk dat Penn het plot als eerste had bedacht, want daar zit je vanaf het begin al op te wachten.
Het begin oogt ook nog wel redelijk eigenzinnig. Het is het lange middenstuk waar ik dus een beetje in slaap viel. Te veel middelmatig drama naar mijn smaak.
Zo eindigt onze filmmarathon met Jack Nicholson… Ik hoop dat dit het begin kan zijn voor lezers die willen beginnen met zijn waanzinnige acteer-oeuvre. Deze films kunnen niet tippen aan wat mij betreft zijn favorieten: Chinatown, One Flew over the Cuckoo’s Nest, The Shining, Five Easy Pieces en About Schmidt. Toch helpen ze om een breed beeld te krijgen van de veelzijdige acteur.
Van de filmmarathon ga ik morgen verder met mijn fietsmarathon naar Zuid-Limburg en jij gaat denk ik verder met je Spaanse schrijfmarathon. We marathonnen wat af in ons leven, vind je niet?
27 september 2024
Meer filmmarathons