Pays qui se tient sage, Un

***
recensie Un pays qui se tient sage

Wie heeft het recht om geweld te gebruiken?

door Ries Jacobs

De gele hesjes domineren het nieuws allang niet meer, maar nog wel de levens van hen die tijdens demonstraties blijvend verminkt raakten. Regisseur David Dufresne stelt voormalige gele hesjes, politiemedewerkers, sociologen en andere deskundigen de vraag: was het politiegeweld destijds buitensporig?

Hoe zat het ook alweer? De beweging die de geschiedenis in zou gaan als de Gele Hesjes ontstond al in 2018 op Facebook, maar werd pas in 2019 wereldnieuws toen ontevreden Franse burgers massaal de straat opgingen. De beelden van gewelddadige gele hesjes en een bij vlagen nog gewelddadiger leger van ME’ers schokten de wereld.

Un pays qui se tient sage

Nu de rust is wedergekeerd, confronteert Dufresne voor- en tegenstanders van het politieoptreden met de beelden hiervan. We zien ME’ers die inhakken op demonstranten, mensen uit auto’s sleuren en individuen meppen die weerloos op de grond liggen. Een demonstrant provoceert de aanwezige politiemacht in de hoop hen uit de tent lokken. Natuurlijk trapt één ME’er, woest om zich heen slaand met zijn gummiknuppel, in de door de demonstrant gezette val.

Het meest confronterende beeld is een groep arrestanten, knielend met de handen op het achterhoofd. Dienders van de staat staan er smalend omheen volgens een van hen is het ‘une classe qui se tient sage’ (een klas die zich goed gedraagt).

Filosofische zwaargewichten
Tussen deze beelden door zien we slachtoffers, ooggetuigen en deskundigen die hun visie geven over wat ze zien. Dufresne plaatst alle gezichten die de kijker ziet tegen een zwarte achtergrond, stilistisch fraai en bovendien is iedereen zo gelijk. Ook geeft de regisseur de mensen in beeld geen namen of titels. We zien dus niet dat we kijken naar een geel hesje, een deskundige of een woordvoerder van de politie. Dit moet het publiek zelf uit de woorden opmaken.

Ze bediscussiëren de rol van de politie binnen de samenleving. De agent is de enige in de samenleving die geweld mag gebruik en dit recht geeft hem een grote verantwoordelijkheid. Hierbij vliegen de uitspraken van filosofen de kijker om de oren. De filosofische zwaargewichten Weber, Rousseau, Arendt en Foucault komen voorbij. De overpeinzingen over de rol van de politiemacht, hoewel soms moeilijk te volgen, vormen een goed tegenwicht tegenover het nogal masculiene geweld in de straten van Parijs en andere Franse steden.

Un pays qui se tient sage

Geen toekomst
Dufresne, als filmmaker het meest bekend van de experimentele roadmovie Prison Valley (2010), is in de rol van journalist en schrijver al even maatschappijkritisch. Volgens zijn zus is hij ‘trouw aan de idealen uit zijn jeugd’. Un pays qui se tient sage ademt dit idealisme, maar toch bekruipt het gevoel dat in deze documentaire meer had gezeten.

Een documentaire heeft, evenals een fictief verhaal, een plot nodig waarin een verhaal of een hoofdpersoon zich ontwikkelt. Deze ontwikkeling is bij Un pays qui se tient sage nauwelijks zichtbaar. De film bestaat enkel uit een orgie van politiegeweld, doorspekt met (quasi)filosofische uitspraken over de rol van de politie in een democratie. Wie de film na een uur voor lief neemt, mist inhoudelijk niets.

Waarom gaat regisseur Dufresne niet dieper in op de achtergrond van de gele hesjes? Ze worden tot bloedens toe in elkaar gemept door dienders van een staat die hen niet lijkt te representeren, een staat die meer en meer een vertegenwoordiger lijkt van de aan tradities en sociale verworven vasthoudende Franse middenklasse. De in gele hesjes gestoken marginalen, veelal laaggeschoold en zonder vast contract, worden door de staat en de middenklasse met de rug aangekeken en aan hun lot overgelaten. Het is jammer dat Dufresne deze maatschappelijk tweedeling, die zich in Frankrijk nadrukkelijker manifesteert dan in de omringende landen, nauwelijks belicht.

Deze film is vanaf 4 maart te zien op Picl en Vitamine Cineville.

 

2 maart 2021

 

ALLE RECENSIES