Tommy Pallotta en robotmaker Will Jackson

Regisseur Tommy Pallotta en robotmaker Will Jackson:
Gaat de robot ons leven beheersen?

door Alfred Bos

De robots staan voor de deur en zullen ons leven omgooien, wil de tech-industrie ons doen geloven. Onderwijl slurpt kunstmatige intelligentie buiten het zicht onze data weg en maakt de tech-industrie er vervolgens geld van. Wat is waar en niet waar in de schimmige wereld van de computersimulatie? De documentaire More Human Than Human licht een tipje van de sluier.

Wat is er eerder? De intelligente robot of de volgende Elfstedentocht? Dat is een no brainer: de tocht der tochten natuurlijk.

Reginald heeft een rond hoofd, bolle wangen en guitige flaporen; op zijn onderbuik staat RoboThespian (robotacteur). ‘Hoe gaat het met je’, vraagt hij. ‘Goed’, antwoord ik. ‘Hoe heet je’, wil Reginald weten. ‘Alfred’, zeg ik. ‘Ik ben Reginald. Zullen we handen schudden?’ Waarom niet, denk ik, en pak de uitgestoken kunsthand. ‘Je hebt een stevige handdruk’, zegt Reginald. Weer wat geleerd: een hand van metaal is teerder dan een hand van vlees en bloed.

Tommy Pallatto

Tommy Pallotta

Reginald is een robot en hij staat in De Balie in Amsterdam, waar de documentaire More Human Than Human wordt gepresenteerd. De RoboThespian is een creatie van Will Jackson, oprichter en directeur van Engineered Arts Ltd, dat in het Britse Cornwall uit zelf vervaardigde onderdelen kunstmensen maakt die gasten ontvangen van NASA, het Science Museum in Londen en het Copernicus Science Centre in Warschau.

Reginald is een simulatie, niet voor niets staat het woord thespian (acteur) op zijn buik gedrukt. Hij een is kunstmens, met een mechanisch lichaam en een menselijk brein. Als Reginald converseert, hoor je geen kunstmatige intelligentie (artificial intelligence, AI), maar Joe, een medewerker van Engineered Arts die via een internetlink Reginald zijn stem geeft. Reginald is een fopper. En dat is geen toeval.

“We zijn heel ver verwijderd van een machine
waarmee je een intelligent gesprek kunt voeren”

“We zijn heel ver verwijderd van een machine waarmee je een intelligent gesprek kunt voeren”, merkt Will Jackson op. Waarmee de man die van robots zijn bedrijf heeft gemaakt wil zeggen: de tech-industrie, met Silicon Valley voorop, maakt claims en doet beloftes die men in de verste verte niet kan waarmaken. Het is propaganda voor bedrijfsdoeleinden. Elon Musks kolonie op Mars? De vliegende taxi van Über? De in reuzenstappen lerende AI van Google die zijn schepper, de mens, zal overvleugelen? Sprookjes voor volwassenen.

De toekomst nu
Tommy Pallotta werd letterlijk geboren in de schaduw van NASA. De astronauten die tussen 1969 en 1972 naar de maan vlogen, waren zijn buren. Hij groeide op te midden van technici die de wereldtop in hun vakgebied vertegenwoordigden en op school had hij de beschikking over computers, geleverd door NASA. Palotta regisseerde met zijn Nederlandse vrouw Femke Wolting de documentaire More Human Than Human.

Pallotta: “Op jonge leeftijd al viel ik compleet voor het verhaal dat computers ons leven volledig zouden veranderen. Iedereen zou een beter leven krijgen. We zouden minder hoeven te werken. Dat verhaal bleef men ons verkopen en ik heb het heel lang geloofd. De belofte werd keer op keer herhaald, maar nimmer waargemaakt. We werken langer dan vroeger. De inkomensverschillen zijn groter geworden. Er is meer vervreemding, mensen voelen zich eenzamer.”

In More Human Than Human spreken Pallotta en Wolting met AI-onderzoekers (onder wie de Nederlander Johan Hoorn, de man van de Alice-robotjes die bejaarden gezelschap houden) en auteurs die zich in boekpublicaties enthousiast dan wel kritisch hebben uitgelaten over technologie in het algemeen en AI en robots in het bijzonder. Robotkunde en kunstmatige intelligentie is een breed veld en de documentaire stipt veel aspecten aan. De toon is zowel enthousiast als kritisch. “De film laat zien waar we op dit moment staan”, aldus Pallotta. “Hij gaat niet over de toekomst, maar over nu.”

Chatbots zijn makkelijk te foppen
In More Human Than Human zien we onder meer Nick Bostrom, de Zweedse filosoof en directeur van het Future of Humanity Institute in Oxford. Bostrom is een techno-utopist, een gelovige die meent dat kunstmatige intelligentie de mens in de nabije toekomst zal overvleugelen. Maar wat is er zo intelligent aan algoritmes die je luistersuggesties doen (Spotify, YouTube) of je overlijdensdatum voorspellen (Google)? Dat is geen intelligentie, maar een verfijnde vorm van statistiek en kansberekening op basis van een enorme brij data.

Will Jackson met Reginald

Will Jackson met Reginald

“Die benadering is een doodlopende weg”, zegt Will Jackson. “Twee stukjes informatie samenvoegen en daar iets nieuws uit halen – dat heb ik een machine nog nooit zien doen. Dat is wat intelligentie is. AI kan een conversatie nabootsen, maar een chatbot heeft geen begrip. De meeste falen bij de eerste vraag.”

Er zijn commerciële spraak-AI’s in ontwikkeling, bijvoorbeeld om call centers te ‘bemannen’. Die zijn makkelijk te foppen of te ontmaskeren. Jackson: “Ze zijn doorgaans slecht in het kortetermijngeheugen. Dan krijg je iets als: Ik heb een blauwe auto. En de machine antwoordt: U heeft een blauwe auto. Dan vraag je: Welke kleur heeft mijn auto? De machine antwoordt doorgaans: Dat weet ik niet, laten we over iets anders praten.”

Verhalenverteller
De meeste computerwetenschappers en vreemd genoeg ook veel psychologen menen dat het menselijke brein functioneert als een computer. Het brein is een brein, zegt Tommy Pallotta. “Ik heb de afgelopen jaren regelmatig met robots gesproken. Hun reactie lijkt menselijk, maar dat is schijn. De robot heeft geen begrip. We weten nog nauwelijks hoe ons brein functioneert. Dat proberen we na te bootsen in een machine. Dat gegeven spiegelt wie we als mensheid zijn. We zijn ambitieus en we proberen onszelf te begrijpen.”

Homo sapiens, de wetenschappelijke naam voor de mens, is eigenlijk een verkeerde term. De mens is geen denker (sapiens = denkend), maar een doener: instrumentenmaker en verhalenverteller. Wetenschap en kunst zijn de menselijke domeinen bij uitstek, daarin onderscheidt Homo sapiens zich van de rest van het leven op aarde.

In Will Jackson komen die twee domeinen samen, hij is opgeleid als kunstenaar. Tommy Pallota is afgestudeerd als filosoof en gebruikt nieuwe technologie om via film verhalen te vertellen. Hij regisseerde clips voor het Britse downtempoduo Zero 7 en produceerde A Scanner Darkly, Richard Linklaters verfilming van de gelijknamige roman van sciencefictionauteur Philip K. Dick; het is een unieke combinatie van live action en computeranimatie.

In zijn TEDx Talk – of eigenlijk Reginalds praatje – verklankt Will Jenkins een compleet andere visie op robots dan die van de AI-wetenschap. Hij ziet de robot niet als een nuttig ding of een kunstmens, maar als een medium om verhalen te vertellen, als de roman, de film en het stripboek. ‘Het gaat niet om de robot, maar om het publiek en hun reactie. Kan ik jou laten geloven in deze machine?’

Creatieve machines?
Wat de tech-industrie afficheert als kunstmatige intelligentie is een toepassing van getallen kraken. De computer kan in korte tijd enorme hoeveelheden data verwerken en daaruit patronen distilleren. Psychologen noemen dat perceptie (waarneming): patroonherkenning. Dat is iets anders dan het verwerken van informatie, iets wat psychologen cognitie (kennisverwerving) noemen. “AI wordt goed in perceptietaken”, zegt Jackson. “Voor machinecognitie is een compleet nieuwe benadering nodig.”

“Veel van wat we creativiteit noemen
komt voort uit vergissingen”

Als het al twijfelachtig is of we de robots van dit moment intelligent kunnen noemen, dan is kunstmatige creativiteit zéker een brug te ver. “Veel van wat we creativiteit noemen komt voort uit vergissingen”, aldus Will Jackson. “Machines maken geen vergissingen.”

Er is ook een filosofisch probleem met kunstmatige creativiteit: autonomie. Duur gezegd, creativiteit is een functie van vrijheid. En de computer kan niet onafhankelijk denken. More Human Than Human toont een schilderende machine. Het algoritme is geschreven door een programmeur die zelf graag wil schilderen, maar daar geen talent voor heeft. Nu doet de computer het voor hem.

Maar waar zit de creativiteit? Niet in het algoritme, dat doet wat het is opgedragen. De creativiteit schuilt in de programmeur die het algoritme heeft geschreven. Het algoritme is niet onafhankelijk, niet zelf bepalend; het is niet autonoom. En bijgevolg niet creatief.

Google is de duivel
Als het over AI en intelligente robots gaat kunnen we rustig gaan slapen. Als het gaat over de macht van Silicon Valley en de sluipende kolonisering van onze geest, dan is permanente waakzaamheid het parool. Neem de stem gestuurde digitale assistenten van Apple (Siri), Amazon (Alexa) en Google (de Assistent). Tommy Pallotta: “Als een vreemdeling aan je vraagt: mogen we een camera en een microfoon in je huis installeren? Dan reageert iedereen met: ben je gek geworden? Maar het publiek zet zonder probleem een Alexa in de woonkamer zodat een bedrijf hen kan afluisteren. Ze betalen er zelfs voor!”

Robots hebben een gezicht (en een lichaam), maar de kunstmatige intelligentie die ons in het dagelijkse leven omringt is niet als zodanig herkenbaar. AI is een witte pagina met een leeg invulvak: het (geheime) algoritme van Google’s zoekmachine. “Google is echt griezelig”, zegt Will Jackson in de film.

“Maar het ziet er niet griezelig uit”, vult hij in Amsterdam aan. “Het is een wit vlak met een kader. Het heeft geen gezicht en het is overal.” Jackson heeft de moeite genomen om uit te zoeken wat Google van hem weet. “Ze hebben mijn location history, daar wist ik niks van. Ze weten waar ik de afgelopen tien jaar ben geweest. Iedere bar, ieder hotel, alles. Die informatie is lastig te deleten en dat wil Google ook niet.”

Will Jackson denkt niet dat Larry Page Google heeft opgericht om zoveel mogelijk data te verzamelen. “Maar het is volledig uit de hand gelopen. Ken je deze mop? Bill Gates wants your money, but Steve Jobs wants you soul. And Larry Page has it.

Het gelijk van Philip K. Dick
More Human Than Human biedt een boeiende inkijk in de wereld van kunstmatige intelligentie en stelt de nodige praktische en filosofische vragen. Het klapstuk is evenwel de finale: Tommy Pallotta in gesprek met een AI die speciaal voor de film is gebouwd. Het idee: we maken een kunstmatige intelligentie die een film regisseert over kunstmatige intelligentie; een robot die de rol van Pallotta vervult. Het gesprek blijkt geen ontmoeting, maar een confrontatie. Er is geen ruimte voor intuïtie, twijfel of ambiguïteit, eigen aan de mens en menselijk verkeer.

“Ik schrok ervan om te merken hoezeer
ik die menselijke connectie nodig had”

Pallotta: “Het was een zeer ongemakkelijk interview, naar mijn idee een complete mislukking. Dat had ik niet verwacht. Tot dat moment liep alles gesmeerd en ik ging ervan uit dat we deze noot ook zouden kraken. Toen ik na de filmopname van het lab in Pittsburgh naar mijn hotel liep, vroeg ik me af: waarom wilde ik dit eigenlijk doen? Ik wilde een eerlijke respons. Ik wilde naakt zijn voor de camera. Zonder de opname terug te hebben gezien realiseerde ik me dat ik in die opzet was geslaagd. Wat er gebeurd was, was waar.”

“Ik schrok ervan om te merken hoezeer ik die menselijke connectie nodig had, de mens aan de andere kant van het gesprek. Ik moet naar de ogen kunnen kijken. Dat interview voelde als een verhoor.” Waarmee die confronterende scène het gelijk van Philip K. Dick aantoont. Wat mensen onderscheidt van dieren en kunstmensen is empathie en barmhartigheid. Pallotta: “We kunnen rustig zeggen dat Philip K. Dick altijd gelijk heeft.”

 

13 juli 2018

 

MEER INTERVIEWS