Vliegende Hond, De

****
recensie De vliegende Hond

De grens tussen passie en obsessie

door Paul Rübsaam

Filmmaker Johannes Hogebrink heeft een droom: een hond te laten vliegen. Al meer dan zes jaar probeert hij die droom te verwezenlijken. Maar vindt zijn hond Chayka dat wel zo leuk?

‘Van mij hoefde het niet. Maar ja, ik wilde ook niet lullig doen’, horen we het uit Bosnië afkomstige terriërachtige bastaardhondje Chayka zeggen in een voice-over waarvoor hij het vermaarde stemgeluid van cineast Frans Bromet heeft geleend. Met hondentrouw, scepsis en toenemende nervositeit slaat hij de pogingen van zijn baas Johannes gade om een deltavleugel op maat voor hem te vervaardigen.

De vliegende Hond

‘De eerste die aan de zwaartekracht ontsnapte, was een hond. Net als ik. En daarom is Laika de allergrootste held ooit’, overpeinsde de schijnbaar filosofisch gestemde Chayka (Russisch voor meeuw) al eerder. ‘Tenminste, als ik het goed heb begrepen’, voegde hij daar nog aan toe. Hij lepelde immers maar op wat Johannes hem wilde laten geloven. Dat de Russische hond Laika, die in 1957 als eerste levende wezen in een raket rond de aarde cirkelde al naar korte tijd stierf door stress en oververhitting, heeft zijn baas hem niet verteld.

Droom
Chayka is niet degene die een droom koestert, maar zijn baas: filmmaker, kunstschilder en beeldhouwer Johannes Hogebrink (1976). Hogebrink moet en zal zijn hond leren deltavliegen en wil daar per se een film over maken. De documentaire De vliegende Hond vormt zowel voor wat het eerste als het tweede betreft het verslag van zijn pogingen.

Hogebrink liep al met zijn plannen rond toen zijn vorige hond Sopje nog leefde. Maar Sopje, die zelfs Hogebrinks fiets durfde te besturen, overleed in 2013. Nu moet de arme Chayka, getraumatiseerd als hij is door het harde straathondenbestaan in Bosnië zich ontworstelen aan de slagschaduw van zijn aanbeden voorganger.

De bergen in
In Nederland maakt Hogebrink de nodige vorderingen met het ontwerp van de deltavleugel op schaal. Maar voor de eerste echte testvluchten moet hij uitwijken naar minder vlak terrein. Bovendien heeft hij deskundig advies nodig. Dus vertrekt hij met Chayka naar Stiermarken in Oostenrijk, waar de bevriende vlieginstructeur Maurice van den Hurk les geeft in deltavliegen.

Met behulp van radiografische besturing en een steen die even zwaar is als Chayka laten Hogebrink en Van den Hurk de hondendeltavleugel proefvluchten uitvoeren. Met wisselend succes. Ook proberen ze Chayka alvast te laten wennen aan het gevleugelde vehikel. Maar dat lukt niet erg. Als hij de alpenwei afraast, klemt de op het karretje vastgezette hond van angst zijn staart tussen zijn achterpoten.

Langzaam maar zeker dringt het tot Johannes door dat Chayka nog niet klaar is voor zijn grote pionierswerk. Hij besluit de hulp van een Oostenrijkse hondenfluisteraarster in te roepen, om inzicht te krijgen in de psyche van zijn hond. Ondertussen dringt de tijd. Er is al een door Hogebrink zelf uitgenodigde filmploeg in aantocht die maar één doel heeft: het filmen van een vliegende hond.

De vliegende Hond

Obsessie
Man on Wire (2008) van James Marsh over de Fransman Philippe Petit die in 1974 over een koord danste dat gespannen was tussen de Twin Towers in New York en Episode 3: Enjoy Poverty (2009) van Enzo Martens, die toont hoe westerse filmmakers financieel profiteren van beelden van schrijnende armoede in ontwikkelingslanden, zijn naar eigen zeggen Hogebrinks favoriete documentaires. Een voorliefde voor spraakmakende, maar schijnbaar zinloze exercities en een neiging om de motieven van de filmmaker ter discussie te stellen, zie je tevens terug in De vliegende Hond.

Je zou met de man Johannes Hogebrink best een stevig gesprek kunnen voeren over wat je je hond wél en niet moet aandoen. Hoe dan ook slaagt hij er als filmmaker in een tegendraadse film voor het hele gezin af te leveren die grappig, spannend en ontroerend is en juist de vraag opwerpt hoe ver je moet gaan om je droom te verwezenlijken en daar een film over te maken. Zoals de regisseur dat zelf omschrijft in een gesprek met filmproducent René Huybrechtse verkent De vliegende Hond de grens tussen passie en obsessie. Dat mag je een belangwekkende onderneming noemen.

 

24 mei 2020

 

ALLE RECENSIES