*
recensie The Philosophers
Moord op de logica
door Karina Meerman
Tienerfilm pretendeert filosofievraagstuk te zijn en verzandt in emotioneel gewauwel dat niet eens de illusie van logica heeft.
Het uitgangspunt van The Philosophers van regisseur John Huddles is niet slecht. Twintig jonge studenten, klaar om naar prestigieuze universiteiten te vertrekken, krijgen in hun laatste filosofieles een vraagstuk voorgelegd. De wereld gaat ten onder aan een nucleaire ramp. Door filosofisch te denken moeten zij bepalen welke tien studenten een jaar lang in een bunker mogen, zodat het menselijk ras kan overleven. Echter, als de post-apocalyptische mensheid moet groeien uit deze twintig, dan gaat het nog lang duren voor het wiel opnieuw wordt uitgevonden.
Glanzende typetjes
De school bevindt zich in Jakarta en moet een internationaal karakter hebben, maar dat is niet echt op te maken uit de glanzende hoofdpersonen. Het zijn typetjes uit gemiddelde cosmeticareclames: alle meisjes lang haar, alle jongens sport-fit, iedereen stralend witte tanden. All-American non-Americans. Voor de diversiteit is wat kleur toegevoegd, maar de meeste van hen lijken in de eerste selectie al af te vallen. Het gedachtenexperiment wordt overigens voor de kijker in scène gezet, zodat beelden van het leslokaal worden afgewisseld met wat zogenaamd gebeurt. Een mooi excuus voor grote ontploffingen, meer teakhouten meubilair en een reisje naar een exotisch eiland.
Filosofisch denken is het fijnslijpen van een vraag tot alleen de kern overblijft, om daar vervolgens met logisch denken een antwoord op te vinden. Na een korte introductie van wat filosofische oefeningen, krijgen de twintig leerlingen ieder een kaartje met hun zogenaamde beroep in handen. Een orthopeed, een dichter, een harpspeler, een elektrotechnicus. Dat moet de keus makkelijk maken. Een boer is nuttig, een operazangers niet. Docent Mr. Zimit (James D’Arcy) ontpopt zich tot joker en brengt wat onvoorspelbare elementen in. Mede daardoor heeft het eerste experiment een ongewenste uitkomst en dus spelen ze het opnieuw, nu met extra informatie over gezondheid en andere competenties dan het beroep. Een beetje jammer dat na jaren filosofie te studeren, niemand eerder had bedacht dat een mens meer is dan zijn vakkennis.
Baby’s maken
Ook begint het idee van voortplanting een hele belangrijke rol te spelen. De studenten zitten een jaar in de bunker en in dat jaar moeten er baby’s worden gemaakt. Maar waarom? De meiden zijn allemaal rond de twintig, ze kunnen nog minstens vijftien jaar aan de slag. De staat van de wereld buiten de bunker is onbekend: waarom überhaupt klakkeloos aannemen dat voortzetting van het menselijk ras al met een jaar wenselijk is? En er wordt heel stellig gezegd dat de bunker precies genoeg zuurstof en eten bevat voor tien mensen voor een jaar. Baby’s verkleinen dus de overlevingskansen voor de volwassenen.
Maar het geeft jongens en meisjes de kans te laten praten over liefde en romantiek en seks. En voor Mr. Zimit om zijn duistere kant nog eens extra uit te spelen, wat impliceert dat er meer zaken spelen dan de kijker aanvankelijk dacht. Het derde deel van de film draait niet langer om logica, maar om het maken van een feelgoodmovie. ‘Slim zijn is niet alles’, zegt hoofdrolspeler Petra (Sophie Lowe) tegen Mr. Zimit, terwijl enig verstand best handig is als de genenvijver opnieuw moet worden aangevuld. Al is het alleen omdat degene met het hoogste IQ altijd de wijn meebrengt. Dat leert The Philosophers ons dan weer wel.
6 juni 2014