Old Oak, The

*****
recensie The Old Oak
Hoop voor gepolariseerde samenleving

door Jochum de Graaf

The Old Oak, de afscheidsfilm van Ken Loach (87), legt nog eenmaal haarscherp een uiterst actueel maatschappelijk vraagstuk bloot: migratie. Een schitterende zwanenzang van zijn imposante ruim zestig jaar omspannende oeuvre.

TJ Ballantyne, (innemende rol van Dave Turner) de getormenteerde kroegbaas van The Old Oak, de enige nog enigszins lopende pub in Durham, Noordoost-Engeland, loopt vanaf het strand de zee in, want hij is van plan een eind aan zijn leven te maken. Hij waadt naar de plek waar zijn vader jaren eerder hetzelfde deed. Vanuit een ooghoek ziet hij een klein hondje vrolijk aan komen lopen, keffend, kwispelend. Aangetrokken door de levenslust van het hondje besluit hij van zijn zelfmoordplan af te zien. Het wordt zijn trouwe kameraad en hij noemt het Marra, de benaming in de Noord-Engelse mijnstreek voor de persoon op wie je altijd en overal kunt vertrouwen, van wie je op aan kon bij het zware leven onder de grond. Het is een scène die als voorspelbaar, sentimenteel, larmoyant zelfs, kan worden opgevat. Maar omdat we dan al weten hoe het met Marra afloopt, is er geen enkele reden om dit als spelen op vals sentiment te benoemen. 

The Old Oak

Sociale voorzieningen verdwenen
The Old Oak is van minimaal hetzelfde niveau als het hooggewaardeerde Sorry We Missed You dat gaat over de pakketjes-economie en Gouden Palm-winnaar I, Daniel Blake over het uitkeringssysteem. Het is ook het slotstuk van een trilogie, films die zich alle drie afspelen in het verkommerde en verpauperde Noordoost-Engeland. Sinds de jaren tachtig, toen in de Thatcher-tijd na een keiharde strijd met de vakbonden de mijnen werden gesloten, is de streek langzaam maar zeker teloorgegaan. De overheid heeft zich teruggetrokken. Er is geen werk meer en de meeste sociale voorzieningen zijn gestript. Scholen, winkels en kerken zijn dicht, de woningmarkt, zo weten ze in de pub te vertellen, is ontwricht door ‘een bedrijf op Cyprus’. Voor een spotprijs zijn de huizen van weggetrokken bewoners opgekocht, waardoor de achterblijvende huisbezitters geen kans meer krijgen om elders een beter bestaan op te bouwen.

De mijnwerkersclub, in een bijzaal van de pub, waar foto’s en vaandels herinneren aan het glorieuze arbeidersverleden, is inmiddels opgedoekt. Schimmel en spinrag bedekken de vloer en het achtergelaten meubilair. The Old Oak zelf staat op instorten en wordt financieel ternauwernood overeind gehouden door een groepje locals, dat iedere middag zijn gram komt spuien over alle kwaad dat hen door de buitenwereld is aangedaan. Bij de vele pinten Bitter voeren boosheid en bitterheid de boventoon in hun rauwe kroegpraat. De treurnis om het verlies van de vertrouwde wereld uit zich bij tijd en wijle in vreemdelingenhaat. Het is het bekende mechanisme: wanneer mensen geen grip op hun leven ervaren, compenseren ze dat door zondebokken te zoeken.

Syrische vluchtelingen
En dan arriveert een groep Syrische vluchtelingen in het dorp, moe en uitgeput van een lange reis. Gelijk al als ze uit de bus stappen, gaat een gast in een Newcastle-shirt heftig tekeer tegen ze: ‘wat kom je hier doen, ga toch terug naar je eigen land.’ Het is 2016, het jaar nul voor de Brexit. De Syriërs worden door een deel van de bevolking, waaronder TJ Ballantyne, barmhartig opgevangen. Hij raakt bevriend met Yara (Ebla Mari, weer een van de door Loach zo vaak gevonden natuurtalenten), een fotografe met een dramatisch vluchtverhaal en grote zorgen om haar achtergebleven vader.

The Old Oak

Voor de locals in de pub is hun komst aanleiding om nog eens extra te zwelgen in hun misantropie en xenofobie. ‘Zij krijgen alles, zomaar, gratis, pikken onze huizen en banen in’; ‘we gaan toch niet meemaken dat die tulbanden hier de dienst gaan uitmaken?’. Als Yara even in de The Old Oak geweest is, klinkt ‘dit is onze pub niet meer’. Een Syrisch jongetje wordt er van beschuldigd dat hij te veel naar de Engelse meisjes in zijn klas kijkt en een stuk of vier opgeschoren kapsels nemen hem fiks te grazen.

Zoals vaker bij de komst van een asielzoekerscentrum of de tijdelijke huisvesting van vluchtelingen (Albergen, Loosduinen!), willen de locals het initiatief nemen om een bewonersavond voor de plaatselijke bevolking te organiseren. Dat zou dan plaats moeten vinden in het zaaltje van de mijnwerkersclub, maar TJ Ballantyne weigert hieraan mee te werken.

Twee getraumatiseerde groepen
Om de oplopende spanningen een halt toe te roepen, bedenkt hij samen met Yara en hulpverlener Laura een plan om de twee getraumatiseerde groepen nader tot elkaar te brengen. En in een dergelijk warmbloedig scenario blinken Ken Loach en zijn vaste scenarioschrijver Paul Laverty uit. Niet zwart-wit de tegenstellingen in sjablonen uitvergroten, maar vooral ook met verschillende tinten grijs te laten zien dat er toch ook nog de nodige menselijkheid in onze maatschappij bestaat.

Het is een ragfijn spel met alle bekende vooroordelen uit het migratiedebat. Sommige verwikkelingen zie je van ver aankomen, maar ook met wendingen die je emotioneel raken. Ken Loach’ laatste woord is een spijkerhard oordeel over de net als in Nederland zwaar gepolariseerde samenleving dat toch hoop biedt. Bij ons klinkt tegenwoordig de roep dat we beter zouden moeten luisteren naar wat al die PVV-stemmers bewogen heeft. Ik zou iedereen vooral willen aanraden The Old Oak te gaan zien.

 

20 december 2023

 

ALLE RECENSIES