****
recensie Theeb
Moreel dilemma in fascinerende Arabische western
door Cor Oliemeulen
Alles klopt aan Theeb: verhaal, cinematografie, geluidsband, authenticiteit en niet in de laatste plaats het acteren. Zie hier een heuse western uit Jordanië, met weinig actie maar grote zeggingskracht.
Naji Abu Nowar wilde al lang een bedoeïnen-western maken, het liefst in de geest van de spaghettiwesterns van Sergio Leone. Hij vond zijn eerste script een fiasco. Uiteindelijk schreef de half Jordaans-half Engelse regisseur, die in Oxford studeerde, het buitengewone verhaal over het jongetje Theeb samen met een bedoeïne.
De nomaden moesten zo authentiek mogelijk worden geportretteerd en zeker niet clichématig zoals dat in Arabische soaps vaak het geval is. Het duo verbleef een jaar in een bedoeïnengemeenschap om de gebruiken te leren kennen en vertrouwen te winnen. Dat ging zo goed dat de acteurs werden gerekruteerd uit de lokale bevolking – naar wat zou blijken een voorwaarde voor dit authentieke filmjuweeltje, dat hopelijk zal fungeren als aanjager voor nog meer prachtige Arabische films.
Gevaarlijke missie
Nadat de vader van Theeb (Jacir Eid Al-Hwietat) is overleden, helpt zijn oudere broer Hussein hem onafhankelijk en zelfstandig te maken. Zo leert Theeb water uit de put te halen en schieten met een geweer, maar een schaap slachten met een mes vindt hij voorlopig nog wat te bloederig. De komst van een Britse legerofficier zal zijn weg naar volwassenheid versnellen. De vreemdeling zoekt een gids om hem te begeleiden op een oude pelgrimsroute, die berucht is vanwege de vele bandieten. Een wet van de bedoeïnen schrijft voor dat je een gast altijd moet helpen en beschermen, ongeacht de omstandigheden. Na het vertrek van de Brit, zijn Arabische begeleider en Hussein, volgt Theeb het trio stiekem en zal later met hen de gevaarlijke missie vervolgen.
De tocht loopt door prachtige locaties in Wadi Rum, de Jordaanse woestijn, waar David Lean destijds Lawrence of Arabia opnam. Bijna voortdurend omringd door bergen, waardoor een dreigende, claustrofobische sfeer ontstaat. Aangekomen in een kloof wordt het viertal door een roversbende in een hinderlaag gelokt en lukt het Theeb als enige aan de aanvallen te ontsnappen. Later verschijnt een zwaargewonde bandiet op een kameel en blijken de twee tegenpolen elkaar nodig te hebben om de ellende te doorstaan.
Bedoeïnen zijn gastvrij omdat je in de harde leefomstandigheden van de woestijn altijd op elkaar bent aangewezen. Als klein jongetje ontwikkel je een krachtig karakter, de sterksten worden ‘Wolf’ (Theeb) genoemd. En als je net als onze hoofdpersoon al bij je geboorte Theeb heet, worden er grote daden van je verwacht. Hoe groter de uitdaging, hoe meer aanzien. De lotsverbondenheid met de bandiet, die (mede)verantwoordelijk is voor het trieste lot van zijn broer, stelt Theeb voor een moreel dilemma: moet je je grootste vijand helpen? En zo ja, moet Theeb hierna de eer van zijn familie redden?
Arthouse-hit
Het meeslepende Theeb werd terecht opgemerkt tijdens de filmfestivals van Venetië en Londen en heeft de potentie om een grote arthouse-hit te worden. Dat het verhaal zich afspeelt tijdens de Eerste Wereldoorlog op het moment dat het Ottomaanse Rijk grote scheuren begint te vertonen, is minder relevant dan de trein (“ijzeren ezel”) die Theeb aan het eind (onder de sfeervolle westernklanken van een Arabische Ennio Morricone) in de verte door de woestijn ziet rijden. Een symbool van veranderende tijden waarin Theeb zal moeten beslissen of hij vasthoudt aan de oude tradities.
10 augustus 2015