Terugblik filmjaar 2024 – Deel 6:
We zijn verdoofd door geweld
door Yordan Coban
Normaal gesproken begin ik elk jaar met een top drie van klassiekers. Dit vanwege het gebrek aan goede moderne films. En alhoewel ik dit jaar wederom voornamelijk naar klassiekers ging in de bioscoop, en ik niet eens tot een fatsoenlijke top drie van nieuwe films kan komen, is dit de eerste keer dat de beste nieuwe film daadwerkelijk de beste film van het jaar is.
De nummer één van 2024 is voor mij meteen ook de beste van het decennium tot nu toe; op dit moment zelfs in mijn top vijf van deze eeuw terug te vinden en komt nieuw binnen in mijn top vijftig aller tijden.
Persoonlijke mijlpaal
In de tien jaar dat ik films gerecenseerd heb, heb ik dat nog niet eerder meegemaakt. Ik heb ooit in mijn onervarenheid Youth (2015) van Paolo Sorrentino vijf sterren gegeven, waar ik later op terugkwam toen ik beter bekend raakte met het werk van Fellini. Ik heb mij toen voorgenomen om die beoordeling niet zomaar meer te vergeven.
In mijn tijd als recensent zijn er wel potentiële kandidaten geweest als Turist (2014), Winter Sleep (2014), Toni Erdman (2016) en Loveless (2017), al schieten die eigenlijk ook net te kort voor de categorie ‘meesterwerk’. De beste film van dit jaar is dat echter zonder twijfel. Dit wordt de eerste echte keer dat ik een nieuw uitgekomen film onvoorwaardelijk vijf sterren toebedeel.
Oorlogspropaganda
De afgelopen drie jaar is er een opleving van oorlogen rond de wereld, we leven in een geopolitiek spannende tijd. Vorig jaar hield ik een tirade over de film Oppenheimer (2023) en benoemde ik expliciet de situatie in Gaza. Ik ben nog steeds van mening dat Oppenheimer zuivere Amerikaanse oorlogspropaganda is, en het feit dat de film best picture bij de Oscars dit jaar won (ten koste van mijn nummer één) heb ik met afschuw waargenomen.
De verheerlijking van wapens, geweld en dus oorlog, is de grootste zonde die een filmmaker kan maken. Christopher Nolan verwaarloost dit aspect op schandelijke wijze. Mensen die beweren dat Oppenheimer de betere film is, zijn of te jong om films op waarde te kunnen schatten, of redeneren met dezelfde ideologische blinde vlek als de ontkenners van de genocide in Gaza. Onschuldige mensenlevens worden achteloos terzijde geschoven voor militaire afschrikking. Zowel de regering in Israël als Robert Oppenheimer destijds lijken het maken van burgerslachtoffers als legitiem oorlogsinstrument te zien. Ik noem dat fascisme.
Top 3 van 2024
3. Alien: Romulus **
Voordat ik door deze keuze al mijn geloofwaardigheid als recensent verlies, hear me out. De zoveelste Alien-film in de franchise is een herhaling van zetten en absoluut niet de moeite waard. De reden dat ik de film gekozen heb, heeft te doen met de tijd en plek waar ik de film gezien heb: deze zomer in een bioscoop in Saigon.
Mijn vriendin komt uit Vietnam en afgelopen zomer doorging ik de geografisch vanzelfsprekende route van Noord naar Zuid, langs de contouren van de Vietnamese S-vorm. Ik ben een poos in Hanoi verbleven en ben verliefd geworden op de hoofdstad. De Vietnamezen kennen een onverzettelijke geschiedenis en hebben mede daardoor nog een onvervalste gemeenschappelijke cultuur die overal in het centrum van Hanoi voelbaar is. En hoewel deze gelaten atmosfeer nauwelijks terug te vinden is in het zakelijke Saigon (een beetje zoals het verschil tussen Bedford Falls met of zonder George Bailey), koppel ik deze film aan de herinneringen daar.
Die dag bezochten we eerst het oorlogsmuseum, een indrukwekkende en emotionele ervaring waarna we moesten bijkomen en we aldus besloten naar de film te gaan. Eigenlijk zouden ze geen Amerikaanse blockbusters moeten willen draaien in Saigon. Bij nader inzien is het misschien dus ook beter om niet Alien: Romulus de spotlight te gunnen, maar juist een Vietnamese film.
Toevallig bracht Ahn Hung Trang (de Vietnamese regisseur van dit moment) dit jaar een nieuwe film uit: Le Pot-au-Feu. Helaas heb ik deze nog niet gezien. Maar om dan toch iets uit zijn oeuvre te belichten: Xích lô (1995), een film met Tony Leung in de hoofdrol die erg doet denken aan de stijl van Wong Kar-Wai, nog voordat Wong Kar-Wai internationaal doorbrak.
2. Poor Things ***
Eigenlijk is de aanwezigheid van Poor Things in deze top drie vooral wegens een gebrek aan beter. De film is een originele bundeling van referenties (zover dat mogelijk is) maar kampt met dezelfde tekortkomingen als Triangle of Sadness (2022). Zowel Ruben Östlund als Yorgos Lanthimos waren beter toen ze nog films in hun moedertaal maakte. Het subtiele van de Europese stijl heeft mij altijd beter bevallen, maar dat mag geen verrassing zijn. Toch moet ik bekennen dat er stimulerende surrealistische beelden tussen zaten en de film zich als een aangenaam vrouwelijk sprookje ontvouwt.
1. The Zone of Interest *****
The Zone of Interest is meer dan alleen een film over fascisme en de holocaust. De titel verwijst naar een uitsluiting door een geprojecteerd kader. In The Zone of Interest is de kijker continu aan het projecteren, inbeelden, terwijl er bijna niks gebeurt en amper wat gezegd wordt. Het verschil tussen literatuur en film zit hem uiteraard in de wijze waarop de dramatiek zich uit, in woord of beeld, in gedachte of actie. Het beeld spreekt in The Zone of Interest voor zich. Dit is film in optima forma. Dit is waar het medium voor bedoeld is: geluid en beeld tot een confronterende en emotionele reactie begeleiden.
Geweld op afstand
De film behandelt hét onderwerp dat ook op de voorgrond treedt in het werk van Michael Haneke: de afstand tot verborgen geweld. In films als Caché (2005) en Benny’s Video (1992) zien we dat geweld op afstand altijd makkelijker te verdragen is en daardoor niet als echt geweld wordt ervaren. We zien dit overal om ons heen in onze samenleving. Onze kleren worden gemaakt door moderne slaven in Zuid-Oost Azië, onze chocola en fruit worden geplukt door Afrikanen en ons vlees wordt voortgebracht door een vleesindustrie die net zo gestroomlijnd en steriel opereert als de verbrandingsovens van Siemens van destijds. Allemaal vormen van geweld die ten grondslag liggen aan onze luxeproductjes die we dagelijks nuttigen, maar waarvan we wat betreft de productie mentaal gedistantieerd zijn. We ervaren het niet als geweld, maar als gezeur als iemand het opbrengt.
Dit is waarschijnlijk ook hoe het Duitse gezin van Auswitsch-commandant Rudolf Höss in The Zone of Interest omgaat met het gegeven dat zij naast een vernietigingskamp wonen. Dit waargebeurde verhaal is een onverschrokken zoektocht in de ziel van de meest verwerpelijke mensen, die op het eerste oog een simpel bourgeois leventje leiden dat slechts draait om de gemakjes van onze consumptiemaatschappij. Een landhuis met zwembad en moestuin, maar daarachter een grote muur waar het rook van de ovens neerdaalt over het gezin, is hun dagelijkse gestoorde realiteit.
In heel veel opzichten kan je stellen dat de westerse wereld ook achter een muur leeft, waarmee zij het geweld dat zij aanricht in de wereld op afstand houdt. Onze huidige regering handelt ook uit die gedachte door het willen weren van asielzoekers. Als zoon van een vluchteling die heeft moeten vluchten om een burgeroorlog die aangewakkerd is door het westen, moet ik bekennen dat dat mij pijn doet. Helemaal als je je beseft dat onze arbeidsmarkt en verzorgingsstaat snakt naar jonge mensen, maar dat daargelaten.
Controversie
Jonathan Glazer (Sexy Beast en Under the Skin) hield na het winnen van de Oscar voor beste regisseur een controversiële toespraak waarin hij verwees naar de situatie in Gaza.
“Right now, we stand here as men who refute their Jewishness and the Holocaust being hijacked by an occupation which has led to conflict for so many innocent people.”
Vooropgesteld wil ik benoemen dat er nooit waarlijke retributie mogelijk is ten opzichte van het Joodse volk, en dat wij in onze benadering de Holocaust nooit mogen vergeten. Ik heb nog geen film gezien die dat effectiever verbeeldt dan The Zone of Interest. Ik moet dan direct denken aan de scène in Schindler’s List (1995) waarin Spielberg een close-up van een douchekop toont gevolgd door een close-up van angstige Joodse gezichten. In vergelijking is die vertelling een nogal kinderachtige en smakeloze behandeling.
Toch is de realiteit van Israël vandaag de dag anders. Op dit moment hebben de rapporteur van de VN, Francesca Albanese, en Amnesty International de genocide in Gaza vastgesteld en heeft het Internationale Strafhof in Den Haag een arrestatiebevel tegen Netanyahu uitgevaardigd. De bombardementen zijn nu al langer dan een jaar gaande, en elke dag nog sterven er onschuldige kinderen.
Terrorisme
Naast dat geweld extra gevaarlijk is als we het op afstand beleven, doordat het verborgen is of doordat de ander ontmenselijkt wordt, lokt geweld ook altijd meer geweld uit. Een daad van agressie weerkaatst uiteindelijk altijd weer terug. Het is belangrijk om dat niet te negeren, niet te zien als een opzichzelfstaand fenomeen. Elke terroristische aanslag of zelfs strafrechtelijk misdrijf moet altijd in haar historische en maatschappelijke context gezien worden, al is het maar om het in de toekomst te kunnen voorkomen. Zo zien we dat de moord op Brian Thompson niet losgeplaatst kan worden van het probleem dat de moordenaar opwerpt. Dat maakt het geweld niet goed, maar de aanleiding kan niet genegeerd worden.
De Nederlandse media en regering falen hierin. Vooral de term terrorisme wil ik hier nog nadrukkelijk benoemen. Een terrorist is een paniek zaaiende vijand van de staat. Vergis je niet, verzetsstrijders in de Tweede Wereldoorlog waren ook terroristen, zo ook Nelson Mandela en Mahatma Gandhi. De term terrorist is niet noodzakelijkerwijs een morele uitdrukking, maar in de eerste plaats een politieke. Ik baal ervan dat de media bij elke dader van buitenlandse afkomst een perverse semantische dans uitvoeren waarbij eerst bekeken wordt of er sprake is van terrorisme. Dit zien we bijvoorbeeld nu bij de aanslag in Maagdenburg.
In de eerdergenoemde toespraak benoemt Glazer aan het einde de twaalfjarige Aleksandra Bystroń-Kołodziejczyk. In de film zien we haar in de nacht in negatief beeld over de muur klimmen en appels neerleggen voor de kampbewoners. Deze “terrorist” is het licht in alle duisternis van de film.
Verdovende media
Tot slot wil ik nog een laatste observatie delen. Ik denk dat we een grondige verandering in mentaliteit nodig hebben wat betreft ons mediadieet. Het klinkt misschien wat oubollig, maar in een wereld waar jongeren oorlogje spelen op de Playstation en betekenisloze massamoorden in films als Kill Bill (2003) met een glimlach uitgevoerd worden, accepteren wij als publiek dat geweld geen betekenis meer heeft. Op het moment dat onpersoonlijk en betekenisloos geweld de norm wordt en wij geweld niet meer de uitzondering beschouwen kruipt er een duistere connotatie in onze verbeelding. Ik vind dat we best kritischer mogen zijn op deze kant van ons mediadieet. Geweld kan een krachtige boodschap en confrontatie in zich dragen, maar kan ook gebruikt worden om de aandacht op te eisen en het publiek op een goedkope wijze visueel te stimuleren.
Na afloop van de The Zone of Interest moest ik even een wandeling maken om ervan bij te komen, vergelijkbaar met het bezoeken van het oorlogsmuseum in Saigon. Het was alsof ik zelf een trauma doorleefd had. Vooral het geluid van de film werkte beangstigend. Weinig films hebben dit effect nog, mede omdat wij verdoofd voor geweld geworden zijn.
30 december 2024
Terugblik 2024 deel 1 – Cor Oliemeulen: Wie ben ik?
Terugblik 2024 deel 2 – Ralph Evers: Volwassen rebellen
Terugblik 2024 deel 3 – Bob van der Sterre: Films als relaxmachine?
Terugblik 2024 deel 4 – Bert Potvliege: Misschien helpt meditatie
Terugblik 2024 deel 5 – Tim Bouwhuis: Palm, Leeuw en Beer
Terugblik 2024 deel 7 – Hoe het ‘gewone’ leven doorging