IDFA 2024 – Deel 8 (slot):
Méér geschiedenis
door Bob van der Sterre
Als er iets hét documentaire-thema is van de laatste tijd, is het wel geschiedenis. Persoonlijke geschiedenissen, wereldgeschiedenissen, vaak met een oorlog als thema, doen het goed in de films. En archiefbeelden zijn populair. Drie films over geschiedenis besluiten onze verslaggeving over IDFA 2024.
The Propagandist – De filmtsaar van de Nederlandse cinema in de Tweede Wereldoorlog
Jan Teunissen was een Nederlandse regisseur in de jaren dertig. Zijn grote film over Willem van Oranje flopt en hij komt op een zijspoor. De Duitsers vallen Nederland binnen. Teunissen denkt: dit biedt kansen voor mijn droom om grote Nederlandse films te maken.
Teunissen klimt zich via de NSB op tot ‘filmtsaar’ in de oorlogsperiode. ‘Herr Präsident, zo begroeten ze je dan.’ Ontmoet mensen als Mussert, Goebbels. Bepaalt mede wat er gemaakt wordt. Een kleine kliek NSB-filmmakers probeert ondertussen hun films te maken, waaronder een racistische tekenfilmversie van Reinaard de Vos, en een paar vreselijke komedies. Teunissens droom van het maken van grote Nederlandse films valt al snel in duigen want ze mogen alleen maar propaganda maken.
Wanneer zal je beseffen dat je een vreselijke carrièrekeuze hebt gemaakt? Teunissen ziet het allemaal niet zo moeilijk. ‘We hadden toch gecapituleerd?’ En hij bagatelliseert zijn eigen rol. ‘Ik heb altijd iedereen geholpen.’ Wat hij ook vaak zegt: ‘Ik wilde de Nederlandse film van de grond krijgen.’ Toch wordt het wrang als zijn zoon en stiefzoon – beiden overtuigd nazi geworden – overlijden aan het front als Duits soldaat. En zijn eigen vrouw overlijdt van de stress hiervan.
De film van Luuk Bouwman (maakte ook het veelgeprezen Gerlach, vorig jaar te zien) is een portret van een groep filmers die pragmatisme boven moraal stelde. Een prima film, boordevol allerlei boeiende weetjes, zoals dat in de hongerwinter propagandafilms werden gebruikt om vuur mee aan te maken. The Propagandist profiteert van opgenomen interviews met betrokkenen, waaronder Teunissen, maar ook met andere NSB-filmers; Bob Kommer, een later grote tv-producent die zijn verleden verzweeg; en Reinier Meijer, de enige die wel erkent dat zijn daden niet zo positief waren.
Het werk van de Nederlandse filmers in de Tweede Wereldoorlog is altijd een blinde vlek geweest bij historici maar deze boeiende film zet dat recht.
Trains – Archiefbeelden als intense ervaring
Treinen hebben vaak – vooral in het eerste deel van de twintigste eeuw – een aparte rol gehad. Een veelgebruikt symbool in films voor afscheid. Een laatste kus. Mensen die geliefden uitzwaaien. Een mooie tocht maken en genieten van het uitzicht. En een cynische rol als onderdeel van oorlogen.
Trains legt beide beelden vast. Begint bij het bouwen van locomotieven en vrolijk zwaaiende reizigers begin twintigste eeuw. Op gegeven moment verandert dat in een cynisch verhaal over de twee wereldoorlogen. Eerst de soldaten die massaal naar het front gaan van de Eerste Wereldoorlog. Bommen laden op treinen. Keren zwaargewond terug en krijgen protheses. De pauze van het interbellum waarbij een orkest in de trein optreedt, mensen kaarten en drinken. Dan komt de Tweede Wereldoorlog. Begint onschuldig met een soldaten die tandenpoetsen naast het spoor. Het wordt ronduit ijzingwekkend met treinen vol lijken. Of de voormalige concentratiekampbewoners die lunchen langs het spoor in hun gestreepte kleding. Het Rode Leger dat van de trein een communistisch symbool maakt, gadegeslagen door westerse soldaten.
Na de oorlog wordt het onvermijdelijk optimistischer, met de herbouw van stations, treinen met obers en posttreinen. Stations met nieuwe klapbordjessystemen. Mensen die slapen op banken. Mooiste beeld: de man die op lege bagagekarretjes staat en zo door het station rijdt.
Trains blinkt uit in de montage. Het heeft de montage van een speelfilm – ook al zijn de beelden natuurlijk van allemaal verschillende makers. Erg ingenieus is de montage van een bioscoopwagon, naar beelden van Charlie Chaplin als ’the tramp’, daarna als zichzelf zwaaiend naar mensen, daarna zien we Hitler zwaaien naar mensen (door Chaplin bespot in The Great Dictator). Duitse legerleiders die zich vervelen in de trein – nét als we net de jodentransporten hebben gezien. Vliegtuigen die de treinen beschieten. Vervolgens een route langs karkassen van uitgebrande treinen, kapotte steden, kapotte stations, neergehaalde vliegtuigen. De film is verrassend kort met 80 minuten.
Trains is een intense ervaring en dat wordt geholpen door de prachtige kwaliteit van de beelden en het geluid. Veel tijd zat volgens de Volkskrant in het restaureren en digitaliseren van de film. Vooral dankzij die intensiteit won de Poolse film van Maciej J. Drygas denk ik vooral de prijs voor beste documentaire bij IDFA. Zelf kan ik wel een paar andere films bedenken die ik iets vernieuwender vond.
Light Memories – Een mysterieuze grootvader
Dat geschiedenis ook persoonlijk kan zijn, bewijst de Ecuadoraanse film Light memories. De maker (regisseur Misha Valleja Prut) komt op een spoor van zijn mysterieuze (en haast doodgezwegen) grootvader. Zijn oom vindt camera’s met oude foto’s in het huis van zijn vader, dus Misha’s grootvader.
Misha gaat op onderzoek uit naar zijn grootvader. Eerst bekijkt hij de gevonden foto’s en dia’s. Vraagt aan zijn oma waarom haar man hen had verlaten en hun kinderen niet geaccepteerd (vier zonen, waaronder zijn vader). Daarna bespreekt hij hetzelfde met zijn ooms en vader.
Echt ver komt hij er niet mee. Er blijft weinig bekend over de grootvader of de gevonden foto’s. Het verhaal verandert halverwege van perspectief: het gaat om ‘mamita Luz’ die tijdens de film 90 wordt. Ze is dementerend maar herinnert zich nog wel een en ander en praat erover met Misha. Moeder en zoons overleefden door babytruitjes te breien en verkopen op de markt. Af en toe dicht ze ook: ‘Ouders kijken naar hun kinderen als het licht van de sterren.’ En: ‘Alleen stilte slaapt eeuwig.’
Misha filosofeert: ‘De heldendom van moeder is óók de afwezigheid van een vader.’ Hij ziet een patroon: hijzelf en zijn eigen moeder (en dus ook vader) hadden ook niet echt een vader. In een ontroerend gesprek bespreekt hij dat met zijn vader. ‘We leefden gescheiden vanaf mijn vijfde, je bent afwezig in de meeste herinneringen.’ Zijn vader antwoordt: ‘Ik dronk veel, elke dag. Ik vergat veel dingen aandacht te geven.’ ‘Is het niet toevallig dat we het allemaal zonder vaders moesten doen?’ ‘Het is een patroon. Nu moeten we het verhaal veranderen.’
Erg persoonlijk – een luchtige, tragikomische familiefilm. Een van de golf egodocumenten die de laatste jaren op IDFA te zien was, wat vermoedelijk wel iets met de coronacrisis te maken heeft.
25 november 2024
Deel 1: Openingsfilm – About a Hero
Deel 2: De Storm van Rechts
Deel 3: Personen met ongewone beroepen
Deel 4: Op zoek naar rechtvaardigheid
Deel 5: Muziekfilms
Deel 6: Lang leve het experiment
Deel 7: Palestina