Film Fest Gent 2025:
Competitiefilms (1)
door Bert Potvliege
De jury van de 52e editie van Film Fest Gent, onder voorzitterschap van de Amerikaanse actrice Theresa Russell, staat voor een uitdagende opdracht. Het programma is sterk, met nieuw werk van enkele grote namen. Op zaterdag 18 oktober reikt de jury twee onderscheidingen uit: de Grand Prix voor Beste Film en de Georges Delerue Award voor Beste Soundtrack of Sound Design. In dit verslag bespreken we enkele competitiefilms.

The Love That Remains ****
De naam van de IJslandse filmmaker Hlynur Pálmason circuleert al enkele jaren terecht in cinefiele kringen. Hij maakte indruk met A White, White Day (2019) en overdonderde het publiek met Godland (2022). Het is altijd intrigerend om te zien hoe een cineast een bejubeld werk opvolgt: welke richting kies je na zo’n overweldigend succes? Met zijn nieuwe film The Love That Remains zoekt Pálmason een lichtere, speelsere toon op.
Door niet opnieuw naar de sterren te reiken, haalt hij de druk van de ketel om er wederom een meesterwerk te moeten uitpersen – alsof het een plicht zou zijn gezien de torenhoge verwachtingen. Voor sommigen zal deze kleinschalige, lichtere Pálmason een teleurstelling zijn. Ook bij ondergetekende was het enthousiasme aanvankelijk wat matiger, gezien de bescheiden inhoud van de film. Maar al snel blijkt dat de cineast opnieuw weet te verrassen, met een visuele daadkracht en een thematische verderzetting van zijn onderzoek naar ons omgaan met de natuurlijke wereld.
The Love That Remains vertoont ondanks de andere toon een duidelijke verwantschap met zijn eerdere werk. We volgen een gescheiden gezin – een kunstenares, haar ex-man die op een vissersboot werkt, en hun drie kinderen die vol verwondering naar de wereld kijken. Tegen de majestueuze IJslandse achtergrond verweeft Pálmason opnieuw zorg voor elkaar met zorg voor de aarde.
De filmmaker versterkt de poëtische kracht van zijn film op ogenschijnlijk eenvoudige wijze, door te spelen met visuele sensaties en prikkels die aanvoelen als een warm bad – denk aan de glijdende visvangst door het schip, het ritmische tikken van een pop die pijlen incasseert, en de overvloed aan indrukwekkende natuurfotografie. De toon ademt verwondering over het leven en de wereld. Eenvoudig en lieflijk, maar tegelijk doeltreffend en ontzettend filmisch.
Misschien wordt zijn volgende film opnieuw een splinterbom, maar met dit intiemere en luchtigere werk hoeft Pálmason zijn status als een van de belangrijkste Europese cineasten van vandaag geenszins te herzien.
Kijk hier waar deze film is te zien (mits niet uitverkocht).

The Voice of Hind Rajab ***
Zal de controverse die The Voice of Hind Rajab veroorzaakte op het filmfestival van Venetië zich herhalen in Gent? Daar dreigde de jury uit elkaar te vallen over de vraag of de film de Gouden Leeuw verdiende. In haar nieuwste werk vertelt cineaste Kaouther Ben Hania het waargebeurde verhaal van het Palestijnse meisje Hind Rajab, vermoord door het Israëlische leger. De film bleek een precair geval: een bekroning zou haast onvermijdelijk gelezen worden als een politiek statement tegen het onrecht in de regio. Uiteindelijk ging Jim Jarmusch met zijn iets te bleke Father Mother Sister Brother met de hoofdprijs lopen, terwijl The Voice of Hind Rajab genoegen moest nemen met de tweede prijs.
Interessanter is echter de vraag of je iemand kan wijsmaken dat de film de hoofdprijs zou gewonnen hebben, zónder dat die overwinning een politiek statement was? Dan moet gekeken worden naar de kwaliteiten van de film an sich, wat uiteraard het enige is dat echt telt.
The Voice of Hind Rajab is zonder twijfel een geslaagde film: een snedige, goed gemaakte thriller met een belangrijke boodschap. Toch mikt Ben Hania niet al te hoog, en haalt de film niet het niveau van sommige andere competitietitels. De prent past netjes binnen het huis clos-subgenre – verhalen die zich afspelen op één locatie, met beperkte personages en nadruk op dialoog en psychologische spanning (Locke, The Guilty, Phone Booth). We volgen enkele medewerkers van de Palestijnse Rode Halve Maan, een noodhulplijn voor slachtoffers van het geweld in Gaza, terwijl ze de paniekerige oproepen van het meisje Hind proberen te beantwoorden.
De tijd dringt om haar te redden, en het meest aangrijpende detail is dat die oproepen geen fictie zijn, maar echte opnames van de dag waarop het kind stierf. Als Film Fest Gent inzet op de politieke kracht van cinema, dan is dit het perfecte voorbeeld daarvan.
Dat de film wat beperkt blijft, ligt vooral aan de vorm. The Voice of Hind Rajab borduurt voort op de reeds twintig jaar oude nerveuze, schokkerige camerastijl die Paul Greengrass perfectioneerde in de Bourne-films: een rusteloze schoudercamera die constant beweegt, vaak zonder duidelijke motivatie, en van zoemende computerschermen naar paniekerige gezichten springt. Die visuele tactiek werkt nog steeds, maar voelt inmiddels wat versleten – Ben Hania volgt het genrehandboek iets te netjes en zonder frisse ideeën.
Toch laat de film niemand onberoerd. Het rauwe realisme, gekoppeld aan het uitzichtloze leed, treft onvermijdelijk. En via de gebroken, wanhopige blik van de jonge operator (uitstekend vertolkt door Motaz Malhees) laat Ben Hania de kijker achter met een brok in de keel.
Kijk hier waar deze film is te zien (mits niet uitverkocht).

Sound of Falling *****
Niets kon ons voorbereiden op de ervaring van Sound of Falling: een film die zo krachtig is dat het hele filmjaar in een ander licht komt te staan. Mascha Schilinski veroorzaakte met haar meesterlijke film al de nodige beroering op het festival van Cannes, waar ze de juryprijs won (gedeeld met Oliver Laxe voor Sirât). We schrijven halfweg Film Fest Gent, maar een nóg betere film tegenkomen lijkt schier onmogelijk.
De film verweeft vier verhaallijnen, verspreid over een eeuw op een Duitse boerderij, telkens verteld vanuit een vrouwelijk perspectief in een mannelijke wereld. Het is geen film die zich laat vatten na één kijkbeurt, maar dat hoeft ook niet: de film te zien krijgen was een zeldzaam moment van beseffen dat ontcijferen niet noodzakelijk de essentie is. Sound of Falling nodigt uit om te ervaren in plaats van te verklaren: een sensorische, bijna tranceachtige beleving die uitblinkt in poëtische kracht en filmisch meesterschap.
Schilinski roept het verleden tot leven als een bewegend fotoalbum. Zelden werd nostalgie met zulke technische finesse en emotionele intensiteit verbeeld, waarbij de kracht van het beeld de hoofdrol speelt. De film is ernstig en donker van toon, maar tegelijk zinderend van gevoel. Plot en intentie verdwijnen naar de achtergrond: wat telt is de sfeer, de textuur, de beweging van tijd. Ondoorgrondelijk en gelaagd als een verfijnd gedicht, ontvouwt Sound of Falling zich als een doolhof én een viering van pure filmkunst.
Wie probeert houvast te vinden in de vier verhalen raakt onvermijdelijk de weg kwijt in dit labyrint van herinneringen. De kijker staat voor een keuze: loslaten en vallen door de konijnenpijp óf weerstand bieden en buitengesloten blijven. Als je loslaat, verdwijn je in Schilinski’s poëtische duisternis, om na de schitterende slotscène met tegenzin terug te keren naar het daglicht.
Kijk hier waar deze film is te zien (mits niet uitverkocht).
13 oktober 2025
MEER FILMFESTIVAL