Blood Simple (1984)

Blood Simple (1984)
Subtiele observaties van menselijke zwaktes en dommigheden

door Cor Oliemeulen

De Coen-broers bewijzen al veertig jaar lang dat je films kunt maken zonder de bemoeienis van Hollywood-studio’s. Ethan en Joel schrijven, regisseren en monteren al hun films zelf, houden zich niet bezig met populaire trends en laten zich zelden zien in de media. Hun werk mengt humor, geweld en cynisme, maar biedt meestal de mogelijkheid van verlossing. Blood Simple (1984) – vanaf 11 juli als 4K-restauratie in de bioscoop – dient als gids voor al hun gedenkwaardige films die volgen.

In veel Coen-films ontmoeten duisternis en lichtvoetigheid elkaar. Vooral in de begintijd zijn de situaties en het geweld vaak zo overdreven dat ze neigen tot absurdisme, maar toch behouden ze een realistische benadering. Blood Simple kent een soort fysieke komedie die je aantreft in de horrorfilms van Sam Raimi. Hij belichaamde in de jaren 80 de opkomst van een esthetiek van slechte smaak. Een deel van het filmpubliek wilde overdreven geweld.

Dan Hedaya als stripbareigenaar Marty

Dan Hedaya als stripbareigenaar Marty

Splatstick
Net zoals veel van hun collega’s in die jaren experimenteerden Joel en Ethan Coen met Super-8-filmjes. Joel ging werken als montage-assistent voor Sam Raimi’s horrorklassieker The Evil Dead (1981) en hoorde hoe hoofdrolspeler Bruce Campbell de term splatstick bezigde voor de combinatie van gruwelhorror en slapstick. Denk bijvoorbeeld aan het meisje dat in het bos wordt vastgegrepen en gemolesteerd door de takken van levende bomen. Of de scène waarin een hand van de hoofdpersoon wordt besmet door een beet en zijn eigenaar wil doden, zodat hij zijn hand moet amputeren met een kettingzaag om de verspreiding van het kwaad te stoppen.

De Coen-broers raakten enthousiast door Raimi’s splatstick-geweld, maar hadden de neiging om de horror (en later ook andere genres) enigszins te parodiëren en te overgieten met een intellectueel sausje. Zo eindigt hun debuutfilm Blood Simple potsierlijk met de scène waarin een vrouw de hand van een man met zijn eigen mes doorboort, omdat zij denkt dat het slachtoffer haar wil vermoorden. Het geweld is vaak cartoonesk, bijvoorbeeld aan het begin van Raising Arizona (1987) als een ruige motorrijder tijdens zijn rit door de woestijn een konijn tot gort schiet. Volgens Joel was mensen doodschieten prima, maar kijkers wilden niet zien dat er een konijn gewond raakte. Die kijkers konden dus ook smullen van de memorabele scène in Fargo (1996) waarin iemand in een houtversnipperaar wordt geduwd.

Film noir
Naast het soms groteske geweld is de donkere atmosfeer bepalend voor Blood Simple. De Coens voelden zich aangetrokken tot film noir en lieten zich in het bijzonder inspireren door de boeken van James M. Cain en de verfilming van diens Double Idemnity (1944) door Billy Wilder. Dat de tijd rijp was voor het opnieuw leven inblazen van de film noir had Body Heat (1981) al bewezen. Dit misdaaddrama van Lawrence Kasdan gebruikt veel stilistische elementen van de klassieke film noir, zoals schaduwen en rokerige kamers, maar heeft ook een complex en dubbelzinnig plot. De thema’s zijn verraad, hebzucht en morele ambiguïteit.

Net als Body Heat, Double Idemnity, maar ook James M. Cains andere beroemde boek The Postman Always Rings Twice (verfilmd in 1946 en 1981), draait Blood Simple om een driehoeksverhouding met de fatale aantrekkingskracht van passie en hebzucht en een complot om een echtgenoot te vermoorden voor financieel gewin. In de gereanimeerde film noir van de Coens gaat het om stripbareigenaar Marty (Dan Hedaya) die de zweterige privédetective Visser (M. Emmet Walsh) inhuurt om zijn overspelige vrouw Abby (Frances McDormand) en haar minnaar Ray (John Getz) te vermoorden. Vervolgens ontstaat er een kettingreactie van leugens en misverstanden met als klap op de vuurpijl iemand die maar niet wil doodgaan.

De titel Blood Simple is afkomstig van een andere bekende schrijver van zogenaamde hard-boiled detectiveromans, Dashiell Hammett, die in zijn boek Red Harvest (1929) de term omschrijft als ‘een staat van verwarring, paranoia, en verminderde mentale helderheid die optreedt na het ervaren of plegen van geweld’. En net als in de klassieke film noir gebruiken de Coen-broers vervreemding, misdaad en geweld als een cynische visie op de wereld en ligt de nadruk op de donkere kant van de menselijke aard en op de innerlijke tegenstrijdigheden van de hoofdpersoon.

Naast de desoriënterende camerahoeken met hoge en lage standpunten, accentueren de Coens de ‘duisternis’ van hun verhaal met het veelvuldig gebruik van ingehouden, mysterieuze verlichting (vooral accenten van neon en blauw licht), een ander kenmerk van de klassieke film noir. Net als overmatige regen, waarmee Blood Simple begint.

M. Emmet Walsh als privédetective Visser

M. Emmet Walsh als privédetective Visser

Low budget
Joel en Ethan Coen waren niet alleen fan van de klassieke film noir, ze kozen ook voor deze filmstijl om praktische redenen: geld. Na het schrijven van het scenario en voordat ze nog maar iets voor Blood Simple hadden opgenomen, vroegen de broers aan de net afgestudeerde regisseur Barry Sonnenfeld of hij voor 100 dollar een korte trailer wilde maken. Hij filmde een man die midden op de weg stopt, een schop tergend langzaam over het asfalt sleept naar een andere man, die hij gaat vermoorden, en begraven. Met die trailer onder de arm gingen ze langs vrijwel elke grote Amerikaanse filmdistributeur, echter niemand wilde Blood Simple financieren omdat er te weinig actie in het script zat en omdat het publiek zich niet zou kunnen identificeren met de koele personages.

Joel (29 jaar) en Ethan (26 jaar) haalden in een jaar 750.000 dollar op, genoeg om met de productie van de film te beginnen. Een probleem was dat ze geen ervaren editor konden inhuren om hun geschoten materiaal zo mooi mogelijk aan elkaar te monteren. Maar goed, de broers wilden sowieso de controle over hun film behouden, dus besloten ze om zelf te gaan monteren. Op de aftiteling verscheen hun pseudoniem Roderick Jaynes, een bekende truc van makers van lowbudgetfilms om te vermijden dat hun namen niet te vaak op aftiteling zouden verschijnen.

Stinkend zaakje
Blood Simple opent met een korte voice-over monoloog, iets wat ze ook in toekomstige films zouden doen. Bij de Coens leent niet alleen het filmgenre zich voor parodie, ook de symboliek van sommige handelingen en situaties fungeert als een knipoog. Bijvoorbeeld als Marty na een vistripje terugkeert in zijn kantoortje, de gevangen vissen op tafel legt en vervolgens wordt neergeschoten. Zijn lichaam wordt verwijderd, maar die vissen blijven de hele tijd op het bureau liggen te meuren en demonstreren dat het hele zaakje steeds meer gaat stinken. Een ander voorbeeld is de onbetrouwbare privédetective Visser die voortdurend om zijn eigen flauwe en zieke grapjes lacht.

De monologen en dialogen zijn afwisselend hilarisch of stemmen tot nadenken. Het lijkt soms wel alsof alle slechteriken filosofie hebben gestudeerd. Het gebruik van excentrieke personages die grappige en gevatte teksten opdissen en zich overgeven aan stijlvolle geweldsscènes zie je later terug in de films van Quentin Tarantino. Terwijl Ethan Coen zich vooral oriënteert op het taalgebruik, denkt Joel vooral in beelden. Hun feilloze samenwerking leidt tot subtiele observaties van menselijke zwaktes en dommigheden.

Frances McDormand als Abby

Frances McDormand als Abby

Frances McDormand
Verrassend is de keuze van Frances McDormand als femme fatale, die geen femme fatale is. Ten eerste is zij geen klassieke schoonheid zoals in de oude film noir; ten tweede is haar personage in Blood Simple niet betrokken bij een complot. Abby is slechts een vrouw die genoeg heeft van haar man en op zoek is naar een avontuurtje, dat fatale gevolgen kent, en heeft geen idee welke intriges allemaal spelen. De Coens hadden voor haar rol in eerste instantie actrice Holly Hunter op het oog, maar zij had al andere filmactiviteiten gepland. Dus stelde Hunter haar kamergenoot McDormand, die drama had gestudeerd, voor aan ‘die twee hele rare jongens’, die hun eerste film wilden maken.

Tijdens de opnamen van Blood Simple werden Frances McDormand en Joel Coen verliefd op elkaar en trouwden nadat de film uitkwam. Zowel hun debuutfilm als hun huwelijk hebben veertig jaar later de tand des tijds doorstaan. Zoals de Coens hun eersteling fabriceerden uit verhalen van de klassieke film noir maakte de Chinese regisseur Zhang Yimou op zijn beurt een remake van Blood Simple. In diens A Simple Noodle Story (2009) is de stripbar in Texas vervangen door een noedelswinkel in een Chinees woestijnstadje. Waar Yimou uitbundige acteerprestaties en visuele flair benadrukt, blijft het debuut van de Coens veel meer ingetogen met realistisch acteerwerk, minimalistisch gebruik van geluid, donkere spanning en ironie. In die zin kun je Blood Simple beschouwen als een blauwdruk van het hele Coen-oeuvre.

 

4 juli 2024

 

THEMAMAAND JOEL EN ETHAN COEN

The Straight Story (25th Anniversary)

*****
recensie The Straight Story (25th Anniversary)
Vergeving aan het eind van de weg

door Bert Potvliege

Ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig bestaan van The Straight Story komt de film in 4K gerestaureerde versie terug in de zalen. Deze roadmovie vertelt het bitterzoete relaas van een door wroeging geplaagde oude man die de brokken wil lijmen met zijn broer. Je kan deze gerust beschouwen als de vreemdste prent in het oeuvre van regisseur David Lynch, net omdat hij zo normaal lijkt.

David Lynch heeft een unieke stem en maakt films die soms briljant maar nooit minder dan fascinerend zijn. In zijn verbeelding van Amerika spoken markante en gevaarlijke figuren rond, waarbij dat wat onderhuids rot aan de oppervlakte komt te liggen. Dit geschiedt vaak in een ongrijpbare toon waarbij de plot proberen ontcijferen kan tegenvallen – wat buitenstaanders zouden omschrijven als ‘rare films’. Maar het eindresultaat is vaak om u tegen te zeggen: Eraserhead, Lost Highway, Mulholland Drive. Het is maar een greep uit de output van wat een van de boeiendste filmmakers ooit moet zijn. Te midden van al die duisternis vinden we de rust van The Straight Story.

The Straight Story (25th Anniversary)

Bochtloze wegen
In het op ware feiten gebaseerde verhaal volgen we Alvin Straight (Richard Farnsworth), een verouderd man die niet goed te been meer is. Hij woont samen met zijn aan een spraakgebrek lijdende dochter Rose (Sissy Spacek) in het rurale Iowa. Wanneer zijn vervreemde broer Lyle (Harry Dean Stanton) getroffen wordt door een hartinfarct, besluit hij hem voor het eerst in jaren te bezoeken in een poging de band te herstellen vooraleer het te laat is. Maar Lyle woont honderden kilometers ver en de aftakelende Alvin mag niet langer met de wagen rijden. Als een Processie van Echternach besluit de bejaarde man de tocht te ondernemen met zijn trage zitmaaier. De rit is als een boetedoening voor hem, een manier om in het reine te komen met zichzelf en om de liefde van zijn broer terug te winnen.

De lange kaarsrechte banen door het platteland bieden Alvin alle bezinningstijd die een mens nodig heeft. Verschillende ontmoetingen met vreemden onderweg dienen om morele lessen over het leven en familie te delen met elkaar. Het zijn allemaal stappen die Alvin de verzoening doen verdienen, in een ontzettend vredevol crescendo richting de eigenlijke ontmoeting. Zo wordt de film ook een metafoor voor het leven: De dood mag dan de bestemming zijn, de tocht erheen maakt het leven uit.

Meditatieve mais
Er schuilt een zielsrust in de houding van de film, want enkele bijzonderheden doen de prent gelijken op de filmische vertaling van meditatie. Dit is niet verwonderlijk als je weet dat Lynch al decennia een fervent beoefenaar is van transcendente meditatie. Zo is er zelfs de David Lynch Foundation die ervoor wil zorgen dat elke Amerikaan de kans krijgt het te leren. Het zal uiteraard niet de eerste in zijn soort zijn, maar we bestempelen The Straight Story graag als een mooi voorbeeld van onthaastingscinema, iets waar het recent verschenen Here (Bas Devos) ook schatplichtig aan is. Het zijn doorgaans conflictloze prenten zonder antagonist, die een positiviteit en een vredigheid uitstralen waardoor een relaxerend aura rond de film komt te hangen.

The Straight Story (25th Anniversary)

In The Straight Story is het verhaal de eenvoud zelve, getuige de passende titel. Alle personages zijn goeie mensen. Er is nauwelijks iemand die weerwerk biedt. Er is enkel het trage vooruitgaan van de tocht die Alvin onderneemt, geruggesteund door een fenomenale muzikale begeleiding door componist Angelo Badalamenti. We dagen je uit een fan van de film te vinden die niet ogenblikkelijk begint over die wondermooie muziek, met die bluegrass-violen die ons vijfentwintig jaar later nog steeds ontroeren tot op het bot. Dat horen terwijl een helicoptershot bij magic hour over een maisveld glijdt, is van het allermooiste.

De kogel
We staan graag even stil bij hoofdrolspeler Richard Farnsworth. De man is ontzettend sympathiek in de rol van Alvin, waardoor elke kijker de vurige wens heeft dat hij zijn bestemming haalt. De kalmte in de manier waarop het verhaal verteld wordt, zorgt ervoor dat de kijker in alle rust zijn of haar empathie voor dit personage kan ontdekken.

Je kan die empathie koppelen aan het metaperspectief van de film, want Farnsworth was eind jaren negentig een stokoud acteur wiens loopbaan achter zich lag en die met deze rol een wondermooi geschenk kreeg. De filmwereld was in de ban van zijn vertederende acteerprestatie. Het zou ook leiden tot een Oscarnominatie voor beste acteur. We herinneren ons de trotse vuist die hij maakte toen hij in beeld kwam tijdens de ceremonie. Een goeie zes maand later zou hij zichzelf door het hoofd schieten, op zijn ranch in New Mexico. Hij wou de terminale botkanker waaraan hij leed niet het laatste woord geven.

The Straight Story bewijst al vijfentwintig jaar lang vijf sterren waard te zijn. De maatschappelijke rol van zingeving en spiritualiteit is explosief gegroeid sinds de jaren 1990, waardoor de relevantie van de film enkel toegenomen is. David Lynch maakte een wonder van een meditatieve film, vitale cinema die een onuitwisbare indruk heeft nagelaten.

 

26 juni 2024

 

ALLE RECENSIES

The Sweet East

**
recensie The Sweet East
Lolita in Wonderland

door Bert Potvliege

Er zit een wrange smaak aan deze The Sweet East, regiedebuut van Sean Price Williams, door een bruusk omgaan met de thematiek en de verleidelijke blik op de nimf aan het roer van het verhaal. Hij maakt van het geheel soms een broeierige droom, maar de puberale benadering voert de boventoon.

Ervan opkijken dat Williams cameraman blijkt van het uitmuntende Good Time (de Safdie-broers) doen we geenszins, want in navolging van die prent wil hij met zijn debuut een koortsdroom op poten zetten. Maar waar de Safdies voluit de kaart trokken van de nachtmerrie, maakt Williams een bubblegumversie geënt op hedendaags Amerikaans fanatisme in een vreemdsoortig contrast met een zomerige Nabokov-meid in de hoofdrol. We hebben geen idee waarom een feeërieke lolita ons door deze thematische besognes moet loodsen en de film biedt er ook geen antwoord op.

The Sweet East

Een meute extremisten
De middelbare scholiere Lilian (Talia Ryder: Never Rarely Sometimes Always), nodeloos en mateloos geil in beeld gebracht door Williams en scenarist Nick Pinkerton, trekt er in de New Yorkse regio alleen op uit nadat haar vriendje haar geslagen heeft. Het is de start van een bevreemdend avontuur dat haar langs een meute extremisten brengt – van linkse activisten en devote christenen tot white supremacists en moslimstrijders. Ze besluit een tijdlang op te trekken met Lawrence (Simon Rex), een van die rechtse rakkers die er alle schijn naar heeft een pedofiel te zijn. Het is een zwakte die Lilian uitbuit om verderop te geraken in het brute land.

Een verhelderende verklaring voor de wijze waarop de filmmakers het materiaal benaderen, blinkt uit in afwezigheid. De verpaupering van Amerikaans patriottisme als motivatie en aanzet smaakt flets. Politiek en religieus extremisme om de staat van de Amerikaanse samenleving aan te kaarten, is een ontzettend beladen thematisch raamwerk dat een weloverwogen en delicate aanpak vergt. Deze onderwerpen dienen hier vaak als een bron van humor waar te los mee omgesprongen wordt. Het beleven ervan door de ogen van een tienermeisje roept veel vragen op.

Misplaatste lust
Het gevoel overgeleverd te zijn aan onverantwoordelijke verhalenvertellers wordt infinitesimaal uitvergroot in hun afbeelding van de in het leven verloren gelopen Lilian. Alle manspersonen op haar pad willen in haar kort broekje zitten, een feit dat de filmmakers tot in treurnis herhalen terwijl de camera haar lichaam begluurt. Haar dynamiek met Lawrence wordt zo bij vlagen onbedoeld hilarisch, wanneer ze bijvoorbeeld in een weinig verhullend kleedje een radslag doet in de zonovergoten tuin.

The Sweet East

Een misplaatste shootout doorspekt met komische noten en gore in de traditie van een jonge Peter Jackson, helpt de zaak niet vooruit. In tien minuten een vol gepiercete penis, druggebruik en een in een veld plassende meid te zien krijgen, ook niet. Idem wanneer iemand de woorden ‘the rear’ in de mond neemt terwijl de camera langs enkele konten glijdt.

Het is niet al kommer en kwel. Williams stond zelf in voor het camerawerk en je voelt dat de man over voldoende visuele flair beschikt om het geheel aangenaam te doen ogen. De film baadt in een warme, zomerse gloed die minder geforceerd aanvoelt dan je zou vermoeden. De door de film spokende lolita-vibe is dan wel ongepast, het tot leven roepen ervan is wel geslaagd.

Wat ook in het voordeel van de film spreekt is dat het loskomt van de pagina. Er zit leven in de personages, met voldoende zuurstof in het scenario gelaten zodat er regelmatig een naturelle omgang is tussen de figuren. Het eindresultaat is niet geslaagd, maar dient wel als een leerrijk voorbeeld over de verantwoordelijkheid van een filmaker in het omspringen met de thematiek. De ietwat onbezonnen houding van Williams schemert in alles door.

 

9 mei 2024

 

ALLE RECENSIES

Dream Scenario

***
recensie Dream Scenario
Schaduwkant van beroemd zijn

door Cor Oliemeulen

Nicolas Cage is een van de meest productieve filmacteurs van zijn generatie. Als je zes films per jaar maakt, zit er vast wel eens een aardige tussen. Voor 2023 is dat Dream Scenario, een wonderlijk verhaal over een leraar die in de dromen van miljoenen mensen verschijnt.

In een interview met Entertainment Tonight vertelt Nicolas Cage dat tijdens de opname van Dream Scenario in Toronto zijn nicht Sofia Coppola in dezelfde stad bezig was met Priscilla en zijn oom Francis Ford Coppola in Atlanta met zijn nieuwe film Magalopolis. De drie zouden elkaar van feedback hebben voorzien. Je kunt Cage er niet van betichten dat hij in al zijn ruim honderd films meeliftte op de naam Coppola, de maker van al die onvervalste klassiekers in de jaren 70, want al na zijn eerste filmrol in Fast Times at Ridgemont High (1982) veranderde Nicolas zijn achternaam. Hij wilde zijn succes geheel op zijn eigen conto schrijven.

Dream Scenario

Uitstraling
Niet alleen Cage’s werkethos leverde door de jaren heen met enige regelmaat een voltreffer op, ook wist hij met zijn hoofdzakelijk energieke uitstraling, zelden verstoken van een portie overacting, een grote schare fans te verzamelen. Hoe anders is zijn personage in Dream Scenario, de jongste film van de Noorse filmmaker en scenarist Kristoffer Borgli (Sick of Myself). De acteur scheerde het midden van zijn hoofd kaal en liet zich een kunstneus aanmeten om schlemielig over te komen.

We hebben het over biologieleraar Paul Matthews, een onopvallende verschijning die op een dag van zijn dochter krijgt te horen dat zij over hem heeft gedroomd. Vervolgens droomt zijn ex over hem en niet veel later slaat de onrust in de collegezaal toe nadat Paul ook in de dromen van zijn meeste leerlingen is opgedoemd. Dat bleken over het algemeen geen fijne dromen, hoewel de droom van een vrouwelijke leerling erotisch van aard was. Paul voelt zich gevleid, gaat wat met het meisje drinken en stemt schoorvoetend toe om de bewuste droom als het ware na te spelen.

Dream Scenario

Nachtmerries
Plotseling is Paul Matthews populair en weet hij eindelijk de belangstelling van zijn leerlingen te trekken door tijdens de colleges met hen over hun dromen te praten. Het duurt niet lang voordat miljoenen mensen op de wereld over de leraar dromen, voor velen betreft het nachtmerries. Hun meeste dromen gaan over verschrikkelijke voorvallen die ze beleven, echter de leraar heeft daarin nooit een aandeel, hij loopt gewoon voorbij of kijkt toe.

In tegenstelling tot zijn familieleden vindt Paul al die aandacht in de (sociale) media geen ramp. Hij hapt zelfs toe om gesprekken met een reclamebureau aan te gaan, want Paul heeft een boek met een weinig aansprekend thema geschreven en wil dat graag onder de aandacht brengen.

Dream Scenario toont de trend van beroemdheden die gevaar lopen om tot de enkels toe te worden afgefakkeld. Paul is geen televisiemaker met grensoverschrijdend gedrag, maar een eenvoudige goedzak die het niet kan helpen dat hij de nachtrust van zoveel mensen verstoort. Hij raakt in een diep dal.

Het is jammer dat de film wat onbevredigend eindigt, want we hadden graag iets geweten over het waarom Paul in andermans dromen verschijnt. In die zin doet deze donkere dramedy denken aan Cage’s optreden in Knowing (2009) waarin hij ook een leraar speelt en waarin het al even veelbelovende plot – over een man die aan de hand van cijfercodes de toekomst kan voorspellen – ook een beter slot had verdiend.

 

14 maart 2024

 

ALLE RECENSIES

Bob Marley: One Love

**
recensie Bob Marley: One Love
Persoonsverheerlijking verdient beter

door Jochum de Graaf

Van het leven van reggaesuperster Bob Marley had een geweldige biopic gemaakt kunnen worden. One Love is een nogal tegenvallend hagiografisch portret dat geen recht doet aan zijn boeiende, complexe persoonlijkheid.

Eind 1976 staat Jamaica op de rand van een burgeroorlog. De linkse Peoples National Party (PNP) en de meer rechtse Jamaica Labour Party (JLP) strijden om de verkiezingswinst in een campagne die met veel geweld en aanslagen gepaard gaat. Om het excessieve geweld tegen te gaan, wordt begin december een vredesconcert, Smile Jamaica, georganiseerd. Ook de dan al wereldster in wording Bob Marley (in de VS is sprake van een regelrechte reggae-mania), wil meedoen. Hij ziet zichzelf als onafhankelijke apolitieke verbinder tussen de partijen.

Bob Marley: One Love

Rainbow Theatre en Exodus
Enkele dagen voor het concert worden Marley en zijn familie in zijn huis overvallen. Zijn vrouw Rita en zijn manager Don krijgen meerdere schotwonden. Marley zelf wordt in zijn buik en zijn arm geraakt maar is toch in staat om een kort optreden te geven. Vrijwel gelijk na het concert besluit hij dat het beter is om een tijdje Jamaica te verlaten en vliegt hij naar Londen. Marley en zijn begeleidingsgroep The Wailers verzorgen een iconisch optreden op in het Rainbow Theatre, toeren door een aantal West-Europese landen en nemen het legendarische album Exodus op.

Na ruim anderhalf jaar keert hij in ’78 terug naar Jamaica en geeft een concert op het One Love Peace Concert waar hij de aartsrivalen Manley (PNP) en Seaga (LJP) weet te bewegen elkaar ten overstaan van het uitzinnige publiek de hand te schudden, waarmee een wapenstilstand bezegeld wordt.

Een jaar later maakt Marley een uitgebreide tour door de VS en weer een jaar later, september 1980, geeft hij zijn allerlaatste concert in Pittsburgh. Drie jaar eerder had hij een wond aan zijn teen gekregen. In eerste instantie dacht hij dat het om een voetbalblessure ging, maar toen de wond maar niet genas, werd een melanoom, een zeldzame vorm van huidkanker, vastgesteld. Vanwege zijn Rastafari-geloof weigerde hij amputatie, de kanker woekerde door en mei 1981 overleed Bob Marley, 36 jaar oud.

Inspirerende levenshouding
Er had een prachtige, misschien niet Oscar winnende, maar toch zeker prima film gemaakt kunnen worden over de imposante carrière van Bob Marley. Hij groeide op in armoede in de achterbuurt Trenchtown van Kingston en groeide uit tot het gezicht van reggae, Rastafari en Jamaica. Geroemd om zijn muzikale genialiteit, zijn blijvende betekenis voor de popmuziek en zijn voor velen inspirerende levenshouding. Zijn boodschap van ascese, geloof, hoop en liefde maar ook van revolutie, verzet en vrede. Bob Marley, The King of Reggae, liet een oeuvre na dat in de loop van de tijd alleen maar monumentaler is geworden.

Maar One Love van Reinaldo Marcus Green raakt slechts heel licht aan dit beeld. Je ziet Marley in de studio of voor aanvang van een concert wat mompelen over een akkoord dat gespeeld moet worden, een drumpartij die wat strakker moet, een refrein dat korter of langer kan, hardop twijfelen wat het beginnummer van het concert moet worde. De muzikanten volgen serviel de opdrachten van de grote leider, hem steevast met zijn bijnamen Tuff Gong of Nesta aansprekend.

Bob Marley: One Love

De megahits, War, I shot the Sheriff, Three Little Birds, Stir it up, No Woman No Cry, Redemption Song, Trenchtown Rock, Get up, Stand Up, Lively up yourself, One Love/ People Get Ready, we krijgen ze allemaal te horen. Maar in de versies van hoofdrolspeler Kingsley Ben-Adir komt de impact van de songs nauwelijks over. De enige keer dat je echt de neiging hebt om keihard mee te swingen, is wanneer de jonge Wailers, Bob Marley, Peter Tosh en Burny Wailer in 1963 de platenstudio van Jamaica Records binnendringen en met een geweldige uitvoering van Simmer Down hun eerste platencontract weten binnen te slepen.

Gemis van charisma
Ben-Adir schijnt de mimiek en motoriek van Marley nauwlettend bestudeerd te hebben. Hij komt qua stem en intonatie een behoorlijk eind in de richting maar hij mist ten enenmale diens charisma, zoals pijnlijk duidelijk wordt wanneer we bij de aftiteling de energieke beelden van de echte Bob te zien krijgen.

Ook het opgroeien in achterbuurt Trenchtown met zijn alleenstaande moeder, de afwezigheid van zijn (blanke) vader, zijn eerste zelfgemaakte houten gitaar, de eerste opnamen en het latere immense succes, zijn heilige Rastafari-geloof (bijna geen scène met muzikanten zonder spliff), de ring die hij van de erven van keizer Haile Selassi ontving, het komt allemaal in beeld zonder enig reliëf. De vele buitenechtelijke verhoudingen (Marley liet 11 kinderen bij 5 vrouwen na), de confrontatie met opkomend racisme in Engeland, het gevoel belazerd te worden door blanke platenbazen, de gefnuikte wens om in Afrika te toeren, de strijd tegen zijn ziekte, de inzet voor vrede, het wordt allemaal opgediend in een platgeslagen scenario. Het zal zeker meegespeeld hebben dat er maar liefst vier scenaristen aan te pas kwamen en dat de productie voor een groot deel in handen was van zoon Ziggy en zijn vrouw Orly plus vrouw Rita en dochter Cedella Marley.

Bob Marley was een complexe, boeiende persoonlijkheid die veel beter verdient dan de in literaire termen hagiografische film, gericht op persoonsverheerlijking, die One Love is.

 

15 februari 2024

 

ALLE RECENSIES

Holdovers, The

****
recensie The Holdovers
Overblijven en overleven

door Cor Oliemeulen

Nadat de dennennaalden allang bij elkaar zijn geveegd, verschijnt The Holdovers bij ons in de bioscoop. Deze lang verwachte film van Alexander Payne is dan ook geen traditionele kerstfilm met winteractiviteiten, zich volvretende families of kleffe geliefden tussen de kerstballen, maar een komisch schooldrama met een positieve boodschap.

Na zijn jammerlijk geflopte sociale satire Downsizing (2017), waarin een man zich laat verkleinen tot krap vijftien centimeter om zijn ecologische voetafdruk te reduceren en op die manier toch in weelde te kunnen blijven leven, keert de Amerikaanse filmmaker Alexander Payne terug naar de sfeer van zijn bejubelde films About Schmidt (2002), Sideways (2004) en Nebraska (2013). Het zijn allemaal karakter gedreven verhalen met een satirische benadering van menselijke relaties in een complexe samenleving.

The Holdovers

No-nonsense
De regisseur liet zich inspireren door het plot van de oude Franse komedie Merlusse (1935) van Marcel Pagnon. Die film gaat over een verre van populaire leraar die tijdens de kerstvakantie op een groepje scholieren moet passen. In The Holdovers schittert Paul Giamatti (nog meer dan in Sideways) als oppasleraar van een handjevol rijkeluisjongens op een privéschool die door omstandigheden de kerstvakantie niet bij hun familie kunnen doorbrengen.

Deze Paul Hunham is zeker geen leraar die zijn leerlingen inspireert, zoals bijvoorbeeld Robin Williams dat deed als John Keating in Dead Poet’s Society (1989) van Peter Weir. Hunham is stug, cynisch en no-nonsense. Hij noemt zichzelf geen leraar geschiedenis maar leraar oudheidkunde en zadelt zijn leerlingen op met kennis waarvan zij zich afvragen wat zij er in hemelsnaam mee moeten. Zeker voor tienerjongens is het dan ook lastig te duiden welke invloed de Tweede Peloponnesische Oorlog (vijfde eeuw voor Christus) heeft op het leven in de huidige tijd. Het mag dan wel kerstvakantie zijn, de jongens moeten van hun oppasser absoluut blijven studeren, maar ook regelmatig sporten, ook al vriest het buiten. “De Romeinen namen een buitenbad bij minus 15 graden”, zo vertrouwt Hunham hen toe.

Wanneer de decemberdagen van 1970 op de Barton Academy langzaam verstrijken, leren we onze leraar oudheidkunde beter kennen. Hij blijkt nauwelijks de campus te verlaten, is eenzaam en drinkt alcohol om zijn saaie leven wat op te vrolijken. Dat laatste geldt ook voor het hoofd van de keuken, Mary (Da’Vine Joy Randolph), die rouwt om haar in Vietnam gesneuvelde zoon. Samen met Hunhams beste leerling Angus (verrassende debutant Dominic Sessa), die uiteindelijk als enige leerling overblijft, proberen ze er het beste van te maken. De focus ligt op de relatie tussen de mopperende Hunham en de recalcitrante, maar breekbare Angus die elkaar langzaam beter leren kennen door elkaar uit te dagen en oprecht te zijn.

The Holdovers

Catharsis
De films van Alexander Payne kenmerken zich door sterke karakterontwikkelingen. En zoals in eerdere films is er in The Holdovers uiteindelijk sprake van een roadtrip die leidt tot een catharsis en een extra mogelijkheid om de sfeer en cultuur van de betreffende plaatsen op te snuiven. De regisseur draaide geen enkele scène in de studio. Hij construeerde de fictieve Barton Academy uit vijf bestaande Amerikaanse scholen; de eetzaal, gymzaal, kapel, gangen en de buitenkant van het gebouw passen uitstekend bij elkaar.

Net als in recente films als The Fabelmans (Steven Spielberg), Empire of Light (Sam Mendes) en Fallen Leaves (Aki Kaurismäki) speelt de liefde voor cinema in The Holdovers een mooie bijrol. Voordat Alexander Payne begon met filmen, bracht hij een deel van de acteurs en de crew in aanraking met de uitstraling en het gevoel van weleer door het vertonen van typische  jarenzeventigfilms als The Graduate, The Last Detail, Paper Moon en Harold and Maude. En hoe vaak zou het gebeuren dat leraar en leerling samen in de bioscoop kijken naar Little Big Man van Arthur Penn? Het nieuwe jaar is pas net begonnen en telt met The Holdovers al het eerste hoogtepunt.

 

7 januari 2024

 

ALLE RECENSIES

God Is a Bullet

***
recensie God Is a Bullet
Satan is een slechte tatoeëerder

door Cor Oliemeulen

De nieuwe film van Nick Cassavetes kent een interessant vertrekpunt, maar het sympathieke realisme van de relatie tussen twee tegenpolen botst met het ongeloofwaardige geweld.

Het duurde bijna tien jaar voordat Cassavetes zich waagde aan zijn tiende speelfilm. Ditmaal geen romantische film zoals She’s So Lovely (1997) of The Notebook (2004), volgens eigen zeggen zijn slechtste film. Ook geen familiedrama als My Sister’s Keeper (2009) of Yellow (2012). Misdaadfilms liggen hem het best, zoals John Q (2002) en Alpha Dog (2006). Net als zijn vader John, de beroemde onafhankelijke New Yorkse filmmaker van weleer, heeft Nick oog voor emotionele diepgang en complexe menselijke relaties. Dat zie je terug in zijn nieuwe actiethriller God Is a Bullet.

God Is a Bullet

Ontvoerde dochter
De film opent met de ontvoering van een jong meisje door een groep duistere figuren die later blijken te behoren tot een satanische sekte. Haar moeder, die net de supermarkt verlaat als haar dochter in een obscuur busje wordt gegooid, ziet haar rode ballon in de lucht langzaam kleiner worden. Dan schakelen we over naar een riant huis met zwembad waar diezelfde satanisten een man en een vrouw vermoorden en opnieuw een meisje meenemen. Haar vader Bob (Nikolaj Coster-Waldau: Game of Thrones, 2011-2019) ontdekt dat zijn 14-jarige dochter Gabi is verdwenen. Bob is politieagent, die zijn meeste werkzaamheden achter een bureau verricht. Hij wacht zes weken tevergeefs tot zijn collega’s een spoor van haar hebben gevonden. Dan komt de tijd dat hij zelf op onderzoek uitgaat.

Bob krijgt contact met de getroebleerde jonge vrouw Case (uitstekende rol van Maika Monroe: It Follows, 2014), die zegt aan de betreffende sekte te zijn ontsnapt en hem wil helpen Gabi te vinden. De creepy uitgedoste leden behoren tot de Left Handed Path die zich bezighouden met een satanische vorm van spiritualiteit. Ze wijzen elke vorm van godsdienst af en doen aan zelfvergoddelijking. Hoewel deze gasten wat over de top zijn neergezet – alsof ze een wedstrijd hebben gehouden wie de meest afschuwelijke tatoeages op zijn gezicht durft te zetten – weet de kijker dat Bob een flinke kluif aan deze gasten zal krijgen. Om ook stoer over te komen, laat hij zichzelf ook een aanzienlijke tatoeage aanmeten door de zonderlinge Ferryman (Jamie Foxx: Django Unchained, 2012). Samen met Case daalt hij af naar de diep verborgen, donkere krochten van gewelddadig satanisme om Gabi te vinden. Het grootste obstakel vormt de sadistische bendeleider Cyrus (Karl Glusman: The Neon Demon, 2016).

God Is a Bullet

Tegenpolen
Nick Cassavetes weet de duistere, hallucinante omgeving waarin Bob en Case zich begeven sfeervol weer te geven. Hun groeiende relatie is het sterke deel van God Is a Bullet. Grotere tegenpolen zijn er nauwelijks, maar hun traumatische verledens brengen hen dichter bij elkaar. De christen ontmoet de goddeloze wereld, en de goddeloze vindt langzaam het geloof dat er ook hoop voor haar is. Als hun wederzijdse vooroordelen verdwijnen, kunnen ze elkaar verder helpen. Echter het probleem van dit sympathieke gegeven is dat hun persoonlijke queeste te veel botst met alle gewelddadigheden die zowel zij als de kijker voor de kiezen krijgen.

In sommige Amerikaanse bioscopen draaide de ongecensureerde versie van ruim tweeënhalf uur, bij ons duurt de film twee uur. Waarschijnlijk zijn de meest aanstootgevende scènes eruit geknipt. Mogelijk is er ook wat gerommeld met de opbouw van het verhaal, want sommige plotgaten zijn storend. Het realisme van de onderlinge band tussen Bob en Case gaat hopeloos ten onder in het ongeloofwaardige geweld. Zo wordt Bob met een mes bewerkt (waarna hij de enorme snee in zijn buik met lijm en nietjes moet dichtmaken), gebeten door een giftige slang, gedrogeerd, toegetakeld met een vlammenwerper en tot pulp geslagen met een honkbalknuppel. Case wordt ‘slechts’ een paar keer keihard in haar gezicht gestompt en verkracht. Dat alles zal het koppel er niet van weerhouden de ultieme confrontatie met het gespuis aan te gaan – met dank aan het begeleidende Requiem van Mozart en de mooie soundtrack van de film.

 

29 november 2023

 

ALLE RECENSIES

Past Lives

*****
recensie Past Lives
Masterclass storytelling

door Cor Oliemeulen

Als kinderen waren ze onafscheidelijk en dol op elkaar. Totdat de een ging emigreren en ze elkaar uit het oog verloren. Ruim twintig jaar later ontmoeten ze elkaar weer. Past Lives is romantiek op zijn puurst, een liefdevolle dans tussen ontroering en verstand.

In haar filmdebuut neemt Celine Song haar eigen levenswandel en de cultuurverschillen tussen haar oude en nieuwe wereld als uitgangspunt. Ze werd geboren in Zuid-Korea, verhuisde met haar artistieke ouders naar Canada en belandde in New York waar ze schrijver van toneelstukken werd. Past Lives opent met het meisje Na Young en de jongen Hae Sung. Na het vervelende nieuws van de emigratie, neemt Na Young zich voor om later een Nobelprijs te winnen en laat Hae Sung blijken dat hij het meisje met wie hij later wil trouwen erg zal missen.

Past Lives

Wederzien
In Canada heet Na Young voortaan Nora. Ze gaat wonen en studeren in New York. In Zuid-Korea zien we hoe Hae Sung na zijn militaire dienst een opleiding voor ingenieur volgt en met zijn vrienden uitgaat. De afgelopen twaalf jaar is hij aan zijn jeugdliefde blijven denken. In New York is Nora benieuwd hoe het met Hae Sung gaat. Ze ziet dat hij op Facebook een bericht van haar vader, filmregisseur, heeft geliket. Ze stuurt hem een mail en niet veel later is er een aangenaam wederzien via Skype. Ze zeggen dat ze elkaar hebben gemist, echter door het tijdsverschil, wederzijdse verplichtingen en Nora’s verwarrende gevoel dooft hun contact weer uit.

We gaan opnieuw twaalf jaar verder in de tijd. Nora is een succesvolle toneelschrijver en getrouwd met Arthur (John Magaro), eveneens schrijver. Het onvermijdelijke moment breekt aan dat Hae Sung op bezoek komt. Zijn bedoeling is om een weekend te blijven in een hotel. Hun wederzien na ruim twintig jaar is in Central Park en wordt beklonken met een lange, stevige omhelzing. Hierna bezoeken ze trekpleisters van de stad en maken ze een cruise. Ze praten en er vallen stiltes, maar ondertussen spreken de ogen. Ze lachen en er is ongemak. Ze blijven wat op afstand van elkaar. Een dag later is de ontmoeting met Arthur, die Hae Sung’s bezoek niet direct leuk vindt, maar wel begrip toont en Nora de gewenste ruimte geeft. Ze zegt tegen Hae Sung dat ze gelukkig is met Arthur, maar natuurlijk hebben ze weleens ruzie. “Het is alsof je twee bomen in één pot hebt geplant. Onze wortels hebben behoefte om hun plaats te vinden.”

Verbondenheid
Het tempo van Past Lives mag dan wel traag zijn, het eerste uur van de film, waarin nauwelijks actie zit, moet zich nu eenmaal vormen in het hoofd van de kijker. Nu is het hart aan de beurt, want de twee hebben, zoals duidelijk mag zijn, een bepaalde verbondenheid. In de Koreaanse cultuur heet die ‘ineyeon’. Dit verwijst naar een voorbestemde of kosmische connectie tussen mensen; elkaar ontmoeten of relaties aangaan vanwege een onzichtbare, spirituele band. Het wordt vaak geassocieerd met het idee van lot of lotsbestemming, waarbij een bepaald iemand ontmoeten in de sterren geschreven staat. ‘Ineyon’ kan ook gaan over vorige levens of reïncarnatie.

Past Lives

Sommige mensen geloven dat een connectie die ze voelen met iemand anders het gevolg kan zijn van een spirituele band die is ontstaan ​​in vorige levens. Dat kunnen er wel achtduizend zijn, zegt Nora. Of het een grapje is of ze het serieus bedoelt, blijft in het midden. Er zijn concrete voorbeelden van zo’n connectie in de Koreaanse literatuur, en ook in films. Zoals in Siworae (Il Mare, 2000) van Hyun-seung Lee dat vanwege het originele gegeven een Amerikaanse remake (The Lakehouse, 2020) kreeg. Dit mysterieuze romantische verhaal gaat over een man en een vrouw die exact twee jaar na elkaar in dezelfde woning aan zee wonen en met elkaar communiceren via brieven die ze door een tijdbarrière sturen.

Realistisch
Past Lives
heeft niets zweverigs. De film stelt oprechte, diepmenselijke emoties centraal die in alle warmte op een realistische manier worden opgediend, zonder ze van de daken te schreeuwen. De dialogen zijn lichtvoetig, de relationele complexiteit is delicaat en geloofwaardig, net als de vertolkingen van de drie personages. Deze masterclass in storytelling bewijst hoe krachtig en subtiel tegelijk een eenvoudig thema kan zijn. Alle compassie komt samen in de weergaloze slotscène in een kleurrijke straat in East Village.

Vorig jaar was Drive my Car, een Japans drama over de onverwachte connectie tussen een beroemde theaterregisseur en zijn vrouwelijke chauffeur, een van de cinematografische hoogtepunten. Dit jaar is dat Past Lives, dat de romantische ziel laat voelen dat de wereld best wat meer verbondenheid kan gebruiken.

 

2 oktober 2023

 

ALLE RECENSIES

Golda

**
recensie Golda
Flets drama met goede hoofdrol

door Jochum de Graaf

Het had een mooi epos kunnen worden: Golda, de film over de iconische Iron Lady van Israël die als enige vrouw in de woelige mannenwereld overeind bleef en vastberaden haar land door de Jom Kippoer-oorlog in de jaren zeventig leidde. Maar ondanks een goede rol van Helen Mirren blijft de film steken in een flets drama en een afgeleide discussie of ze als niet-Joodse acteur wel Golda Meïr zou mogen spelen.

Het was kantje boord, oktober 1973, of de jonge staat Israël zou door een invasie van Egypte en Syrië vernietigd zijn. Na de Zesdaagse Oorlog van 1967, waarbij Israël de Sinaï-woestijn op Egypte en de Golanhoogten op Syrië had veroverd, voelde het leger zich schier onoverwinnelijk. Ondanks signalen van inlichtingendiensten en spionnen bij de vijand was het Israëlische leger ditmaal niet of nauwelijks voorbereid. Vroeg in de ochtend van 6 oktober – Grote Verzoendag, ofwel Jom Kippoer, de belangrijkste joodse feestdag – pas vier uur voor de grootscheepse aanval kwam een gedeeltelijke mobilisatie op gang. De Jom Kippoer-oorlog zou na ruim twee weken door Israël ternauwernood gewonnen worden.

Golda

De oorlog zorgde voor een groot trauma in de Israëlische samenleving. Hoe kon het dat Israël zich zo had laten verrassen, dat er zoveel slachtoffers waren gevallen, dat er zoveel fouten door de regering en legerleiding waren gemaakt? Er kwam een breed samengestelde onderzoekscommissie die het tot de bodem moest onderzoeken, de commissie Agranat. 

Iron Lady van Israël
Golda begint met de aankomst van de iconische Iron Lady van Israël in het gerechtsgebouw waar ze verhoord zal worden. Golda Meïr was vanaf 1969 de eerste vrouwelijke premier van Israël, de derde wereldwijd, en de enige vrouw en voorzitter van de crisisstaf tijdens de Jom Kippoer-oorlog. Helen Mirren typecast haar mooi: licht gebogen houding, haar achterover in een knot, karakteristieke neus en mond, de eeuwige handtas, klompschoenen, onafscheidelijke sigaret in de mond. Golda legt de sigaret terzijde, legt de eed af en de film volgt verder de aanloop, het verloop en de afloop van de oorlog.

Hoe de mannen van de legertop, de geheime diensten Mossad en Shin Bet, de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken en al hun assistenten alsmede de enige vrouw in het gezelschap aanvankelijk overdonderd, licht naïef en vertwijfeld in het geweer komen en vervolgens door slimme tactiek, maar ook ten koste van grote verliezen, de oorlog op zijn kant gaan zetten. Zoals de wankelmoedige Moshe Dayan, defensieminister met het befaamde ooglapje en oorlogsheld van 1967 die zo gedesillusioneerd is dat hij ontslag wil nemen en een paar dagen onderduikt. Daar tegenover staat generaal David ‘Dado’ Elazar, de stafchef die als een van de weinigen wel die eerste uren het hoofd koel houdt en Golda Meïr voorhoudt dat ze het tij kunnen keren. Ze houdt de krijgshandelingen nauwgezet bij in haar opschrijfboekje: de aantallen tankdivisies over en weer, de gevechtsvliegtuigen, de aantallen reservetroepen die nog gemobiliseerd kunnen worden, de aantallen doden en gewonden. Ze stelt generaal Ariël Sharon aan, de latere premier, die de beslissende tankslag tegen Egypte uitvoert.

Uiteraard komt in de film de geopolitieke context aan de orde. Zoals de Amerikaanse president Nixon die in het Watergate schandaal verstrikt raakt, de pogingen en uiteindelijk het slagen om de Egyptische president Sadat tot de impliciete erkenning van de staat Israël te dwingen, de intensieve diplomatieke overleggen, de Arabische landen die met een olieboycot dreigen en dat vervolgens ook na de oorlog uitvoeren met de oliecrisis als gevolg.

Het levert af en toe een aardige scène op, zoals wanneer Golda Meïr de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger op zijn afkomst aanspreekt. Kissinger zegt: ‘Ik ben in de eerste plaats Amerikaans minister, vervolgens Amerikaan en pas in derde instantie Jood.’ Golda reageert sterk onderkoeld: ‘Meneer de minister, in het Midden-Oosten schrijven we van rechts naar links’.

Golda

Helen Mirren
Ze toont ook haar menselijke kant, haar medeleven met de typiste die alle persverklaringen en communiqués optikt, die moeder wier zoon op het slagveld sneuvelt. In de pauze van een vergadering spuwt ze bloed, tussen de oorlogsbedrijven door bezoekt ze met haar trouwe assistente heimelijk het ziekenhuis en wordt uitgebreid onderzocht. Ze blijkt lymfklierkanker te hebben, maar kan  met zware medicatie toch blijven functioneren.

Helen Mirren schijnt haar origineel zeer dicht te benaderen, met die handtas, die klompschoenen, en die kettingrokerij, al had die verslaving met continu rookwalmen, de ene na de andere sigaret die in de hens wordt gestoken, de overvolle asbakken met uitgedrukte peuken ook wel wat subtieler in beeld gebracht kunnen worden. Mirren is natuurlijk een fantastische actrice, maar de film krijgt geen reliëf. De tegenspelers zijn fletse karakters, die dramatisch nauwelijks tot leven komen. Bij de casting lijkt de keuze gelegen te hebben op de fysieke gelijkenis met het personage dat ze spelen of dat ze hen goed kunnen imiteren.

Golda is een Israëlische film. Regisseur Guy Nattiv en vrijwel de volledige cast is Joods. In de Amerikaanse en Britse filmpers ontstond enige discussie of Mirren als niet-Joodse actrice met een sterk aangezette grime met typisch Joodse neus wel Golda zou mogen spelen. Het geeft genoeg te denken dat een dergelijke marginale discussie een groot stempel op de berichtgeving over de film zet.

 

20 september 2023

 

ALLE RECENSIES

Into the Abyss (2011)

Into the Abyss (2011)
Vragen is makkelijker dan antwoorden

door Tim Bouwhuis

Op eigenzinnige, herkenbare wijze stelt Werner Herzog al decennialang vragen over menselijk gedrag, waarheidsvinding en het ongenadige karakter van de natuur. Into the Abyss (2011), een laatste blik op een veroordeelde in een dodencel, is thematisch een van de meest aangrijpende en kernachtige documentaires die Herzog maakte. Tegelijkertijd laat de film zien dat de ‘Herzog-methode’ – empathisch maar confronterend in het vragen, spaarzaam maar filosofisch in het antwoorden – niet altíjd bevredigend hoeft te werken.

De overzichtsdocumentaire die op 8 juni alvast de huidige Herzog-tentoonstelling (EYE, >18 juni) inleidde, noemt het Duitse filmicoon een ‘Radical Dreamer’. De hoofdletters passen, want Herzogs zoekende, vragende stijl leidt op gezette momenten toch tot ferme uitspraken over de grillen van de mens, die de regisseur qua toon compenseert met een dromerig, zachtmoedig idealisme. Áls er al een waarachtige Herzog-methode bestaat, loopt die over van de raadselachtige tegenstellingen.

Into the Abyss (2011)

Tiran of goedheiligman
De tiran die Klaus Kinski naar verluidt het leven zuur maakte, kwam later met documentaires waarin hij spreekt en denkt als de goedheiligman. Typerende sketches (Werner Herzog Eats His Shoe) en meelevende vraaggesprekken gaan in Herzogs oeuvre hand in hand met autoritaire ingrepen. Als de maker in Grizzly Man naar Timothy Treadwells ‘doodstape’ luistert en besluit de opname niét te laten horen, maakt een van zijn (doorgaans zoekende) films ineens toch deel uit van een moreel universum, waarin alleen Herzog de grens van goed en fout bepaalt.

Herzogs ontvankelijke, empathische houding weerhoudt hem er dus niet van om stelling te nemen. Die balans is intrigerend, maar biedt ook aanleiding om zijn stijl als maker en interviewer kritisch onder de loep te nemen. Into the Abyss is hier minstens zo geschikt voor als het veelbesproken Grizzly Man. Herzog bezoekt in deze gewichtige documentaire een gedetineerde die over acht dagen een doodsinjectie zal krijgen. De uniek aandoende gespreksfragmenten vormen zonder twijfel de kern van het verhaal, maar Herzog laat ook andere betrokkenen aan het woord: de kapelaan voor de dodencel en de leider van het politieonderzoek krijgen pakweg evenveel aandacht als de selecte nabestaanden van de daders (een medeplichtige werd veroordeeld tot levenslang) en de slachtoffers.

Een ‘moord’ voor een moord
Into the Abyss bestaat voor 75 à 80 procent uit interviews, waarbij de resterende scènes wegkijken als fragmenten uit een volleerde ‘true crime’-reportage. De reconstructie van een drievoudige moord, die in 2010 leidde tot de veroordeling en executie van hoofdpersoon Michael Perry, maakt het lastig om alle betrokken partijen vrijblijvend en met een ‘open blik’ aan te horen. Het verhaal is huiveringwekkend, en de emoties van een nabestaande (in dit geval de zus van een van de slachtoffers) zijn ook voor buitenstaanders vaak confronterend en moeilijk te weerstaan.

Het kille gegeven van zinloos geweld – de moorden werden ingeluid door een poging tot autodiefstal ­– zal dus weinig kijkers onbewogen laten, maar er is één cruciaal verschil: in Texas kunnen de grootste wandaden nog altijd leiden tot de ergst denkbare straf. In het eerste interview van de film vraagt Herzog direct aan een kapelaan waarom God ervoor zou kiezen de doodstraf toe te staan. Het is de eerste van een kleine handvol momenten waarop duidelijk doorschijnt met welk motief de regisseur deze documentaire maakt: als het aan hem ligt, zou de strengste strafmaat voor een moordenaar nog steeds niet tot de dood mogen leiden. Dit standpunt doet niets af aan de ernst van de gruweldaad. In een later interview vraagt Herzog zich hardop af of ‘een levenslang vonnis de plaats van de doodstraf in zou kunnen nemen’.

Stelling nemen
Het is begrijpelijk dat Herzog zich bij zo’n gewichtig thema moeilijk afzijdig kan houden. Hij is bereid om alle betrokkenen te spreken, en doet dat met zijn kenmerkende, empathische vragen, maar als het erop aankomt neemt hij alsnog geen blad voor de mond. Onder andere omstandigheden kan zo’n houding de zeggingskracht van een film ten goede komen, maar in Into the Abyss zorgt Herzogs moreelfilosofische stellingname eerder voor verwarring.

Dat laatste heeft alles te maken met een groter probleem dat de documentaire parten speelt: de gebeurtenissen die tot Perry’s veroordeling leidden, voelen in het licht van Perry’s eigen getuigenis namelijk verre van opgelost. Bij een moordzaak als deze is dat cruciaal, want als er twijfel is over de ware toedracht, kun je als filmmaker die ‘alle partijen aan het woord wil laten’ (maar er zelf ook een mening op nahoudt) makkelijk je integriteit verliezen.

Twijfel over de toedracht
Puur op basis van de reconstructie is het duidelijk waarom Michael Perry voor de drievoudige moord verantwoordelijk is gesteld. In de intieme interacties met Herzog ontkent de veroordeelde echter dat hij de moorden heeft gepleegd. Het gaat er in dit geval even niet om wat zijn argumenten waren, en of hij gelijk had (dat zou een tweede essay vereisen), maar de surreëel kalme, af en toe breed lachende Perry die we in de dodencel zien, valt in ieder geval moeilijk te verenigen met het beeld dat de reconstructie schetst. Dat de veroordeelde voor zijn executie zelfs aangaf zijn aanklagers te willen vergeven, maakt de zaak niet minder complex.

Onder andere, minder twijfelachtige omstandigheden zou het waarschijnlijk prima overkomen dat de bredere discussie over de legitimatie van een straf (hier geïnitieerd door Herzog) losstaat van de meer specifieke discussie over de schuld of onschuld van een veroordeelde. De verwarrende houding van Perry, die in ieder geval ten dele werd geweten aan mentale problemen (alhoewel dit in de documentaire ook niet duidelijk wordt gemaakt – ik moest er het internet voor op), zorgt er in dit geval alleen voor dat het veel moeilijker is om de twee discussies van elkaar los te koppelen. Als de schuld van de veroordeelde niet ter discussie staat, schakel je eerder en eenvoudiger over naar het ‘grotere plaatje’. Nu eisen de opmerkingen van Perry nog alle aandacht op.

Into the Abyss (2011)

Stelling nemen (II)
Hoewel Herzog op geen enkel moment expliciet stelt dat Perry schuldig of onschuldig is, voelt Into the Abyss door de onweersproken twijfel over het vonnis en het doodstraf-standpunt toch als een impliciet pleidooi in zijn voordeel. Door de tegenstelling tussen de waarheid van de reconstructie en Perry’s waarheid niet overtuigend te duiden, maar zich wél tegen de doodstraf uit te spreken, houdt de regisseur ruimte voor speculatie over de schuldvraag en kan hij ook moeilijker tegenspreken dat hij bevooroordeeld is. Die laatste indruk wordt nog eens versterkt als de nabestaande van een slachtoffer fel (en daarmee onsympathiek) zegt dat sommige mensen het “verdienen om te sterven”, waarna Herzog in de montage direct schakelt naar een beeld van een weerloze Perry.

Het valt Herzog dus te verwijten dat hij de argumentatieve kaders van zijn documentaire niet scherper heeft gearticuleerd, maar ergens is dat gebrek ook een logische bijwerking van zijn kenmerkende werkwijze: als empathische vragen in Herzogs documentaires inderdaad dichterbij zijn dan omvattende antwoorden, kun je ook geen vastomlijnde filmessays verwachten. Dezelfde regisseur die over de ‘wraak van God’ begint, kan een seconde later vragen naar een aandoenlijke ontmoeting met een eekhoorn. Zelfs als het een discussie over de doodstraf betreft, toont Herzog zich nog een radicale dromer.

 

Kijk hier waar en wanneer Into the Abyss draait.

 

22 juni 2023

 

THEMAMAAND WERNER HERZOG