Unieke registratie CCR op IN-EDIT 2023

Internationale Muziekdocumentaire Festival IN-EDIT 2023:
Unieke concertregistratie Creedence Clearwater Revival

door Cor Oliemeulen

Van 13 tot en met 23 april wordt in de Melkweg Amsterdam voor de vijfde keer het Internationale Muziekdocumentaire Festival IN-EDIT gehouden. Op het programma staan 24 nieuwe muziekdocumentaires, variërend van films over Thelonious Monk, Little Richard en Metallica. In deze preview bespreken we Travelin’ Band: Creedence Clearwater Revival at the Royal Albert Hall met een unieke registratie van het concert dat CCR gaf op 14 april 1970 in Londen.

Een echte muziekdocumentaire kun je deze film van Bob Smeaton nauwelijks noemen, omdat het reilen en zeilen van Creedence Clearwater Revival slechts in vogelvlucht voorbij komt. Travelin’ Band begint met korte beelden van de bandleden tijdens hun eerste Europese tournee in 1970. John Fogerty (zang en gitaar), Tom Fogerty (gitaar), Stu Cook (bas) en Doug Clifford (drums) ogen als toeristen en kijken hun ogen uit in Kopenhagen, Stockholm, Berlijn, Rotterdam en Parijs. “In Europa is alles minder zwart-wit dan in de States, hier heeft men geen moeite met lang haar en bakkebaarden.”

Travelin' Band: Creedence Clearwater Revival at the Royal Albert Hall

Swamp rock
De band had een zeer vruchtbaar jaar 1969 achter de rug met de lancering van maar liefst drie goed verkochte albums, te weten Bayou Country, Green River en Willy and the Poor Boys. “De beste band na The Beatles”, vertelt de voice-over van Jeff Bridges (waarmee Led Zeppelin en The Rolling Stones voor het gemak even aan de kant worden geschoven). De vier leden speelden samen vanaf begin jaren 60, eerst als The Blue Velvets, daarna als The Golliwogs. Begonnen met voornamelijk rhythm-‘n-bluescovers en geïnspireerd door onder anderen Chuck Berry, Little Richard en Hank Williams ontwikkelde de band, ondanks haar oorsprong in de San Francisco Bay Area, een zuidelijke rockstijl vanaf het moment dat ze in 1967 hadden getekend bij Fantasy Records en hun naam veranderden in Creedence Clearwater Revival. Hun swamp rock-geluid laat zich kenmerken door een mix van rock-‘n-roll, blues en country met vaak teksten over sociaal-politieke thema’s. Zo leveren de songs Who’ll Stop The Rain, Have You Ever Seen The Rain en Fortunate Son kritiek op de Vietnamoorlog.

John Fogerty, die zich had ontpopt als bandleider, tekstschrijver en producer, bepaalde ook met zijn kenmerkende raspende stem en gitaarriffs het geluid van CCR. Het is veelzeggend dat de band, na haar succesvolle optreden op Woodstock, in februari 1970 op de cover van Rolling Stone belandde, maar dat Fogerty als enige aan het woord kwam in het begeleidende interview. Na het vijfde album Cosmos Factory (dat zes weken in Amerika op nummer 1 stond) en het zesde album Pendulum verliet Tom Fogerty de band (hij zou later overlijden aan aids door een bloedtransfusie) en na het zevende album, Mardi Gras, viel CCR door irritatie over artistieke controle en zakelijke spanningen in 1972 uit elkaar. Weinig van dit alles in de documentaire.

Travelin' Band: Creedence Clearwater Revival at the Royal Albert Hall

Strak en zonder poespas
De fan hoeft echter zeker niet te treuren, want iemand was zo slim geweest om een van de twee concerten in de Londense Royal Albert Hall op 14 april 1970 op te nemen. Voor Travelin’ Band zijn de originele multitrack tapes gerestaureerd, gemixt en gemasterd, en het resultaat mag er zijn. Niet alleen is de beeldkwaliteit prima (wel jammer dat je nauwelijks iets van het publiek ziet), het geluid is navenant. De 45 minuten lange registratie van het optreden – het enige concertmateriaal van de originele line-up dat na meer dan een halve eeuw volledig is uitgebracht – is met iconische nummers als Proud Mary, Bad Moon Rising, Green River en Travelin’ Band nostalgische kwaliteit van de bovenste plank. Zonder poespas en met een strakke ritmesectie klinken de songs net zo goed als op de plaat.

 

11 april 2023

 


MEER FILMFESTIVAL

Movies that Matter 2023 – Oekraïne

Movies that Matter 2023 – Deel 3:
Oekraïne

door Jochum de Graaf

Ruim een jaar na de Russische inval in Oekraïne komt de productie en vertoning van films uit en over de oorlog langzamerhand op gang. Op het IDFA was een aantal documentaires te zien en recent verscheen Klondike in de bioscoop. Movies that Matter beleefde de premières van de speelfilm Butterfly Vision en de documentaire Iron Butterflies.

 

Butterfly Vision

Butterfly Vision – Deprimerend drama
Voor Oekraïners begon de oorlog niet op 24 februari 2022. Poetins ‘speciale militaire operatie’ was een escalerende stap in het conflict dat in 2014 door separatisten in de Donbas, de oostelijke regio met de door Rusland gesteunde ‘volksrepublieken’ Donetsk en Loegansk, in gang werd gezet.

Butterfly Vision begint met de vrijlating van de Oekraïense militair en dronepiloot Lilia, bijnaam Butterfly, die door de Russen krijgsgevangen is gemaakt. In eerste instantie wordt ze onthaald als een heldin, maar ze is getraumatiseerd, gemarteld in gevangenschap en kan maar moeizaam wennen aan het gewone leven. De verhouding met haar man Tokha komt zwaar onder druk te staan, ze is niet meer in staat tot intimiteit en trekt zich helemaal in zichzelf terug. Lilia blijkt zwanger, als gevolg van een verkrachting door Russische soldaten. Tokha radicaliseert tot rechts-extremist die met een paramilitaire groep meedoet aan een aanval op een Roma-kamp. Hij heeft een heftig dispuut met Lilia, eist van haar dat ze abortus laat plegen en blaast zichzelf in getormenteerde toestand met een explosief op. Butterfly Vision laat de ontwikkeling van Butterfly Lila zien tot sterke persoonlijkheid, die haar lot in eigen hand neemt.

De film ontleent nog enige actualiteitswaarde aan het feit dat de première in Oekraïne plaatsvond een dag voor de Russische inval en dat Lilia deel uitmaakte van een bataljon in Bachmoet, het Oost-Oekraïense stadje waar nu al meer dan een half jaar zo hevig om gevochten wordt. Maar door de trage ontwikkeling en het, op hoofdrolspeelster Rita Burkovska na, matige acteerwerk wordt het een wat deprimerend drama.

 

Iron Butterflies

Iron Butterflies – Associatieve kijk op MH17-drama
Iron Butterflies is een associatieve, impressionistische kijk op het MH17-drama. De titel is ontleend aan de vlindervorm van granaatschijven die het vliegtuig binnendrongen. De film kent een sterk begin met een Sovjet-Russische archieffilm waarin bij de introductie eind jaren zeventig een lofzang op de mogelijkheden van het BUK-afweersysteem wordt bezongen. We horen en zien ooggetuigen, met mobiel opgenomen beelden van mensen in de omgeving van de ramp en hoe met het nieuwsbericht op de Russische staats-tv gelijk al de desinformatiecampagne op gang komt.

De door Bellingcat onderschepte conversaties tussen de separatisten en de Russen over aan- en afvoer van de BUK-installatie verschijnen op het scherm, de bekende beelden van de reconstructie van het MH17-wrak in een vliegtuighangar en het voorlezen van de namen van alle 298 slachtoffers in de speciale rechtbank op Schiphol. We volgen Robby Oehlers, de Nederlander die kort na de ramp op eigen gezag naar Oekraïne reisde en de rampplek onderzocht naar overblijfselen van familieleden. Thuis in Nederland speelt hij een weemoedig nummer op zijn slide-gitaar met één snaar.

We zien de route van de noodlottige vlucht met een timelapse-animatie van de tegenwoordige vliegbewegingen waarbij het luchtruim boven Oekraïne geheel vrijgelaten blijft. Het zijn af en toe indringende beelden die, zo op een rijtje gezet, toch weer binnenkomen. Anderzijds vergaloppeert regisseur Roman Liubyi zich aan niet ter zake doende dansscènes tussen de wrakstukken en de geborgen bezittingen van de slachtoffers. Hij heeft de film bedoeld als een ferme aanklacht tegen de Russische oorlogsmisdaad, maar het is natuurlijk zeer onwaarschijnlijk dat de film daar ooit te zien zal zijn.

 

2 april 2023

 

Deel 1: Klaas de Jonge, de Prijs van de Vrijheid
Deel 2: Focus Iran

 


MEER FILMFESTIVAL

Movies that Matter 2023 – Focus Iran

Movies that Matter 2023 – Deel 2:
Focus Iran

door Jochum de Graaf

Met de moorden op Mahsa Amini, de Koerdisch-Iraanse vrouw die opgepakt was wegens het niet correct dragen van de hoofddoek, en vervolgens die op Hadis Najafi, de jonge studente die in Teheran tegen deze misdaad protesteerde, kwam vorig jaar herfst een ongekende protestbeweging tegen het islamitische regime in Iran op gang. Het zijn vooral vrouwen die voorop gaan in de strijd. De slogan ‘Zan-Zendegi-Azadi’ (Women-Life-Freedom), de actie om een pluk haar af te knippen, en de vele demonstraties doen de hoop leven dat er eindelijk een einde kan komen aan de al veertig jaar durende islamitische dictatuur.

Tegelijkertijd bloeit de strijd tegen verdrukking in de Iraanse cinema als nooit tevoren. In Cannes, Venetië en Berlijn vielen de films van befaamde regisseurs als Mohammad Rasoulof en Jafar Panahi in de prijzen, terwijl ze in eigen land wegens hun solidariteit met de opstand in showprocessen tot zware gevangenisstraffen werden veroordeeld.

Genoeg reden om op Movies that Matter met een speciaal programma een hommage te brengen aan de Iraanse cinema, Focus Iran. In deel 2 van ons verslag drie nieuwe Iraanse films: Seven Winters in Tehran en Until Tomorrow laten vooral de perfiditeit van de islamitische dictatuur zien, Die Middag zoomt in op de positie van de Iraanse vluchteling.

 

Seven Winters in Tehran

Seven Winters in Tehran – Fataal bezoek aan plastisch chirurg
Seven Winters in Tehran van de Oostenrijkse regisseur Steffi Niederzoll vertelt het aangrijpende verhaal van Reyhaneh Jabbari. Als 19-jarige studente gaat ze op bezoek bij een plastische chirurg, ze denkt een zakelijk afspraak te hebben. Binnengekomen draait de man de sleutel om en probeert haar te verkrachten. In opperste nood pakt ze een mes dat toevallig in de keuken ligt, steekt hem in de borst en weet te ontvluchten. De man overlijdt korte tijd daarna en Reyhaneh wordt opgepakt en moet zich in de rechtbank verantwoorden. Ze voert haar eigen verdediging.

In ons rechtssysteem zou ze naar alle waarschijnlijkheid een succesvol beroep op noodweer kunnen doen. In het krankzinnige Iraanse systeem gaat dat even anders. De rechter voegt haar toe dat ze er beter aan gedaan had zich te laten verkrachten en pas daarna een klacht in te dienen. Nu heeft ze een alom gewaardeerd man van groot aanzien, model moslim bovendien, omgebracht. Reyhaneh wordt veroordeeld tot ‘bloedwraak’, een doodvonnis, waarbij de executie voorkomen kan worden wanneer de familie van het ‘slachtoffer’ haar vergiffenis zal schenken.

We horen en zien Reyhaneh via clandestiene beelden – er staan strenge straffen op het naar het buitenland smokkelen – vanuit de beruchte Evin-gevangenis waar ze zeven winters lang haar definitieve vonnis moet afwachten. Haar brieven worden voorgelezen; over de mensonterende omstandigheden, de verhalen over haar medegevangenen, zoals de vrouw die als vijftienjarig meisje ook een man vermoordde op de avond dat haar vader een stel vrienden uitnodigde, zelf het huis verliet en de mannen zich urenlang aan zijn dochter liet vergrijpen. Ook deze gelovige moslims blijven verder buiten schot. Reyhaneh’s moeder, twee van haar zussen en haar vader schetsen het beeld van de sterke moedige vrouw, en de pogingen om de familie van het slachtoffer tot vergiffenis te bewegen.

Reyhaneh’s zaak komt ook internationaal in de publiciteit. ‘Free Reyhaneh’ wordt een actie van Amnesty International en Amerikaanse en Franse tv-stations besteden er uitgebreid aandacht aan.  Op de dag van de executie is er nog een omvangrijke demonstratie bij de Evin-gevangenis. De familie houdt tot het laatste moment hoop. De beelden van ontzetting en verbijstering komen wel even binnen.

 

Until Tomorrow

Until Tomorrow – Tragikomische odyssee met ‘verboden’ baby
In Until Tomorrow van regisseur Ali Asgari (Disappearance) volgen we de jonge moeder Fereshsteh (prachtrol van Sadaf Asgari) in Teheran, wier leven plots ontregeld wordt door het bericht dat haar ouders op bezoek komen, diezelfde avond nog. Baby Sadaf is nog maar een paar maanden oud en de ouders, streng gelovige moslims uit de provincie, weten van niks. Fereshsteh moet Sadaf een nachtje zien onder te brengen en in de woning mag ook niets aan het prille jonge geluk herinneren.

Ze gaat een aantal buurvrouwen in de galerijflat af met de vraag of ze bij hen voor korte tijd een aantal koffers en tassen met kleren en schoonmaakspullen kan stallen. De een na de ander kan of wil het niet en ze zijn bovendien net zo krap behuisd als Fereshteh. Bijkomend probleem is dat ze de ware reden moet verhullen, een ongehuwde moeder is natuurlijk een ernstig taboe in de islamitische cultuur. Uiteindelijk kan ze terecht bij een ruimdenkende benedenbuurvrouw.

Vervolgens ontrolt zich een tragikomische odyssee door de straten van Teheran. Fereshteh die met strak ingesnoerde baby op de arm en met hulp van hartsvriendin Atafeh (Ghazal Shojaei ) op zoek gaat naar een onderkomen voor een nacht. Ex-vriend en biologische vader Yasef van Sadaf werkt bij zijn vader in een aquariumwinkel. Hij verwijt Fereshteh dat hij het kind nooit gewild heeft en dat ze toch afgesproken hadden dat ze abortus zou plegen, als zijn vader er achter zou komen zal hij voor eeuwig vervloekt worden.

Ze gaan toch op bezoek bij een vage tante, die misschien ontvankelijk is voor het verhaal. Maar ook een poging om de baby heimelijk in een ziekenhuis onder te brengen, loopt op niets uit, het gevaar van ontdekking van een huilende baby zonder papieren is te groot. Fereshteh heeft daarbij een probleem met haar ID-kaart, op straat is het telkens goed uitkijken, de agenten van de gevreesde Revolutionaire Garde hebben het niet zo begrepen op vrouwen die op klaarlichte dag met een baby rondzeulen. Maar de tijd dringt en Fereshteh’s vader belt dat hij er al bijna is. Na veel wikken en wegen bedenken ze dat de baby misschien nog het beste bij Atafeh in het studentenhostel kan blijven. Fereshteh zit alleen in de taxi op weg naar huis, als vader weer belt, ze staan al voor de deur. Maar Fereshteh bedenkt zich, gaat rechtsomkeert, haalt Sadaf op en stapt met haar op de arm uit de taxi, voor de ogen van de argwanend ogende ouders. Hoe het verder gaat, mogen we zelf bedenken.

Until Tomorrow is niet als menig ander Iraans meesterwerk een aangrijpend document, maar biedt toch een aardig inkijkje in de hypocriete, patriarchale wereld van de Islamitische Republiek Iran, waar vrouwen als minderwaardige tweederangsburgers worden beschouwd.

 

Die Middag

Die Middag – Onbestemde dialoog tussen twee vluchtelingen
Het Nederlands-Iraanse Die Middag is van een andere orde. Geen dramatisch verhaal over het leven in de islamitische dictatuur, maar een soort verkenning hoe het is om vluchteling te zijn. De twee kanten van de medaille: als je niet meer terug naar je land van herkomst kunt en graag asiel wilt krijgen én hoe het is om je na je asiel moet handhaven in een samenleving die niet op je te wachten staat.

Het regiedebuut van dichter Nafiss Nia vergt nogal het een en ander van de kijker. In de beginscène rent Roya, een Iraanse vluchteling van een jaar of zeventien, over een vliegtuigbaan waar we uit moeten begrijpen dat ze op de vlucht is vanwege haar uitzetting. Roya gaat in een anonieme galerijflat op zoek naar een zekere Nassim die uitgeprocedeerde asielzoekers schijnt te kunnen helpen. Ze belt en klopt aan, maar er wordt niet opengedaan. In de flat is een jonge man aan het opruimen, reageert in eerste instantie niet, kijkt via een digitale deurcamera wel met zekere interesse naar Roya, zegt dat hij de broer van Nassim is, die pas laat thuis zal zijn.

Er ontstaat allengs via de intercom een dialoog tussen twee tegenpolen, de deur blijft de hele film gesloten. Hij heeft zichzelf ingesloten, zij blijft buitengesloten. Zij ziet geen weg terug naar Iran, die is voor haar afgesloten. Uit vage beelden begrijpen we dat ze bij een gedwongen huwelijk haar beduidend oudere man vermoord heeft, ze is naïef en optimistisch over haar gewenste toekomst in Nederland.

Hij is realistisch en pessimistisch, beklaagt zich over de harde werkelijkheid in Nederland, het dagelijks afgestoten worden. Hij is dozen aan het inpakken, maakt drie enveloppen klaar: ‘Voor mijn familie’, ‘Voor mijn vrienden’, ‘Voor wie mij vindt’. Op de radio horen we het nieuwsbericht van de Iraanse asielzoeker die zich in wanhoop op de Dam in Amsterdam in brand stak en aan zijn verwondingen overleed.

Een dergelijke film staat of valt met je gevoel voor de hoofdpersonen, je inleving, in hoeverre ze je raken. Dat was voor mij maar in beperkte mate het geval, het zijn toch vaak wat zweverige, vervreemdende dialogen en veel onbestemde stiltes. Maar de slotscène wanneer ze naast elkaar in een oer-Hollands bushokje zitten, is prachtig poëtisch.

Op Movies that Matter was ook nog te genieten van een aantal Iraanse klassiekers, zoals Persepolis, Taxi Tehran en A Seperation. In enkele bioscopen draait nog Jafar Panahi’s meesterwerk No Bears, zeer aan te bevelen.

 

29 maart 2023

 

Deel 1: Klaas de Jonge, de Prijs van de Vrijheid
Deel 3: Oekraïne

 


MEER FILMFESTIVAL

Movies that Matter 2023 – Klaas de Jonge, de Prijs van de Vrijheid

Movies that Matter 2023 – Deel 1:
Klaas de Jonge, de Prijs van Vrijheid

door Jochum de Graaf

Van 24 maart tot en met 1 april vindt dit jaar Movies that Matter weer als volwaardig festival plaats met 69 voorstellingen in Den Haag: het Filmhuis, Theater aan het Spui, Pathé Buitenhof, maar ook op satellietlocaties buiten de Randstad en on demand via Picl. Met de thematische indeling van Take on Love, Take on Future, Take on Mental Health en Take on Power plus specials als Focus Iran en Shorts kun je je in acht dagen oriënteren op een cinematografische weerslag van alle grote hedendaagse problemen in de wereld: gender, klimaat, oorlog, ongelijkheid, discriminatie, emancipatie, onrechtbestrijding. We trappen af bij wijze van alternatieve openingsfilm met Klaas de Jonge, de Prijs van Vrijheid. 

In de openingsscène schuifelt Klaas de Jonge (1937) achter zijn rollator door een fabriekshal en betreedt een ruimte waar bouwvakkers de laatste hand leggen aan een eenvoudige kamer: tafel, bed, zitje, hometrainer, wasgelegenheid, toilet. Zijn ogen gaan langs de muren. ‘Ja, zo zag het er wel ongeveer uit’, zegt hij. ‘Hier, die typemachine, zonder die machine had ik het vast veel moeilijker gehad.’ De kamer is een replica van de ruimte waarin hij zoals hij voorleest vanuit zijn dagboek ‘vanaf 19 juli 1985, precies om vier uur, door de Zuid-Afrikaanse veiligheidspolitie bij de Nederlandse ambassade in Pretoria werd afgeleverd.’ Hij zou er 26 maanden verblijven, tot hij in september 1987 bij een gevangenenruil vrij kwam en naar Nederland terugkeerde.

Klaas de Jonge, de Prijs van Vrijheid

Gewapende strijd
De Jonge vertelt hoe hij enige weken daarvoor opgepakt was door de Zuid-Afrikaanse politie, klem gereden op de terugweg naar Harare in Zimbabwe, waar hij na de echtscheiding van zijn toenmalige echtgenote Hélène Passtoors naartoe verhuisd was. In zijn  offerbak bevonden zich wapens en explosieven voor het ANC (Afrikaans Nationaal Congres). Passtoors en De Jonge hadden zich als taalkundige en onderzoeker-antropoloog begin jaren tachtig in Maputo, hoofdstad van Mozambique, gevestigd met drie jonge kinderen: twee uit een eerder huwelijk van haar en een uit zijn eerste huwelijk.

Ze kwamen daar in aanraking en raakten bevriend met het echtpaar Joe Slovo en Ruth First, beide Zuid-Afrikaanse anti-apartheidactivisten van het ANC. Klaas de Jonge memoreert het bloedbad van Sharpeville, de township waar in maart 1960 69 mensen bij een demonstratie tegen de gewraakte pasjeswetten werden doodgeschoten als belangrijke gebeurtenis om tegen het apartheidsregime in verzet te komen. De moord per bombrief op Ruth First in 1982 speelde een beslissende rol om zich bij het ANC aan te sluiten en hand- en spandiensten te verlenen aan de gewapende strijd.

Na zijn arrestatie, juni ’85, bedacht De Jonge dat hij zou gaan meewerken aan het onderzoek naar zijn activiteiten. Hij leidde de politie langs een aantal vermeende opslagplaatsen van wapens, munitie en explosieven en op 9 juli wees hij het kantoor van de NedBank in het centrum van Johannesburg aan als mogelijke locatie voor een bomaanslag. Eenmaal in het gebouw wist hij de agenten om de tuin te leiden en in het belendende kantoor van de Nederlandse ambassade te vluchten. In eerste instantie werd hij daar door de Zuid-Afrikaanse politie overmeesterd en afgevoerd, maar er ontstond gelijk een diplomatieke rel van jewelste omdat De Jonge op Nederlands grondgebied gearresteerd was. De Jonge’s spectaculaire actie bracht het Zuid-Afrikaanse apartheidsregime ernstig in verlegenheid en trok wereldwijd aandacht.

Bomaanslag
Regisseur Marlou van den Berge laat De Jonge met spaarzame archiefbeelden, krantenknipsels en gesprekken met een Zuid-Afrikaanse agent die hem indertijd oppakte en met een van de Nederlandse marechaussees die hem moesten bewaken rustig vertellen hoe hij het allemaal beleefd heeft, hoe hij de dagen doorkwam, met lezen, schrijven, corresponderen, fitnessoefeningen, samen eten bereiden, aardappels schillen. Maar het knappe is ook dat zij ervoor kiest om zijn handelen in een zeer genuanceerd perspectief te plaatsen.

Halverwege krijgt de film een extra dramatische wending wanneer een man in een rolstoel de kamer inrijdt en tegenover Klaas de Jonge plaatsneemt. Jonathan Smit was officier bij de Zuid-Afrikaanse luchtmacht die op een noodlottige dag in mei 1983 bij de aanslag op het hoofdkwartier van de luchtmacht in Church Street Pretoria beide benen verloor en een hand nog maar moeizaam kan bewegen.

De Jonge heeft pas in 2017 zijn betrokkenheid bekend bij de deels mislukte aanslag waarbij niet alleen militairen maar ook burgerslachtoffers vielen. Nee, Jonathan Smit verwijt De Jonge persoonlijk niets, hij kan het enigszins begrijpen, maar de aanslag heeft zijn leven voorgoed veranderd en zijn carrière op jonge leeftijd in de kiem gesmoord en er vielen ook burgerslachtoffers. De Jonge kan weinig meer dan zijn medeleven bekennen, er ging bij de aanslag nogal wat fout. Ook de vrouw en dochter van de ANC-chauffeur die de bom naar de locatie reed en die het door een verkeerde afstelling met zijn leven moest bekopen, komen aan het woord. Was het allemaal waard?

Klaas de Jonge, de Prijs van Vrijheid

Vrijheidsstrijder of terrorist?
Maar het meest indrukwekkend is de confrontatie van De Jonge met zijn beide zoons, Enno en Arjen. De ene zoon die op zijn vijftiende meeging naar Zuid-Afrika en zich met de verwikkelingen in 1985 en de nasleep daarvan al op jonge leeftijd realiseerde met welke ernstige en gevaarlijke activiteiten zijn vader zich bezighield. De andere zoon die achterbleef bij zijn moeder in Wassenaar, en rond de gevangenschap en vrijlating van zijn vader en de enorme publiciteit pas geconfronteerd werd met de consequenties van diens optreden.

Beide jongens hebben een levenslang trauma opgelopen. Enno vraagt vader Klaas of hij nog wel eens terugdenkt, slaapt hij nog wel goed? Klaas heeft daar niet zo’n moeite mee, alles afwegend zou hij weinig anders handelen. Enno slaapt zeer slecht, altijd met de ogen half open, licht aan. Jongste zoon Arjen is hard in zijn oordeel: ‘je was er niet voor mij’ en ‘het ging alleen maar om jezelf’. Enno noemt hem recht in Klaas’ gezicht narcist. En toch blijft De Jonge waardig overeind, hij toont begrip, maakt zijn excuses, maar houdt ook vast aan zijn overtuiging dat zijn handelen gerechtvaardigd was.

Klaas de Jonge, de Prijs van Vrijheid brengt indringend en soms aangrijpend de levenslange gevolgen van zijn handelen voor direct betrokkenen en van alle kanten belicht in beeld. En bovenal is het een sterk genuanceerd onderzoek naar antwoorden op vragen als ‘is hij nu een vrijheidsstrijder of eigenlijk een terrorist’ en ‘heiligt het doel alle middelen?’

 

28 maart 2023

Deel 1: Klaas de Jonge, de Prijs van de Vrijheid
Deel 2: Focus Iran

 


MEER FILMFESTIVAL

CinemAsia 2023 – Preview

CinemAsia 2023 – Preview:
De veelzijdigheid van een rijk filmcontinent

door Tim Bouwhuis

Liefhebbers van Aziatische cinema zijn op hun plaats op het CinemAsia Film Festival, dat van 7 tot en met 12 maart op drie Amsterdamse locaties een uitgemeten selectie van bekroonde festivaldrama’s, genrefilms en geëngageerde documentaires vertoont. De titels komen uit Indonesië, China, Maleisië en elders, maar verwacht van dit festival geen suggestie van (pan-)Aziatische eenvormigheid: CinemAsia behandelt iedere regionale of nationale context als een veelzijdig onderdeel van een rijk filmcontinent.

Zoals artistiek directeur Jia Zhao vorig jaar nog toelichtte in een exclusief interview, wil CinemAsia de geselecteerde films uit Aziatische landen zoveel mogelijk hun eigen podium geven. De onderlinge verschillen tussen culturen moeten gevierd kunnen worden, en de koepelterm ‘Azië’ mag vooral niet de indruk wekken dat we naar een simpele ‘showcase’ van erkende Aziatische filmtitels kijken.

Openingsfilm Return to Seoul

Openingsfilm Return to Seoul

Variatie als uitdaging
De goede bedoelingen vallen niet te benijden, maar het is een uitdaging om de belofte van focus en aandacht voor verschil waar te maken als je zoveel te kiezen hebt. Ook dit jaar komen de films weer uit landen die samen een groot deel van het Aziatische continent bestrijken. Daarbij moet gezegd dat de balans traditioneel wel doorslaat richting Oost- en Zuidoost-Azië, en hoewel Zhao vorig jaar de intentie uitsprak om qua programmeringsfocus gericht te gaan variëren tussen verschillende gebieden, is er op het oog vooral een terugkerende, stabiele aanwas van titels uit China, Japan, Zuid-Korea, Taiwan, Hong Kong en dit jaar met name ook Indonesië.

In het zeventienkoppige ‘Panorama’-programma, gevuld met “bijzondere films uit Azië die in hun thuisland in de prijzen zijn gevallen, enthousiaste reacties van het publiek hebben ontvangen, en die aandacht vragen voor urgente onderwerpen die in de mainstream media niet of nauwelijks aan bod komen”, zijn maar liefst vier films uit Indonesië opgenomen, een aantal dat alleen Zuid-Korea weet te evenaren. Ook de competitie bevat een film uit Indonesië, en dat is bepaald niet de minste.

De erfenis van Soeharto
Autobiography is een zinderend onderhuids drama over een land dat nog altijd wordt geplaagd door de erfenis van dictator Soeharto. Het verhaal volgt een jongeman die onder de hoede van een gepensioneerde generaal komt te werken. Debuterend regisseur Makbul Mubarak verkent op uiterst beheerste wijze de machtsverhoudingen en stelt een beladen vraag: wanneer kunnen nieuwe generaties aan de houdgreep van een politiek schuldverleden ontsnappen?

De documentaire The Exiles is de tweede film in het programma die de invloed en nalatenschap van het Soeharto-regime behandelt. Voormalige leden van de PKI (de Indonesische communistische partij) zijn naar Europa gevlucht in de hoop hier een nieuw leven te kunnen opbouwen. Voor de camera van Lola Amaria vertellen zij hun persoonlijke verhaal. De nieuwe interviews werpen hopelijk een nieuw licht op een oneindig gecompliceerde geschiedenis.

Nederlandse releases op CinemAsia
CinemAsia opent dit jaar met Return to Seoul, de nieuwe film van de Frans-Cambodjaanse regisseur Davy Chou. Chou maakte met Diamond Island (2016) al naam in het festivalcircuit en won in 2017 ook de juryprijs op CinemAsia, maar Return to Seoul is zijn eerste film die (in april) ook regulier in Nederland wordt uitgebracht. Releases voor CinemAsia-films zijn (of waren) er ook voor Decision to Leave, het veelgeprezen nieuwste werk van Chan-Wook Park, de sociaal betrokken documentaire All That Breathes (vorig jaar nog door ons gerecenseerd), tevens de enige titel uit India, en de eigenzinnige animatiefilm Blind Willow, Sleeping Woman, gebaseerd op kortverhalen van Haruki Murakami.

De rij wordt gesloten door Hunt, een Koreaanse spionagethriller die zo hysterisch gemonteerd en geregisseerd is dat de talrijke plotlijntjes en wendingen je al snel onverschillig kunnen laten. Laat je niet weerhouden als je van aangezette Koreaanse pathos houdt en de woorden ‘druk’ en ‘overvol’ je niet op voorhand doen duizelen; Hunt draaide ook al op Imagine en de reguliere release volgt eind maart.

The Exiles

The Exiles

Er is een kleine kans dat het empathische Japanse drama Small, Slow but Steady (vorig jaar op Camera Japan) ook nog in Nederland wordt uitgebracht, maar op het moment van schrijven is dat bepaald niet zeker. De film maakt invoelbaar hoe de wereld van Keiko, een jonge vrouw met een gehoorbeperking, op ingrijpende wijze tot stilstand komt tijdens de covidcrisis. Haar absolute uitlaatklep, boksen, valt weg als de boksclub waar ze fanatiek en krachtig traint moet sluiten door de pandemie. Small, Slow but Steady, een prachtige verkenning van menselijke veerkracht, heeft duidelijke thematische overlap met The Narrow Road, een drama uit Hong Kong. Vervang ‘boksclub’ door ‘eigen schoonmaakbedrijf’ en je begrijpt hoe de hoofdpersoon op de proef wordt gesteld.

Plan je bezoek
Op CinemAsia zie je films die de doorgewinterde filmfestivalbezoeker ook al op het IFFR kon zien (The Abandoned, Demigod: The Legend Begins, Arnold Is A Model Student), maar net als op Camera Japan (doorgaans in september) blijven er altijd films over die in de Benelux exclusief in Amsterdam vertoond worden. Alleen dat gegeven kan een bezoekje al de moeite waard maken. je kunt rustig afwegen of je liever kijkt naar recent werk van de Koreaanse veelfilmer Hong Sang-Soo (The Novelist’s Film), naar een feministische wraakthriller uit Maleisië (Stone Turtle) of naar de seksuele ontdekkingstocht van een Taiwanese tiener (Little Blue).

Ten slotte een bijzondere tip: op vrijdag 10 maart is er een speciaal programma rond de eerder uitgelichte documentaire The Exiles. Een mogelijke must als je meer wilt leren over de geschiedenis en trauma’s van het Soeharto-regime, en het verhaal van één van de politieke vluchtelingen persoonlijk wilt horen.

 

25 februari 2023

 


MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2023 – Deel 7: Stijl & experiment

IFFR 2023 – Deel 7:
Stijl & experiment

door Bob van der Sterre

Style over substance… yes please! IFFR 2023 biedt dit gelukkig ook, getuige ons laatste verslag. 

 

Nao Sou Nada

Nao Sou Nada – Stijl, stijl, stijl, stijl, stijl en Pessoa
De dichter Fernando Pessoa heeft diverse alter ego’s aan het werk bij de uitgeverij The Nothingness Club. Ze zijn allemaal Pessoa, die zelf vaker af- dan aanwezig is. Allemaal zwarte pakken met hoeden die iets roken… Met namen als Charles Robert Anon, Alberto Caeiro, Baron van Teive, Abilo Queresma.

De alter ego’s vallen bij bosjes. Is de dader de terugkerende femme fatale of het meest agressieve alter ego van allemaal, Alvaro de Campos? Pessoa maakt zich zorgen: “Alles ontsnapt me. Mijn leven, mijn herinneringen, mijn verbeelding, mijn persoonlijkheid. Wat is dat gat dat tussen mij en ikzelf bestaat?” Zijn dokter wijdt het aan dromen.

Rook, lichten, creatieve montage, muziek: zoals gebruikelijk loopt de film van Edgar Pera weer over met creatieve ideeën. Anders dan zijn vorige film, O Homem-Pykante, die richtingloos oogde, is deze film wel aardig gelukt. De verfilming van de heteroniemen (afsplitsingen van jezelf) die Pessoa had bedacht, blijkt een mooie structuur te bieden voor Pera. Hij kan er al zijn stilistische overkill aan kwijt. Liefhebbers kunnen ook terecht bij O Barao en Lisbon Revisited (ook over Pessoa). Toch zal Pera’s werk voor veel kijkers te vermoeiend blijven.

 

Jeune Cinéma

Jeune Cinéma – Hoera, de alternatieve cinema leeft (nog)
Het festival Jeune Cinéma was ook jarenlang het experimentele buitenbeetje van de Franse filmwereld. Van 1965 tot 1983 werden in de badplaats Hyères (en in Toulon) de écht rebelse films getoond. Zat er een verhaal in de film? Weg ermee!

Jeune Cinéma moest de Côte-d’Azur-tegenhanger zijn van het larger-than-life filmfestival in Cannes. Maar dan dus in Hyères. En later in Toulon. En toen weer in Hyères. Daarna kwam er geen subsidie meer van de gemeente Hyères, die ook meer invloed wilde hebben op de programmering.

De intellectuele discussies na de films duurden vaak nog langer dan de films zelf. Filmkijkers en regisseurs provoceerden er allebei op los. Het festival was daarmee duidelijk een erfenis van de revolutie van 1968.

Wie waren dan die rebellen? Denk aan intussen grotendeels vergeten namen zoals Guy Gilles, Jean-Pascal Auberge, Philippe Garrel, José Varela, Pierre-Alain Jolivet, Francis Leroi, Stuart Pound, etc.. Maar ook Leos Carax, Claude Lelouch, Claude Chabrol, André Delvaux, Alain Robbe-Grillet en Chantal Akerman maakten daar hun opwachting. En zelfs avant-garde filmers van eigen bodem: Paul en Menno de Nooijer. Acteurs als Michel Piccoli, Bernadette Lafont, Marie-France Pisseur en Marie Dubois kwamen ook wel eens langs als jurylid. Jean-Luc Godard maakte zelfs Pierrot le Fou om de hoek bij het festival.

Het blijft altijd net zo aantrekken als afstoten met ‘de alternatieve cinema’. Hier ook in de film van Yves-Maria Mahé hoor je veel mensen zeggen dat de meeste films allemaal commerciële troep zijn en dus geen echte cinema. Zoals de liefhebbers van ‘films met een verhaal’ elke minder toegankelijke film onmiddellijk belachelijk maken. Je mag ze gelukkig ook beide liefhebben.

Geen tijd voor de film? Lees dan dit korte essay op de website van MUBI.

 

Lola

Lola – Zwartgallige remix van de geschiedenis
Lola is de naam van de computer van Thomasina en Martha. Deze computer (uitvinding van Thomasina) kan in de toekomst kijken. Het is 1941 dus op zeker moment nemen ze de beslissing om met de computer WOII een handje te helpen. Ze vertellen van te voren dat een luchtaanval plaatsvindt zodat veel mensen in veiligheid kunnen komen. Dat gebeurt.

Het leger spoort ze op en dan wordt Lola ingezet voor de verdediging van het Verenigd Koninkrijk. Het lastige is alleen dat elke actie ook gevolgen heeft. Na een reddingsactie blijkt de muziek van David Bowie ineens niet meer te bestaan. De gevolgen van een andere actie zijn nog iets groter…

Andrew Legge maakte deze vermakelijke film, die heel vaardig archiefbeelden remixt in een alternatieve vertelling van de geschiedenis. Hier gaat het om een andere uitkomst van WOII. Dat is vaker gedaan – er is zelfs een hele serie over. 

Lola wandelt in de stilistische voetsporen van een paar beroemde films/mockumentaries: Chris Markers beroemde La Jetée (1962), Woody Allens Zelig (1983) en Peter Watkins’ The War Game (1966). Die schat ik toch wat hoger in dan Lola, dat niet echt iets vernieuwends biedt.

 

Skazka

Skazka – Het donkerste soort zwarte humor
Meer bewerkte archiefbeelden in Skazka. We zien hoe diverse Hitlers, Churchills, Stalins en Mussolini’s wachten op toegang tot de hemelpoort. Hitler gelooft nog steeds in de overwinning, Mussolini bespot iedereen, Stalin is ondoorgrondelijk en Churchill belt af en toe met de koningin. Ze krijgen geen toegang en lopen door grotten en mistige landschappen te kletsen om de tijd te doden.

Dit is een soort animatiefilm die archiefbeelden combineert met zwarte humor. Hitler tegen Churchill: ‘Kan ik je introduceren tot de donkere krachten?’ Een vraag aan jonge Stalin: ‘Jongeman, wie doet je haar?’ Churchill: ‘Stalin doet gemeen.’ Mussolini (met kleding) tegen Mussolini (blote borstkas): ‘Kleed je aan!’

Zwart is eigenlijk nog veel te kleurrijk uitgedrukt, dit is meer het soort zwarte humor waar bijna geen licht meer aan ontsnapt. Op en over de grens waar het van humor overgaat naar misselijkmakendheid: zoals de leiders die zeeën van overledenen toespreken.

Het is een film die je ophemelt of afkraakt – er is eigenlijk geen tussenweg. Geniaal en vernieuwend of een langdradige variant van bad lip reading? Alexander Sokoerov – bekend van de in-een-shot-geschoten Russian Ark – houdt in elk geval wel van een uitdaging. Uuuuren aan archiefmateriaal moeten hij zijn team hebben doorgeploeterd om al deze Hitlers, Mussolini’s etc. te vinden, digitaal te bewerken en dan nog te gebruiken bij het best passende moment van de film.

Als tour de force is het indrukwekkend. Maar een goede film? Een paar geestigheden wegen niet op tegen een groot gebrek aan ideeën. Ik denk dat er een sterk videokunstwerk van ongeveer een kwartier in verborgen zit.

 

Square the Circle

Shorts – Square the Circle / DVA / Vacation / Ingresso Animali Vivi / Grasshopper
Square the Circle (zie: foto) is een aardige film over de eindeloze inspiratie van een cirkel. Mooie beelden, mild-grappig en licht filosofisch. Maker Hanna Hovitie worstelt met ruimte-angst en woont in Finland. Daar is het lang donker. Daar ga je van denken. Met als mooie gedachte dat je niet worstelt met je eigen luiheid, maar met de luiheid van het universum. Eindeloos is de film zelf niet, maar zeventien welbestede minuten. De film deed me denken aan New Babylon, die ook speelt met het concentrische beeld.

Wil je film met de grote F? DVA van Alexandra Karelina gaat veel verder dan de meeste films in experiment. Het verdwijnen van een hond en een luchtalarm zorgen ervoor dat de protagonist, een soort uitvinder, niet meer slaapt. De film van een half uur zit boordevol symboliek, curieuze edits en ongelooflijk lastig aan te horen geluiden. Experimenteler dan dit wordt het niet.

In Vacation kijken we naar de meest basic soort computeranimatie – alsof deze techniek net een dag is uitgevonden. Na een explosie van een vulkaan strandt een jongeman op een strand. Hij vindt een laptop. De vis van wie de laptop is, hoeft de laptop niet terug. Hij zwemt naar de vulkaan en vindt daar op de bodem een mysterieuze deur. Film van Yifan Jiang en James Mercer is grappig maar ik snap niet helemaal de meerwaarde van deze animatiestijl. 

Ingresso Animali Vivi is ook geanimeerd en tegelijkertijd gewoon gefilmd. We kijken in elk geval in de film van Igor Grubić naar een hond die rondloopt in een leeg gebouw. Vermoedelijk een oud slachthuis. Interessante blend van stijlen (blendinema, cinema le blend?). En over het welzijn van dieren kunnen we niet genoeg films hebben. 

Grasshopper oogt toegankelijker dan de andere korte films maar de puzzel is hier: wat moet je ermee? Verlaten gebouwen veranderen in een soort discotheek met stroboscoop en beats. De Finse productie (wederom, er waren veel Finse films op IFFR) van Jussi Eerola gooit het over een boeg die je vreemd genoeg niet zo vaak ziet: gooi beeld en geluid samen en kijk wat er gebeurt. Er gebeurt dus niet zoveel.
 

3 februari 2023

 

Deel 1: Fantasie als werkelijkheid
Deel 2: Terug op locatie
Deel 3: Coronacinema
Deel 4: Brieven uit de dodencel
Deel 5: Buitenbeentjes
Deel 6: Olympische Spelen, Poetin en Iran

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2023 – Deel 6: Olympische Spelen, Poetin en Iran

IFFR 2023 – Deel 6:
Olympische Spelen, Poetin en Iran

door Tim Bouwhuis

Het doet goed om te zien dat er deze IFFR-editie weer zoveel filmmakers en leden van cast en crew acte de présence geven. Nu corona geen roet meer in het eten gooit, kunnen we weer wennen aan festivaldelegaties uit pakweg Peru, Georgië of Japan. Als de komst van bepaalde filmmakers tóch ter discussie staat, is de uitleg vaak specifieker en persoonlijker dan een landelijke reisbeperking. In dit verslag aandacht voor Naomi Kawase, Natalia Meschaninova en Jafar Panahi, drie regisseurs wiens aan- of afwezigheid op het festival om uiteenlopende redenen spraakmakend is. 

Een jaar later dan gepland vonden in de zomer van 2021 de Olympische Spelen van Tokio plaats. Het IOC (International Olympic Committee), de organisator van iedere zomer- en wintereditie, heeft de gewoonte om per omloop een speciale documentaire te laten maken, waarin het organiserende land, de sportlocaties en uiteindelijk vooral de sportprestaties uitgelicht worden. Het meest notoire voorbeeld van een ‘Olympische documentaire’ is zonder twijfel Leni Riefenstahls Olympia-tweeluik (1938), maar de consensus onder veel kenners is dat de Japanse regisseur Kon Ichikawa (The Burmese Harp) met Tokyo Olympiad (1964) de meest complete Olympische film heeft gemaakt.

Official Film of the Olympic Games Tokyo 2020

Official Film of the Olympic Games Tokyo 2020

Van basketbalster tot filmmaker
Naomi Kawase is niet de eerste regisseuse die je met de Olympische Spelen in verband zou brengen. Bij nader inzien blijkt de maakster van gevoelige filmhuisdrama’s (zie bijvoorbeeld Still The Water, An en recent nog True Mothers) in een vorig leven gebasketbald te hebben, en ziet ze het IOC-verzoek om de tweede Tokio-editie te regisseren als een kroon op haar carrière.

Kawase was voor het eerst op het IFFR in 1997, toen ze haar speelfilmdebuut Suzaku kwam voorstellen, maar haar laatste bezoek dateert naar eigen zeggen alweer van achttien jaar geleden. Het is dan ook bijzonder dat ze deze IFFR-editie weer aanwezig is om voor een helaas matig gevulde Pathé-zaal haar tweedelige Official Film of the Olympic Games Tokyo 2020 te presenteren.

Borstvoeding en sport
Kawase stelt tijdens de Q&A dat ze in de voorbereiding zeker naar Tokyo Olympiad keek, maar dat de omstandigheden in de jaren zestig flink anders waren: de sporters waren een stuk gemakkelijker te benaderen en er was nog niet zoveel competitie van de grote westerse televisieomroepen, die de afgelopen decennia steeds sterker vertegenwoordigd zijn op het grootste sportevenement ter wereld.

Opvallend is dat Kawase haar aandacht voor menselijke emotie te midden van het sportieve geweld heel bewust op de voorgrond heeft gehouden. Zo volgt ze in Side ASide B ging aansluitend in première – een Canadese basketbalster die het ondanks de strenge coronamaatregelen toch voor elkaar kreeg haar pasgeboren dochter mee te nemen naar Tokio, waar ze het kind ‘gewoon’ borstvoeding gaf.

Burgerprotesten
De documentaire komt door de vele losse vignetten van verschillende sporten en sporters wat oppervlakkig over, en de felle protesten tegen het doorgaan van de Spelen worden in Side A alleen zijdelings getoond. Dat is nog geen kritiekpunt, want Side B gaat naar verluidt (ondergetekende ziet het tweede deel later pas) juist volledig over de politieke en ideologische dimensies van het evenement.

Kawase maakt er na afloop geen geheim van dat haar documentaire omstreden is: “In eigen land werd me afgeraden om premièrevertoningen bij te wonen, omdat het productiebedrijf bang was voor boze reacties en burgerprotesten”. In Japan werd het doorgaan van de Spelen onder appel van een aanhoudende curve door een aanzienlijk deel van de bevolking als onethisch beschouwd.

Makers in opspraak
Kawase geeft uitgebreid en uiterst vriendelijk antwoord op de vragen en lovende reacties vanuit de zaal, wat mijn respect voor de tolk alleen maar vergrootte. Haar komst naar Rotterdam stond naar mijn weten niet ter discussie, maar dat neemt niet weg dat de maakster vorige zomer nog negatief in het nieuws kwam. Kawase werd ervan beschuldigd dat ze in 2015 een mannelijke collega van haar productiebedrijf fysiek had aangevallen, maar ontkende zelf alle betrokkenheid. Het lijkt misschien mosterd na de maaltijd om de aanklacht nu nog te noemen, maar we leven in een tijd waarin organisaties en bedrijven steeds vaker het zekere voor het onzekere nemen als er onrust in de lucht hangt.

My Little Nighttime Secret

My Little Nighttime Secret

Het is dan ook des te prijzenswaardiger dat het IFFR ervoor heeft gekozen de Russische filmmaakster Natalia Meschaninova gewoon toe te laten tot de Big Screen Competitition, een nevenselectie die kan leiden tot een Nederlandse release. Meschaninova was van onbesproken gedrag toen ze in 2014 met het rauwe coming of age-drama The Hope Factory werd geselecteerd voor de Tiger-competitie, en in 2019 nog eens terugkeerde met het ondergewaardeerde Core of the World. In 2023 is alles anders, omdat de grillen van Poetin ook landgenoten die zijn beleid niet steunen in de problemen brengen. Dat is kwalijk, want er is geen enkele reden om Russische artiesten te straffen voor het optreden van een leider die ze (in veel gevallen) niet steunen.

Videoboodschap
Ironisch genoeg moest Meschaninova haar film My Little Nighttime Secret bij de wereldpremière via een videoboodschap inleiden. De componist en cameraman waren wel aanwezig, maar kwamen niet aan het woord. My Little Nighttime Secret is het heftige persoonlijke verhaal van Meschaninova zelf, over een veertienjarig meisje dat seksueel misbruikt wordt in de huiselijke sfeer. De film past met zijn expliciete, verstikkende verbeelding van vaderlijke dominantie en verwerpelijk gedrag in een verzettelijke vrouwelijke kijk op de staat van Rusland, maar de maakster stelt in haar inleiding alsnog dat het voor het IFFR “vast niet makkelijk” is geweest om haar film te accepteren.

Dat Meschaninova niet in staat zegt te zijn om te reizen door een blessure (de reden blijft onbenoemd), roept door de gespannen context vraagtekens op. Op Twitter stuitte ondergetekende in aanloop naar het festival nog op een oproep om My Little Nighttime Secret te boycotten. Gelukkig is dat niet gebeurd, want dit pakkende drama, dat zich afspeelt gedurende nieuwjaarsnacht, is een van de hoogtepunten van het festival.

No Bears

No Bears

Protest voor Panahi
Ten slotte werd ik tijdens het schrijven van dit stuk met de actualiteit geconfronteerd. Familieleden van Jafar Panahi deelden woensdagavond het ernstige nieuws dat de geëngageerde Iraanse maker in hongerstaking gaat tot hij – levend of dood – wordt vrijgelaten uit de gevangenis waar hij al sinds juli wordt vastgehouden. Wie op het IFFR of vanaf 9 februari No Bears bezoekt, ziet dat Panahi’s laatste film daadwerkelijk is geconstrueerd als een afscheid. Zijn inmiddels kenmerkende autofictie (zie ook This Is Not a Film en 3 Faces) mondt uit in een kraakhelder metaforisch einde, dat zich in het licht van de huidige ontwikkelingen nog zwaarder laat voelen.

De première van No Bears werd op het voorbije filmfestival van Venetië al begeleid door een eensgezind vrijheidsprotest. Exact een week later volgde in Iran de breed uitgemeten ‘hijab-veroordeling’ van Mahsa Amini. Alsof het IFFR het laatste nieuws al een stapje voor was, staat vandaag (donderdag 2 februari) op het Rotterdamse Schouwburgplein een stil protest gepland. De situatie waarin Panahi zich bevindt, relativeert in eerste instantie het belang van een festival, en tilt de actualiteit uit boven de spiegels die films ons bieden. Tegelijkertijd zijn die spiegels soms de beste benadering van het leed en onrecht dat zich wereldwijd opdringt. Laten we dus maar blijven kijken.

 

2 februari 2023

 

Deel 1: Fantasie als werkelijkheid
Deel 2: Terug op locatie
Deel 3: Coronacinema
Deel 4: Brieven uit de dodencel
Deel 5: Buitenbeentjes
Deel 7: Stijl & experiment

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2023 – Deel 5: Buitenbeentjes

IFFR 2023 – Deel 5:
Buitenbeentjes

door Bob van der Sterre

Genoeg buitenbeentjes te zien tijdens IFFR 2023. In allerlei films zien we personen die niet echt passen in de reguliere wereld. Vooral biografieën van kunstenaars maar ook hier en daar fictieve karakters. 

 

Girl Internet Show: A Kati Kelli Mixtape

Girl Internet Show: A Kati Kelli Mixtape – Talent in de knop geknakt
Kati Kelli was een jonge vrouw die iets anders wilde dan tips-video’s maken op YouTube. Ze maakte van haar kanaal een plek waar ze al haar gevoel voor spot en satire kwijt kon. Pruiken, brillen, meer had ze niet nodig. Een kanaal met veel theatrale mafheid. Eerst vanuit haar slaapkamer, later vanuit haar eigen huis.

Bij sommige mensen is talent voor komedie echt aangeboren. Zoals bij Kati Kelli de intuïtie om iets te maken sterker is dan erover nadenken of het wel welgevallig is. Ze overdacht niets en maakte al van jongs af aan haar eigen maffe video’s. Ze doet me ook wel denken aan de Nederlandse kunstenaar Tanja Ritterbex.

Sterk is de video waarbij ze de mentale ziektes opsomt waar ze aan zou lijden. ‘Ik lijd ook aan hyper erotic novel disorder.’ Als mensen denken ze dat ze niet echt is: ‘Het spijt me dat ik zo perfect ben dat jullie denken dat ik niet echt ben.’ Of als ze ontdekt bij de psycholoog dat haar vervelende vriendin Abby niet bestaat, maar zij dat zelf is. Of de vrouw die uit ontevredenheid over haar lichaam besluit tot een ‘total body removal’.

Deze video’s laten veel ruw talent zien. Nergens plat of heel flauw maar ook nog niet helemaal af. Het kunstenaarschap lijkt iets onvermijdelijks als je dit ziet. Haar eerste film was ook net af en dat was al een stap voorwaarts. Er had veel meer in kunnen zitten maar het zal hierbij blijven: ze overleed heel jong aan een astma-aanval. Deze film is dus haar komische erfenis. Je kunt haar online video’s ook eventueel op haar YouTube-kanaal zien.

 

La stranezza

La stranezza – Pirandello op zoek naar zes inspiratiebronnen
De toneelschrijver Luigi Pirandello werd geboren in Agrigento, Sicilië. Omdat zijn kindermeisje overlijdt, blijft hij er nog even. De stad voert een lokaal toneelstuk op. Pirandello is op zoek naar inspiratie en komt in contact met de theatermakers: Onofrio Principato en Sebastiano Vella, de lokale doodgravers. Ze nodigen hem uit voor de première.

Pirandello is in 1921 ook een buitenbeentje. Hij maakt niet veel later na dit bezoek het beroemde stuk Zes personages op zoek naar een auteur. Het wordt verschrikkelijk ontvangen want niemand die het snapt. Later wint hij de Nobelprijs.

Wat bracht hem tot dat idee? Volgens de overlevering zouden het de amateurs van Agrigento zijn die hem op het idee brachten. Hebben die echt bestaan of is het meer dat Pirandello op zoek was naar zes momenten van inspiratie voor zijn beroemde stuk? Lees zijn eigen essay uit 1925. 

La stranezza is een verzorgde productie die na een beetje trage start prettig wegkijkt. Verrassend is dat Toni Servillo in feite een bijrol heeft als Pirandello (zéér ingetogen voor zijn doen). De show wordt gestolen door het grappige duo Valentino Picone en Salvatore Ficara.

De film is wel wat aan de conventionele kant. Ook gewone speelfilms hebben recht op bestaan. Maar anders dan bij Pirandello vind je hier niet veel experimenteerdrift.

 

Munch

Munch – Genialiteit opgesloten in een vierkant blokje krankzinnigheid
Een ander typisch buitenbeetje: de Noorse kunstenaar Edvard Munch. Hij maakte 30.000 schilderijen, waaronder dat ene, ongelooflijk bekende, De schreeuw (waarvan er meer zijn). Deze film laat belangrijke momenten uit zijn leven zien.

We kijken naar diverse Munchs in diverse tijdsperiodes gespeeld door diverse acteurs. Een oude Munch ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Een jonge Munch in een eerdere periode. En dan is er middelbare-leeftijd-Munch in het huidige Berlijn, die een mobieltje op zak heeft en technoparties bezoekt. Tot slot een Munch die in een zwart-wit geblokt frame in een gesticht zit.

Dat idee is niet nieuw. In Cet obscur objet du désir (1977) van Luis Buñuel zijn er twee Conchita’s. Recent heb je Palindromes (2004) van Todd Solondz; I’m Not There (2007) van Todd Haynes en Moonlight (2016) van Barry Jenkins met verschillende acteurs voor een karakter.

In deze film wordt het heen en weer gooien van Edvard Munchs gelukkig niet misbruikt voor flauwe grappen met mobieltjes. Deze opzet past best bij een man met vele gezichten, vele karakters. Juist in de episode van Berlijn is het verplaatsen van het vroegere naar het heden erg komisch, als er ‘gestemd is’ om zijn tentoonstelling niet te laten doorgaan. (Lees meer over deze ‘Munch Affair’.)

Al deze fragmenten leveren geen biografische compleetheid, eerder wat puzzelstukjes, die een beeld geven van een lastig te doorgronden persoon die worstelt met zichzelf. Ik denk zelf dat Henrik Martin Dahlsbakken visueel nog wat meer had kunnen experimenteren. Dat je bijvoorbeeld vaker dingen had kunnen zien door de schildersogen van Munch, zoals een enkele keer gebeurt. Hoe dan ook kan het bijna niet anders dan dat Munch de komende maanden de arthouse-bioscopen gaat veroveren.

 

Kunstkamera

Kunstkamera – Het kunstkasteel van Jan Švankmajer
Een buitenbeentje is ook absoluut Jan Švankmajer. De cineast/kunstenaar laat in Kunstkamera zijn huis zien. Dat is het kasteel Horni Stankov, waar hij tot het overlijden van zijn vrouw Eva (in 2005) met haar samenwoonde. Van kelder tot zolder gevuld met eigen en andermans kunst. Indrukwekkend in kwantiteit en kwaliteit.

In Kunstkamera krijgen we een soort rondleiding door het kasteel van twee uur. Twee uur? Ja en de kunstwerken blijven komen. Tekeningen, panelen, zelfbedachte dieren, schilderijen, beelden. De rondleiding gaat van ruimte naar ruimte, van werk naar werk. Geen namen, geen context. Alleen maar beelden en de muziek van Vivaldi. Alleen de aftiteling geeft een beetje houvast met de namen: Miro, Max Ernst, Arcimboldo, Callot, Lam, Hokusai, Piranesi. En natuurlijk minder bekende landgenoten. En zichzelf en zijn vrouw.

Ik had zelf niet gedacht dat ik deze rondleiding boeiend zou blijven vinden maar dat gebeurt toch. Het Švankmajer-museum hoeft niet gebouwd te worden want dat bestaat dus al.

Dit is ook ontroerend. Want het is een soort afscheid. Na zestig jaar cinema is dit helaas (naar eigen zeggen) de laatste film van de 88-jarige Jan Švankmajer. Hoe toepasselijk dan een film over zijn kunst, twee disciplines die hij even goed beheerste en door elkaar gebruikte.

 

Pacifiction

Pacifiction – Onbestemde nachten in Frans-Polynesië
Frans-Polynesië. De Roller is Hoge Commissaris van deze eilandengroep. Hij is een aanpakker en probeert met politiek iedereen tevreden te houden. Dat verandert als er een gerucht ontstaat dat de atoomproeven terugkeren. De lokale bondgenoot is vervangen door een jonge kerel die een veel kritischer houding heeft tegenover De Roller. En tegelijk geven de militairen uit zijn eigen land ook hun plannen niet prijs.

In het begin is het allemaal nog wel oké. Een ontspannen vergadering tijdens een lekkere lunch. Het wordt duisterder als De Roller het gevoel heeft dat er achter zijn rug om dingen gebeuren (‘Iets donkers beheerst zijn emoties’). Hij krijgt waarschuwingen. De nachten worden langer.

Het buitenbeentje hier is duidelijk: de man in het witte pak en met de blauwe zonnebril die alles pratend probeert op te lossen. Hij steekt af bij elke scène en heeft ook nog eens een witte auto. Hij regelt de politiek in een land dat mijlenver van zijn eigen geboorteland ligt. Dat thema komt ook voor in het prachtige boek De Eilanden van A. Alberts, waarmee dit verhaal veel overeenkomsten heeft. 

Pacifiction is zo’n film waar je je aan moet overgeven. Het is meer filosofisch en symbolisch bedoeld dan als letterlijk verhaal. Bijvoorbeeld de dreiging die zou komen van een onderzeeër. Of hoe de dansvoorstelling van de lokale dansgroep (‘Het moet agressiever!’) De Rollers eigen strijd symboliseert (sterke rol van Benoît Magimel).

Het acteren en de bijrollen maken deze 160 minuten durende film van Albert Serra makkelijk om af te kijken. Maar ook het mooie gebruik van de locatie. Ook de nachtclubs, bars, stranden. Frappant is dat er geen enkel geweld in voorkomt maar alles draait om woorden. De soundtrack heeft ook een interessante bijrol in deze film. Minder vond ik dat niet alle verhaallijnen even goed worden afgehecht in het plot.

 

Il Boemo

Il Boemo – Componist maakt carrière in 18e-eeuws Italië
Josef Mysliveček, alias Il Boemo (moet je lezen als Il Bo-emo, de Bohemer) begint bij niets in Venetië. Een echt buitenbeentje. Heeft niet eens zijn eigen huis. Maar hij is getalenteerd muzikant en een charmant persoon. Zijn droom om zijn favoriete operazangeres te begeleiden in Napels komt uit.

Hij wordt al snel de nieuwe componistenster in Italië in de achttiende eeuw. Maar zodra er een onbereikbare liefde in het spel is, vervalt de Bohemer in zijn oude ondeugden: gokken en seks met prostituees. En dan komt het drama.

Ik ben zelden voor kostuumdrama’s te porren – ze zijn me te soapy en geschiedenisloos – maar voor zulke als Il Boemo kun je me wel wakker maken.

Veel pluspunten. Casting is hier knap gedaan, alle talen kloppen (inclusief koning van Napels met Napolitaans accent en een mini-Mozart die Duits en Italiaans spreekt). De film vertelt zijn verhaal via passende interieurs en goed acteerwerk. En het liefdesverhaal is geloofwaardig.

Als bonus een subtiel oog voor geschiedenis. We zien zaken als aderlaten, de cultuur van het brieven schrijven, een medische zorg die niets voorstelt, huwelijken met een andere betekenis, de schandalen. Aardig is deze opmerking van Josef tegen zijn broer: ‘Weet je hoe lang het reizen is van Napels naar Turijn?’

De film neemt misschien wat te grote passen op het einde maar deze biografie van een tragische componist van Petr Václav is er echt eentje om je zondagmiddag aan te besteden.

 

Civic

Shorts – Civic / Alien0089 / Escasso
In Civic (zie: foto) gaan we met een man (Booker) plotseling terug naar de plek waar hij opgroeide: South Central. Hij is er een tijd weggeweest. ‘Je bent dus toch teruggekeerd naar de hood!’ Fictiefilm van Dwayne LeBlanc (20 minuten) speelt zich ‘s avonds af in de auto, waardoor het allemaal ook anoniem oogt. De auto als sociaal bindmiddel. Het gaat over terugkeren naar iets waar je eigenlijk niet naar kunt terugkeren. De connectie met je ‘oerplaats’ raakt verwaterd, zoals ik nu zelf meemaak als ik de Staatsliedenbuurt in Amsterdam bezoek waar ik ben opgegroeid. Sympathieke korte film.

Alien0089 gaat over een vrouw die online gamet en daar vervelend werd behandeld vanaf het moment dat jongens ontdekten dat ze een vrouw was. Ze schoten haar meteen neer en ze kreeg walgelijke, stalkerachtige berichten. Deze film van Valeria Hofman had ook als een dramadocumentaire gefilmd kunnen worden, maar dit is veel interessanter: als een ‘first person shooter’ ga je naar een huis – en daar ontdek je de geheimen van Alien0089. Gebrek aan respect voor vrouwelijke gamers is – ongetwijfeld – ook zo’n onderschat probleem.

Net als in Alien0089 staat het huis centraal in Escasso. Waarvan we niets zien, maar dat hoeft ook niet. De gepassioneerde Rosa vertelt hoe ze op het huis past van een vrouw die blijkbaar plotseling is vertrokken. Ze gaat er respectvol mee om. Ook al is er aversie: deze vrouw (‘Ze is advocaat denk ik’) heeft geld en Rosa, uit de favela, niet. Vermoedelijk compleet verzonnen, IFFR noemt het een mockumentary. Toch ook een mooi portret van een buitenbeentje.

 

2 februari 2023

 

Deel 1: Fantasie als werkelijkheid
Deel 2: Terug op locatie
Deel 3: Coronacinema
Deel 4: Brieven uit de dodencel
Deel 6: Olympische Spelen, Poetin en Iran
Deel 7: Stijl & experiment</a

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2023 – Deel 4: Brieven uit de dodencel

IFFR 2023 – Deel 4:
Brieven uit de dodencel

door Cor Oliemeulen

‘Elke gelijkenis met bestaande personages of gebeurtenissen berust op louter toeval’, meldt de disclaimer. Opvallend genoeg komt oudgediende Marco Bellocchio juist heel dichtbij de waarheid over een van de meest geruchtmakende politieke moorden van de twintigste eeuw. Na de liefst 326 minuten van Esterno Notte is zijn conclusie duidelijk: de ontvoerde Italiaanse oud-premier Aldo Moro werd opgeofferd door zijn eigen christendemocratische partij.

Deze van oorsprong zesdelige serie – nog integraal te zien op het IFFR zaterdag 4 februari – is niet zozeer een reconstructie van de ontvoering en executie van Aldo Moro in 1978 door leden van de communistische terreurorganisatie Rode Brigades, maar een vrije interpretatie vanuit het perspectief van zes direct betrokkenen.

Esterno Notte

Zes delen, zes perspectieven
Waar Bellocchio’s meesterwerk Buongiorno, Notte (2003) de vier kidnappers, een vrouw en drie mannen, volgt vanaf het huren van het appartement waar Aldo Moro gevangen wordt gehouden tot het wegvoeren en volgens ‘proletarisch recht’ vonnissen van de politicus bijna twee maanden later, belicht de regisseur in Esterno Notte uitgebreid de tragische geschiedenis ‘van buitenaf’.

Centraal in het relaas staat de minister van Binnenlandse Zaken, Francesco Cossiga (Fausto Russo Alesi: Sweet Dreams, 2016), die Aldo Moro beschouwt als een vader aan wie hij zijn carrière heeft te danken. Na het plegen van verraad krijgt hij waanbeelden van bloedende handen.

Paus Paulus VI (Toni Servillo: La grande bellezza, 2013) is een oude studievriend van Moro en doet er alles aan om hem vrij te krijgen, inclusief zelfkastijding en het bijeenbrengen van het losgeld, dat de hele tijd onaangeroerd op een tafel in Vaticaanstad blijft liggen.

Het personage van Giulio Andreotti (Fabrizio Contri) oogt al even corrupt als in Bellocchio’s historische drama Il Traditore (2019) waarin deze christendemocratische premier tussen de maffia rondloopt in zijn onderbroek om een nieuw kostuum aangemeten te krijgen.

Rode Brigades-lid Adriana Faranda (die later een bestseller schreef, gespeeld door Daniela Marra) is een moeder die haar dochter mist en langzaam begint te twijfelen aan het doden van hun gijzelaar.

Echtgenote Eleonora Moro (Margherita Buy: Mia Madre, 2015) oefent tegen beter weten in druk uit op Aldo’s christendemocratische partijgenoten, maar die zeggen dat je terroristen geen losgeld moet betalen, omdat ze daar toch alleen maar bommen van kopen. Volgens hen zijn communisten bovendien atheïsten en nog erger dan maffiosi, want die gaan in ieder geval nog naar de kerk.

Tot slot leren we natuurlijk Aldo Moro (Fabrizio Gifuni) wat beter kennen: allereerst als een (groot)vader die kalmte en vriendelijkheid uitstraalt, maar uiteindelijk als gevangene in een dodencel die veelvuldig brieven aan de buitenwereld schrijft en steeds wanhopiger wordt.

Esterno Notte

De communisten buitenspel zetten
Tussendoor maken we kennis met de schimmige Amerikaanse kidnapdeskundige Steve Pieczenik (Tim Daish) die de autoriteiten eerder lijkt te ontmoedigen om het losgeld te betalen dan hen aanmoedigt om de politicus kost wat kost vrij te krijgen. Het waarom wordt duidelijk vanaf de scène waarin Aldo Moro als voorzitter van de christendemocratische partij in een toespraak toenadering zoekt tot samenwerking met de communistische partij, later bestempeld als Historisch Compromis.

Het mag duidelijk zijn: Amerika zal nooit instemmen met een samenwerking met communisten en de Italiaanse conservatieve christendemocraten zullen niet rouwig zijn wanneer Moro die plannen niet kan verwezenlijken. Het cynische is dat de Rode Brigades – die strijden tegen de ‘onderdrukkende’ christendemocraten die al sinds de Tweede Wereldoorlog het land in hun eentje regeren – juist de ‘verbinder’ Aldo Moro ontvoeren. Giulio Andreotti was ook een gewild persoon, maar die had een gepantserde auto, Aldo Moro niet.

Marco Bellocchio, die gedurende zijn al bijna zestigjarige loopbaan nooit een geheim maakte van linkse sympathieën, hekelt in Esterno Notte niet degenen die de trekker overhalen, maar Aldo Moro’s politieke vrienden die hem de rug toekeren en de moord in feite faciliteren. Als vanouds schakelt de filmmaker soepel tussen de deprimerende realiteit, dromen, fantasieën en archiefbeelden. Zo zien we aan het eind van het drama authentieke beelden van Moro’s drukbezochte uitvaart in een basiliek. Echter de overledene in kwestie is niet aanwezig, omdat zijn vrouw al een besloten begrafenis had gehouden waarbij geen enkele politicus welkom was.

In Buongiorno, Notte kroop Roberto Herlitzka in de huid van Aldo Moro. De vertolking van Fabrizio Gifuni in Esterno Notte is mogelijk nog geloofwaardiger, niet in de laatste plaats vanwege zijn treffende gelijkenis met de politicus. Gifuni speelde Moro al in het misdaaddrama Piazza Fontana: The Italian Conspiracy (2012) van Marco Tullio Giordana en in het eenmanstheatersstuk Con il vostro irridente silenzio (2018), dat hij zelf maakte en regisseerde op basis van de brieven die Aldo Moro schreef tijdens zijn 55 dagen durende gevangenschap.

 

31 januari 2023

 

Deel 1: Fantasie als werkelijkheid
Deel 2: Terug op locatie
Deel 3: Coronacinema
Deel 5: Buitenbeentjes
Deel 6: Olympische Spelen, Poetin en Iran
Deel 7: Stijl & experiment

 

MEER FILMFESTIVAL

IFFR 2023 – Deel 3: Coronacinema

IFFR 2023 – Deel 3:
Coronacinema

door Bob van der Sterre

De coronaperiode is iets waar de filmkijker van de toekomst misschien verwonderd naar zal kijken. Deze films op IFFR legden de tijd vast, allemaal op hun eigen manier. 

 

Clementina

Clementina – Opgesloten zitten in een onbetrouwbaar huis
Het is de coronaperiode en lockdown. Clementina en haar vriend Guillermo zitten in een nieuwe huis. Dat betekent dat het enige uitje het uitje naar het balkon is. Er komen wel af en toe klussers langs. De vriend van Clementina is aldoor bezig met online lesgeven en is allergisch voor elk contact met de nieuwe buren, die toch soms ongevraagd het huis binnenlopen.

Met het huis zelf is van alles aan de hand. Lekkages, elektriciteitsproblemen, scheuren in de muren. Ze gaat vervolgens helpen in het huis van haar vader elders in Buenos Aires, die door corona niet kan reizen. En dan moet ze met nóg een huis aan de slag.

Clementina van en met Constanza Feldman en Agustín Mendilaharzu is een lichte film over de coronatijd. Een portret van unieke coronadingen als lang haar hebben, brood verkopen vanaf een balkon, klussen in huis, uitstapjes maken naar je balkon, groeten met de ellebogen, antibacteriële middeltjes, thuis sporten, mondkapjes laten hangen aan je oren.

Het is een rustige, prettig uit te kijken film die de emoties nergens laat gaan. En er is verrassend veel focus op de bijrollen en het geluid. Als het op komische, ritmische manier een rol speelt, moet je uiteraard meteen aan de films van Jacques Tati denken. De muziek is ook opvallend aanwezig. En dus corona. Wat lijkt het allemaal weer lang geleden als je dit ziet!

 

Letzter Abend

Letzter Abend – Gezellig zolang het nog kan
Clemens en Lisa organiseren een feestje. Een soort laatste etensmaal voor ze van Hannover naar Berlijn verhuizen. Het is heel gezellig en luchtig. Meel lenen bij de buurvrouw, die meteen uitnodigen. Een onbekende vrouw wil haar mobiel opladen, die meteen uitnodigen, etc.

We zien een serie coronasituaties die iedereen wel in een of andere vorm heeft meegemaakt. Ongemakkelijk de pastabezorger zeggen dat je liever niet wil dat hij gebruikmaakt van je wc? Maar hij moet zo nodig! Speel je via Skype een deuntje op je gitaar voor je muzikale vriend, wordt die net gebeld, gilt ie wat richting de gang. Daarna: ‘Nee, ik voel het niet, je hebt een masker op.’

Het feest biedt The Office-achtig ongemak. Een vrouw wil niet komen omdat ze in paniek raakt van ‘succesvolle personen’. Broer en zus hebben dezelfde vader maar niet moeder. Broer vertelt: ‘Net als het dierenrijk, waarbij een moeder twee kinderen kan krijgen, de een gestreept, de ander zwart. Alleen bij ons hebben wij twee moeders en een vader.’ Marcel, de spontaan bezoekende acteur, veroorzaakte een schandaal door in een toneelstuk over corona de coronaregels te overtreden. Hij is lichtgeraakt als iemand iets zegt over zijn ‘grappige’ Oostenrijkse accent. En Jan, die in elke zin iets Engels moet zeggen.

Letzter Abend koerst na een sterk begin (hoog tempo, goed gedoseerde humor) naar nogal soapy eindtwintigers-begindertigersdrama. Het kan, maar er had denk ik meer ingezeten. Ik vond de eerdere schimpscheuten op het moderne bestaan vermakelijker. Dat deed me ook wel denken aan soortgelijke energieke ultralowbudgetfilms uit de jaren negentig, zoals Love and Other Catastrophies, Clerks of The Daytrippers.

 

New Strains

New Strains – New York in coronatijd
Kalia en Ram gaan op vakantie naar New York. Ze kunnen tijdelijk verblijven in het huis van de oom van Kalia. Maar dan barst corona los en worden lockdowns afgekondigd. In New York heerst corona hevig. ‘We zitten in een gouden kooi, dude’, zegt Ram tegen Kalia. Vliegvelden sluiten en ze mogen nauwelijks meer naar buiten.

Ram maakt zich veel meer zorgen om het coronavirus dan Kalia. Ze wil hem kussen. ‘Moeten we ons niet eerst ontsmetten? We zitten nu alle spullen van jouw oom onder te smeren.’

Van een gezellig tripje naar New York verandert het verblijf in staren naar muren. Spelletjes spelen op de iPad, trainen op het dakterras, ontbijten met het laatste eitje dat er is, sporadisch naar buiten, mondmaskers zoeken. Ze beginnen te ruziën. Zij ergert zich aan zijn stressgevoeligheid en paranoia. Ram ergert zich aan het feit dat Kalia contact heeft met ex Henry, die ze toevallig tegenkomt in een park. ‘Wil je mijn stropdas als mondmasker?’

Het verhaal is wat té basic, denk ik, en had ook een flink stuk korter gekund. Het aardige van de film is vooral het verhaal achter de film. Prashanth Kamalakanthan en Artemis Shaw – de twee acteurs en regisseurs – vonden tijdens de echte lockdown een Hi8-camcorder en maakten daarmee deze beelden tijdens corona. Het zijn deze Hi8-beelden die wij hier zien. Het flink geïmproviseerde verhaal is dus echt een coronafilmbaby, een film die er niet zou zijn geweest als corona er ook niet was geweest.

 

Pastry Friday

Shorts – Déjà-vu / Conviértete en quien eres / The Grave’s Sky / Pastry Friday
Déjà-vu van Kunstenares Shuang-Li is een voorbeeld van hoe je munt kan slaan uit een onmogelijke situatie. Ze kon tijdens corona niet reizen naar een opening van haar eigen expositie. Daarom nodigde ze twintig figuranten uit die zoals zij zelf gekleed naar de vernissage gingen. En daar deze en gene filmden.  Aardig gegeven in deze gratis te bekijken film in De Doelen (achteraan bij de bar). Oogt wel wat te pretentieus met poëtische ondertiteling. Dat was misschien lastig beoordelen omdat er veel door het beeld gelopen werd en bardrinkers – zoals bardrinkers doen – hard met elkaar kletsten.

In Conviértete en quien eres kijken we naar een getekende versie van de coronatijd (tien minuten). In gewone beelden zou dit saai materiaal zijn geweest. Agustin Iezzi zette alles om in bewegende lijnen, die à la het klassieke mannetje van La Linea (wie kent hem nog?) beelden aan elkaar verbinden. We zien vogeltjes, een rondrennende kat; iemand doet een dansoefening; we horen flarden van gesprekken, klingelende windgongen, krekels die krekelen. Ik hou hier wel van. Een mooie herinnering aan de gewoonheid van een bizarre periode.

The Grave’s Sky is een autobiografisch coronaperiodeverslag van regisseur John Gianvito van nog geen twintig minuten. Van een laatste vliegtuigtrip gaan we naar lege straten. Van thuis achter je computer kruipen naar oog in oog staan met herten. Shots van een vliegtuigloze hemel en dan van een dode vos. En doorsneden met beelden van oude films en nieuwsberichten. Deze tikkeltje saaie film is duidelijk een andere beleving van de coronaperiode dan wat ik zelf hier in de stad ervaarde.

Het laatste coronafilmdocument van deze IFFR is het twaalf minuten durende Pastry Friday (zie: foto). Een van de aardigste korte films tijdens IFFR. We kijken in zwart-witbeelden naar mensen met mondkapjes die in een Tsjechisch stadje gebakjes kopen. Opvallende bijrol voor de geluidsband die weer eens aan Tati’s machines-maken-ritmische-herrie-stijl doet denken. Film is van Josef Dabernig, die meer van dit soort films heeft gemaakt.

IFFR toonde verder ook nog de coronaspeelfilm La Tour. Die behandelt het onderwerp corona vanuit een horrorinvalshoek (gebouw wordt monster) maar was helaas niet te zien voor ondergetekende.

 

31 januari 2023

 

Deel 1: Fantasie als werkelijkheid
Deel 2: Terug op locatie
Deel 4: Brieven uit de dodencel
Deel 5: Buitenbeentjes
Deel 6: Olympische Spelen, Poetin en Iran
Deel 7: Stijl & experiment

 

MEER FILMFESTIVAL