Filmmarathon: Catherine Deneuve

5 onbekende films van bekende Franse actrice
Filmmarathon: Catherine Deneuve
Twee redacteuren van InDeBioscoop dompelen zich een weekend lang onder in de goede dingen des levens en vijf relatief onbekende films van de Franse actrice Catherine Deneuve.

1. La femme aux bottes rouges (1974)

BOB:
Had ik al gezegd dat ik moe was van de vele kilometers die ik in de Betuwe moest omrijden, Cor? En ik je nu helaas niet kan helpen met afwassen of afdrogen? Ik heb rust nodig maar die krijg ik ook niet met deze eerste film van de filmmarathon. Een paraplu zonder context, er klinken kogelschoten bij een boekenkraampje, een advocaat zit met een schoen op zijn hoofd, ga zo maar door. Na tien minuten ben ik al de weg kwijt.

Stel je voor dat je Jean Luis Buñuel bent. Je vader is Luis Buñuel, wereldberoemd in de cinema en kunst. Zijn surrealistische invloed op jouw denken als kind en tiener is enorm. Jij wilt ook wat nalaten. Jean Luis’ debuut in 1973 (Au rendez-vous de la mort joyeuse, met Française Fabian en Gérard Depardieu) werd gevolgd door deze film. Surrealisme te over en je ziet het talent maar je mist toch satire en ander interessants om het te laten beklijven.

Aan de cast lag het niet. Fernando Rey is een oude Buñuel-bekende. En Catherine Deneuve (schrijfster Françoise LeRoi) speelde zeven jaar hiervoor de hoofdrol in het wereldberoemde Belle de Jour van vader Luis Buñuel. Ze acteert altijd sterk met haar ogen, zoals ook in sommige scènes hier. Die ogen stralen een prettige mafheid uit. Past bij de rollen die haar een kil imago gaven als actrice: Belle de Jour en Repulsion.

Wat is eigenlijk jouw favoriete Deneuve, Cor? De mijne is de komische Deneuve van Touche pas à la Femme Blanche.

 

COR:
Ik heb geen favoriete Deneuve, maar vind wel dat zij door de jaren heen sterker is gaan acteren en veel meer karakter in haar gelaatsuitdrukkingen kreeg. Haar ingehouden stijl, bijvoorbeeld in Le dernier métro, kan me ook wel bekoren. Ik schreef daar al eens over in ‘Een halve eeuw Catherine Deneuve in vijf mooie hoofdrollen’.

In Buñuel junior heb ik me nooit verdiept. Wel grappig dat Jean Luis La femme aux bottes rouges maakte net voordat Luis met pensioen ging. Ik ben het met je eens dat de zoon de satire van de vader mist. Neem bijvoorbeeld het twee jaar eerder verschenen Le charme discret de la bourgeoisie van Luis met al die absurde scènes, dromen en nachtmerries die waren bedoeld om burgerlijk en snobistisch gedrag te ontregelen. En natuurlijk ook de kijker! Zoonlief benadert die atmosfeer wonderwel, maar mist de geniale gekte van pa.

Kijk ook eens naar de filmtitel: bij Jean Luis er is daadwerkelijk een vrouw met rode laarzen (Deneuve). Hoe anders is Luis’ debuutfilm (samen met die andere beroemde surrealist Salvador Dalí) Un chien andalou (1929). Je kunt zo vaak kijken als je wilt, maar er is geen hond te zien, laat staan een Andalusische.

 

2. Et Satan conduit le bal (1962)

COR:
Hopelijk ben je wat bekomen van je fietstocht vanuit Den Haag, Bob, en val je niet in slaap tijdens deze film. Na afloop ga ik uitgebreid koken, en daarna zet ik graag een comfortabele stoel voor je klaar bij de afwas.

Et Satan conduit le bal ademt ook een bepaalde lamlendigheid, in dit geval van jongeren in de jaren zestig, zoals er in die jaren zoveel Europese films daarover werden gemaakt. Deze film is geproduceerd door Roger Vadim. Hij debuteerde in 1956 met Et Dieu… créa la femme waarmee hij van Brigitte Bardot een sekssymbool maakte.

Vadim was getrouwd met Bardot, maar een paar jaar later kreeg hij een relatie met Catherine Deneuve. Zij heeft in Et Satan conduit le bal op een gegeven moment exact hetzelfde kapsel als Bardot, dus Vadim wilde kennelijk ook Deneuve’s carrière als zodanig lanceren. Deneuve is een hele mooie dame, maar geen vurig sekssymbool. Deze enige film van Egyptenaar Grisha Dabat is verre van opwindend. Tóch zou Vadim scoren: een jaar na de opnamen beviel Deneuve van zijn zoon.

De film is gemaakt in een tijd dat Franse filmmakers als Godard, Truffaut en Varda in Parijs de Nouvelle Vague hadden geïntroduceerd. Van hun snelle montage en visuele grapjes zie je in Et Satan conduit le bal weinig terug. Ik zie slechts verwende jongeren die pseudo-intellectueel discussiëren en zich vervelen. En dan heb je natuurlijk nog dat blonde kereltje dat de auto van zijn gewenste schoonvader in de prak rijdt.

Ondertussen vraag ik me af wie wordt bedoeld met de Satan uit de filmtitel. Wat denk jij?

 

BOB:
Satan is natuurlijk de vrijzinnigheid van de jeugd, dat is zonneklaar. Die vrijheid leidt nergens toe: een crash met een auto, verveling, relaties ‘voor de fun’… Kortom: Satan leidt de dans van de luie jeugd. Deze schandaaltitel beloofde meer dan het kon waarmaken. Daarvoor kun je beter terecht bij films als Kids, Heavenly Creatures of The Breakfast Club.

Jij noemt Bardot, maar ik zie Deneuve hier op haar meest Jane Fondaïstisch. Desondanks een van haar minst interessante rollen. Ze is nagenoeg filmbehang – zoals de meeste acteurs trouwens. Een portret van jongeren in 1962: ik zie er geen kwaad in maar ook weinig goeds. Een paar dingen vind ik wel leuk: hoe zelfs petanque een strijd oplevert om een dame; dialogen als ‘We vinden elkaar leuk, wat nu?’ ‘We constateren het’; of ‘Ben ik ten goede veranderd?’ ‘Je bent… tolerabel’.

De vraag van deze film is vooral: wie was Grisha Dabat, wiens enige film deze was? Weer een gemist hoofdstuk voor de encyclopedie voor de minder bekende namen uit de filmwereld.

 

3. Peau d’âne (1970)

BOB:
Het fietsvoorafje van de Vuelta gaat er vandaag wel goed in. Hoe gaat het met je pool, Cor? Had ik al gezegd dat ik onderweg naar Uden ook steile bergen moest beklimmen? De top van Oss, de Narijnense Reus, het monster van Hellouw… Toen moest ik nog zwemmen met de fiets op de schouders omdat het pontje van Varik niet voer… Je snapt dat ik je daarom helaas niet kon helpen bij het bereiden van het smakelijke kopje soep.

Ik genees wel wat sneller dankzij deze film. Met jurken in de kleur van de maan en zon; met smurfkleurige lakeien; Catherine Deneuve die de halve film met de huid van een ezel rondloopt (vandaar de titel); bloedrode paarden en decors die je niet in woorden kunt beschrijven. Leg deze film voor aan om het even wie en diegene zal toch even twijfelen of ze drugs hebben gebruikt.

De decors zijn liefhebberswerk, de kleuren zijn schaamteloos en dan nog de zangpartijen. Tegelijk heeft het oorspronkelijke 17e-eeuwse sprookje van Charles Perrault zijn scherpe, spottende kanten. Die komen terug in dit werk van Jacques Demy (zes jaar eerder schrijver en regisseur van Les Parapluies de Cherbourg, met een jonge Deneuve).

Met alle respect voor de dubbelrol van Deneuve; ik val meer voor de rol van fee door Delphine Seyrig. Maar wacht… is die prins werkelijk dezelfde acteur als dat vervelende joch in Et Satan conduit le bal? Die ik voor deze filmmarathon nog nooit in een film had gezien? Hoe noem je zulk toeval, Cor?

 

COR:
Toeval bestaat niet, Bob. Deze acteur, Jacques Perrin, duikt namelijk decennia later op in veel bekendere producties, bijvoorbeeld als de hoofdpersoon van Nuevo Cinema Paradiso (1988), een van mijn favoriete films. Ik moet bekennen dat ik hem in zijn jonge versie niet had herkend. Tja, ieders uiterlijk verandert wezenlijk met het klimmen der jaren, behalve dat van Catherine Deneuve natuurlijk.

Peau d’âne is een mooi staaltje überkitsch met zoetsappige liedjes en vol sprookjeselementen. Een ezel poept munten en juwelen (voordat die gevild wordt), een oude kol spuugt continu kikkers en de koning moet van zijn vrouw, die op het punt staat te overlijden, trouwen “met een vrouw die mooier is dan ik”. Oeps, laat dat nou net hun dochter zijn. Niet het passen van een glazen muiltje maar een gouden ring zal de suggestie van incest wegvagen.

 

4. Généalogies d’un crime (1997)

COR:
Geef mij maar een sprookje in plaats van deze misdaadthriller. Deneuve heeft hier opnieuw een dubbelrol. Allereerst is zij Solange, een advocaat die rouwt om de dood van haar zoontje Pascal. Dat het joch op zijn vijfde een kat doodde en diens lever eruit haalde, nemen we voor kennisgeving aan. Solange heeft besloten om jongeman René te verdedigen. Hij wordt verdacht van de moord op zijn rijke tante Jeanne. Vervolgens zien we dat Solange de dagboeken van Jeanne leest en steeds meer op haar begint te lijken. Mysterieus? Ja! Is er een touw aan vast te knopen? Nee!

Deneuve’s dubbelrol is niet slecht, maar haar acteerprestaties worden ondergesneeuwd door Michel Piccoli. Hij speelt een psychiater, zo gek als een deur, net als zijn clubje: het Frans-Belgische Genootschap van Psychoanalytici. Verder zie ik een dwangmatige cameravoering in een poging om er iets kunstzinnigs van te maken. Het terugkerende shot van het bordspel Go dat steeds meer stenen telt, is waarschijnlijk een metafoor van de omsingeling van de tegenstander c.q. het oplossen van de moordzaak.

Over metaforen gesproken: Mijn maag brult als een leeuw. Wat eten we voordat we aan onze laatste film beginnen?

 

BOB:
Nou Cor, als je maag zo brult, lijkt het me prima als je een bonenschotel creëert met een stuk zalm voor jezelf. Ik zou normaal gesproken natuurlijk toespringen om te helpen maar mijn overbelaste dijen laten het helaas niet toe. Had ik al gezegd dat ik via Denemarken moest omrijden om hier te komen?

Ja, ik sta ook met dat touw tevergeefs te zoeken het aan iets vast te knopen. Het is zo jammer dat Deneuve deze pracht van een hoofdrol kreeg in een film die omkiept door deze vele symboliek, knipogen en bizarre momenten. Vlinders, poppen, eierschalen, kinderstemmen, shots met opvallende lichtval/schaduwen. Het is echt too much. En absurd-komisch is het ook niet. Raul Ruiz en Pascal Bonitzer (de schrijvers) hadden met wat ‘gewone’ scènes de ambities beter kunnen laten uitkomen.

Toch is het dan wel weer tof van een actrice van Deneuve dat ze graag in het diepe stapte. Ook al lukt het dan niet helemaal, ze voelde zich volgens mij altijd wel aangetrokken tot gewaagde films.

Hoe is trouwens jouw kennis als Deneuvist? Weet je antwoorden op deze vragen (niet spieken!)?

– Houdt Deneuve van tuinieren, koken, kaartspelen of alle drie?
– Voor welke James Bond-film sloeg Deneuve een rol af als Bond-meisje?
– En welke actrice – tevens dochter van Deneuve – zegt over haar: ze is verlegen maar ook ontzettend grappig?

 

5. La choix des armes (1981)

BOB:
Het beste voor het laatst bewaard: een superlevendige Gérard Depardieu, een laconieke Yves Montand, een subtiele Catherine Deneuve. En bijrollen voor Michel Galabru, Richard Anconina, Gerard Lanvin en Jean Rougerie.

Om maar met het laatste te beginnen: het leeuwendeel van de film speelt ze een saaie rol. Vrouw van een rijke kerel die pardoes het middelpunt wordt van dingen. Ze houdt van paarden: dat is zo’n beetje de hele karakterschets. Als zij eindelijk loskomt van die rol en een eigen karakter krijgt, houdt het ook meteen op.

De film heeft moeite met het middenstuk maar trekt weer aan bij het einde. Ranzige flats van Saint-Denis zijn het onverwachte decor. Lang niet zo ingewikkeld als Genealogies d’un Crime (deze film had wel een onsje van die ambitie mogen hebben). Dat kun je verwachten van Alain Corneau. Een schrijver/regisseur van gedegen misdaadfilms. Serie Noire (aanrader) en Police Python 357 zijn bijvoorbeeld ook van zijn hand. Over Serie Noire gesproken: ik voel een enorme behoefte aan een filmmarathon over Patrick Dewaere. Waar ó waar kan ik een handtekeningenactie heen sturen?

Nou nou, die laatste druppel is nu ook uit die spectaculaire rosé. Wat vond je van je eerste ipa ooit?

 

COR:
Aan jouw bespreking van La choix des armes heb ik weinig toe te voegen. Depardieu die als een wervelwind onvermijdelijk afstevent op een tragisch einde en Deneuve die alleen maar mooi hoeft te zijn, vormen de ingrediënten van deze onderhoudende misdaadfilm.

Laat ik afsluiten met de vragen over onze filmmarathon-actrice die je stelde.

Hoewel ik me niet als een Deuvenist beschouw, zijn die vragen niet al te moeilijk. Catherine Deneuve heeft één dochter, Chiara, verwekt door Marcello Mastroianni.

Verder heb ik ooit gelezen dat ze was gevraagd voor de James Bond-film Live and Let Die. Tegenwoordig gaat zelfs het gerucht dat Deneuve (in oktober wordt ze 80) de volgende Bond-girl is!

Of Catherine Deneuve houdt van tuinieren, koken, kaartspelen of alle drie, zou ik moeten gokken. Ik weet in ieder geval dat ze houdt van roken, zelfs na haar beroerte van een paar jaar geleden. Volgens mij houdt zij ook van fietsen, Bob, maar zeker niet van die enorme afstanden die jij aflegt natuurlijk. Wel lullig dat je met dat zuchtje tegenwind straks weer helemaal naar huis moet …met de trein!

 
23 september 2023

 
Meer filmmarathons

Ultima Notte di Amore, L’

***
recensie L’Ultima Notte di Amore
Hebzucht of liefde?

door Cor Oliemeulen

Na zijn misdaaddrama’s Escobar: Paradise Lost (2014) en The Informer (2019) schetst de Italiaanse filmmaker Andrea Di Stefano in zijn derde film een portret van een politieman die na 35 jaar trouwe dienst afscheid neemt van het korps. Zoals zo vaak in dit genre is er ‘die allerlaatste klus’ die roet in het eten dreigt te gooien, maar L’Ultima Notte di Amore is origineel en competent genoeg om zich te onderscheiden van de doorsnee-politiethriller.

In de prachtige openingsscène zweeft de camera boven de stad Milaan bij avond om te eindigen bij het raam van een appartement waarachter een gezelschap wacht op de thuiskomst van Franco Amore (Pierfrancesco Favino: Il traditore) voor een verrassingsfeest. Maar de rechercheur laat lang op zich wachten. Hij is zojuist geconfronteerd met de moord op zijn partner en tevens beste vriend Dino (Francesca Di Leva) tijdens een schimmige diamantroof waarbij ook andere politiemannen blijken betrokken.

L'Ultima Notte di Amore

Een aanbod dat je niet kunt weigeren
Aldus ontspint zich het verhaal over een rechercheur die tijdens zijn 35-jarige carrière uiterst geliefd was bij zijn collega’s, niet in de laatste plaats omdat het hem al die tijd is gelukt om niet eenmaal zijn pistool te gebruiken. Hoe behoedzaam Amore ook mag zijn, tijdens zijn laatste dagen als politieman draait hij zich langzaam in de nesten. Dat begint door zijn min of meer onvermijdelijke contact met Cosimo (Antonio Gerardi), een Italiaanse immigrant die zich heeft opgewerkt tot de hogere kringen van Milaan en neef is van Amore’s geliefde Viviana (Linda Caridi). De intrige begint wanneer Amore in Cosimo’s appartement wordt opgetrommeld voor de reanimatie van een rijke Chinees die onwel is geworden in bijzijn van twee hoertjes. Niet lang daarna wordt Amore met Viviana bij deze meneer Zhang als dank uitgenodigd voor het redden van zijn leven.

Viviana geniet daar met volle teugen van de pracht en praal van Zhangs entourage en Amore krijgt een aanbod dat hij niet kan weigeren. Hij twijfelt. “Hoe vaak heb ik je ontevreden zien thuiskomen, mokkend, met een frons op je gezicht?”, vraagt Viviana. “We hebben hier al zo lang op gewacht. Je bent nog steeds assistent-chef. Nu kun je eindelijk wraak nemen op iedereen en ga je kieskeurig doen?” Amore gaat akkoord met het aanbod om voor 5.000 euro (bijna drie keer zijn maandsalaris) iemand van het vliegveld af te halen, mits de Chinees kan garanderen dat het geen crimineel klusje betreft. Vervolgens vraagt hij aan Dino of hij meegaat. Het behoeft weinig betoog dat een en ander volledig uit de hand zal lopen.

L'Ultima Notte di Amore

Psychologisch spel
Regisseur Andrea Di Stefano maakte zijn politiethriller met film noir-trekjes naar eigen zeggen met zijn vader in het achterhoofd. Ook die werkte zich als politieman het schompes voor een habbekrats, niet of nauwelijks gewaardeerd door zijn meerderen. De apotheose van L’Ultima Notte di Amore speelt zich na een achtervolging vol onderhuidse spanning af in een tunnel van een snelweg waar onverlaten het hebben gemunt op de bagage van de twee passagiers. Het is een verademing dat al het dodelijke geweld niet expliciet in beeld wordt gebracht.

Het psychologische spel dat volgt, is het sterkste deel van de film. Op het plaats delict hebben zich tientallen politieagenten, hulpverleners, de hoofdcommissaris en de officier van justitie verzameld. Tussen de omstanders bevinden zich ook enkele Chinezen, die contact met Amore proberen te krijgen, want zij willen heel graag weten wat er met de bagage is gebeurd. Ondertussen heeft Amore de telefoon van een van daders en belt het laatst gebruikte nummer. Een stukje verderop in de tunnel neemt iemand op. En of de spanning nog niet genoeg is opgelopen, weet Viviana, met op de achterbank Dino’s zoontje, zich langs de afzetting te bluffen.

Het probleem van veel thrillers is het gemis van een creatieve afloop. Ook hier. Amore’s instemming met zijn goedbetaalde klus is enigszins naïef, maar vanwege zijn onvoorwaardelijke liefde voor Viviana, die snakt naar een comfortabeler leven, is zijn instemming te begrijpen. De kijker kan uiteindelijk zelf bepalen of haar wilskracht en bravoure om Amore uit het wespennest te redden een kwestie is van hebzucht, van liefde, of een combinatie hiervan.

 

10 augustus 2023

 

ALLE RECENSIES

Castigo, El

****
recensie El castigo
“Ik hou van hem maar haat dat ik zijn moeder ben”

door Cor Oliemeulen

Elke ouder weet dat je je kind af en toe wel achter het behang zou willen stoppen. Een straf ligt dan op de loer. In El castigo zet de moeder haar driftige 7-jarige zoontje af aan de rand van een bos nadat hij bijna een fataal auto-ongeluk heeft veroorzaakt. Twee minuten later is hij verdwenen en start een wanhopige zoektocht. Ondertussen ontwikkelt zich een existentialistische discussie over opvoeding, huwelijk en het verlies van vrijheid.

De Chileense regisseur Matías Bize heeft een voorkeur voor zich traag opbouwende drama’s. Zo confronteert hij in La vida de los peces (2011) twee ex-geliefden op indringende wijze met hun verleden en laat hen tijdens een feest onderzoeken of ze samen een toekomst hebben. In La memoria de agua (2015) ontrafelen een rouwende man en vrouw hun leven en hun huwelijk na de tragische dood van hun zoontje. Ook de echtelieden in El castigo (2022) ondergaan een soortgelijk lot nu hun zoontje vermist is.

El Castigo

De straf
Aanvankelijk lijkt er weinig aan de hand. Ana (Antonia Zegers) en Mateo (Néstor Cantillana), die eerder samen waren te zien in Una mujer fantástica (2017), denken dat hun zoontje Lucas juist hen wil straffen door zich in het bos te verschuilen. Eerst gaat Ana op zoek naar hem, daarna Mateo. Ze besluiten om de politie te bellen. Ana heeft weinig zin om haar impulsieve berisping op te biechten en vertelt dat Lucas moest plassen en in een ogenblik van onoplettendheid was verdwenen. De gearriveerde vrouwelijke politiesergeant (mooie rol van Catalina Saavedra, die eerder schitterde in de titelrol van La nana, 2009) wijst gevat op het remspoor van hun auto.

Mateo vertelt vervolgens wat er werkelijk is gebeurd. De politie belt voor speurhonden en ondertussen maken de ouders zich zorgen over wat de gevolgen zijn als Lucas is gevonden. Hun omgeving zal schande spreken van het leed dat ze hun zoontje hebben aangedaan en de autoriteiten zullen hen mogelijk vervolgen voor verwaarlozing of kindermishandeling. Tenminste, áls ze Lucas vinden. Het wordt langzaam koud en donker, terwijl de politiesergeant er hen fijntjes op wijst dat hier poema’s zijn gesignaleerd.

El Castigo

De bekentenis
Gesteund door het intelligente script van Coral Cruz weet Matías Bize de spanning over het wel of niet vinden van Lucas stapje voor stapje op te bouwen. Toch ontpopt El castigo zich vooral als een beklijvend drama waarin een discussie ontstaat over opvoeden, waarbij ook emoties en verwijten geleidelijk tot een kookpunt komen. Ana probeert een goede moeder te zijn, ze zegt dat haar hele leven rond Lucas draait. Door die toewijding stopte ze zelfs met haar baan van journalist. Ze vindt de zorg voor Lucas veeleisend en beangstigend. Ze noemt zichzelf consequent, terwijl het erop lijkt dat Mateo, die nog wel een baan heeft, vooral leuke activiteiten met Lucas onderneemt en veel van diens opstandige en gehaaide gedrag door de vingers ziet. “Ik werd zwanger en een modelmoeder voor jou”, snottert Ana tegen Mateo. “Was je bij me gebleven als ik niet zwanger wilde worden?”

In El castigo triggert de verdwijning van een kind dus de bekentenis van de beperkingen van het menselijke bestaan, het moederschap in het bijzonder. Wat de film nog meer bijzonder maakt, is het ontbreken van een soundtrack: we horen slechts het gepraat en geschreeuw van de protagonisten en de natuurgeluiden om hem heen. Het geheel mag dan misschien niet spectaculair in beeld zijn gebracht, maar het is een kunststukje hoe 80 minuten drama in één take en zonder montage de wanhoop invoelbaar maakt.

 

19 juli 2023

 

ALLE RECENSIES

Small, Slow but Steady

***
recensie Small, Slow but Steady
De worsteling van een dove bokser

door Cor Oliemeulen

Keiko is doof vanaf haar geboorte maar heeft het door haar talent en doorzettingsvermogen weten te schoppen tot beginnend profbokser. Ze woont en werkt als kamermeisje in een buitenwijk van Tokio en traint wanneer ze maar kan. Haar toekomst is onzeker omdat haar boksschool vanwege een teruglopend ledenaantal door de coronapandemie dreigt te moeten sluiten. 

De juryleden van het in maart gehouden CinemAsia beloonden Small, Slow but Steady van Shô Miyake unaniem als winnaar en noemden Keiko een fascinerende, authentieke en stoïcijnse jonge vrouw en tevens hun held van het festival. “Ze is eigengereid en hardwerkend en heeft geen woorden nodig om helder te communiceren. De co-stars van deze exquise karakterstudie, gedraaid op warm 16mm en met een sounddesign dat perfect aansluit bij de beperkte zintuiglijke ervaringen van onze jonge heldin, maken evenzeer indruk met hun subtiele en overtuigende vertolkingen. Het scenario, intelligent en open, is net als het leven zelf, onvoorspelbaar en uiteindelijk blijft deze ontroerende film in onze verbeelding hangen, alsof het onze eigen impressionistische herinnering is geweest. De regisseur heeft een wijs filmisch oog en we kijken er erg naar uit om in de toekomst weer door hem meegenomen te worden op een filmreis.”

Small, Slow but Steady

Klein, langzaam maar bestendig
Small, Slow but Steady is losjes gebaseerd op de memoires van Keiko Ogasawara, de eerste professionele vrouwelijke bokser met een gehoorbeperking in Japan. Actrice Yukino Kishii overtuigt in haar rol als personage dat door haar handicap aanvankelijk moeilijk is te doorgronden. Keiko kan goed communiceren middels gebarentaal met enkele mensen die dichtbij haar staan, zoals haar broer Seiji (Himi Satô) met wie ze een flatje deelt. Als ze alleen thuis is en de bel gaat, begint een lamp te flitsen zodat ze weet dat er iemand aan de deur is.

Maar boksen met een gehoorbeperking is een ander verhaal. Gevaarlijk zelfs, want tijdens een wedstrijd kan Keiko de aanwijzingen van haar coach niet opvolgen en kan ze de scheidsrechter en de bel niet horen. Volgens haar trainer compenseert ze haar doofheid met arendsogen: “Ze ziet alles.” Krap anderhalve meter hoog bokst ze natuurlijk bij de lichtgewichten. Volgens haar trainer is Keiko niet alleen klein, maar heeft ze korte armen en is ze niet heel snel, maar “ze is een wilskrachtig en open mens”.

Small, Slow but Steady

Emotionele diepgang
Verwacht van Small, Slow but Steady niet de voorspelbaarheid en het valse sentiment van boksfilmklassiekers als Rocky (1976) en diens ontelbare aftreksels. De doorsnee Aziatische filmmaker is geen doorsnee Amerikaanse filmmaker. Grofweg betekent dat in de praktijk het gebruik van een contemplatieve verstelstijl tegenover directe actie; traditie en filosofie tegenover het nastreven van ambitie en de Amerikaanse Droom; visuele schoonheid en minimalisme tegenover technische excellentie en spectaculaire visuele effecten. Deze niet-alledaagse Japanse boksfilm neemt rustig de tijd om de karakterontwikkeling en de emotionele diepgang van het hoofdpersonage te verkennen.

Dit komt het best tot zijn recht tijdens Keiko’s interacties met de oudere trainer en tevens voorzitter van de boksschool, meneer Sasaki (Tomokazu Miura), die fungeert als een vaderfiguur voor Keiko. Hoewel hij zich niet bedient van gebarentaal weten ze precies wat ze aan elkaar hebben. Sasaki tobt zowel over de dreigende sluiting van zijn boksschool als over zijn tanende gezondheid. Wanneer Keiko worstelt met haar motivatie denkt zij aan zijn wilskracht. En wanneer zij in een uitgebluste bui een brief met de opzegging van haar lidmaatschap in de bus wil gooien, bedenkt zij zich omdat zij de man die zoveel voor haar heeft betekend niet wil teleurstellen. Voor de kijker blijft er volop ruimte om de innerlijke belevingswereld van Keiko te doorgronden.

 

14 juli 2023

 

ALLE RECENSIES

Fædre & mødre

**
recensie Fædre & mødre
Ouders die zich als kinderen gedragen

door Cor Oliemeulen

De 12-jarige Hannah moet erg wennen aan de structuur en de kinderen van haar nieuwe school, maar zij weet haar weg beter te vinden dan haar ouders, die ontdekken dat de andere vaders en moeders zich conformeren aan een strakke hiërarchie waarvan onderlinge rivaliteit en bedekte kwetsbaarheden een logisch gevolg zijn.

Groepsdynamiek speelt een cruciale rol bij de vorming van je identiteit en je ontwikkeling als individu. Dat begint al op school en met een beetje geluk vindt eenieder als jongvolwassene zijn of haar weg in het leven. Individueel handelen en denken zijn essentieel voor de ontwikkeling van je persoonlijke identiteit. Je neemt verantwoordelijkheid voor je eigen acties, los van sociale normen, externe druk of groepsdynamiek. In het Deense Fædre & mødre worstelen vaders en moeders van schoolkinderen nog steeds met die groepshiërarchie als zij met hun kroost op zomerkamp gaan.

Fædre & mødre

Ongemakkelijke feelgood
Aha, dit wordt een feelgoodfilm, denk je meteen als het oubollige en aanstekelijke ‘Mama Loo’ van Les Humpries Singers uit de speakers knalt. Feelgoodfilms bestaan weliswaar meestal uit een opeenstapeling van clichés met de spreekwoordelijke lach en een traan, maar gelukkig blijkt er ook plaats voor enige, helaas weinig verrassende, dramatische ontwikkelingen, om met Mama Loo na anderhalf uur al even opgewekt en braaf afscheid van de kijker te nemen.

Tja, waar heb je eigenlijk naar zitten te kijken? Een komedie die je wat verstrooiing biedt maar die je al bijna bent vergeten nadat je de zaal hebt verlaten, ondanks de Deense ensemblecast, bijna allemaal bekende acteurs en actrices, afstudeerders van de filmacademie, met Nikolaj Lie Kaas (Riders of Justice) en Lisa Loven Kongsli (Turist) als ouders van het meisje dat nieuw is op deze eliteschool waar zowel vrijheid-blijheid als een politiekcorrecte cultuur leidend zijn. Dit resulteert vooral in voordehand liggende grappen en zo nu en dan een pijnlijke situatie. Tegelijkertijd houdt de film kijkende ouders een spiegel voor.

Fædre & mødre

Structuur in de chaos
Fædre & mødre is de vierde speelfilm van Paprika Steen, een naam die je niet snel vergeet. Ze is kind van Dogme 95, dat destijds een ‘zuivere’ manier van film maken voorstond (filmen op 35mm, op locatie met de camera in de hand, zonder kunstlicht, filters, oppervlakkige actie, enzovoorts) en acteerde in de twee eerste films van die revolutionaire Deense filmstroming, te weten Festen (1998) van Thomas Vinterberg en The Idiots (1998) van Lars von Trier. Van Dogme 95 was al na een paar jaar weinig meer over, maar toch kun je respect hebben voor Steens huidige arbeidsethos, want met weinig tierelantijnen weet zij, samen met scenarist Jakob Weis, enige structuur te brengen in de chaos van deze microkosmos van de huidige maatschappij.

Het moet gezegd dat zij erin slaagt om de kunstmatige constellatie van de schoolouders, die er voortdurend op uit zijn om niet alleen hun kinderen maar ook zichzelf te bevoordelen, enigszins te ontmantelen. Op het schoolkamp gedragen zij zich nog infantieler dan hun kinderen. Maar het voelt uiteindelijk als een teleurstelling dat de moeder van het nieuwe meisje – die zich aanvankelijk niet wil of kan aanpassen aan de groepsmores en haar man geen nachtelijke uitspatting gunde – met een feestmuts op een nieuw samenzijn van de ouders zal bezoeken.

 

3 juli 2023

 

ALLE RECENSIES

Aguirre, der Zorn Gottes (1972)

Aguirre, der Zorn Gottes (1972)
Ontdekkingsreiziger met grootheidswaanzin

door Cor Oliemeulen

Nadat Spaanse ontdekkingsreizigers de Inca’s hardhandig hadden beroofd van hun rijkdommen en het koninkrijk Peru hadden gesticht, daalt enkele decennia later een nieuwe expeditie vanuit de bergen af naar de Amazone-rivier met als bestemming de legendarische stad El Dorado.

De openingsscène van Werner Herzogs Aguirre, der Zorn Gottes (1972) doet sterk denken aan die van The Gold Rush (1925) van Charlie Chaplin waarin een lang spoor van goudzoekers eind negentiende eeuw als mieren een besneeuwde berghelling in Alaska beklimmen om de goudvelden van Yukon te kunnen bereiken. Vanuit een hoge camerahoek zien we verkleumde, uitgeputte mannen langzaam vlak langs de lens naar boven schuiven. In Herzogs zestiende-eeuwse avonturenfilm staat de camera naast een kronkelend bergpad in de Zuid-Amerikaanse jungle en zien we een meer dan honderdkoppig gezelschap van soldaten, indianen, slaven en enkele hoogwaardigheidsbekleders zich moeizaam hogerop bewegen, bijna verloren tussen de wolken en het weelderige groen. Eenmaal afgedaald naar de rivier en getroffen door voedselschaarste, ziekte en onenigheid besluit een groep opstandelingen onder leiding van Lope de Aguirre (Klaus Kinski) tot muiterij. Ze willen op zoek naar het goud van El Dorado, een nooit ontdekte stad.

Aguirre, der Zorn Gottes (1972)

Overleven op een vlot
Vanaf hier speelt Aguirre, der Zorn Gottes zich helemaal af op een groot vlot met nog enkele tientallen overgeblevenen. Klaus Kinski speelt de psychopathische rebel, zoals hij die nog vaker zou spelen in films van Werner Herzog. Hier trekt hij met een been, veroorzaakt door een van de vele confrontaties met de inheemse bevolking tijdens eerdere expedities, demonstreert een ijzige blik, vertoont oppervlakkige charme, manipulatief en impulsief gedrag met korte uitbarstingen. Exact zoals het filmscript van Herzog het beschrijft: “Hij noemt zichzelf ‘De Grote Verrader’ ofwel ‘De Toorn van God’. Fanatiek, bezeten en met grenzeloze ambitie, maar uiterst methodisch in zijn handelen. Ongeveer veertig jaar oud, zwijgzaam, pezig en met handen als het vasthouden van stalen klauwen. Gewetenloos en met een bijna pathologische criminele energie, maar toch zo volkomen menselijk dat je het niet kon zeggen, dit soort man bestaat niet meer.”

We schrijven de jaren 1560 en 1561. Herzog baseerde zijn film op het dagboek van een priester die ook deel uitmaakt van de expeditie. Wat snel blijkt, is dat de Baskische conquistador Lope de Aguirre zich openlijk verzet tegen de Spaanse Kroon. Na de ophanging van de aanvankelijke expeditieleider en het elimineren van andere sta-in-de-wegs heeft Aguirre vrij spel. Zo nu en dan wagen ze zich op de oever om een kleine nederzetting plat te branden en om voedsel te bemachtigen, maar altijd moeten ze oppassen omdat ze drijvend op de rivier soms met snelle, korte gifpijlen door indianen en kannibalen worden beschoten.

Nadat twee gastvrije ‘wilden’ zich nabij het vlot wagen, tot grote woede van de priester de aangeboden Bijbel negeren, maar een hangertje met goud tonen, waant Aguirre zich rijk en claimt vanaf de rivier al het land zover hij kan zien. Hij vergelijkt zich met Hernán Córtez, de veroveraar van Mexico in 1521. Echter maanden hoofdzakelijk ronddobberen op een vlot begint zijn tol te eisen. Een voor een bezwijken de opvarenden tijdens hun barre tocht naar succes in de hen onbekende, vijandige omgeving. Het zal niemand verbazen dat de Amerikaanse regisseur Francis Ford Coppola zich met zijn Vietnamfilm Apocalypse Now (1979) liet inspireren door Herzogs verkenning van de psychologische impact van waanzin, afmatting en demoralisatie van de menselijke natuur.

Aguirre, der Zorn Gottes (1972)

Mens versus natuur
Op het vlot beginnen sommigen te hallucineren, wat leidt tot een wonderlijk shot van een zeilboot, de gewenste noodzakelijke uitweg uit de ontberingen, die onbereikbaar hoog bovenin een boom hangt. Op verzoek van Herzog werd het gevaarte ter plekke geconstrueerd en om de boom gedrapeerd door inlanders. Tien jaar later zou Herzog in Fitzcarraldo (1982) een nog veel sterker staaltje vernuft en doorzettingsvermogen tonen met een stoomboot die in datzelfde Amazonegebied over een berg moest worden getrokken.

Aguirre, der Zorn Gottes kent de beklemmende traagheid van het leven op een vlot. Zo nu en dan bedient Herzog zich van een onverwachte, absurdistische kwinkslag. Bijvoorbeeld als Aguirre over een soldaat zegt: “Die man is een kop groter dan ik, maar dat kan veranderen”, waarna het hoofd van de soldaat over de grond rolt. Of de soldaat die als eerste wordt getroffen door (niet een korte maar) een lange pijl, die hem doorboort: “Huh, die lange pijlen raken in de mode”, steunt hij voordat hij dood in het water valt. Alsof je een paar seconden kijkt naar Monty Python and the Holy Grail (1975).

Net als al in zijn debuut Lebenszeichen (1968), Grizzly Man (2005) en veel van zijn andere films plaatst Herzog zijn personages in extreme omgevingen en confronteert ze met de onvoorspelbaarheid en ontembare krachten van de natuur. Thomas Mauch (ook camera Fitzcarraldo) maakt in Aguirre, der Zorn Gottes weidse shots van grandioze landschappen om de schoonheid en de overweldigende natuur te tonen. Het benutten van natuurlijk licht creëert sfeer en emotie in zijn beelden. Ook als we inzoomen op het gezicht van Aguirre, die tegen beter weten in zijn strijd tegen de elementen in zijn voordeel denkt te kunnen beslechten. Ten langen leste draait de camera talloze malen rond het vlot om de uitzichtloosheid van de situatie te benadrukken.

De immer ambitieuze Werner Herzog vertelde later in een interview dat in het oorspronkelijke einde de hoofdrolspeler probeert het vlot de zee op te nemen, maar voortdurend door de plotselinge, symbolische tegenstroom van de Amazone naar de kust wordt geveegd, terwijl een papegaai cynisch ‘El Dorado, El Dorado’ krijst. Ook het gebruik van de zeilboot die boven in de boom hing, bleek technisch te ingewikkeld. Gelukkig waagde de regisseur zich in zijn film niet aan de letterlijke ondergang van Aguirre, volgens de overlevering neergeschoten, handen en hoofd afgesneden, en de rest aan de honden gevoerd. Voor een ontdekkingsreiziger is het niet al wat goud blinkt.

 

Kijk hier en hier waar Aguirre, der Zorn Gottes draait.

 

26 juni 2023

 

THEMAMAAND WERNER HERZOG

Lebenszeichen (1968) speelfilmdebuut Werner Herzog

Lebenszeichen (1968) is memorabel speelfilmdebuut
De windmolens van Werner Herzogs gedachten

door Cor Oliemeulen

Al in zijn speelfilmdebuut Lebenszeichen (1968) verkent Werner Herzog de grenzen van de menselijke geest. De Duitse soldaat Stroszek, die in 1942 is gestationeerd op een Grieks eiland, verliest langzaam zijn verstand als gevolg van een oorlogstrauma, isolatie van de buitenwereld, hitte en verveling.

Het volwassen scenario van een nog jonge Herzog – hij schreef het op zijn 22ste en verfilmde het op zijn 26ste – is losjes gebaseerd op het korte verhaal ‘Der tolle Invalide auf dem Fort Ratonneau’ (1818) van Achim von Arnim. Dat verhaal speelt zich af tijdens de Dertigjarige Oorlog (1618-1648) en volgt een Franse soldaat die gewond raakt tijdens schermutselingen, herstelt in een fort en begint te geloven dat hij de keizer van China is en het fort zijn paleis. De Duitse soldaat Stroszek (Peter Broggle) in Lebenszeichen dient tijdens de Tweede Wereldoorlog en dreigt uiteindelijk het fort met een munitiedepot van de Duitse Wehrmacht dat hij samen met twee collega’s moet bewaken, op te blazen.

Lebenszeichen (1968)

Eenzaam
De gevoelige, artistieke Stroszek raakte gewond op Kreta, werd verzorgd door Nora met wie hij trouwde, en herstelt nu op Kos waar zijn enige vijand hijzelf is. De toon van de voice-over is al even zakelijk registrerend als de schamele belevenissen van de drie soldaten die bestaan uit het schilderen van deuren, het maken van een val voor kakkerlakken en het hypnotiseren van een kip. Terwijl Stroszek hunkert naar betekenis in zijn leven hint Nora op het maken van een baby. Maar hij lijkt niet geïnteresseerd, hoezeer zij ook probeert om door het tonen van foto’s van onder meer hun bruiloft een verlangen naar verbondenheid, herinnering en verloren momenten van geluk en menselijkheid op te roepen.

Het zijn de ogenschijnlijk kleine details die deze karakterstudie van Stroszeks pad naar zelfdestructie richting geven. Kinderlijk gedrag van zijn collega’s, close-ups van een hard en meedogenloos landschap met een schorpioen op oorlogspad en zijn gesprek met een pianist (Florian Fricke van Popol Vuh die de muziek componeerde en uitvoerde van veel latere Herzog-films) die een moeilijk en deprimerend stuk van Chopin speelt, leiden tot steeds meer irritaties. Het meest lijkt Stroszek zich te identificeren met een danser die claimt dat hij niet weet waar hij geboren is en een koning is, gescheiden van zijn stam. Terwijl zijn collega’s de vreemdeling uitlachen, voelt Stroszek verbondenheid en eenzaamheid tegelijk.

Vallei
‘De muren komen op mij af’, zegt hij tegen zijn meerdere. Die stelt voor dat Stroszek met een van zijn collega’s het fort verlaat om het eiland te gaan verkennen. Dit gegeven vindt zijn oorsprong in Werner Herzogs jeugd toen hij in navolging van zijn grootvader, een archeoloog, op zijn vijftiende in zijn eentje lopend Kreta verkende. Hij maakte destijds niet alleen kennis met de lokale cultuur, maar raakte daar vooral diep onder de indruk toen hij plotseling uitkeek op een vruchtbare vallei ten zuiden van Chersonissos met honderden windmolens met witte zeilen om het water uit de grond te halen. De tiener Herzog nam zich voor om dit ‘levensbepalende schouwspel’ ooit te zullen gebruiken voor een film.

Dat deed hij al direct in zijn eerste speelfilm. De vallei met de windmolens is voor het gemak verplaatst naar het eiland Kos. Stroszeks aanblik van al die draaiende windmolens met hun eindeloze geronk en hun gierende geluid veroorzaken ter plekke een gedesillusioneerd en verontrustend gevoel. Terwijl de camera langzaam zwenkt door de vallei dienen de ontelbare windmolens als een visuele metafoor voor de draaiende en verwarrende gedachten in zijn geest, waarbij de wieken zijn innerlijke verwardheid weerspiegelen. Stroszek pakt zijn geweer en wil als een Don Quichot de windmolens aanvallen, zich niet realiserend dat dit een onbegonnen strijd en een nutteloze inspanning is om iets aan zijn gemoedstoestand te kunnen veranderen.

Stroszek heeft zijn verstand verloren. Hij achtervolgt zowel zijn twee collega’s als Nora met een geweer en dreigt het fort en het dorp op te blazen. De woningen in de omgeving worden geëvacueerd wanneer Stroszek zijn zelfgemaakt vuurwerkraketten afvuurt, maar het enige wat hij raakt is een oude ezel en een stoel. Zijn daad van rebellie – en dus ook zijn teken van leven – dooft langzaam als het vuurwerk onzichtbaar wordt door een wolk stof achter een wegrijdende truck in het eindshot.

Kijk hier waar en wanneer Lebenszeichen draait.

 

10 juni 2023

 

THEMAMAAND WERNER HERZOG

Plan 75

***
recensie Plan 75
Ouderen zijn duur en nutteloos

door Cor Oliemeulen

Japan vergrijst in sneltreinvaart. Om de kosten beheersbaar te houden, lanceert de overheid Plan 75, een programma waarin senioren worden aangemoedigd euthanasie te plegen. We volgen een bejaarde vrouw en twee jonge zorgverleners die ieder op hun eigen manier een afweging moeten maken.

Op 26 juli 2016 doodde een 26-jarige man in een verzorgingstehuis in de Japanse stad Sagamihara negentien gehandicapten met een mes om hen naar eigen zeggen te verlossen van een ongelukkig bestaan. De Japanse filmmaakster Chie Hayakawa gebruikte die tragedie als trigger voor haar speelfilmdebuut Plan 75. Hoewel dit programma nog niet bestaat, lijkt het niet ondenkbaar dat het in de toekomst zal worden ingevoerd. “Er heerst een atmosfeer om ouderen onder druk te zetten waardoor ze zich nutteloos voelen”, zegt Hayakawa.

Plan 75

Relatie tussen jongeren en ouderen
Klassieke Japanse films gaan juist vaak over de nauwe band tussen jongeren en ouderen. Een bekend voorbeeld is Tokyo Story (1953) van Yasujirō Ozu. Ouders verlangen naar genegenheid, gezelschap en waardering van hun kinderen, terwijl die kinderen bezig zijn met de drukte van het moderne leven en hun eigen verlangens en verplichtingen. Ozu benadrukt de afstand tussen ouderen en jongeren door de fysieke ruimte tussen hen in beeld te brengen; vaak worden ouderen in een andere kamer geplaatst of in de achtergrond van het frame, terwijl de jongeren dichter bij de camera staan. Stiltes en non-verbale communicatie benadrukken de emotionele afstand. De uiteindelijke boodschap: ondanks de onvermijdelijke spanningen en veranderingen in de samenleving zou de band tussen ouderen en jongeren gebaseerd moeten zijn op liefde, respect, begrip en waardering.

Zeg dat maar eens tegen de twintiger Hiromu (Hayato Isomura) die Plan 75 aan de man moet zien te brengen. Met een vriendelijke glimlach en zonder druk uit te oefenen, overhandigt hij brochures aan belangstellenden, legt uit dat je tot het moment van afscheid desgewenst wordt begeleid door een buddy en nog wat geld krijgt, voor wat aangename laatste dagen of bijvoorbeeld voor je kleinkinderen. Hiromu denkt dat hij het goede doet, want veel 75-plussers hebben een mooi leven gehad en waarschijnlijk speelt ook bij hem de gedachte mee dat hij als jongere steeds meer moet gaan bijdragen aan het pensioen van ouderen.

Zijn kijk op de overheidscampagne begint langzaam te veranderen vanaf het moment dat Hiromu een oom voor zich krijgt tijdens een intakegesprek. Anders dan in het Japanse filmdrama The Ballad of Narayama (1958, en de al even indrukwekkende remake uit 1983) waarin een 70-jarige vrouw door haar oudste zoon naar de top van een berg wordt gedragen om daar te overlijden, wordt in Plan 75 een familielid van een potentiële euthanasiepleger vervangen door iemand anders. Desondanks raakt Hiromu emotioneel betrokken bij het lot dat zijn oom te wachten staat en denkt hij terug aan het overlijden van zijn vader.

Plan 75

Eenzaamheid
Een andere jongere die we volgen, is Maria (Stefanie Arianne). Zij werkt als verpleegster in een bejaardentehuis, maar gaat werken voor Plan 75 omdat ze daar een beter salaris krijgt, zodat ze de hartoperatie van haar dochtertje eerder kan betalen. Zij heeft onder meer als taak om de bezittingen van de euthanasieplegers te verzamelen, maar wat doet zij als zij daartussen waardevolle spullen aantreft?

De hoofdpersoon van Plan 75 is echter de 78-jarige weduwe Michi (Chieko Baishô), die met een al even oude dame werkt als kamermeisje in een hotel. Echter wanneer laatstgenoemde op de werkplek overlijdt, besluit het hotel Michi te ontslaan omdat dood personeel op de werkplek geen goede reclame is. Als ook later haar beste vriendin plotseling sterft, moet Michi belangrijke keuzes maken. Ze komt in aanmerking voor bijstand, maar dan moet ze wel verkassen naar een bejaardentehuis. Een gevoel van eenzaamheid en nutteloosheid leidt haar naar Plan 75.

Regisseur Chie Hayakawa brengt Michi’s gemoedstoestand geloofwaardig in beeld, bijvoorbeeld als zij tijdens het ondergaan van de zon haar handen op een reling plaatst of met een masker op een bed ligt, op het punt het aardse leven achter zich te laten. Al even aandoenlijk is de poging van Hiromu om zijn oom te redden.

Zeventig jaar na Ozu’s Tokyo Story is de boodschap van Hayakawa ongetwijfeld om de kijker, mits überhaupt nodig, te wijzen op het inhumane karakter van een overheidscampagne waarin euthanasie vanaf een bepaalde leeftijd wordt gefaciliteerd. De consequentie is dan wel een film die de hoop en voldoende compassie mist om je aan de teneur van neerslachtigheid te kunnen onttrekken.

 

22 mei 2023

 

ALLE RECENSIES

Historias para no contar

**
recensie Historias para no contar
Soms kun je dingen beter niet vertellen

door Cor Oliemeulen

‘Vijf verhalen over hilarische, pijnlijke en vaak uiterst onhandige tegenslagen in het leven die soms wellicht herkenbaarder zijn dan je lief is’. Zo luidt de promotionele oneliner van de Spaanse film Historias para no contar, wat betekent: ‘Verhalen die niet verteld mogen worden’. Het is aan de kijker hoe letterlijk hij die suggestie neemt.

Regisseur Cesc Gay vertelt graag verhalen die uit het leven zijn gegrepen. In Truman (2016) zoekt een vijftiger met terminale kanker een nieuw baasje voor zijn hond. Het gegeven is simpel en de uitwerking van een ontroerende ingehouden pracht, juist vanwege het sterke acteerwerk van Ricardo Darín. Diezelfde acteur was eerder medeverantwoordelijk voor het succes van Gays Una Pistola en Cada Mano (2012) waarin mannen in een midlifecrisis kampen met stemmingswisselingen, overspel, hoop en vertwijfeling. Zes korte verhalen over seks en het gemis van seks als rode draad.

Historias para no contar

Relaties
Een decennium later grijpt de filmmaker terug naar een soortgelijke formule, want ook de vijf korte verhalen van Historias para no contar gaan over (seksuele) relaties. In het eerste verhaal maken we kennis met een meisje dat na lange tijd een jongen ontmoet die ze altijd al leuk vond. Ze treffen elkaar in het park als zij haar hond uitlaat. De viervoeter krijgt een splinter in zijn poot, zodat de jongen meegaat naar haar flat. Maar dan komt haar vriend eerder terug van een zakenreis en duwt het meisje de jongen in een reflex in de badkamer. Alsof ze iets te verbergen heeft.

Een al even ongemakkelijke situatie ontstaat in het tweede verhaal als Luis door zijn hedonistische vriend Carlos en diens vrouw Ana in een café wordt gekoppeld aan Sandra. De vonken springen over, maar dan blijkt dat Sandra iemand met een verleden is, zodat Carlos en Ana er alles aan doen om de zojuist opgelaaide relatie te verbreken.

Historias para no contar

Vreemdgaan
Na dit sterkste deel van de film (vooral door het grappige spel van Antonio de la Torre als Carlos, die liefde en seks pleegt te duiden middels voetbalmetaforen) zakt Historias para no contar langzaam in. De drie vriendinnen, waarvan er telkens twee over de derde roddelen als die weg is, hebben niet echt wereldschokkende geheimpjes. Het verhaal over een oudere schrijver die een relatie heeft met een jong meisje blinkt niet uit in geloofwaardigheid, waarna het laatste hoofdstuk over een man en een vrouw, die allebei zijn vreemdgegaan en balen dat ze het elkaar hebben opgebiecht, als de spreekwoordelijke nachtkaars uitgaat.

Passie, emoties en schuldgevoelens passen uitstekend in een katholiek land als Spanje, maar de behandeling van zulke thema’s verdient een beter lot. Historias para no contar is typisch zo’n film waarbij de filmmakers en de acteurs waarschijnlijk regelmatig dubbel lagen van het lachen. Alle situaties mogen dan misschien wel hilarisch, pijnlijk of onhandig zijn, de beleving van de kijker beperkt zich tot een enkele glimlach en frons. De conclusie van deze mozaïekfilm is dat je vreemdgaan en overspel beter kunt verzwijgen, behalve als je partner blijft aandringen of als je anderszins geen keus hebt. Aan zo’n weinig verheffend gegeven had zelfs een sterkere cast niet veel toe kunnen voegen.

 

9 mei 2023

 

ALLE RECENSIES

Stranger than Fiction (2006)

REWIND: Stranger than Fiction (2006)
De schrijver als God

door Cor Oliemeulen

In de nabije toekomst ontstaat er een onderklasse van mensen zonder werk en economisch nut, betoogt Yuval Noah Harari. Deze Israëlische historicus, futuroloog en bestsellerschrijver waarschuwt dat wat er omgaat in je lichaam en geest straks is af te lezen, waardoor mensen zelfs kunnen worden gehackt. In de Amerikaanse fantasiefilm Stranger than Fiction (2006) is een kleurloze medewerker van de belastingdienst niet langer in staat om invloed op zijn eigen levenslot uit te oefenen. Niet vanwege een onheilspellende samensmelting van biotechnologie en informatietechnologie, maar door toedoen van een romanschrijver met een writer’s block.

De filmgeschiedenis kent zeer fraaie voorbeelden van schrijvers die na een eclatant succes geen inspiratie of ideeën meer kunnen vinden. Zo probeert regisseur Guido in (1963) van Federico Fellini tevergeefs zijn creatieve blokkade te doorbreken met dagdromen en fantasieën over zijn leven en liefdes. De broers Joel en Ethan Coen waren zo vastgelopen met hun script van Miller’s Crossing dat ze dan maar hun eigen frustraties gingen projecteren op de vastgelopen schrijver in Barton Fink (1991). En in Adaptation. (2002) van Spike Jonze wordt het helemaal ingewikkeld als de scenarist van deze film, Charlie Kaufman, zélf het lijdend voorwerp is, terwijl zijn minder talentvolle (fictieve) tweelingbroer, Donald Kaufman, uiteindelijk wel een vet contract krijgt aangeboden.

REWIND: Stranger than Fiction (2006)

Tussen fictie en werkelijkheid
Stranger than Fiction van Marc Forster ademt in bijna alles de donkere, absurdistische sfeer van een Kaufman-script. Niet vreemd als je bedenkt dat scenarist Zach Helm zich heeft laten inspireren door Charlie Kaufman en fungeerde als assistent van diens geschreven Eternal Sunshine of the Spotless Mind (2004). Ook nu vervagen de grenzen tussen fictie en werkelijkheid, is het verhaal complex en gelaagd, en worstelt de hoofdpersoon met existentiële thema’s zoals identiteit, menselijke relaties en de zin van het leven.

Die hoofdpersoon luistert naar de naam Harold Crick (de komiek Wil Ferrell, voor de afwisseling als ingetogen karakter). Niet alleen als medewerker van de belastingdienst is hij een man van protocol, ook privé is Harold fantasieloos en laat hij zich leiden door een ijzingwekkende regelmaat. ’s Morgens poetst hij altijd precies even lang zijn tanden, op weg naar de bushalte zet hij altijd exact dezelfde hoeveelheid stappen en op zijn kantoor in Chicago etaleert hij elke dag zijn gave om ingewikkelde rekensommen van zijn collega’s feilloos uit zijn hoofd op te lossen.



In REWIND opnieuw aandacht voor opvallende films uit dit millennium.

 


Doodgaan is essentieel voor meesterwerk
Wanneer Harold een werkbezoek aan de eigenaresse van een bakkerswinkel, Ana (Maggie Gyllenhaal), aflegt omdat zij te weinig belasting heeft betaald, realiseert hij zich dat hij een vrouw in zijn leven nodig heeft om de sleur te doorbreken. Ana blijkt bewust een bepaald percentage belastinggeld niet te hebben betaald omdat dat deel wordt gebruikt voor overheidsuitgaven waar zij faliekant tegen is. Hoe verschillend hun karakters ook zijn, Ana ontsluiert Harold het genot van chocoladekoekjes en de twee tegenpolen worden verliefd op elkaar. Maar ondertussen raakt Harold in een identiteitscrisis omdat hij steeds vaker een stem hoort die vertelt wat hij aan het doen is.

‘Ik word gevolgd door een vrouwenstem’, zegt hij tegen een psychiater, die denkt dat zijn cliënt  schizofreen is. Harold begint echter langzaam te vermoeden dat hij het hoofdpersonage van een boek is. Hij gaat op bezoek bij een literatuurprofessor (Dustin Hoffman) en ontdekt dat de schrijver van zijn levensverhaal de bekende Karen Eiffel (Emma Thompson) is. Harold leert dat de hoofdpersonages van haar boeken normaliter sterven en doet er alles aan om met haar in contact te komen om zijn naderende dood af te wenden.

REWIND: Stranger than Fiction (2006)

Gelukkig vlot het plot van Eiffels huidige boek niet omdat zij kampt met een writer’s block. Zij wordt bijgestaan door een assistente van de uitgeverij (Queen Latifah) die een onberispelijke staat van dienst heeft om schrijvers te helpen hun romans succesvol af te ronden. Zowel de assistente als de literatuurprofessor zijn van mening dat de dood van de hoofdpersoon (Harold Crick dus) essentieel is om Eiffels roman tot een literair meesterwerk te maken. En ook Harold kan zich nauwelijks voorstellen dat er een mooiere manier is om te sterven.

Echter schrijvers met een writer’s block zijn onvoorspelbaar, dus liggen alle scenario’s open. Karen Eiffel voltooit haar boek en laat Harold Crick sterven, zoals ze in haar hoofd had gepland? Misschien besluit zij het einde van het boek te veranderen waardoor Harold en Ana lang en gelukkig leven? Of gaat Karen Eiffel een autobiografie schrijven zodat ze de regie over haar eigen leven terugkrijgt?

 

STRANGER THAN FICTION KIJKEN: o.a. hier.

 

Meer REWIND