A Complete Unknown

****
recensie A Complete Unknown
Bob Dylan veranderde de muziek voorgoed

door Jochum de Graaf

Met acht Oscarnominaties is A Complete Unknown rijkelijk bedeeld. Een ouderwets goed gemaakte Hollywoodfilm over de ontwikkeling van het fenomeen Dylan in de jaren zestig van zijn aankomst in New York 1961 tot het baanbrekende optreden op Newport Folk Festival 1965.

Het is januari 1961 als de 20-jarige Robert Zimmerman, artiestennaam Bob Dylan, met zijn gitaar in de hand uit de bus stapt in Greenwich Village, waar ‘het’ allemaal gebeurt op muzikaal gebied. Hij wil op bezoek bij zijn grote held, folkzanger Woody Guthrie, maar die ligt in een ziekenhuis in New Yersey, heeft de ziekte van Huntington, kan niet praten, laat staan zingen. Pete Seeger, die andere grote folklegende van begin jaren zestig, is op bezoek. Ze zijn diep onder de indruk als de jonge Bob zijn speciaal geschreven Song for Woody speelt.

A Complete Unknown

Folkscene
Seeger ontfermt zich over Dylan en introduceert hem in de levendige folkscene van New York. Het is de enerverende tijd van de opkomende burgerrechtenbeweging, waarin Seeger actief is: van de Cuba-crisis, de moord op Kennedy, de jeugdrevolutie. In het kielzog van Seeger groeit Dylan uit tot een icoon van de jaren zestig, de wereldberoemde protestzanger met zijn nog steeds relevante songs als Blowin’ in the Wind en The Times They Are a-Changin’.

Aan het eind van de film is er het generatieconflict wanneer Dylan op het Newport Folk Festival 20 juli 1965 aangeeft een aantal nummers met elektrisch versterkte gitaren te gaan spelen. Voor puristen als de oude Pete is er op het belangrijkste folkfestival van Amerika geen plaats voor moderne gitaarherrie. Het conflict loopt zo hoog op dat Seeger gewapend met een bijl de mengtafel bestormt en dreigt de kabels door te snijden. 

Artistieke sfinx
De filmtitel, A Complete Unknown, komt uit Like a Rolling Stone, de song waarmee Dylan op Newport zijn luidruchtige breuk met de dogmatische wereld van folkmuziek en overjarige wereldverbeteraars aangaf. Maar het geeft ook voeding aan de mythologisering van Dylan zelf, de sfinx die zich graag in nevelen hult.

Naast een schitterend tijdsbeeld over een van de meest belangrijke veranderingen in de moderne popgeschiedenis biedt de film een goed inzicht in Dylans artistieke brille, zijn worsteling met de wereldroem en vooral ook zijn moeizame omgang met vrouwen, en hoe hij überhaupt in het leven staat.

Hij heeft een aan-uit-verhouding met de liefdevolle Sylvie Russo (gebaseerd op Dylans eerste grote liefde Suze Rotolo) met wie hij een goede intellectuele klik heeft, maar zijn wispelturigheid, rusteloosheid, continue experimenteerdrift biedt weinig zicht op een standvastige relatie. Op tournee onderhoudt hij een vrijage met de veel oudere Joan Baez, net als hij jarenzestigicoon. Maar eigenlijk zou hij het liefst een ongebonden artistiek vrijgezellenbestaan leven.

Wanneer Sylvie alleen op vakantie gaat en het onzeker is wanneer ze elkaar weer zullen zien, zegt ze: ‘Ik besef dat ik je eigenlijk niet ken.’ Veelbetekenend is de scène wanneer Dylan met Sylvie naar de film Now Voyager (1942) zit te kijken. Bette Davis kreeg een Oscar voor haar vertolking van de oude vrijster die zich ontworstelt aan haar strenge dominante moeder en zich ontwikkelt tot een extroverte, aimabele vrouw. ‘Kijk’, zegt hij over haar, ‘Ze maakte iets anders van zichzelf, een persoon die ze op dat moment wilde zijn.’

Motorongeluk
Todd Haynes’ I’m Not There (2007) probeerde grip op het fenomeen te krijgen en toonde Dylan in liefst zes verschillende fictieve variaties met even zovele acteurs. De Coen-broers creëerden in Inside Llewyn Davis (2013) een muzikant die op Dylan leek. Martin Scorsese maakte in 2019 een fantasievolle documentaire Rolling Thunder Revue: A Bob Dylan Story over de gelijknamige legendarische tournee in 1975, nadat hij in 2005 met No Direction Home al een vingeroefening had gemaakt. Het zijn films die reflecteren op de raadselachtige, sfinxachtige persoon die Dylan is.

Het sterke van A Complete Unknown is dat we juist in een conventionele Hollywood-opzet de ontwikkeling van het enigma Dylan te zien krijgen. Dylan die zich om god weet wat voor reden tegen zijn eigen fans afzet en weigert om een ​​aantal van zijn grootste hits te spelen als hij met Baez op tournee is. Waarom hield hij zo hardnekkig vast aan het plan om elektrisch te gaan in Newport, was dat recalcitrantie of voelde hij juist de veranderende tijdgeest zo goed aan?

A Complete Unknown

En dan is er de motor. Dylan die bij emotionele gebeurtenissen op zijn motor stapt en zonder helm of motorpak met wapperende haren door de stad rijdt of over een lange door bomen omzoomde landweg. Waar denkt hij aan, wat gaat er door zijn hoofd? Het is een motief dat doet denken aan de Wet van Tsjechov: als je een revolver in een stuk te zien krijgt, is dat een aankondiging dat er op zeker moment een schot mee gelost zal worden. In het geval van Dylan verwacht je het motorongeluk in juli ’66 te zien. Het was een jaar na Newport en zou de tweede cesuur in zijn carrière inleiden. Pas acht jaar later ging hij weer op tournee.

Geloofwaardige interpretaties
A Complete Unknown kent een sterk scenario en een uitstekende cast. Dylan gaf zijn zegen aan tieneridool Timothée Chalamet, die een zeer geloofwaardige interpretatie van hem neerzet. Monica Barbaro lijkt ook fysiek erg op Joan Baez. Edward Norton zet een zeer solide Pete Seeger (inclusief banjo) neer. Boyd Holbrook speelt overtuigend Johnny Cash, die al vroeg het genie in Dylan zag.

Regisseur James Mangold – die ook tekende voor Walk the Line, de biopic van Johnny Cash en vrouw June Carter – had veel overleg over de historische juistheid met Dylan, die tegelijkertijd bedong dat er ook fictieve elementen zouden worden toegevoegd. Natuurlijk is niet bekendgemaakt welke dat zijn.

Maar waarheidsgetrouwheid is helemaal niet zo interessant. Veel boeiender is die kennismaking met het ongelooflijk creatieve genie van Dylan, de man die de popmuziek voorgoed zou veranderen en nog steeds actief is. Dat toont zich in de indrukwekkende soundtrack en de enerverende optredens in de film waarbij je ook in de bioscoop uit je stoel opveert. A Hard Rain’s A‐Gonna Fall, Highway 61 Revisited, Mr. Tambourine Man, Maggie‘s Farm, Like a Rolling Stone en It‘s All Over Now, Baby Blue.

Let vooral eens op het publiek in Newport wanneer Bob voor het eerst The Times They Are a-Changin’ speelt, het nummer dat we ook nu nog vrijwel geheel uit het hoofd kennen. Die blikken die het onmiddellijk lijken te herkennen als meesterwerk. Geweldige scène.

 

20 februari 2025

 

ALLE RECENSIES

Caught by the Tides

****
recensie Caught by the Tides
De rijkdom van verarming

door Bert Potvliege

Jia Zhang-ke wordt beschouwd als een van de meest voorname hedendaagse Chinese filmmakers, maar toch blijft de man een onderbelichte figuur in onze contreien. Met zijn uitstekende nieuwe film, Caught by the Tides, bewijst hij voor een zoveelste maal waarom. Dit is minimalistische cinema die vormelijk uitdagend is en waar het ruimere arthouse-publiek moeilijk een toegang tot zal vinden. Een gemiste kans voor velen, want de cinema van Zhang-ke boeit. 

De 54-jarige regisseur heeft er al een lange en illustere carrière opzitten, met films die al sinds de eeuwwisseling wereldwijd prijzen winnen. De grootste wapenfeiten zijn de Gouden Leeuw op het filmfestival van Venetië voor Still Life (2006) en de prijs voor beste scenario in Cannes voor A Touch of Sin (2013). Met Caught by the Tides was hij reeds aan zijn zesde nominatie voor een Gouden Palm toe. Het werk van Zhang-ke leeft, maar door de idiosyncratische aard onterecht in een te grote stilte.

Caught by the Tides

Twintig jaar eenzaamheid
De aanzet van deze film was een gevolg van de COVID-19-pandemie. Filmen in China was moeilijk, dus dook de cineast in een verleden van twee decennia beelden maken. Hij realiseerde zich gauw dat een aantal hiervan gebruikt kon worden voor een nieuw werk. Enkel het laatste deel van de film, dat zich afspeelt in het hedendaagse China, werd opgenomen tijdens de coronajaren. Caught by the Tides is zodoende een mengelmoes van beelden die gedraaid werden over die lange periode, waarvan sommige fragmenten en personages zelfs uit eerdere films van Zhang-ke komen. Het geheel is een meanderende kijk op een evoluerend China – een ontwikkeling die voor de filmmaker eerder een neergang dan een verrijking lijkt.

Het verhaal vangt aan in de Noord-Chinese stad Datong in 2001, waar Qiaoqiao (Tao Zhao) een romantische relatie heeft met haar manager Guo Bin (Zhubin Li). Het is een mijnwerkersstad in verval, waar Qiaoqiao de kost verdient als zangeres en entertainer voor de arbeiders. Bin besluit de stad achter zich te laten, op zoek naar geluk elders. Na enige tijd vruchteloos wachten op nieuws van haar geliefde, gaat Qiaoqiao zelf op zoek naar hem. Haar tocht toont een China in zogezegde bloei en brengt haar onder meer bij landgenoten die verdreven worden door de komst van de Drieklovendam. Een uiteindelijke hereniging van de geliefden zal na enkele omzwervingen plaatsvinden tijdens de pandemie, een tijd waarin technologische ontwikkelingen een (ongewenste) modernisering inluiden.

Een cocktail van verval
Aangezien Zhang-ke plukt uit een rijk en divers archief aan beelden, oogt het resultaat vaak als een vrijblijvende en soms zelfs ronduit richtingloze kijk op een China in groei. De traditionele identiteit van het land lijkt gedoemd om te verdwijnen in het verleden. De cineast zegt het nergens expliciet, maar de weemoedige aard van zijn film bewijst dat die zogenaamde vooruitgang van zijn thuisland voor hem een achteruitgang betekent. Die problematische kijk op de toekomst kadert hij aan de hand van een liefdesverhaal dat gepresenteerd wordt als een relaas van isolatie en eenzaamheid – het oog van de camera en de aard van de vertelling gaan hand in hand.

Caught by the Tides is een formeel uitdagende prent die de conventies van cinema enigszins tart. Zhang-ke volgt enkel het eigen instinct en hij bevindt zich ergens tussen een dwarsligger en een revolutionair. Docu en fictie worden lukraak door elkaar gebruikt, ook al komt er naar het einde toe een grotere nadruk op fictie te liggen. De film is een cocktail van digitale beelden en pellicule (zowel 16mm als 35mm). De plot is flinterdun en komt in de meest minimale vorm aan bod – hoofdfiguur Qiaoqiao zegt letterlijk geen woord. Hierdoor komt de aandacht te liggen op de observerende aard van de camera, die op impressionistische wijze het Chinese land bestudeert. De potpourri van het geheel is, voor zij die op de golflengte van de prent geraken, visueel rijk.

Caught by the Tides

Drempelvrees
Een recente film die in de buurt komt van Zhang-ke’s benadering van cinema is Grand Tour van Miguel Gomes, nog zo een wonderlijke rit die een filmische uitdaging is door de atypische vorm waarin deze verschijnt. Caught by the Tides is provocerende cinema want haar ontoegankelijkheid – wat voor alle duidelijkheid geen punt van kritiek is – zal een hoge drempel zijn voor een aanzienlijk deel van het publiek. Deze stijl is deel van het idioom van de cinema van Zhang-ke, waar niet over onderhandeld moet of kan worden. Daarom blijft hij een onderbelichte figuur in ons cinemalandschap.

Met dit werk verbeeldt de filmmaker tragische sferen over China, waarbij de intentie niet hapklaar te definiëren valt. Hoofdrolspeelster Tao Zhao – tevens de echtgenote van de regisseur – troont de kijker mee in dit melancholisch schouwspel, als de cruciale factor in het mee communiceren van die intentie naar de kijker. Er schuilt een poëtische droefenis in haar blik, niet in het minst bij de fantastische slotscène met de groep joggers. Haar personage kwam ook al aan bod in de eerdere film van haar man, het niet onopgemerkt gebleven Ash is the Purest White.

Het vergt een overgave en bereidwilligheid van de kijker om deze film te kunnen smaken. Zij die er de maag voor hebben, zullen een prikkelende filmmaker aantreffen met een atypische stem. Jia Zhang-ke gaat op een andere manier aan de slag met het medium en toont een door droefenis geteisterde nostalgie. Dat het publiek kan en mag delen in die melancholie, is niks minder dan wondermooi.

 

19 februari 2025

 

ALLE RECENSIES

La Cocina

****
recensie La Cocina
Je kunt niet dromen in een keuken

door Zoë van Leeuwen

In de eerste Engelse speelfilm van de Mexicaanse regisseur Alonso Ruizpalacios jagen de koks en serveerders van het drukke restaurant The Grill de ‘American dream’ na. La Cocina toont op een soms theatrale wijze hoe slopende dagelijkse routines het vermogen om te dromen kunnen vernietigen.

Ruizpalacios vierde speelfilm ging afgelopen voorjaar in wereldpremière op het filmfestival van Berlijn en werd daar genomineerd voor een Gouden Beer. La Cocina werd in zijn thuisland genomineerd voor Ariel-award, de belangrijkste filmprijs van Mexico. En waar zijn eerdere films verschillende spanningen in Mexico onder de loep namen, neemt hij de kijker in La Cocina letterlijk en figuurlijk mee naar Hell’s Kitchen in New York.

Losjes gebaseerd op het toneelstuk The Kitchen van Arnold Wesker uit 1957, duikt Ruizpalacios halsoverkop in thema’s als kapitalisme, liefde en het verlangen naar een betere toekomst. Inclusief een grote dosis sociale kritiek op de harde realiteit waar veel arbeidsmigranten mee te maken krijgen.

La Cocina

Chaos in de keuken
La Cocina volgt het verhaal van jonge kok Estella (Anna Díaz), die haar weg baant door het drukke Times Square en uiteindelijk terechtkomt bij het restaurant The Grill. Wanneer Estella, die geen sollicitatiegesprek heeft, door de chaos toch maar aan het werk wordt gezet, ontmoeten we de rest van de kleurrijke cast. De meeste van hen zijn immigranten zonder papieren die hopen op een beter leven, buiten het werk in het restaurant. Ondanks dat het werk tegen kan vallen, weten velen dat het voor hen niet beter wordt dan dit. Vooral niet voor de velen die zonder verblijfsvergunning hun geld verdienen.

Pedro (Raúl Briones) is een kok met een kort lontje die ervan droomt om vrij te zijn. Als serveerster Julia (Rooney Mara), met wie Pedro een gecompliceerde liefdesrelatie heeft, hun kind wil laten aborteren, stort zijn hele wereld in.

De druk wordt verder opgevoerd als er meer dan 800 dollar lijkt te missen uit de kassa en de manager op zoek gaat naar de dader. En laat dat bedrag nu net de hoeveelheid zijn die Pedro en Julia nodig hebben voor de abortus. Als Pedro er na de lunch achter komt dat Julia in haar pauze naar de kliniek is gegaan, kookt de pan over. Met een chaotisch einde als gevolg.

Kleurrijke cast
Ruizpalacios weet, in een tijdspan van bijna tweeënhalf uur, één enkele dag in de hectische keuken van The Grill te tonen. En hoewel het tempo van de film soms iets te snel aanvoelt, is die ene dag ook alles wat Ruizpalacios nodig heeft om een goed en compleet verhaal te vertellen met meerdere verhaallijnen en uiteenlopende personages.

Dat is dan ook een van de sterkste punten van de film: het kleurrijke bij elkaar geraapte stelletje koks, die aan de lopende band bier drinken en roken. De personages in La Cocina voelen als echte mensen, ieder met een eigen verhaal en verlangens. 

La Cocina

Het zwart-wit-filter en het gebrek aan contrast maakt het eten soms onsmakelijk. Zelfs het broodje, dat Pedro maakt als liefdesgebaar naar Julia, mist een appetijtelijke uitstraling. Het constante gerook en gezuip van de koks helpt daar niet aan mee. Het laat aan de kijker zien dat al het ‘mooie’ eten in het restaurant midden op Times Square helemaal niet zo mooi is als je een kijkje achter de schermen neemt.

Maar de film is niet geheel ontdaan van kleur en contrast. Want zowel in een romantische scène tussen Pedro en Julia, als in de laatste scène waarin we de nasleep zien van Pedro’s ravage, zien we een beetje kleur. Een lichtpuntje in de grijze en grauwe wereld van La Cocina.

Het einde van de film is wat theatraal en beweegt weg van het realistische gevoel van de rest van het verhaal, maar de boodschap blijft duidelijk: je kunt niet dromen in een keuken. Of zoals Ruizpalacios zegt: ‘Productiviteit doodt de verbeelding’. 

La Cocina is een eerbetoon aan de onzichtbare helden in de keuken en een keiharde realiteitscheck van de huidige situatie waarin veel arbeidsmigranten zich bevinden.

 

2 december 2024

 

ALLE RECENSIES

Charcoal

***
recensie Charcoal
Het nut van kleine houtskoolfabriekjes

door Cor Oliemeulen

In de duistere satire Charcoal portretteert speelfilmdebutant Carolina Markowicz een gezin op het Braziliaanse platteland waarvan de leden niet de gangbare normen en waarden volgen. Op een dag krijgen ze een aanbod dat ze moeilijk kunnen weigeren.

Juracy (Aline Marta Maia), een medewerkster van de thuiszorg, schetst de vrouw des huizes, Irene (Maeve Jinkings), een somber beeld als het gaat om haar vader Firmino. Hij heeft een beroerte gehad, kan niet meer praten en lopen en heeft een zuurstoftank nodig om goed te kunnen ademen. Firmino ligt bijna altijd in bed, in hetzelfde kamertje als van Irene’s negenjarige zoontje Jean (Jean de Almeida Costa).

“Opknappen in deze omgeving? Weinig kans!”, zegt Juracy. “Alleen maar staren naar rottend hout, terwijl de termieten naar beneden vallen? Die ouwe, ruwe lakens die langs zijn huid schuren. Een lekkende luier. Plastic buisjes die we naar binnen schuiven.”

Juracy stelt voor om Firmino om te ruilen voor iemand die in nood verkeert. Als dank zullen ze een aardige vergoeding krijgen. Op de radio klinkt ironisch een lied: “God wil dat je lacht. God zal je helpen.”

Charcoal

Criminele onderduiker
Irene gaat naar de priester en stelt hem vragen in de trant van ‘Wil God dat iemand alleen maar lijdt en geen kans heeft om beter te worden?’ en ‘Is zo iemand niet beter af in de hemel?’ Met de cryptische antwoorden van de priester kan Irene niet veel. Ze gaat naar huis en beslist met haar man Jairo (Rômulo Braga), die in eerste instantie faliekant tegen het plan is, dat ze Firmino zullen euthanaseren, zodat ze hun nieuwe gast kunnen verwelkomen.

Die gast heet Miguel (César Bordón), een Argentijnse crimineel wiens dood in scène is gezet, en moet onderduiken totdat hij terecht kan op een eiland waar hij in veiligheid kan genieten van zijn pensioen. “Je bent toch geen pedofiel, hè?”, vraagt Jean als Miguel in zijn slaapkamer gaat zitten. “Mijn opa sliep daar. Zijn luier lekte weleens, maar je kunt het matras omdraaien.” Aangezien de afspraak is dat Miguel zich niet buitenshuis mag laten zien, verandert het leven van zowel het gezin als van de crimineel ingrijpend.

Charcoal

Dromen onthullen verborgen verlangens
Met een goede mix van professionele acteurs en authentieke dorpelingen vangt Carolina Markowicz de rustieke atmosfeer en doorleefde schoonheid van een Braziliaans gehucht, waar overdag het geknetter van kleine houtskoolfabriekjes klinkt en ’s avonds het vuur de resten van vergane glorie vernietigt. De mensen leven er teruggetrokken, maar een goede buur is beter dan een verre vriend, of toch niet? Binnen in het bescheiden huisje van Irene en Jairo laaien langzaam spanningen en conflicten op en leren we alle personages pas werkelijk kennen. Morele waarden blijken inwisselbaar, geheimen dreigen te worden onthuld.

Het trage, ongecompliceerde leven komt steeds meer onder spanning te staan. Irene, die van Jairo geen romantiek of enige andere genegenheid hoeft te verwachten, laat zich een nieuw kapsel aanmeten, doet make-up op, koopt parfum en plakt een oude foto van zichzelf als ‘Miss Weerwolf 1995’ naast Miguels bed. Ook Jairo en Jean maken dankbaar gebruik van hun nieuwe financiële mogelijkheden, met het risico te worden betrapt. En ondertussen kwijnt Miguel weg in het kamertje en wordt hij opgefokt als hij door zijn voorraadje cocaïne heen is.

 

13 mei 2024

 

ALLE RECENSIES

Club Zero

**
recensie Club Zero
Het is niet al goud wat blinkt

door Bert Potvliege

Met een fraai ogend eindresultaat nodigt regisseur Jessica Hausner (Little Joe) ons uit stil te staan bij de leefwereld van hedendaagse jongeren. Haar nieuwste worp Club Zero verhaalt over ontvoogding, sociaal engagement en geestelijk welzijn. Helaas vliegt ze finaal de bocht uit wanneer de vraag naar wat ze daarover te vertellen heeft, onbeantwoord blijft.

Stilistisch etaleert Hausner de nodige bravoure, want haar film getuigt van een indrukwekkende controle. Met strakke beeldkaders, die vaak de symmetrie niet schuwen, en met een uitgesproken kleurenpallet profileert ze zichzelf als zielsverwant van Wes Anderson (Asteroid City). Die nadrukkelijke verschijning van de film draagt bij aan een soepele kijkervaring waarbij er altijd wel iets te beleven valt, maar daar stopt de pret.

Club Zero

Trending
Mia Wasikowska (Alice In Wonderland) geeft met de nodige zin gestalte aan de merkwaardige Ms. Novak, kersverse leerkracht op een eliteschool, waar ze haar leerlingen onderricht in bewust eten en een gezonder voedingspatroon. Wat start als een nobele onderneming in het stimuleren van zelfontwikkeling, klimaatbewustzijn en het belang van een goede gezondheid, mondt snel uit in het meegezogen worden in de wereld van Club Zero – een ideologie waarbij aanhangers menen dat niet langer eten de weg is naar het zuiveren van jezelf.

De ongetwijfeld uitgehongerde volgelingen van Club Zero stuiten, zoals allen die er een afwijkende mening op nahouden, op onbegrip. Maar Ms. Novak licht het bloedserieus en gebald toe wanneer ze zegt dat het tijd kost om het juiste geloof op te bouwen. Ons brein houdt ons voor de gek en weigert te geloven wat waarheid is. De dieetcursus neemt snel de vorm aan van een sekte en uitgemergelde kinderen beginnen te liegen tegen hun ouders over wat ze gegeten hebben. Een verbouwereerde vader staat machteloos tegenover zijn graatmagere dochter wanneer ze meent dat eten niet noodzakelijk is en dat ze met haar wilskracht deze waarheid kan vervormen. Het schandaal breidt uit en een confrontatie tussen de directie en Ms. Novak volgt.

Onder die narratieve bovenlaag worden nog tonnen andere thema’s aangereikt, zoals identiteit, schoonheidsidealen, queer culture, welvaart. Noem een twitter trending topic en je mag er donders op zeggen dat Hausner het in haar langspeler poogt te murwen. Het probleem is dat de film, als gevolg van het oeverloos zoeken naar een evenwicht tussen dat alles, kant noch wal raakt. Wat Club Zero te vertellen heeft, zit onbeduidend verscholen in die ophoping van thematische content.

Club Zero

Verpakking
Het niet kunnen blootleggen van Hausners intentie is één ding, geen reden vinden waarom ze het zo obsessief fraai wil presenteren, is een ander paar mouwen. Het kleurenpallet, met die dubieuze paars-kanariegele combo, is meer dan een tikje te expliciet. De schier eindeloze reeks zoomshots kan danig op de zenuwen werken. De strikte acteursregie, waarbij iedereen netjes wacht tot het zijn, haar of hun beurt is een regel te declameren, is geen goed idee. Ook de muzikale ondersteuning voelt aan als een afleiding, waarbij het vormelijke haaks komt te staan op de inhoud.

In Club Zero loopt de verpakking weg met de aandacht en is de thematische verklaring voor de stilistische omkadering onduidelijk. Ondanks Hausners vruchteloze zoektocht naar een balans en een heldere vertelling zet ze haar intenties krachtdadig om in beelden, echter de stilistische bombast is vaak ondoeltreffend en bemoeilijkt het begrijpen van haar ideeën. Een aspirant de bal zien misslaan, is nog altijd boeiender dan een oude meester een onappetijtelijk en inhoudsloos werk zien maken.

 

2 mei 2024

 

ALLE RECENSIES

Chimera, La

***
recensie La Chimera
Schavuiten in een land van graven

door Bert Potvliege

Met haar nieuwe film La Chimera, genomineerd voor de Gouden Palm 2023, bevestigt cineaste Alice Rohrwacher dat ze met zelfzekere hand boeiende thema’s kan koppelen aan doorleefde personages, die de couleur locale van het Italiaanse platteland invullen. Zo brengt ze een parabel over het verleden en de littekens die de doden geven aan zij die achterblijven.

Een meer dan degelijke Josh O’Connor (binnenkort te zien in Challengers, de nieuwe van Luca Guadagnino) speelt de verloren ziel Arthur. Getekend door de dood van een geliefde en net vrijgelaten uit de nor, gaan we mee op wandel met hem in het verpauperde Italiaanse Riparbella van de jaren 1980. Om een duit te verdienen rooft hij samen met een groep schavuiten grafkelders, op zoek naar kostbare artefacten – kannen, kruiken, allerhande beeldjes. De kunstwereld aan wie hij verkoopt, de politie en andere rovers die hem op de hielen zitten, de drukke moderne wereld die de oude verdrijft en bovenal het verleden dat een hedendaagse pijn creëert, zijn stuk voor stuk dreigingen waarmee Arthur en zijn vrolijke bende grafrovers te maken krijgen.

La Chimera

Nabije dood
Rohrwacher, die ook het scenario neerpende, zet een mooi resultaat neer. Haar thematische besognes zijn duidelijk – hoe de nabijheid van de dood een manier van kijken naar het leven definieert, hoe de wereld van de levenden en die van de doden zich verhouden ten opzichte van elkaar. La Chimera is de laatste in een trilogie van films (naast Le meraviglie en het met de scenarioprijs in Cannes bekroonde Lazzaro felice) die zich focussen op de vraag wat een lokale gemeenschap zou moeten doen met haar verleden.

Dat ze erin slaagt die bezorgdheden te vertalen in goed vertolkte personages die intrigeren, is zonder meer knap. We voelen mee met Arthur en zijn naasten. Zo is er ook een mooie bijrol weggelegd voor de tot de verbeelding sprekende Isabella Rossellini (Blue Velvet). Ze nemen de kijker bij de hand in een verhaal dat meer blijkt te entertainen dan je aanvankelijk zou vermoeden (qua grafroversavontuur stak deze op Cannes de nieuwe Indiana Jones naar de kroon). Maar wat er bovenuit steekt in hoe dit verhaal gepresenteerd wordt, is de mate van sfeerschepping waarin de prent zich wentelt: het Italiaanse platteland getuigt hier van tonnen animo en folklore, met de groep extravagante vrienden van Arthur als voornaamste smaakmaker.

La Chimera

Kannen en kruiken
Het valt op dat alles in kannen en kruiken is zolang Rohrwacher bij haar sterktes blijft, maar soms valt de filmmaakster met enkele zondes een tikje door de mand. De stereotypering van sommige figuren is zeker een punt van discussie, want naar persiflage grijpen voor het kijkplezier draagt het risico in zich dat banalisering om de hoek loert. Het mag gerust, maar het zegt iets over Rohrwachers creatieve reikwijdte en spitsvondigheid in het uitwerken van haar verhaal. En als haar ware talent schuilt in (Italiaanse) sfeerschepping, dan gaat ze daarnaast wel de mist in wanneer het plots een genrefilm neigt te worden: de kunsthandelaar is als een eendimensionale slechterik uit een Bondfilm, of een achtervolging te voet die spanning mist en niet werkt.

De film bedient zich ook van enkele opmerkelijke spielereien, zoals een camera die om de eigen as tolt, beelden die versneld worden, een personage praat tegen de kijker, een stukje synthwave op de soundtrack dat wel heel atypisch is… Heel fijn dat er wat gespeeld wordt met dergelijke elementen, maar het maakt van de cineaste niet direct de grootste estheet of vernieuwer.

De conclusie is dat La Chimera de moeite waard is. Het eindresultaat is thematisch interessant, in het stilstaan bij de rol die het verleden speelt, en kwalitatief gepresenteerd in de zin dat personages en setting juist aanvoelen. Daarnaast is er ook nog die bruisende sfeerschepping die je onderdompelt in een wereld waarin gemijmerd wordt over het leven en de dood dicht bij elkaar. Dat alles is al heel wat en toont ons dat Rohrwacher op haar plaats zit als filmmaakster. Benieuwd naar wat ze nog meer in haar mars heeft.

 

2 april 2024

 

ALLE RECENSIES

Castigo, El

****
recensie El castigo
“Ik hou van hem maar haat dat ik zijn moeder ben”

door Cor Oliemeulen

Elke ouder weet dat je je kind af en toe wel achter het behang zou willen stoppen. Een straf ligt dan op de loer. In El castigo zet de moeder haar driftige 7-jarige zoontje af aan de rand van een bos nadat hij bijna een fataal auto-ongeluk heeft veroorzaakt. Twee minuten later is hij verdwenen en start een wanhopige zoektocht. Ondertussen ontwikkelt zich een existentialistische discussie over opvoeding, huwelijk en het verlies van vrijheid.

De Chileense regisseur Matías Bize heeft een voorkeur voor zich traag opbouwende drama’s. Zo confronteert hij in La vida de los peces (2011) twee ex-geliefden op indringende wijze met hun verleden en laat hen tijdens een feest onderzoeken of ze samen een toekomst hebben. In La memoria de agua (2015) ontrafelen een rouwende man en vrouw hun leven en hun huwelijk na de tragische dood van hun zoontje. Ook de echtelieden in El castigo (2022) ondergaan een soortgelijk lot nu hun zoontje vermist is.

El Castigo

De straf
Aanvankelijk lijkt er weinig aan de hand. Ana (Antonia Zegers) en Mateo (Néstor Cantillana), die eerder samen waren te zien in Una mujer fantástica (2017), denken dat hun zoontje Lucas juist hen wil straffen door zich in het bos te verschuilen. Eerst gaat Ana op zoek naar hem, daarna Mateo. Ze besluiten om de politie te bellen. Ana heeft weinig zin om haar impulsieve berisping op te biechten en vertelt dat Lucas moest plassen en in een ogenblik van onoplettendheid was verdwenen. De gearriveerde vrouwelijke politiesergeant (mooie rol van Catalina Saavedra, die eerder schitterde in de titelrol van La nana, 2009) wijst gevat op het remspoor van hun auto.

Mateo vertelt vervolgens wat er werkelijk is gebeurd. De politie belt voor speurhonden en ondertussen maken de ouders zich zorgen over wat de gevolgen zijn als Lucas is gevonden. Hun omgeving zal schande spreken van het leed dat ze hun zoontje hebben aangedaan en de autoriteiten zullen hen mogelijk vervolgen voor verwaarlozing of kindermishandeling. Tenminste, áls ze Lucas vinden. Het wordt langzaam koud en donker, terwijl de politiesergeant er hen fijntjes op wijst dat hier poema’s zijn gesignaleerd.

El Castigo

De bekentenis
Gesteund door het intelligente script van Coral Cruz weet Matías Bize de spanning over het wel of niet vinden van Lucas stapje voor stapje op te bouwen. Toch ontpopt El castigo zich vooral als een beklijvend drama waarin een discussie ontstaat over opvoeden, waarbij ook emoties en verwijten geleidelijk tot een kookpunt komen. Ana probeert een goede moeder te zijn, ze zegt dat haar hele leven rond Lucas draait. Door die toewijding stopte ze zelfs met haar baan van journalist. Ze vindt de zorg voor Lucas veeleisend en beangstigend. Ze noemt zichzelf consequent, terwijl het erop lijkt dat Mateo, die nog wel een baan heeft, vooral leuke activiteiten met Lucas onderneemt en veel van diens opstandige en gehaaide gedrag door de vingers ziet. “Ik werd zwanger en een modelmoeder voor jou”, snottert Ana tegen Mateo. “Was je bij me gebleven als ik niet zwanger wilde worden?”

In El castigo triggert de verdwijning van een kind dus de bekentenis van de beperkingen van het menselijke bestaan, het moederschap in het bijzonder. Wat de film nog meer bijzonder maakt, is het ontbreken van een soundtrack: we horen slechts het gepraat en geschreeuw van de protagonisten en de natuurgeluiden om hem heen. Het geheel mag dan misschien niet spectaculair in beeld zijn gebracht, maar het is een kunststukje hoe 80 minuten drama in één take en zonder montage de wanhoop invoelbaar maakt.

 

19 juli 2023

 

ALLE RECENSIES

Clara Sola

****
recensie Clara Sola
Een wit paard, maar ook een prins?

door Paul Rübsaam

Clara heeft een vergroeide ruggengraat en leidt aan een ontwikkelingsstoornis. Volgens haar tirannieke moeder staat ze in contact met de maagd Maria, waardoor ze anderen zou kunnen genezen van hun kwalen. Zelf voelt Clara eerder een mystieke verbondenheid met de natuur. Bovendien raakt ze als veertigjarige vrouw in de ban van opkomende erotische verlangens.

Als gevolg van haar lichamelijke handicap loopt en beweegt Clara (Wendy Chinchilla Araya) moeilijk. Haar moeder Fresia (Flor Maria Vargas Chavez) en haar bijna vijftienjarige nichtje Maria (Ana Julia Porras Espinoza) moeten haar helpen met wassen en aankleden. Clara maakt bovendien de indruk te beschikken over de verstandelijke vermogens van een kind.

Clara Sola

Handen
De Costa Ricaans-Zweedse regisseuse Nathalie Álvarez Mesén besteedt in haar film veel aandacht aan de betekenis en verschillende functies van handen. Zo zien we de hoofdpersoon in de openingsscène haar vingers liefdevol uitstrekken naar de witte merrie Yuca. Het dier staat aan de andere kant van de met paarse linten omhangen palen die Clara van haar moeder niet passeren mag. Maar het paard zal zeker naar Clara toekomen, want de twee hebben een intieme band. Je zou het dier zelfs het alter ego van de vrouw kunnen noemen. Yuca rolt bijvoorbeeld met haar witte vacht in de modder, wat Clara ook een keer doet als ze in de witte jurk is gehesen waarin ze moet verschijnen als gebedsgenezeres.

Fresia ziet haar dochter als een eeuwig kind, dat in rechtstreeks contact zou staan met de maagd Maria en daardoor bijzondere gaven heeft ontwikkeld. Op gezette tijden komen zieken en gehandicapten uit de wijde omgeving naar de gebedsruimte in het huis, om daar hún handen in devotie op te heffen naar de Maria aanroepende Clara, in de hoop verlichting van hun kwalen te ontvangen. Dat Clara zelf door een reguliere arts van haar eigen rugklachten zou kunnen worden afgeholpen, is iets waarvan de moeder niets weten wil. “God heeft haar zo gestuurd en zo blijft ze.”

Voorts zijn er de verleidelijke, golvende bewegingen van de hand van paardenverzorger Santiago (Daniel Castañeda Rincón) als hij deze uit het raam van de vrachtwagen in de wind steekt. Bewegingen die Clara later zal nabootsen. Of er is de uitgestrekte hand van Clara, als het kevertje Ofir, dat ze een keer ongemerkt van de rug van Santiago heeft geplukt, haar middelvinger beklimt alsof het een steile rotspiek is.

Verlangens en rivaliteit
Niet in de laatste plaats is de hand het instrument voor Clara’s door haar moeder ten strengste verboden handelingen. Op haar rug liggend in het dichte struikgewas van de Costa Ricaanse jungle legt ze op een gegeven moment een kluitje van gras en aarde op haar kruis. Er volgt een lichte aardbeving, alsof de beroering die Clara ervaart ook die van de Aarde is. Wanneer ze later op de televisie mensen met elkaar ziet zoenen, beroert ze opnieuw het gebied tussen haar benen, tot ergernis van haar moeder, die haar vingers voor straf insmeert met een extract van rode pepers. Maar ’s nachts kan Clara het niet laten zichzelf opnieuw te bevoelen en te bevredigen, met de pijnlijke gevolgen van dien.

Clara Sola

Clara hoopt dat haar verlangens een uitweg kunnen gaan vinden als Santiago haar met toenemende interesse begint te bejegenen. Of gaat zijn belangstelling toch meer uit naar haar nichtje Maria, wier vijftiende verjaardag, de overgang van meisje naar vrouw, traditioneel wordt gevierd? En Yuca, kan Clara zich daar nog op verlaten? Of heeft men voor het dier een andere bestemming gezocht en spreekt de geheime naam ‘Sola’ (‘Alleen’) die Clara voor zichzelf heeft bedacht toch boekdelen?

Bevrijding of blinde muur?
Clara Sola is een betoverende, maar ongemakkelijke film, die je niet snel loslaat. Dat laatste wordt mogelijk versterkt door in ieder geval de schijn van een oneffenheid in de verhaallijn. De rol die haar moeder Clara toebedeelt als gebedsgenezeres, met de daarmee gepaard gaande hardhandige onderdrukking van de seksualiteit van haar dochter, vormt letterlijk en figuurlijk een keurslijf. Clara wil zich daarvan bevrijden en zoekt heling in de natuur. Maar ook daarbij wordt gezinspeeld op haar weliswaar andersoortige, buitengewone gaven.

Is de film het verslag van Clara’s bevrijding, of wanneer je de bovennatuurlijke lagen eraf pelt toch eerder van de confrontatie van een gehandicapte vrouw met de blinde muur van haar erotische desillusies? Of die vraag een duidelijker antwoord had verdiend dan de film verschaft, kan iedere kijker het beste zelf beoordelen.

 

3 augustus 2022

 

ALLE RECENSIES

Cry Freedom

Denzel Washington anti-apartheidsactivist in Cry Freedom (1987)
Biko’s geest leeft voort 

door Cor Oliemeulen

September ’77
Port Elizabeth weather fine
It was business as usual
In police room 619
Yihla Moja, Yihla Moja
The man is dead, the man is dead

Zanger en muzikant Peter Gabriel bracht in 1980 zijn song Biko uit ter nagedachtenis aan de Zuid-Afrikaanse anti-apartheidsactivist Steve Biko, die op 12 september 1977 overleed aan zijn verwondingen nadat politieagenten hem na zijn arrestatie een maand eerder hadden mishandeld. De Britse regisseur Richard Attenborough maakte er de film Cry Freedom (1987) over.

Cry Freedom

Zwart bewustzijn
Even wat achtergrond. Na het bloedbad van Sharpeville in 1960, waar duizenden zwarte burgers hadden gedemonstreerd tegen de pasjeswet in Zuid-Afrika, werden het African National Congress (ANC), het Pan Africanist Congress (PAC) en de communistische partij SACP verboden. Veel activisten, zoals Nelson Mandela, belandden in de gevangenis, maar hun organisaties gingen ondergronds verder met hun strijd tegen de Apartheid en voor gelijkheid van de zwarte meerderheid. Eind jaren zestig ontstond uit een christelijke beweging The Black Consciousness Movement (BCM), geleid door de intellectueel Steve Biko.

Denzel Washington kruipt in Cry Freedom in de huid van Steve Biko. Het betekende voor de Amerikaanse acteur de eerste hoofdrol in een speelfilm, terwijl hij ten tijde van de opnamen al enorm populair was als dokter Philip Chandler in NBC’s succesvolle ziekenhuisserie St. Elswhere (1982-1988). Als de charismatische, vriendelijke, grappige, trotse en vastberaden activist Steve Biko werd hij voor een Oscar genomineerd. Tijdens de 35-jarige acteercarrière die volgde, bewees Denzel Washington zijn veelzijdigheid: van vertolkingen van andere legendarische helden in Malcolm X (1992) en The Hurricane (1999), via foute politieman in Training Day (2001) en stijlvolle wraakengel in The Equalizer (2014) tot en met zijn al even geloofwaardige toneelachtige rollen in Fences (2016) en het recente The Tragedy of Macbeth (2021) van Joel Coen.

Richard Attenborough baseerde Cry Freedom (bijna gehaal opgenomen in Zimbabwe) op twee boeken van Donald Woods. Deze witte journalist van een Zuid-Afrikaanse krant was aanvankelijk kritisch op Steve Biko, echter na een bezoek aan een township en enkele ontmoetingen met de anti-apartheidsactivist zag hij met eigen ogen het grove onrecht en raakte hij bevriend met Biko. De regisseur weet het leven van de onderdrukte zwarte meerderheid in enkele confronterende scènes krachtig neer te zetten, maar het is jammer dat niet Biko maar Woods (Kevin Kline) veruit de meeste speeltijd krijgt. Cry Freedom is, net als Attenboroughs Gandhi (1982), eerder een heiligverklaring dan het portret van een held van vlees en bloed.

Steve Biko behoorde tot een van de vele anti-apartheidsactivisten die omkwam in een Zuid-Afrikaanse cel. Het gros liet het leven door politiegeweld, hoewel de officiële verklaringen repten van zelfmoord door ophanging, uitglijden onder de douche, val van trap, et cetera. In het geval van Biko zou het zijn gegaan om een hongerstaking. De film laat er geen misverstand over bestaan dat hij door de veiligheidspolitie was mishandeld, verwaarloosd en uitgehongerd.

Klap
Biko’s arrestatie ging om een vergezochte futiliteit. We zien hem zitten in een ruimte met drie bullenbakken van witte agenten. Tijdens het draaien van deze scène liet Denzel Washington zich inspireren door zijn grote voorbeeld Sidney Poitier in diens beroemde scène uit In the Heat of the Night (1967) waarin die als de zwarte politieagent Tibbs in het racistische zuiden van Amerika een witte plantage-eigenaar terugslaat in zijn gezicht. Het was voor het eerst in de filmgeschiedenis dat een zwart persoon een wit persoon sloeg (terwijl Tibbs/Poitiers reactie niet eens in het script stond). In Cry Freedom wordt de hoofdpersoon in het gezicht gemept door een witte Zuid-Afrikaanse agent, waarna het slachtoffer opstaat en de agent op zijn beurt vol in het gezicht slaat. Aangezien Steve Biko ‘toonbaar’ voor de rechtbank moet verschijnen, blijft verdere mishandeling hem vooralsnog bespaard. De rest is geschiedenis.

Cry Freedom

You can blow out a candle
But you can’t blow out a fire
Once the flames begin to catch
The wind will blow it higher
Oh Biko, Biko, because Biko
Yihla Moja, Yihla Moja
The man is dead

“Yilha Moja” betekent: “Kom, geest!” Steve Biko is dood, maar zijn geest leeft voort.

 

Kijk hier wanneer Cry Freedom draait.

 

22 juli 2022

 

Meer Sidney Poitier & Denzel Washington

Movies that Matter 2022 – Les choses humaines

Movies that Matter Festival 2022:
Les choses humaines is genuanceerde bijdrage #MeToo

door Jochum de Graaf

Seksueel geweld en #MeToo zijn als altijd belangrijke thema’s op het Movies that Matter Festival. In de documentairethriller Sabaya volgen we vrijwilligers die Yezidi-vrouwen en –meisjes bevrijden uit IS-gevangenschap. In A157 vertellen drie pubermeisjes vanuit een Turkse vluchtelingentent hoe zij slachtoffer werden van de gruweldaden van IS. In Las Consecuencias wordt op omfloerste wijze een pijnlijke familiegeschiedenis van langdurig misbruik onthuld.  As I Want portretteert moedige vrouwen die ten prooi vielen van het grootschalig seksueel geweld tijdens de demonstraties op het Tahrirplein in Caïro in 2013. Het zijn stuk voor stuk belangrijke documentaires die gezien moeten worden, maar als document lichten we de Franse speelfilm Les choses humaines van Yvan Attal uit.

We komen terecht in de hoogste Franse kringen met het echtpaar Farel. Vader Jean (Pierre Arditi) is een alom gevierd politiek commentator met een dagelijkse tv-show. Aan het begin van de film krijgt hij zijn ontslag aangezegd en gaat zich voorbereiden op een laatste groot spraakmakend interview. Moeder Claire (mooie rol van Charlotte Gainsbourg) is een bekend essayiste, uitgesproken feministe die op de radio fel in debat gaat over een vermeende verkrachtingszaak door een immigrant. Beiden houden er zoals dat in die kringen betaamt met stilzwijgend wederzijds goedvinden buitenhuwelijkse affaires op na. Jean Farel heeft met een veel jongere maîtresse die vrij snel in verwachting raakt ook fysiek nogal wat weg van Dominique Strauss-Kahn (de destijds in opspraak geraakte IMF-topman); Claire heeft een verhouding met Adam Wizman (Mathieu Kassovitz) die gescheiden van zijn orthodox Joodse vrouw leeft.

Les choses humaines

Verkrachting?
Dit voor de haute bourgeoisie tamelijk gewone leven wordt wreed verstoord wanneer modelzoon Alexandre Farel (Ben Attal) opgepakt wordt vanwege een aanklacht voor verkrachting, door Mila Wizman (aanstormend talent Suzanne Jouannet), dochter van Adam, de geliefde van zijn moeder. Alexandre, even over uit het prestigieuze Stanford waar hij studeert, heeft Mila meegevraagd naar een party, een soort reünie van het Franse elite-instituut bij uitstek ENA. De tamelijk blasé jonge mannen organiseren een challenge: alle jongens moeten een meisje versieren en als bewijs een gebruikt slipje tonen.

Het komt vast te staan dat Alexandre en Mila samen wat drinken, op een bankje zitten en in een schuurtje verdwijnen. Er hebben zich seksuele handelingen voorgedaan, maar was dat met wederzijdse instemming, of was er sprake van dwang?

Wisselende perspectieven
De feiten, meningen en gebeurtenissen worden verteld vanuit telkens wisselende perspectieven – in een deel ‘Lui’ van Alexandre en een deel ‘Elle’ vanuit Mila – en verschuiven ook nog eens in de tijd. Je wordt telkens op het verkeerde been gezet, wie moet je nu geloven? Alexandre die de schijn tegen heeft omdat hij in een eerdere verhouding intimiderende een gewelddadige appjes stuurde en een kort verhaal over een verkrachting schreef, of Mila die een labiele indruk maakt, in eerste instantie een onvolledige getuigenverklaring aflegt en niet hard kan maken dat zij zich luid en duidelijk verzet heeft tegen zijn avances.

Les choses humaines

En dan speelt in beide gevallen mee dat de ouders zich ernstig zorgen maken over hun reputatie. De moeder van Mila vraagt zich af of zij na deze affaire nog wel huwbaar is, voor de Farels staat hun status als Franse ‘media celebrities’ op het spel. En zoals te verwachten, komt de relatie tussen Claire en Adam ernstig onder druk te staan en loopt op de klippen. De positie van Claire is het meest interessant: als radicaal feministe staat ze van nature aan de kant van verkrachte vrouwen als Mila, als moeder heeft ze tegelijkertijd vol vertrouwen in haar zoon.

Les chose humaines ontwikkelt zich tot een intrigerend rechtbankdrama waar een ingenieus spel met de oordelen en verwachtingen van de kijker wordt gespeeld. Twee mensen die eenzelfde gebeurtenis compleet verschillend interpreteren, dader en slachtoffer, schuld en boete, wat is waar en niet waar, en een argumentatie tot steeds weer een nieuw gezichtspunt oplevert. De film levert een uiterst genuanceerde en welkome bijdrage aan de het nog voortdurende debat over #MeToo.

Lees hier waar deze film nog is te zien.

 

12 april 2022

 

Movies that Matter Festival 2022 – Openingsfilm Navalny
Movies that Matter Festival 2022 – Activisten
Movies that Matter Festival 2022 – Judas and the Black Messiah
Movies that Matter Festival 2022 – Sovjet- en post-Sovjetfilms
Movies that Matter Festival 2022 – Het Grote Verzwijgen

 

MEER FILMFESTIVAL