Insyriated

*****

recensie Insyriated

Verborgen leed in Syrisch conflict

door Cor Oliemeulen

Bij de oorlog in Syrië zien we vooral verwoeste steden en vluchtelingen. Maar hoe is het gesteld met de burgers die gevangen zitten in hun eigen woning? Het ijzersterke claustrofobische drama Insyriated geeft een gezicht aan mensen die in extreme omstandigheden extreme keuzes moeten maken.

De burgeroorlog in Syrië heeft honderdduizenden mensen het leven gekost en meer dan zes miljoen mensen zijn op de vlucht geslagen. Al die ellende zorgt cynisch genoeg voor een indrukwekkende hausse aan documentaires (o.a. The White Helmets) en speelfilms (o.a. City of Ghosts). Insyriated, winnaar van de Publieksprijs van de Berlinale, richt zich niet op het slagveld, maar op de situatie binnen de vier muren van een flatwoning waar een wanhopige familie zich noodgedwongen heeft afgesloten van de buitenwereld.

Insyriated

Sluipschutter
Na zijn regiedebuut Le jour où Dieu est parti en voyage (2009) over de genocide in Rwanda maakte de Belgische cinematograaf Philippe Van Leeuw een beklemmend, intiem portret van mensen die gevangenen in hun eigen woning zijn. Terwijl buiten bijna zonder oponthoud geweervuur en explosies klinken, zijn binnen de gordijnen dicht en is de deur gebarricadeerd. De claustrofobische sfeer wordt versterkt door enkele tragische gebeurtenissen en het magnifieke camerawerk van Virginie Surdej (o.a. Wolf and Sheep). Insyriated speelt zich geheel af in de kleine flat en toont een etmaal uit het dramatische leven van de bewoners, wier doen en laten worden bepaald door de extreme omstandigheden en die slechts kunnen dromen dat de oorlog ooit ophoudt.

Dat geldt zeker voor de inwonende Samir en Halima (Diamand Bou Abboud) die een baby hebben en in een staat van onzekere opwinding besluiten om nog vanavond te vluchten, met als doel om Frankrijk te bereiken. Terwijl Halima alvast een koffer inpakt, gaat Samir tegen haar wil nog even naar buiten om wat te regelen. De huishoudelijke hulp, Delhani, kijkt op dat moment uit het raam en ziet hoe Samir door een sluipschutter wordt geveld. Zij vertelt het direct aan de vrouw des huizes, Yazan (Hiam Abbas), maar die besluit gedecideerd dat Delhani haar mond moet houden, want zij wil haar familie niet in gevaar brengen.

Insyriated

Kwelling
Wat volgt is de kwelling van Delhani die het geheim met niemand mag delen en de tweestrijd van Yazan die ziet hoe Halima angstvallig wacht op de terugkomst van Samir, die ze ook niet met haar mobieltje kan bereiken. Ondertussen neemt de dreiging van buiten toe, zodat het genoemde gezelschap, samen met Yazans schoonvader, haar drie kinderen en de vriend van haar oudste dochter, soms moeten schuilen onder tafels of in de keuken. Het regelmatige bonzen op de deur door enkele dreigende mannen en het tumult in de woning boven hen werken danig op de zenuwen van zowel de bewoners als de kijkers. En dan gaat het ook binnen plotseling mis.

De film is niet alleen technisch knap gemaakt, maar is vooral een noodzakelijk document over de vergeten groep van al die gewone, vreedzame burgers wiens levens dag in dag uit worden geterroriseerd door machtswellustelingen. Daarbinnen zien we een doortastend psychologisch drama met en tussen twee krachtige vrouwen: Yazan, die haar kinderen niet wil opofferen om Samir te redden en tegelijkertijd kapot gaat van binnen. En Halima, die twee extreme situaties op één dag moet verwerken en waarschijnlijk alles zal blijven proberen om deze Syrische hel ooit te kunnen ontvluchten. Insyriated bewijst dat er geen bakken met geld nodig zijn voor het maken van pure, geloofwaardige cinema.
 

17 november 2017

 
MEER RECENSIES

I Am Not Your Negro

****

recensie I Am Not Your Negro

De kracht van het woord

door Cor Oliemeulen

Het verhaal van ‘de neger in Amerika’ is het verhaal van Amerika. Dat is in een notendop de inhoud van de veelvuldig bekroonde documentaire I Am Not Your Negro. Het is geen mooi verhaal, maar wel een pakkend hedendaags perspectief op de tijd dat de zwarte Amerikaan stelselmatig werd onderdrukt. Volgens sommigen is er bar weinig veranderd.

Het was notabene een blanke onderwijzeres die in de jaren dertig de tienjarige James Baldwin stimuleerde om veel boeken te gaan lezen. Tegenwoordig wordt deze Afro-Amerikaan beschouwd als een van de grootste Amerikaanse schrijvers van na de Tweede Wereldoorlog. Opgegroeid in Harlem, New York verliet Baldwin, gefrustreerd door het racisme, op zijn vierentwintigste zijn land om zich te vestigen in Parijs waar hij bijna zijn hele leven zou blijven wonen. Hij ontpopte zich als een geniale maatschappijcriticus met veel verstand van politiek en geschiedenis die zich uitsprak over de tegenstellingen op het gebied van ras, sekse en klassen in de westerse wereld. Zijn zinnige gedachten en opvattingen over de menselijke conditie zien we terug in de documentaire I Am Not Your Negro.

I Am Not Your Negro

Door de taal gegrepen
Regisseur Raoul Peck kreeg van Baldwins zus, Gloria, een brief die James had geschreven aan zijn literair agent Jay Acton. Hierin vertelt hij hoe hij tot zijn beslissing kwam om zijn volgende, en mogelijk laatste, boek ‘Remember This House’, te gaan schrijven. Peck verwierf de rechten om Baldwins gehele oeuvre te gebruiken voor het witte doek. In eerste instantie dacht hij aan een speelfilm, maar het lukte Peck vooralsnog niet om het project in Hollywood van de grond te krijgen, dus verlegde hij zijn focus naar een documentaire. Het idee van I Am Not Your Negro kreeg pas gestalte nadat Gloria kwam aanzetten met een stapeltje getypte papieren, het begin van ‘Remember This House’, het boek dat Baldwin niet meer kon voltooien.

Raoul Peck werd gegrepen door de taal van de auteur, omdat James Baldwin een wereld beschreef waarin hij niet zomaar een voetnoot is. Peck las de verhalen over menselijke relaties waarmee hij zich kon identificeren. Zelf geboren in Haïti, een land dat net als Amerika is getekend door de pijnlijke en bloedige geschiedenis van de slaaf op weg naar zijn bevrijding, vond de regisseur in Baldwin de stem, de woorden en de retoriek. “Alles wat ik kende door instinct en ervaring kreeg een naam en een vorm.”

Niet alle blanken zijn duivels
I Am Not Your Negro is de geschiedenis van Amerika door de ogen van drie beroemde publieke tegenstanders van segregatie en racisme: Malcolm X, Martin Luther King en Medgar Evers – allen voor hun veertigste levensjaar kort na elkaar vermoord. Desalniettemin is de documentaire opgehangen aan het persoonlijke verhaal van James Baldwin zelf. “Ik was geen Black Muslim of een Black Panther, want ik geloofde niet dat alle blanke mensen duivels waren. En ik wilde niet dat jonge zwarte mensen dat geloofden. Ik was geen lid van een christelijke gemeenschap omdat zij niet leefden volgens het gebod ‘heb de ander lief zoals je jezelf liefhebt’. Ook hield ik mij niet bezig met collectes of marsen.”

I Am Not Your Negro

Ondanks dat James Baldwin zich niet actief bezighield met het verzet en nog maar weinig in Amerika vertoefde, voelde hij zich wel degelijk als een getuige van de onderdrukking en onrechtvaardigheid. Hij koos niet voor geweld of stigma’s en vooroordelen, maar voor bewustwording en inzicht. Memorabel is zijn optreden in The Dick Cavett Show waarin hij een blanke universiteitsprofessor vol overgave verbaal op zijn plaats zet. Baldwin zag de meeste blanken vooral als mensen die apathisch en onwetend tegenover zwarten staan. “Ze weten niet wat er aan de andere kant van de muur gebeurt, want ze wíllen het niet weten.” Niet alleen door het gebruik van zijn krachtige teksten, maar ook door zijn homoseksualiteit werd de schrijver door de FBI extra in de gaten gehouden.

Sterke vorm
I Am Not Your Negro onderscheidt zich van andere documentaires over segregatie en racisme van de zwarte bevolking door de vorm. Raoul Peck hanteert een niet-alledaagse stijl van vertellen en het door elkaar monteren van archiefbeelden, proza, poëzie, drama, scènes uit speelfilms, nieuwsflitsen, sfeerbeelden en politiegeweld tegen de zwarte burger – alles voortdurend springend van verleden naar heden en gelardeerd met zwarte muziek, zonder dat dit ook maar één moment stoort.

Alle woorden in de documentaire zijn Baldwins woorden, met name strofes uit de brief aan zijn literair agent en zijn onvoltooide boek. Vertolkt door de betrokken, karakteristieke, soms gedragen, stem van acteur Samuel J. Jackson die (in tegenstelling tot in zijn speelfilms) opvallend ingetogen is. Alle monologen – uit Baldwins andere boeken, essays, interviews, tv-uitzendingen en toespraken – vormen woorden uit vervlogen tijden die nu, tientallen jaren later, nog als een echo weerklinken.
 

6 mei 2017

 
MEER RECENSIES

In the Crosswind

*****

recensie In the Crosswind

Wat is vrijheid waard wanneer je haar betaalt met eenzaamheid?

door Ralph Evers

In the Crosswind is opgedragen aan de 40.000 Balten die in juni 1941 onder het regiem van Josef Stalin werden gedeporteerd naar Siberië.

Uiteindelijk worden een kleine 600.000 Balten gedeporteerd tijdens het regime van Stalin. Slechts enkelen keren huiswaarts. Regisseur Martti Helde toont hoe het alledaagse leven meer en meer een echo uit het verleden wordt. Hij weet dit echter op een zeldzaam esthetische wijze te brengen. Los van de opening en het slot van de film, die een melancholisch, poëtisch verlangen naar een bijna paradijselijk Land van Ooit tonen, is de ellende verstild in prachtige en vernuftige tableaux vivants. De geluidsband die een deel van het verhaal vertelt samen met een voice-over wordt uiterst effectief ondersteund door een soundtrack die doet denken aan het betere werk van landgenoot Arvo Pärt.

In the Crosswind

In de verstilde, contemplatieve vertelling zit een doorvoelde ervaring: in gevangenschap houdt het leven, de spontaniteit van het alledaagse, op. Niet alleen je leven en vrijheid is afgepakt, ook je tijd. De vertraging van de tijd geeft je als kijker een indruk hoe het is om die ontastbare vrijheden kwijt te zijn. Tegelijkertijd loutert de vertraging de ellende, mede door de meditatieve esthetiek die op het witte doek voorbij stroomt.

Persoonlijk document
De documentaire die Helde eerder over dit onderwerp maakte, won op het Thessaloniki documentairefilmfestival de hoofdprijs, waarna hem geadviseerd werd dit verhaal te verfilmen. Een persoonlijk project, gezien de opa van Helde onder de gedeporteerden was. Het merendeel van de verhaallijn komt uit de eigen familiegeschiedenis, aangevuld met andere overgebleven verhalen.

De mannen werden naar gevangenkampen gestuurd, de vrouwen en kinderen naar de kolchozen, collectieve boerderijen. De omstandigheden waren echter zo slecht dat een grote meerderheid overleed aan ondervoeding, ziekte of uitputting. Aan de hand van de brieven van Erna (de vrouwelijke hoofdpersoon) aan haar man Heldur is deze film geconstrueerd.

Troost
In de overpeinzingen van de voice-over (Erna) wisselen de realiteit en feiten zich af met filosofische invallen. Hoe om te gaan met de erbarmelijke omstandigheden? Hoe te oordelen wanneer iemand een relatie begint met een bewaker? Hoe de dood van je dierbaren te verwerken temidden van de alomvattende ellende?

In the Crosswind

Haar bespiegelingen worden fraai ondersteund met beelden vol symboliek. In één van haar belangrijkste lessen klinkt het denken van Tsvetan Todorov door: wat is vrijheid waard wanneer je haar betaalt met eenzaamheid? In deze vraag komt de haast onverteerbare realiteit naar voren. Die dient zich aan wanneer na jaren van ellende en onderdrukking de reis naar het thuisland in zicht komt. En wat nu, wanneer eenmaal thuisgekomen, je erachter komt dat je dierbaren niet meer thuiskomen?

Dan resten de herinneringen van hoe iemand het koord van je jurk vastknoopte of hoe iemands stem klonk. De geur van de bloemen die je kreeg, meegevoerd door de wind. Herinneringen die vanuit een andere windrichting uiteindelijk aankomen bij je eigen windrichting, als troost.
 

30 april 2017

 
MEER RECENSIES

If the Sun Explodes

**

recensie If the Sun Explodes

Verdwaald in niet-geaard idealisme

door Ralph Evers

Deze roadmovie poogt de hedendaagse eisen en verlangens van jongeren op een luchtige manier naar het witte doek te vertalen. Tegen de achtergrond van de Litouwse bossen en dorpsbewoners jammerlijk vastlopend in clichés en stereotypen.

De chemie tussen eeuwige sul Philippe (Egbert-Jan Weeber) en Yara (Wies Felt) werkt goed. De dialogen komen er vrij en natuurlijk uit en verwoorden de onzekerheden, idealen en het zoeken naar houvast dat passend is bij de leeftijdsgroep die ze representeren. In deze dialogen zit ook voldoende humor verwerkt om de film draaglijk te houden. Ditzelfde geldt voor hun ruzies, waarin hun karakters zichtbaarder naar voren komen.

If the Sun Explodes

Dolende mannen
Een treffend hedendaags beeld is dat van Philippe, een romanticus, idealist die overal een mening over lijkt te hebben, maar zelf nauwelijks met beide benen op de grond staat. Diep in zijn hart is hij de egoïst, het verwende, grenzeloze kind, dat zijn doel moet en zal vervullen. Wat de behoeften van Yara zijn doet er niet zo toe. Zo blijkt wel in zijn zoektocht naar zijn totemdier, de eland, die in een sjamanistische sessie hem ooit eens toegezegd is. Wanneer Yara zich bezeert houdt hij stug vol op zoek naar zijn eland, haar achterlatend in een vreemd bos.

In de uiteindelijke ontmoeting met zijn totemdier blijkt dat hij het niet kan temmen. Het wilde, driftmatige is voor hem teveel. De dolende, zoekende jongen die hij is heeft vooral houvast nodig, wat hij bij zijn fraaie hertje vindt. Jammer echter voor hem weet hertje duidelijker wat ze wil en gaat de confrontaties dan ook aan. Dit levert enkele, ongetwijfeld herkenbare, ruzies op, die gesmoord worden in zwijgen en valse beloftes.

Hoofdstedelijks
De dialogen zijn merendeels geïmproviseerd op locatie. Dit geeft een prettige naturelle sfeer aan de film, die zo vaak gemist wordt in vele andere producties van Nederlandse bodem. De personages zijn dicht op de huid geschoten, zodat we als kijker ín hun zoektocht zitten en er lastig afstand van kunnen nemen. Dit zal voor vele twintigers een gevoel van herkenning geven en een gemak mee te leven, mee te voelen, mee te bewegen met de dilemma’s en keuzes van de personages.

If the Sun Explodes

Voor de iets ouderen kan het idealisme en het zoekende niet alleen als naïef, maar ook als futiel aandoen en daarmee een zekere irritatie opwekken. Daarbij heeft de film, ondanks dat deze zich in de Litouwse bossen afspeelt, iets ontegenzeggelijks hoofdstedelijks. De dromen van Yara, kinderen, trouwen, bakfiets, klinken als de ongeschreven regels van de grote stad, waaraan je hebt te voldoen om mee te tellen. Tot zover haar idealisme. Philippe weet het allemaal zo net nog niet, gaat er maar in mee, zoals te verwachten binnen zijn stereotype.

Zo weet de film zijn thematiek onderhoudend te brengen, maar vergeet indruk te maken. Een doordeweeks verhaaltje, gevlucht uit zomaar een romannetje, zuchtend naar avontuur, maar spelend op safe. Wellicht zucht de Nederlandse film nog wel het meest om uit de benauwde grachten van Amsterdam te vluchten en te onderzoeken wat er werkelijk onder de huid leeft.
 

20 februari 2017

 

Lees hier ons interview met regisseur Hanna van Niekerk.


MEER RECENSIES

Into the Forest

***

recensie Into the Forest

Verstilde Apocalyps

door Suzan Groothuis

Het einde van de wereld blijft een inspiratiebron voor filmmakers. Nu is er Into the Forest, waarin twee zussen aan elkaar overgeleverd zijn wanneer het einde van de wereld zich aankondigt. Nou ja, min of meer, als er ineens geen elektriciteit meer is. Geleidelijk aan stapelen de problemen zich op en volgen we de twee in hun overlevingsstrijd.

In de openingsscène is er nog niets aan de hand. Een feestje in de buitenlucht, blije en verliefde mensen onder elkaar. We horen Cat Powers cover van Nina Simone’s Wild Is The Wind.

Overgeleverd aan mysterie
Feestganger Nell (Ellen Page, Inception) wordt vervolgens opgepikt door haar vader en oudere zus Eva (Evan Rachel Wood, The Wrestler) en teruggereden naar hun afgelegen woning te midden van de Canadese bossen. Eenmaal thuis knalt ineens de elektriciteit er uit. Dat het moderne tijden zijn is subtiel in beeld gebracht; via het raam zien we een hypermoderne tv die de huidige modellen overstijgt. Tevergeefs proberen de drie de boel aan de praat te krijgen.

Into the Forest

De uitval van elektriciteit is geen tijdelijke situatie; er lijkt iets ernstigs aan de hand. Wanneer ze er met elkaar op uit trekken om te tanken blijkt de benzine op. Woningen en winkels zijn verlaten. Mensen die ze tegenkomen stralen dreiging uit. Volgens de vader is er maar één oplossing en dat is thuis blijven en wachten tot het probleem is opgelost.

Een oorzaak is er niet. Slechts geruchten en theorieën. Terwijl de dagen vorderen ontbreekt het aan elektriciteit, gas en vervoer. En als de vader plotsklaps omkomt bij een ongeluk, zijn Eva en Nell op elkaar aangewezen.

Into the Forest, gebaseerd op het boek van Jean Hegland, is een donker drama dat zich focust op de relatie tussen de twee zussen tegen de achtergrond van een dreigende Apocalyps.

Omgaan met de nieuwe situatie en met elkaar
De film houdt midden tussen drama en thriller, hoewel het nergens echt spannend wordt. De camera focust op de zussen en hoe zij omgaan met deze nieuwe situatie én met elkaar. Nell is de stoerste en lijkt de realiteit meer onder ogen te zien dan haar oudere zus, die nog steeds een auditie als danseres voor ogen heeft. Omdat de elektriciteit is uitgeschakeld kan ze niet langer dansen op muziek en dient een metronoom om het tempo aan te geven.

Terwijl Nell zich verdiept in hoe je overleeft, trekt Eva zich terug om te dansen. Haar in actie zien is mooi maar onwerkelijk; een vlucht uit de donkere realiteit. Maar ontsnappen van wat er werkelijk speelt is geen optie: met het verstrijken van de dagen en maanden nemen het verval en de dreiging van buitenaf toe.

Into the Forest

Zusterliefde in overlevingsstrijd
Zonder teveel te verraden toont regisseur Patricia Rozema in verstild tempo hoe twee zussen, verschillend van karakter, nader tot elkaar komen in een wereld die overgeleverd is aan de ondergang.

Into the Forest is een film zonder verklaringen en dieperliggende achtergronden; hij moet het hebben van het spel van de twee zussen, sfeer en beeld. Met sfeer en beeld is weinig mis: idyllisch (mooie plaatjes van het landschap) en donker (tekenen van verval) gaan samen met een intieme soundtrack (het eerder genoemde Cat Power, alsmede Sylvan Esso en het onbekende Cream Pipe).

Ellen Page en met name Evan Rachel Wood (die momenteel schittert in HBO’s prachtserie Westworld) zetten hun rollen van de twee zussen in overlevingsmodus verdienstelijk neer. Veel wordt er niet gezegd, maar de uitdrukking in hun gezicht en ogen spreekt voor zich. Kracht bij Nell, leegte bij Eva.

Toch mist er een zekere verdieping, wat vooral te wijten is aan het kale scenario. Antwoorden of verklaringen zijn er niet. Wel, vooral naar het einde toe, wat onnodige wendingen. Wellicht bedoeld om de spanning op te voeren, maar met tegengesteld effect. Uiteindelijk word je als kijker niet écht geraakt of betrokken; verhaal en personages blijven teveel op afstand. Ergens schemert een boodschap door: wat de gevolgen zijn van het wegvallen van zo’n groot goed als elektriciteit, waarvan we zo afhankelijk zijn. En tot wie we teruggeworpen worden wanneer alle moderne en noodzakelijke gemakken ons ontberen: the survival of the fittest, met de natuur om te omarmen. En, in het geval van Into the Forest: wat zusterliefde.
 

16 januari 2017

 
MEER RECENSIES

I, Daniel Blake

*****

recensie I, Daniel Blake

Voedselbanken en sancties

door Cor Oliemeulen

Soms duurt het een halve eeuw voordat je je levenswerk hebt voltooid. Ken Loach mag gaan genieten van zijn laatste jaren, maar we zijn bang dat hij dat niet kan. Terwijl veel politici de andere kant op kijken, zal de Britse regisseur waarschijnlijk tot zijn dood een scherp oog voor de menselijke maat hebben.

De Brit Ken Loach is zonder twijfel de meest begaafde regisseur die sociaal bewogen films maakt. Op de laatste golven van het Engelse ‘kitchen sink realism’ (gootsteendrama’s) brak hij in 1969 door met Kes, het ontroerende verhaal over een arbeidersjongen die genegenheid vindt bij een valk. Met zijn laatste drama I, Daniel Blake won hij in mei na een staande ovatie de Gouden Palm tijdens het filmfestival van Cannes. Na een halve eeuw films maken heeft zijn persoonlijke naturalistische stijl alleen maar meer contouren gekregen.

I, Daniel Blake

Politiek statement
In zijn jongste drama volgen we de opgewekte frustratie van een van een hartaanval herstellende timmerman in Newcastle die wordt verplicht te gaan werken terwijl zijn arts zegt dat hij dit beslist niet mag. Ken Loach, die bij het verschijnen van Jimmy’s Hall in 2014 aankondigde dat het nu welletjes was geweest, moest en zou nog eenmaal een politiek statement maken nadat hij zich had verdiept in de kapitalistische erfenis van voedselbanken en sancties.

Na al zijn interviews en discussies met politici over de schrijnende maatschappelijke praktijken waarin een deel van Engeland en Europa verkeert (in sommige delen van Amerika schijnt dit niet anders te zijn), is het moment aangebroken dat de inmiddels 80-jarige filmmaker welverdiend op zijn lauweren kan rusten. Maar je weet het nooit zeker met Ken Loach. Zeker als hij weer eens wordt gegrepen door een geëngageerd verhaal van zijn vaste scenarist Paul Laverty. Vanaf Carla’s Song in 1996 vormen Loach en Laverty twaalf films later een ongekend gouden tandem.

Onbekende acteurs
Voorlopig beschouwen we I, Daniel Blake dus als magnum opus. Eén van de sterke punten van Ken Loach is dat hij werkt met onbekende acteurs en amateurs, en geheel op locatie filmt, net zoals de Italiaanse neorealisten dat in de jaren 40 en 50 deden om authentieke sociale documenten te creëren. Zo wordt de titelfiguur van I, Daniel Blake gespeeld door Dave Johns, zelf zoon van een timmerman en vooral actief als stand-up komiek (net als John Bishop, die in Route Irish een ex-huurling in Irak speelt). Ken Loach heeft gelijk als hij zegt dat juist je sociale achtergrond en je levenservaring je acteerprestaties bepalen, in de geest van filmdocent Stella Adler die tal van grote Amerikaanse acteurs en actrices op vaak hardhandige wijze de kneepjes van het acteervak bijbracht.

Dave Johns is authentiek en weet zijn karakter Daniel Blake – ondanks zijn helletocht in de doorgeslagen bureaucratie en repressie – een bijna verbazingwekkende dosis humor, empathie, zorgzaamheid, trots en fatsoen mee te geven. Criticasters zijn geneigd de door Loach en Laverty geschetste wereld van voedselbanken en sancties (bijvoorbeeld geen geld als je een formulier niet helemaal hebt ingevuld) eenzijdig te noemen, want de economie trekt toch aan? Daniel Blake is echter volstrekt geloofwaardig in een wereld waarin de tegenstellingen groter worden en de menselijke maat steeds meer onder een vergrootglas moet worden gezocht.

I, Daniel Blake

Verzet
Het titelpersonage komt uiteindelijk in verzet en weigert volgens eigen zeggen als een hond te sterven. Maar naast een sociaal drama is I, Daniel Blake een verhaal over vriendschap. Een aandoenlijke band tussen de timmerman en de alleenstaande moeder Katie (Hayley Squires) met twee kinderen, die het bestaan in Londen niet meer konden bolwerken, maar ook in Newcastle aan hun lot worden overgelaten. Daniel heeft een ziek, maar een goed hart, en doet klusjes in Katie’s nieuwe onderkomen, dat is verstoken van verwarming. Ook zij is gestraft omdat zij niet alle regeltjes heeft opgevolgd.

En ondertussen worstelt Daniel met allerlei door de strot geduwde digitale procedures en zien we Katie in een hartverscheurende scène bij de voedselbank. Maar Loach, Laverty en Blake laten zich niet kennen: al het leed wordt opgediend met zwarte humor en relativering, wat het drama des te indrukwekkender en vernietigender maakt.
 

21 november 2016

 
MEER RECENSIES

Infiltrator, The

***

recensie The Infiltrator

Het riool van de beschaving

door Alfred Bos

Bryan Cranston (Breaking Bad) schittert wederom als de man met het masker. In The Infiltrator is hij een boekhouder die poseert als zakenman met maffia-connecties om geld wit te wassen voor coke-criminelen uit Colombia.

Operatie C-Chase is een van de grootste undercoveroperaties in de geschiedenis van Amerika’s geheime diensten. Spil van de operatie was Robert Mazur, die als de malafide zakenman Bob Musella voor de Colombiaanse cokemaffia tientallen miljoenen dollars aan drugsgeld witwaste via een louche bank in Panama. Het resulteerde in de arrestatie van tientallen criminelen en bankiers, de ondergang van de betrokken bank en uiteindelijk de val van Panama’s dictator Noriega, bijgenaamd de Ananas.

The Infiltrator

Twintig jaar lang hield Mazur – die na C-Chase gewoon doorging met zijn undercover werk, in een andere identiteit uiteraard – dat sterke verhaal voor zichzelf, tot hij in 2006 werd ingehuurd als consultant voor de misdaadthriller Miami Vice. Regisseur Michael Mann zag een film in zijn verhaal, Mazur schreef het op in het boek The Infiltrator, een hit op de Amerikaanse bestsellerlijsten die werd verfilmd met acteur Bryan Cranston in de hoofdrol. Waarin The Infiltrator afwijkt van andere misdaadthrillers: de overheid jaagt op het geld, niet op de drugs.

Gevaarlijk dubbelspel
Cranston brak door als de scheikundeleraar annex drugscrimineel Walter White in de tv-serie Breaking Bad en ook in The Infiltrator speelt hij met verve een personage dat leeft op de scherpe kant van een scheermes en voortdurend moet schakelen tussen twee rollen. Zijn Mazur is een doorgewinterde professional wiens vertolking van de weinig scrupuleuze zakenman Musella uit Miami overtuigend genoeg is om door te dringen tot de top van het drugskartel. Zelfs Pablo Escobar komt hem anoniem uitchecken.

Regisseur Brad Furman overtuigde vijf jaar terug met The Lincoln Lawyer, de beste boekverfilming van succesauteur Michael Connelly tot nu toe, met een sterke Matthew McConaughey in de hoofdrol. Ook The Infiltrator dankt zijn succes aan de kwaliteiten van karakteracteur Cranston. Hij is vrijwel de volle twee uur van de film in beeld, maakt het levensgevaarlijke dubbelspel invoelbaar voor de kijker en weet, geholpen door een debuterende dubbelagente die zijn aanstaande speelt (Diane Kruger), de mens in de criminelen aan te spreken.

The Infiltrator

Solide genrefilm
De film speelt in de jaren tachtig – geen smartphones of internet – en oogt als een film uit de jaren zeventig: kalm tempo, degelijke karaktertekening, gedoseerd (en bruut) geweld, spanning boven actie. Een eigentijds foefje zijn de korte scènes en de vlotte montage, ze geven The Infiltrator de air van een tv-serie gemaakt met een filmbudget. Tussen de dialogen zitten een paar rake observaties over het neoconservatieve Amerika van Ronald Reagan verstopt: ‘Zorg dat je geen loser bent’, ‘de US is het riool van de beschaving’ en ‘zonder drugsgeld stort de Amerikaanse economie in’. We zien hoe de financiële infrastructuur van de wereld van nu wordt aangelegd.

Deze solide en net iets beter dan gemiddelde genrefilm weet zich in de rug gesterkt door een rake soundtrack, met bijdragen van Rush (Tom Sawyer), Curtis Mayfield (Pusherman), Leonard Cohen (Everybody Knows), en heeft als treffende uitsmijter Eminence Front, de laatste klassieker van The Who, die niet beter geplaatst had kunnen worden dan hier. The Infiltrator mist de romantiserende bravoure van een Miami Vice of een Scarface; het waargebeurde verhaal is uit zichzelf al spectaculair genoeg.
 

13 september 2016

 
MEER RECENSIES

Idol, The

***

recensie  The Idol

De raket van Palestina

door Cor Oliemeulen

De lange, moeizame weg naar succes is een favoriet onderwerp voor film. The Idol is een inspirerend Palestijns sprookje dat werkelijkheid wordt.

Ineens was hij daar: Hany Abu-Assad. In 1961 geboren in Nazareth emigreerde deze Israëliër – hij noemt zich veel liever Palestijn – begin jaren tachtig naar Nederland waar hij studeerde en ging werken als vliegtuigtechnicus. Hij werd tv-producer/regisseur en verraste in 2006 vriend en vijand met Paradise Now, een visie op het Israëlisch-Palestijnse conflict die leidde tot het overrompelende verhaal over twee jeugdvrienden die een zelfmoordactie in Tel Aviv plannen. De film won het belangrijkste Gouden Kalf en werd namens Nederland ingezonden voor de Oscars.

The Idol

In het even krachtige en eveneens genomineerde Omar (2013) volgt Abu-Assad de worstelingen van een Palestijnse jongen die door de Israëlische geheime dienst voor het blok wordt gezet: lang de gevangenis in óf fungeren als informant. Hoe anders is zijn meest recente speelfilm, The Idol, weliswaar met hetzelfde conflict op de achtergrond, maar verstoken van ellende en opgediend als een hartverwarmend biografisch drama. Gebaseerd op feiten schreef de regisseur het opmerkelijke verhaal van Muhammad Assaf, de enige Palestijn die het lukte deel te nemen aan de Arabische versie van Idols en in twee maanden uitgroeide tot een ware volksheld.

Voorspelbaar, maar inspirerend
Terwijl je bij Paradise Now en Omar de afloop kunt vermoeden, maar de schok pas voelt tijdens de trieste apotheose, weet je bij The Idol al van tevoren hoe het verhaal eindigt. Dat is eerder een voordeel dan een nadeel, want Hany Abu-Assad doet hierdoor de kijker steeds verder reikhalzend uitzien naar de finale. Een 22-jarige bescheiden jongeman uit het bezette Gaza die miljoenen hoop geeft en Palestina op de internationale kaart zet en ondertussen bijna bezwijkt onder de verwachtingen en de druk. ´De wereld verwacht meer van deze stem dan die geven kan’, verzucht Muhammed na een paniekaanval die hem in het ziekenhuis doet belanden.

The Idol begint met Muhammed Assaf als klein jongetje met een gouden stemmetje dat samen met zijn zusje en twee vriendjes een muziekbandje probeert te formeren. Een mooi portret over opgroeiende kinderen in een conflictgebied: vastbesloten, vrolijk, soms beangstigend en cumulerend in een huiselijke tragedie die Muhammed later zal inspireren om zijn ultieme doel te bereiken. Als we jaren verder in de tijd springen, zien we de protagonist, geloofwaardig neergezet door Tawfeek Barhom, werken als taxichauffeur om zijn studie te bekostigen en zijn muzikale aspiraties als bruiloftszanger bijna doodbloeden.

The Idol

Auditie via skype
Van opgeven wil hij niet weten, ofschoon het pad naar de voorrondes niet direct over rozen gaat. Door de Israëlische checkpoints kan Muhammed bijvoorbeeld Rammalah niet op tijd bereiken, maar mag hij alsnog auditie doen via skype. Net voor aanvang valt echter de stroom uit (iemand zegt cynisch: ‘zal ik even Israël bellen zodat ze het kunnen regelen?’), dus wordt er in allerijl een generator aangesleept. Helaas is de verbinding slecht en vliegt de generator in de fik. De laatste kans om deelname af te dwingen is Egypte. Muhammeds onderneming om de grens te passeren is spannend, en met het nodige geluk en toeval weet hij de jury diep te ontroeren.

Hany Abu-Assad was in 2013 een van de duizenden die in Nazareth op een plein stond te juichen toen de uitslag van Arab Idol op televisie werd bekendgemaakt. Hij zag direct mogelijkheden voor een inspirerende film over een underdog die vecht en overleeft in barre omstandigheden. Hij maakte een integer vertelde geschiedenis over hoop en succes in een wereld van uitzichtloosheid, armoede en onderdrukking. The Idol is zeer onderhoudend en doet wat denken aan Slumdog Millionaire, maar is minder verrassend en gelaagd in de uitvoering.

 

29 mei 2016

 

MEER RECENSIES

I Am Wrath

**

recensie  I Am Wrath

Meer pulp voor Travolta

door Wim Meijer

‘Who ARE you?’, schreeuwt een creperende slechterik het uit. ‘I am Wrath’, aldus John Travolta die hem van repliek dient. Ooit hoorde hij collega Samuel L. Jackson verzen uit Ezechiël opdreunen, nu spreekt hij zelf drie woorden uit Jeremia. Woorden die niet cool zijn, maar die hem op hoongelach van het publiek komen te staan.

Eerst zou Nicolas Cage deze film doen. Dat hij is vervangen door John Travolta is typerend voor beide acteurs, die ooit samen schitterden in Face/Off. Beiden zijn zo diep gezonken dat ze nu elkaars vervanger zijn voor dit soort pulpfilms. Het is opmerkelijk dat deze film überhaupt in de bioscoop verschijnt, aangezien de meeste films van beide heren tegenwoordig meteen op DVD uitkomen. Of helemaal niet.

I Am Wrath

Super secret black ops missies
John Travolta speelt Stanley Hill, een autoverkoper die net terug is van een sollicitatiegesprek bij Honda. Stanley landt op een luchthaven, ontmoet zijn vrouw en gaat naar de parkeergarage. Uit het niets verschijnt gangster Charley Fly die Stanley overmeestert en zijn vrouw dood steekt. Stanley zelf blijft gewond achter. De politie pakt Charley op, Stanley herkent hem als de dader, maar de moordenaar gaat vrijuit wegens corrupte agenten. Het is dus maar goed dat Stanley zelf voor gerechtigheid kan zorgen, aangezien hij – iemand nog verbaasd? – een ex-special ops militair is.

Stanley trommelt zijn oude maatje Dennis (Christopher Meloni) op, die niet lang nodig heeft om de stemming er een beetje in te brengen. Dat is maar goed ook, want tot het moment dat Meloni zijn gezicht laat zien is er geen klap aan. Dennis is nu kapper, maar was dat niet altijd. Samen met Stanley voerde hij super secret black ops missies uit – je kent ze wel – en het zal niemand vreemd zijn dat de beste man een schiettent, wapenarsenaal en apparatuur om telefoons mee te kraken in de kelder heeft staan.

I Am Wrath

Steeds grappiger
Het budget van deze film zou 18 miljoen zijn en gezien de productie kunnen we alleen maar aannemen dat Travolta het grootste gedeelte daarvan meepikt. De geluidsmix is ongebalanceerd met keiharde muziek tegenover nauwelijks verstaanbare dialoog, shots zijn met enige regelmaat out of focus, de actie is onoverzichtelijk en kent kop noch staart en het acteerwerk is over de linie genomen tenenkrommend. Alleen Meloni lijkt er echt zin in te hebben en kan de lol van dit soort pulp waarschijnlijk wel inzien. Van de coole, charismatische acteur die Travolta ooit was in films als Pulp Fiction en Swordfish is helemaal niets meer terug te vinden.

I Am Wrath is eigenlijk zo’n slechte film dat je halverwege een beetje melig wordt. De running gag ‘you’ve got three minutes’ is elke keer grappiger. Na een uur toont de film zoveel onwaarschijnlijke rotzooi (zoals een shootout in een bomvolle discotheek waarin alleen de bad guys omkomen) dat I Am Wrath op de lachspieren begint te werken. Omdat de film zichzelf naar het slot toe in steeds mindere mate serieus neemt, zit je toch uiteindelijk met een glimlach naar de aftiteling te kijken.

 

10 april 2016

 

MEER RECENSIES

Ik wil gelukkig zijn

***

recensie  Ik wil gelukkig zijn

Een leven voorbij laten gaan

door Suzan Groothuis

Fien de la Mar was een icoon in de Nederlandse toneelwereld. De documentaire Ik wil gelukkig zijn, een verwijzing naar het gelijknamige lijflied van Fien, laat haar succes en haar ondergang zien.

In Ik wil gelukkig zijn duiken we in het Nederland van de jaren 20 en 30. In de toneelwereld wel te verstaan, waar Fien (ook wel Fientje) de la Mar een opkomend toneeltalent was. Aangespoord door haar vader Nap de la Mar, bekend acteur en regisseur, betrad de jonge Fien het toneel om uit te groeien tot een beroemde vedette.

Ik wil gelukkig zijn

Regisseur Annette Apon (Droom en Daad, 2012) kiest voor een structuur waarin zij acteurs de tekst van mensen die Fien gekend hebben laat oplezen. Geen talking heads dus die vertellen over Fiens wispelturige leven, maar voice-overs die persoonlijke ervaringen over de toneeldiva etaleren aan de hand van foto- en archiefmateriaal. Ook zijn er beelden te zien van toneel en filmvoorstellingen, waarbij alleen de filmbeelden voorzien zijn van een geluidsband.

Juweel en onmogelijk mens
Daarnaast volgen we actrice Johanna ter Stege die in de huid kruipt van Fien de la Mar. Zij vertolkt Fiens hoogtepunt uit het Nederlandse cabaret, een monoloog over de verwoesting van Rotterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog. Een tekst waar Ter Stege zichtbaar op oefent en zich op voorbereidt, maar die Fien heel eenvoudig zonder enige pathos bracht. Een scène die duidelijk maakt dat Ter Stege Fien de la Mar niet imiteert, maar zich laat leiden door de tekst en de emotie die daaruit blijkt.

Emotie en Fien staan dicht tot elkaar. Mensen uit de toneelwereld die Fien gekend hebben omschrijven haar als iemand die onfeilbaar van binnenuit wist te ontroeren. Maar Fien had twee kanten in zich: een juweel en een onmogelijk mens met wie niet te leven viel. Op het podium viel zij op door haar mateloze energie. Er gebeurde iets als Fien op de planken stond, ze bracht leven in de films. Tegelijkertijd was ze ongedisciplineerd en liet zich niet leiden. Ofwel zoals iemand het omschrijft: ze was een van de moeilijkste mensen om te begeleiden.

Ik wil gelukkig zijn

De persoon achter de actrice
Ondanks de vele talenten die Fien rijk was, verliep haar leven niet rooskleurig. Annette Apon loodst de kijker door haar roerige en grillige leven, waarin meer aandacht is voor de glamour van het toneel dan de keerzijde. Tragische gebeurtenissen zoals de dood van haar vader, het overlijden van haar man (een relatie die zich kenmerkte door elkaar vinden en verliezen) en de zakelijke mislukking van een eigen theater worden kort aangehaald. Wie Fien buiten de overrompelende persoon op de planken nou precies was, wat haar dreef en wat er in haar omging, blijft een mysterie.

Het gemis aan verdieping in haar persoonlijk leven maakt Ik wil gelukkig zijn tot een afstandelijk portret. Dat de teksten van mensen die haar gekend hebben door acteurs zijn ingesproken, zorgt ook voor een koele en gemaakte benadering – er ontbreekt een bepaalde oprechtheid en emotie. Wat blijft hangen na het zien van de documentaire, die in zijn speelduur van 72 minuten overigens vrij kort is, is het beeld van Fien op het toneel en in film. Je ziet een charismatische verschijning die het beeld volledig in beslag neemt en naar zich toe trekt.

De lovende woorden van mensen die met haar gewerkt hebben komen daarmee tot leven: overrompelend, tovenarij op het toneel. De slotscène, waarin we Fien zien in de laatste dagen van haar leven, spreekt het meest tot de verbeelding. Ze zingt: “Mij kan niets meer gebeuren, ik ben door alles heen, en intussen gaan de gebeurtenissen van mijn leven aan mijn ogen voorbij.” Hoe waar die woorden zijn spreekt uit haar ogen.

 

13 maart 2016

 

MEER RECENSIES