Star Trek Beyond

****

recensie Star Trek Beyond

Sterrenepos schittert voort

door Wim Meijer

Star Trek heeft een van de meest succesvolle reboots van de afgelopen tien jaar ondergaan. Beyond gaat nergens verder dan zijn twee voorgangers, maar doet er ook niet voor onder. En dat is best een compliment.

Traditiegetrouw begint de film met captain Kirk (Chris Pine) in een onnozele, komische situatie. Dit keer probeert hij onder het mom van vredesoverleg een antiek wapen te slijten aan een alienras dat doet denken aan een kleine, flink gemuteerde gorilla gekruist met een agressieve octopusvariant. Het tamelijk ongepaste geschenk valt echter niet de smaak, met de welbekende beam-me-up-Scotty-scène als gevolg. Wat de alienminiatuuroctopusgorilla’s echter niet interesseert, blijkt van grote waarde voor de kwaadaardige Krall (Idris Elba), een alien die zich schuilhoudt op een planeet achter een enorme mistwolk: de nebula. Hij weet wel raad met antiek wapentuig.

Star Trek Beyond

Kirk en zijn crew maken hardhandig kennis met Krall in de nebula, nadat een gecrasht ruimteschip een noodsignaal zendt en de Enterprise daarop reageert. Die ontmoeting gaat gepaard met het nodige geweld, ruimtepuin dat in IMAX 3D om de oren vliegt en gelikte actie. Langzaam maar zeker ontdekt de bemanning van de Enterprise de relevantie van het antieke wapen, waarna de principes van de Starfleet het kwaad moeten beteugelen. Samenwerken, wederzijds respect, het verkennen van het universum – allemaal komt het terug en dient het als fundering voor een nieuw avontuur.

Geniaal duo
De charismatische Kirk vormt nog altijd een geniaal duo met Spock (Zachary Quinto), wiens berekende insteek mooi contrasteert met Kirks impulsiviteit. De kapitein die nog altijd terugdenkt aan zijn vader, is wel minder roekeloos geworden en stelt het belang van zijn bemanning voor het eigenbelang, hetgeen in de voorgaande films nog wel eens anders was. Mooi om te zien.

Wat betreft de rest van de crew: Bones (Karl Urban) is vooral verongelijkt wanneer Kirk hem op de zoveelste levensgevaarlijke missie stuurt, hetgeen vermakelijk is. Verder is er Scotty (Simon Pegg) die ditmaal hulp krijgt uit onverwachte hoek, stuurman Soho (John Cho), luitenant Uhura (Zoe Saldana) en Chekov, het Russische bemanningslid met sterk overdreven accent, gespeeld door wijlen Anton Yelchin. De beste man raakte beklemt tussen zijn brievenbus en auto, nadat hij vergeten was de laatste op zijn oprit op de handrem te zetten. De film is opgedragen aan Yelchin.

Star Trek Beyond

Darth Vader-hijgje
Regisseur J.J. Abrams blies in 2009 het sterrenepos nieuw leven in met Star Trek, leverde in 2013 een prima vervolg af (Star Trek Into Darkness) en droeg het regiestokje over aan Justin Lin, bekend van de Fast and the Furious-franchise. Gezien de formule van beide films – onderhoudend plot, aimabele cast, humor en strakke visuals – is die keuze niet onlogisch. Lin brengt het er dan ook goed vanaf, geholpen door een fijn script van Simon Pegg en Doug Young.

Star Trek Beyond kan rekenen op een solide basis vanuit vorige films – met name dankzij de onderlinge verhoudingen binnen de crew die zorgen voor zowel komische als ontroerende scènes. Scènes die niet gaan vervelen, omdat er goed acteerwerk aan ten grondslag ligt. Minder fraai is de schurk Krall (die soms zelfs een Darth Vader-hijgje tentoonstelt), een alien die nauwelijks tot de verbeelding spreekt en matig is uitgewerkt, in tegenstelling tot zijn voorganger Khan. Wanneer Rage Against The Machine, afgedaan als ‘klassieke muziek’, als wapen fungeert krijgt ‘beyond’ een andere betekenis. Die scène gaat toch iets té ver, maar Star Trek Beyond brengt vooral veel van wat we al kenden van de films van J. J. Abrams. En daar is helemaal niets mis mee.
 

19 juli 2016

 
MEER RECENSIES

Now You See Me2

**

recensie Now You See Me 2

De Wet van Freeman houdt stand

door Alfred Bos

Met veel effectbejag opgeklopt vervolg van de verrassinghit rond vier avontuurlijke illusionisten in een mix van Mission Impossible, X-Men en The Great Buck Howard.

Succes baart succes, zei mijn opa zaliger op zijn meer bezonken momenten, en aldus verschijnt Now You See Me 2, niet Now You Don’t. Het is het vervolg op de verrassingshit uit 2013 rond een groepje illusionisten die hun talenten voor trucs en magie aanwenden om banken van hun geld te verlossen en de buit over het publiek uit te strooien. Robin Hood met een vleugje superheldenpathos, Justice League goes David Copperfield. Die overigens een van de geldschieters achter deze nieuwe franchise is.

Now You See Me 2

Voor een speelfilm over verrassingen was Now You See Me bepaald voorspelbaar, want hij houdt zich keurig aan wat filmfans kennen als de Wet van Freeman: elke film waarin Morgan Freeman zijn kunstje van vaderlijke autoriteitsfiguur afdraait is een marketing mormel. Als Thaddeus Bradley, voormalig illusionist en nu ontmaskeraar van magie, draaft hij voor deel 2 opnieuw op om de Four Horsemen, zoals de altruïstische illusionisten zich noemen, het leven zuur te maken. Vrees niet, de Wet van Freeman houdt stand. De tweede ster boven dit stukje is er voor zijn tegenspelers.

Raadaels-in-raadsels
Dat zijn acteurs van naam die bijschnabbelen in een publiekshit om hobby’s – zoals in het geval van Freeman zijn bluescafé in New Orleans – of de pensioenkas te financieren. Jesse Eisenberg, Woody Harrelson en Dave Franco (jongere broer van) zijn als de Four Horsemen ditmaal in het gezelschap van nieuwkomer Lizzy Caplan. Na zich anderhalf jaar koest te hebben gehouden worden ze door een onbekende weer verenigd voor een nobele klus, de ontmaskering van een tech-enterpreneur met een fascistoïde agenda. Het is slechts de opmaat voor een cavalcade van illusie, dubbelspel en raadsels-in-raadsels.

De Four Horsemen strijden nu op drie fronten tegelijk, want naast Thaddeus Bradley jaagt niet alleen de FBI, maar ook überboef Arthur Tressler (Michael Caine) achter hun broek. Die laat het vuile werk over aan zijn luitenant, waarin we Daniel Radcliffe herkennen. Merritt McKinney (Woody Harrelson) blijkt een stinkend jaloerse tweelingbroer te hebben die zich als zijn donkere spiegelbeeld in de ophef mengt. Tussen de partijen zweeft voormalig FBI-agent Dylan Rhodes (Mark Ruffalo), die een dubbelrol speelt want niets is wat het lijkt.

Now You See Me 2

Overstimulatie
Dit vervolg – hoewel, kennis van deel 1 helpt niet om chocola te maken van de kolderieke plot – begint met een ernstige handicap: de verrassing is er af. Dat gebrek herstelt regisseur Jon M. Chu (die eerder gepimpte exploitatiefilms als G.I. Joe: Retalitation en Jem and the Holograms afleverde) door de effectendoos open te trekken. De cameravoering is nerveus, op de momenten die tellen raggen de trommels op de geluidsband de spanning aan gort en wanneer na al dat subliminale geweld de climax moet worden geaccentueerd barst een operazangeres los in een aria over overspel. Now You See Me 2 wil via overstimulatie een overprikkeld publiek hypnotiseren..

Al opent Now You See Me 2 in New York en is de viertrapsraket van de finale gesitueerd in een Oud & Nieuw vierend Londen, de film richt zich nadrukkelijk op de Chinese markt. Een flink brok van het verhaal speelt zich af in Macau, het Vegas van China, en de Taiwanese rockster Jay Chou (eerder te zien in The Green Hornet) helpt als de mysterieuze Li de benarde Horsemen uit exotische complicaties. Drie keer wedden dat Li weer opduikt in deel 3, want die komt er ook.
 

11 juni 2016

 
MEER RECENSIES

Revenant, The

****

recensie  The Revenant

Wraak in de Rockies

door Alfred Bos

De regisseur van Birdman staat opnieuw op de rol voor een Oscar. Is zijn monumentale western The Revenant een fraai opgetuigd wraakepos of een natuurdocumentaire waar Leonardo DiCaprio toevallig in verdwaald is geraakt? Of beide?

De western is terug, maar anders dan vroeger. De prairies en woestijnen hebben plaatsgemaakt voor bergen en bossen. Het zand van toen is tegenwoordig sneeuw. En de indianen, de anderen, zijn als immer onbetrouwbare natuurmensen, maar dat zijn de blanken nu ook. Maar voor de rest is het ‘Westen’ nog steeds wild: een omgeving zonder gezag, waar het leven bruut is en buiten familie en vrienden niemand te vertrouwen. Je zou er bijna de neoliberale samenleving in zien.

The Revenant

Voorbeeld van zo’n neoliberale western, naast Tarantino’s The Hateful Eight, is The Revenant, Oscar-winnaar Alejandro Iñárritu’s wraakepos over een woudgids die voor dood wordt achtergelaten en zwaar gewond, zonder enig hulpmiddel anders dan zijn kennis van het woud en zijn obsessieve doorzettingskracht, verhaal gaat halen bij zijn boosdoener. De pelsjagers, de Arikari-indianen en de rondzwervende Franse soldaten vertegenwoordigen de anarchie, de natuurstaat. Het gezag, in de vorm van een legerexpeditie, is zwak. Elementair geweld regeert: wie goed doet gaat dood en de boeven winnen.

Monumentale natuur
The Revenant is gesitueerd in Montana, aan de voet van de Rocky Mountains, ergens in de jaren twintig van de negentiende eeuw, een weinig benutte periode voor films over ‘the frontier’ (er is een tv-serie over de befaamde expeditie van Lewis & Clark in voorbereiding). Door de lens van cinematograaf Emmanuel Lubezki (Knight of Cups, Birdman, Gravity) oogt de natuur spectaculair, om niet te zeggen monumentaal. In die overweldigende omgeving ogen mensen als mieren.

De gids, Hugh Glass (Leonardo DiCaprio), is de bemiddelaar tussen natuur en cultuur, of wat daarvoor moet doorgaan, een groep ruige pelsjagers onder bescherming van een groepje Amerikaanse soldaten. Glass staat letterlijk tussen twee culturen, want hij – zo leren we uit als dromerige herinneringen gepresenteerde flashbacks – woonde in een Pawnee-nederzetting en had een Indiaanse vrouw. Hij spreekt ‘native’ met zijn zoon, een halfbloed. Anders dan in Dancing with Wolves worden indianen niet als nobele wilden afgeschilderd, zo blijkt uit de bloedstollende openingsscène. Denk Saving Private Ryan, maar dan in de Rockies.

Historische feiten verdicht
The Revenant vertoont enige overeenkomst met Iñárritu’s voorlaatste film Biutiful, qua verhaal en vorm. Zieke protagonist moet overleven in vijandige jungle en heeft hallucinante visioenen die zijn innerlijke leven verbeelden. Glass’ antagonist is de pelsjager John Fitzgerald (Tom Hardy), het soort psychopaat dat steeds frequenter op het filmdoek is te zien: alles wat hij aanraakt gaat kapot. Tussen die twee staat legerofficier Andrew Henry (Domhnall Gleeson), die moraal en orde vertegenwoordigt maar wiens slagkracht beperkt is. Daar omheen cirkelen een groepje losgeslagen Franse ex-soldaten en een posse van Arikari op zoek naar de gekaapte dochter van hun leider.

The Revenant

Het is een brisante mix en de film heeft de historische feiten in de gelijknamige roman van Michael Punke uit 2002 verdicht met eigen bijdragen. Zonder veel te verklappen: Glass’ vrouw en zoon zijn verzonnen om het verhaal meer drama te geven. En dat is ironisch genoeg de achilleshiel van de film. Waar de droomscènes Biutiful naar een hogere dimensie tillen, zijn ze hier overbodig en werken verwarrend. Ze zijn zelfs clichématig: spiritualiteit als koolzuurgas. Je gaat er van boeren.

The Revenant telt een aantal overtuigende actiescènes en is schitterend gefotografeerd. Het verhaal is episch (mens tegen mens én natuur) en de interactie tussen de diverse elkaar bejagende en beconcurrerende fracties zorgt voor de nodige spanning en toch weet de film niet de verpletterende indruk te maken die Iñárritu’s voorgaande films – en Biutiful en Birdman in het bijzonder – wel achterlieten. Daarvoor is de psychologie te eendimensionaal, zodat de kijker nimmer emotioneel contact maakt met de hoofdpersoon en zijn verhaal. Maar zelfs een niet helemaal geslaagde Iñárritu is nog altijd een bovengemiddelde film.

 

26 januari 2016

 

MEER RECENSIES

Star Wars: The Force Awakens

****

recensie  Star Wars: The Force Awakens

De kracht komt tot leven in de details

door George Vermij

Het kind is de vader van de man en dat geldt natuurlijk ook voor filmliefhebbers. De films die je in je jeugd hebt gezien zijn cruciaal voor hoe je cinema verder zal ervaren. Star Wars is in dat opzicht een geval apart door zijn ongekende succes en zijn grote invloed op sci-fi en popcultuur. De vraag is natuurlijk hoe het begin van een nieuwe serie zich verhoudt tot de magie van vroeger. 

The Force Awakens is gelukkig geen Phantom Menace geworden en de franchise lijkt nu definitief te zijn ontworsteld uit de creatieve klauwen van George Lucas. Voor de echte fans pleegde Lucas al verschillende malen heiligschennis dus het was tijd voor een nieuwe ‘oude’ aanpak. Voor The Force Awakens lag die in handen van J.J. Abrams, maar ook de scriptschrijver van de oude reeks, Lawrence Kasdan. Het zal daarom geen verrassing zijn dat de nieuwe film met gepaste eerbied verwijst naar de sci-fi mystiek van de oudste trilogie waarvan A New Hope in 1977 het eerste deel was.

Recensie Star Wars: The Force Awakens

Oude en nieuwe gezichten
Het begint natuurlijk gelijk al goed met de iconische titel-crawl en de onnavolgbare muziek van John Williams. Op een woestijnplaneet die lijkt op Tatooine uit A New Hope, maar Jakku heet, zoekt X-wingpiloot Poe Dameron (Oscar Isaac) naar Luke Skywalker. Hij is verdwenen en nieuwe duistere krachten die zich The First Order noemen hebben het ook gemunt op deze legendarische Jedi-meester.

Het verhaal combineert veel bekende en geliefde oude gezichten met nieuwe personages. Het is een slimme en doordachte zet die een brug slaat tussen de oudere delen, maar ook tussen verschillende generaties fans.

Combinatie van kwetsbaarheid en daadkracht
Van die nieuwe koppen heeft Rey (Daisy Ridley) de belangrijkste rol. Zij doet denken aan de simpele Skywalker die in A New Hope geconfronteerd werd met zijn belangrijke taak, maar ook met onzekerheid en twijfel. Ridley is daarbij perfect gecast en hanteert een combinatie van kwetsbaarheid en daadkracht die haar tot een boeiende heldin maken.

Een ander interessant personage is Finn die een verrassende kant van de altijd anonieme Stormtroopers laat zien. John Boyega zet Finn sympathiek en komisch neer als een weifelende sidekick van Rey.

De film komt pas echt tot leven in de details. Rey woont in het karkas van een oude AT-AT in een woestijn die bezaaid is met de wrakstukken van oude voertuigen die iedere fan zich wel kan herinneren. De Millenium Falcon is nog steeds het snelste stuk schroot in de ruimte en wordt op grappige wijze in het verhaal geïntroduceerd.

Star Wars: The Force Awakens

Blockbuster-cinema
En dan is er nog de duistere kant die wordt belichaamd door Kylo Ren in zijn zwarte kostuum inclusief Darth Vader-achtige masker. Adam Driver weet deze complexe figuur goed neer te zetten alhoewel deze criticus moet bekennen dat hij hem soms moeilijk los kan zien van zijn komische rol in de serie Girls als de door seks geobsedeerde Adam.

Naast deze nieuwe helden die het Star Wars universum weer wat vers bloed geeft zijn Han Solo, prinses Leia en Chewbacca weer van de partij. Het is alsof ze nooit weg zijn geweest en Abrams verbindt zo nostalgie weer met een nieuwe verhaallijn waar iedereen nu nieuwsgierig naar is.

Zover is het dus missie geslaagd. Behalve dan als je niet gecharmeerd bent van de grote en fantasierijke blockbuster-cinema. In dat geval was je waarschijnlijk al in 1977 afgehaakt. Toch moet zelfs de echte cynicus bekennen dan het allemaal met liefde en respect voor het Star Wars-universum is gemaakt. In zijn genre heeft Abrams een waardig vervolg afgeleverd. Een hele prestatie na de dompers van Lucas en een bewijs dat dure megaproducties ook gewoon je hart sneller kunnen doen kloppen.

 

16 december 2015

 

MEER RECENSIES

Walk in the Woods, A

**

recensie  A Walk in the Woods
Het grote foute slapstickavontuur

door Nanda Aris

Hoezeer Robert Redford, Emma Thompson en Nick Nolte ook gewaardeerde acteurs zijn, deze ‘oude rotten’ kunnen niet voorkomen dat A Walk in the Woods, gebaseerd op het reizigersmemoir van Bill Bryson, een flauwe slapstick is.

Regisseur Ken Kwapis verfilmt graag boeken (The Sisterhood of the Traveling Pants, 2005) en op waarheid geïnspireerde verhalen (Big Miracle, 2012), maar helaas zelden van een hoog niveau. Daarom is het opmerkelijk dat hij voor zijn nieuwste film met goede acteurs mag samenwerken. Het zal het vertrouwen in het verhaal zijn dat de acteurs deed besluiten om hun medewerking te verlenen.

Recensie A Walk in the Woods

Twee oude mannen
Schrijver Bill Bryson (Robert Redford) besluit dat hij de 2100 mijl lange Appalachian Trail wil bewandelen. Zijn vrouw (Emma Thompson) vindt dat een minder goed idee, en probeert hem op andere gedachten te brengen. Ze overtuigt hem ervan dat hij beter met een vriend kan gaan lopen, en dus belt Bill een aantal oude vrienden op. Wie hij niet belt, maar wie hém opbelt, is Stephen Katz (Nick Nolte), zijn oude vriend met wie hij ooit door Europa trok. Hij ziet een trektocht wel zitten, ondanks zijn slechte conditie.

Nolte past goed de rol van ruige, ex-alcoholistische, vrijgezelle man, die toegeeft dat hij de ene helft van zijn leven spendeerde aan “getting drunk and chasing pussy” en de andere helft “wasted”. Redford en Thompson gun je op acteergebied beter, alhoewel ze het beste proberen te maken van hun rol – zo is Thompson aandoenlijk als ze afscheid neemt van Redford wanneer hij aan zijn reis begint.

Slapstick
En zo vertrekken de twee oude vrienden, die elkaar al jaren niet meer gesproken hebben, samen op reis. En begint het grote foute slapstickavontuur. De slechte grappen volgen elkaar in rap tempo op. Zo zakt het stapelbed waarin de twee mannen in een hostel slapen, in elkaar. De flauwheid van de grappen zit hem ook in de voorspelbaarheid. Katz gaat bovenin het stapelbed liggen, het bed kraakt, Bill ligt eronder, en kijkt omhoog naar de onderkant van het stapelbed, dat natuurlijk vervolgens in elkaar zakt.

De slechte grappen leiden ons helaas af van prachtige shots van de omgeving (Amicalola Falls State Park, in Dawsonville, Georgia) waar de mannen doorheen wandelen.

A Walk in the Woods

Avontuur
Andere films waarin de hoofdpersoon de wijde wereld intrekt zijn onder andere Into the Wild (2007) en Wild (2015). Waar Into the Wild geweldig slaagt in het meenemen van de kijker op een groot avontuur, is Wild al een kuisere versie die minder aangrijpt, en roept A Walk in the Woods eerder weerstand dan sympathie op. In Wild volgen we Cheryl, een jonge vrouw die besluit de Pacific Crest Trail te lopen. De intenties voor de wandeltocht zijn verschillend – voor Cheryl (Reese Witherspoon) is het een reden om haar verleden te verwerken, voor de mannen om te bewijzen dat ze het kunnen.

Misschien is deze recensent minder gecharmeerd van films waarin oude mannen op reis gaan, want ook The Bucket List (2007), waarin twee terminale oude mannen samen op reis gaan om dingen te doen die ze altijd nog hadden willen doen, kon weinig bekoren.

 

11 december 2015

 

MEER RECENSIES

Spectre

****

recensie  Spectre

‘Spectreculaire’ Bond-film

door Ralph Evers

Temidden van de día de muertos  in Mexico-Stad onderneemt James Bond een soloactie om een gewraakt lid van een internationale misdaadorganisatie uit te schakelen. Het tumult dat volgt levert Bond een geheimzinnige ring op. Die lijkt meer te vertellen over zijn verleden dan hem lief is.

De nieuwste Bond-film borduurt voort op de vorige delen, Skyfall en Quantum of Solace. Een wraakactie op Marco Sciarra, een laatste wens van de vorige M (Judi Dench) is het startschot van een nieuw Bond-spektakel. Een reeks intriges en liquidaties later, is 007 iets groots op het spoor. Een internationaal netwerk, genaamd SPECTRE en geleid door een illustere bad guy.

In zijn zoektocht wordt Bond bijgestaan door een charmante femme fatale, Dr. Madeleine Swann (Léa Seydoux), die een onuitputtelijke garderobe in haar reiskoffer weet mee te zeulen. Kan hij rekenen op de coole technische snufjes van Q, het scepticisme van M, de loyaliteit van Miss Moneypenny en de tegenwerking van een half leger zware jongens, die zelfs een uitgekiend romantisch diner in een heksenketel veranderen.

Recensie Spectre

Stripboek
James Bond beweegt zich in een wereld die parallel is aan de onze. Hij is de superheld zonder superkrachten, de galante, charmante gentleman  zoals we ze uit de Engelse literatuur kennen. De intelligente mooiboy uit de archetypische spionnenroman, die precies van alles voldoende kennis in huis heeft. Zijn vindingrijkheid doet een McGyver of een A-team flink in de schaduw staan. Zijn geluk is minstens zo groot als dat van Kuifje. Bond is een stripheld tot leven gekomen via boek op het witte doek en appelleert daarmee aan zowel de realiteit als het sprookje.

Sprookje
Van dat laatste bevatten de Bond-films altijd voldoende elementen. De prachtige omgevingen (alsof je terugkomt van vakantie, als de aftiteling begint), vrouwen, decors, twists en in Spectre een heuse metatwist (met de ontdekking van de geschiedenis van de bad guy, overtuigend gespeeld door een schmierende Christoph Waltz).

Tot slot natuurlijk de tegenstellingen, explosieve actie versus idyllische rust, goed versus kwaad, man versus vrouw. De elementen die subtiel benadrukt worden door het sublieme camerawerk van Hoyte van Hoytema (een naam die zo uit een Suske en Wiske weggelopen is), die we ook kennen van Tinker, Tailor, Soldier; Spy en Interstellar. Zijn cameravoering versterkt subtiel de sfeer van de scènes door een uitgekiende kleurstelling. Met name in de rustige scènes geeft dit kleurpalet een sereniteit die welkom is na de actiescènes en tegelijk onheilspellend aanvoelt. Die rust wordt gecontrasteerd door de ritmische muziek onder de actie, vrijwel naadloos gechoreografeerd op elkaar, waardoor Bond op meerdere zintuigen tegelijk je hersenen binnen dendert. En niet alleen bij de kijker zelf. Ook Bond ervaart dit aan den lijve.

Spectre

Alfaman
Bond, de alfaman der alfamannen, heeft niet alleen concurrentie van zijn vele tegenstanders. Ook daarbuiten tracht men aan zijn status te tornen. De Mission Impossible-films katapulteren Tom Cruise als Amerikaanse tegenhanger-superheld, met dito exotische locaties, coole gadgets  en wat dies meer zij. We zien hints terug van Bond in de Largo Winch-reeks en de Sherlock Holmes  van Guy Ritchie. Allen gentleman-helden, maar er is maar één James Bond, en dat wordt dan ook ruimschoots bewezen in de nieuwste affiche.

Charmant
Wat Bond als cultuuricoon en filmheld tijdloos maakt, is onder andere het feit dat de films met hun tijd meegaan. Het is gemakkelijk allerlei geopolitieke ontwikkelingen terug te zien in een Bond-film en deze te gebruiken als duiding, terwijl deze doorgaans voornamelijk als achtergrond van het verhaal dienen.

Waar de jaren 60- en 70-Bonds vooral over het Rode Gevaar gingen en de vijand steevast Russen waren, gaat het sinds de jaren 90 en 00 naar andere gebieden. Toch ook komen er andere thema’s aan bod. Mediadictatuur, waterdictatuur en ditmaal een surveillancedictatuur. Terecht dat M (ditmaal Ralph Fiennes) een opmerking maakt over het uitkomen van Orwell’s droom.

Spectre

Menselijker
Waar Bond vroeger die halfgod was, die nauwelijks geraakt werd, laat staan gewond, die door onuitstaanbare pijnen ging en in een split second de juiste beslissing nam – naast het feit dat hij nimmer verliefd werd en we nauwelijks iets over zijn geschiedenis kenden – zien we nu juist een ommekeer hierin. Nog altijd schiet hij scherper dan een goed getrainde sluipschutter. Nog altijd kan hij onder gigantische druk de juiste beslissingen nemen, maar nieuw is dat we meer over zijn verleden komen te weten, dat hij verliefd kan worden, gevoelens heeft en gewond raakt.

Hij heeft echter één onmiskenbaar Brits medicijn tegen al zijn tegenslag: humor. Gortdroge humor. Dat zit doorspekt doorheen Spectre. De overdreven actiescènes, de coole one-liners en de interactie tussen alle allianties van Bond met hun demonen. Het zijn de ingrediënten die de Bond-film zo aantrekkelijk maken.

 

28 oktober 2015

 

MEER RECENSIES

Walk, The

***

recensie  The Walk

Up In The Air

door Suzan Groothuis

Natuurlijk moest het verhaal van Philippe Petit, een charismatische Franse koorddanser, verfilmd worden. Op zijn koord bewandelde hij de immense leegte tussen de Twin Towers. Door Robert Zemeckis vastgelegd in overweldigend 3D. Geschikt voor alle leeftijden, maar niet voor mensen met hoogtevrees.

Wie Man On Wire (James Marsh) gezien heeft, weet wat ‘m te wachten staat in The Walk. In Marsh’ bejubelde documentaire uit 2008 zien we het verhaal van Philippe Petit, een bevlogen, energieke man met een grote passie: koorddansen. Koorddansen met een missie, want hij heeft het gewaagd om in 1974, ten tijde van het aftreden van Nixon, de immense leegte tussen de Twin Towers van The World Trade Center te bewandelen.

Niet zonder poespas
Dat ging natuurlijk niet zonder poespas: Petit stelde een team samen om clandestien de nog in constructie zijnde torens binnen te dringen en vanaf 450 meter hoogte zijn koord te spannen. In Man on Wire zien we het uiteindelijke resultaat vanaf ground zero: een sereen beeld van een man die één is met zijn koord en de lucht rondom hem. Daarmee werd Petit de artiest die The World Trade Center een ziel gaf.

Recensie The Walk

Een prachtig uitgangspunt voor een speelfilm, zeker in een tijd dat CGI en 3D hoogtij vieren. Robert Zemeckis, de man van Back To The Future, Who Framed Roger Rabbit en Forrest Gump, op IMDb ook wel omschreven als ‘whiz-kid met special effects’, waagde het om Petits ongelofelijke verhaal te verfilmen. Hij doet dat met een groots gebaar: in het openingsshot zien we Joseph Gordon-Levitt (Inception, The Dark Knight Rises) als Philippe Petit op de top van het Vrijheidsbeeld staan, terwijl hij zijn avontuur introduceert en de twee torens achter hem schitteren.

Hoger doel
Waar “le coup”, zoals Petit de dag van zijn gewaagde stunt omschrijft, in Man on Wire direct aanvangt, is er in The Walk eerst aandacht voor Petits tijd in Frankrijk. Als straatartiest zien we hem, in karikaturaal Parijs, zijn brood verdienen. Wanneer hij leest over de bouw van de Twin Towers is het voor Petit zo klaar als een klontje. Die twee torens gaat hij op zijn koord bewandelen. Ofwel in zijn eigen woorden: “I’ve got to put a wire between those towers; I’ve got to walk”. En vanaf dat moment zien we hoe zijn passie voor het koorddansen ontstaan is en gevoed wordt door zijn leermeester Papa Rudy (Ben Kingsley).

De sprookjesachtige avontuurlijke sfeer van de film krijgt een andere wending als Petit met zijn team en zijn grote liefde Annie (Charlotte Le Bon) de dag van “le coup” voorbereidt. Alles is tot in de puntjes gepland en doet denken aan een strak beraamde bankoverval. Die overigens niet zonder problemen verloopt, wat een paar spanningsvolle momenten oplevert.

The Walk

Al het voorgaande verbleekt bij de langverwachte scène waarin een trefzekere Petit de eerste stappen op zijn koord zet. In overweldigend IMAX 3D toont Zemeckis de duizelingwekkende hoogte, maar bovenal hoe de kijker één wordt met de Fransman en zijn koord. Uiterst geconcentreerd, stapje voor stapje, kijken we door Petits ogen naar de overkant en uiteindelijk ook naar wat geen koorddanser ooit doet – naar beneden. Een prachtige, emotionele (door Philippe Petit zelf voorzien van voice-over!) maar ook huiveringwekkende ervaring: klamme handjes waardig.

Magisch avontuur
Daarmee is niet gezegd dat The Walk een geweldige film is. Zeker de eerste helft heeft een zoet en geromantiseerd karakter met dunne dialogen. En het is even wennen om Gordon-Levitt met een knullige pruik op en een dik Frans accent te horen praten. Anderzijds overtuigt hij wel als gedreven en charmante showman en toont hij de kijker dat alles mogelijk is – ook het onmogelijke. De acteur leerde zelfs koorddansen – hij kreeg persoonlijk les van Petit. De andere acteurs – Kingsley in een veilige rol als leermeester en Charlotte Le Bon als liefje wat eendimensionaal – steken af tegen die tomeloos energieke, gedreven Petit. Maar het is dan ook zijn film, zijn queeste.

Hoe je het wendt of keert, op filmisch gebied laat Zemeckis een knap staaltje CGI (de twee torens zijn levensecht in beeld gebracht) en 3D zien. Zijn The Walk is een duizelingwekkende ode aan het magische avontuur van een gedreven avonturier en een ode aan de torens die ooit waren.

 

5 oktober 2015

 

MEER RECENSIES

Martian, The

****

recensie  The Martian

Robinson Crusoe op Mars

door Alfred Bos

Alleen op de wereld, pardon, Mars, het zal je gebeuren. Maar de hele wereld leeft mee als NASA je komt redden. Matt Damon is als gestrande astronaut de ultieme overlever. Wat helpt zijn creativiteit, humor en disco.

Voor een gelikte publieksfilm ben je bij Ridley Scott aan het goede adres, al hangt er ook om zijn meer geslaagde werkstukken de odeur van de gelouterde expert die een opdracht plichtmatig uitvoert. Dat geldt evenzeer voor The Martian die, na het slechts half gelukte The Counselor en het ronduit saaie Exodus: Gods and Kings, weer eens de roos raakt. Met een solide rolbezetting, een intrigerend gegeven en een geslaagde mix van drama en humor biedt The Martian degelijk vakwerk dat de kijker dik twee uur in een draaikolk mee zuigt.

Recensie The Martian

Het zal je maar gebeuren, je collega’s laten je voor dood achter op een vreemde planeet. Astronaut Mark Watney (Matt Damon) is de eenzaamste mens in het zonnestelsel wanneer een missie naar Mars door een storm wordt afgebroken. Watney verongelukt in de chaos en het team moet noodgedwongen voor de missie kiezen. Wat volgt is een race tegen de kalender, de onmogelijke opdracht om Watney behouden naar aarde terug te halen.

Boer op Mars
Apollo 13 (Ron Howard, 1995) ontleende zijn spanning aan de moeite van mission control in Houston om via wetenschap de bemanning van de gemankeerde maanreis heelhuids thuis te brengen, terwijl de kijker zich voor de duur van de film moet vermaken met drie astronauten die zitten gevangen in een geëxplodeerd soepblik. Scott staat in The Martian, fictie dit keer, voor een vergelijkbaar probleem: hoe hou je de eenzame overlevingsstrijd spannend? Door Watney tegen het beeldscherm te laten praten terwijl hij zijn avonturen vastlegt in het logboek.

Wat ook helpt is dat Matt Damon de nodige humor aan zijn personage meegeeft. Watney zit niet bij de pakken neer en gebruikt zijn verstand – en zijn wetenschappelijke kennis – om met de op Mars achtergebleven hulpmiddelen het maximale uit de mogelijkheden te halen. Hij wordt de eerste boer op Mars, lost het communicatieprobleem ingenieus op, laat zich niet ontmoedigen door onvermijdelijke tegenslag, en doet in een ultieme poging om thuis te komen zelfs een ‘Iron Man’: hij gebruikt de uit zijn ruimtepak ontsnappende lucht als aandrijving om door het vacuüm te vliegen.

Recensie The Martian

Wetenschappelijk sausje
Scott doorsnijdt het wedervaren van Watney met scènes uit het moederschip, de Ares 3 onder gezagvoerder Melissa Lewis (Jessica Chastain) die een rol krijgt in de reddingsmissie. Als contrast met de schitterende beelden van Mars en de meer claustrofobische sfeer in het moederschip is er de hectiek van mission control en het mediacircus op aarde. Jeff Daniels zet fraai NASA-directeur Sanders neer, een karakter dat qua aplomb herinnert aan zijn rol van anchorman in de tv-serie The Newsroom. Er is echter meer dan alleen wetenschap nodig om het fiasco af te wenden: de nodige lef en vooral ook: originele oplossingen – creativiteit dus.

The Martian is in feite een compendium van sterke scènes uit eerdere ruimtefilms (Gravity, Sunshine, Apollo 13), en Scott brengt het met veel vaart en visuele flair. Dat er feitelijke gaten in het verhaal zitten – zo is de communicatie tussen aarde, Ares 3 ergens tussen beide planeten, en Mars zeker niet instant, zoals de film suggereert; en hoe kan het moederschip haar reis verlengen zonder extra voorraden in te slaan? – mag de pret niet drukken. Het is immers fictie, overgoten met een wetenschappelijk sausje, en opgeleukt met jaren ‘70 discohits op de geluidsband. En dat het slot wel heel sentimenteel en makkelijk is, ach, dat hoort bij publieksfilms.

 

29 september 2015

 

MEER RECENSIES

Slow West

****

recensie  Slow West

Onschuld in het wilde Westen

door Alfred Bos

Knappe debuutfilm van de Schotse regisseur en scenarist John Maclean, die een originele toon weet te treffen en de westernclichés inruilt voor een tijdloos drama met een ironische draai.

De charme van het westerngenre is niet in de laatste plaats de schoonheid van de landschappen waarin en waartegen het verhaal zich afspeelt. In dat opzicht is Slow West, gesitueerd in de Amerikaanse (berg)staat Colorado, maar gedraaid in Nieuw Zeeland, bovengemiddeld sterk. En niet alleen in dat opzicht: Slow West  is een niet-generiek genrestuk waarin klassieke thema’s over goed, kwaad en de menselijke natuur op oorspronkelijke wijze worden uitgebeeld.

Recensie Slow West

De 16-jarige Schot Jay Cavendish (gespeeld door de jonge Australische acteur Kodi Smit-McPhee, we zagen hem vorig jaar in Dawn of the Planet of the Apes) reist richting Rocky Mountains op zoek naar zijn geliefde Rose Ross (Caren Pistorius). Die is met haar vader de Schotse heuvels ontvlucht na een fataal verlopen handgemeen. Het kuiken Jay wordt onder de vleugels genomen van de eenzame haan Silas Selleck (Michael Fassbinder), een outlaw met een dubbele agenda. Het tweetal moet zich onder meer de bende van Payne (Ben Mendelsohn, die wederom treft als morsige crimineel) van het lijf houden.

Romantische dromer
Slow West  is het werk van de uit Edinburgh afkomstige muzikant, schilder en nu ook filmmaker John Maclean, ooit medeoprichter van de bij Radiohead-fans niet onbekende Beta Band (drie albums tussen 1997 en 2004, warm aanbevolen). Was The Beta Band nimmer stijlvast, doch eclectisch en avontuurlijk, ook in zijn zelfgeschreven debuutfilm heeft Maclean lak aan genreclichés of stijlmiddelen, zonder à la Godard de filmgrammatica te herschrijven. Slow West is anders, maar niet té anders.

De regisseur heeft bovendien grip op zijn materiaal, het verhaal wordt met achteloze zwier neergezet. We leren Jay kennen als een romantische dromer, op zijn rug naar de sterren starend, en dat beeld keert als een refrein terug. Onderbroken door flashbacks die de voorgeschiedenis in Schotland toelichten, snijdt de film in slechts 84 minuten enkele gewichtige thema’s aan, zoals: liefde maakt blind, idealisten gooien altijd eigen en andermans glazen in, en hebzucht vernauwt de geest. In de Darwinistische jungle van het Wilde Westen is niemand te vertrouwen. ‘Een jurk maakt nog geen dame’, zoals Silas bij de kennismaking met Jay opmerkt.

Recensie Slow West

Verpletterende ironie
De finale, met een shoot-out die herinnert aan de opening van The Proposition, de Australische western van John Hillcoat, is van een verpletterende ironie. We zullen de clou hier niet verklappen, maar volstaan met de opmerking dat regisseur Maclean het slot al in het begin van de film, in een van de flashbacks, heeft opgezet. Waartoe liefde kan leiden, laat de camera zien wanneer de kruitdampen zijn opgetrokken. De film heeft een tijdloze kwaliteit, al is de hang naar roem, ook van desperado’s, een typisch trekje van het Facebook-tijdperk. De botsende culturen wellicht ook.

Slow West, zowel script als film, getuigen van veel zelfvertrouwen en een onafhankelijke creatieve geest. Het tempo is sloom maar vol onderhuidse spanning; de dialogen levendig, met rake terzijdes; de vorm eigenwijs maar niet gekunsteld; het verhaal vol wereldwijze ironie; en de fotografie passend bij de intimiderende schoonheid van de wildernis. Niet vreemd dat zowel het British Film Institute als acteur Michael Fassbinder de portemonnee trokken om dit debuut te realiseren. Er dient zich niet iedere week zo’n veelbelovend filmtalent aan.

 

15 september 2015

 

MEER RECENSIES

Everest

***

recensie  Everest

Visueel spektakelstuk blijft aan de oppervlakte

door Ashar Medina

Indrukwekkend in beeld gebracht natuurgeweld staat aan de basis van deze enerverende, doch enigszins vlakke avonturen/rampenfilm die realisme verkiest boven het persoonlijke drama van een gedoemde expeditie. En het is nog allemaal waargebeurd ook.

Everest  volgt een ensemble-cast van topacteurs (Jason Clarke, Josh Brolin, Jake Gyllenhaal, Emily Watson, Robin Wright) die, verdeeld over twee rivaliserende teams, de barre tocht naar de top van ’s werelds hoogste en meest beruchte berg ondernemen. De teams, met de prikkelende namen Adventure Consultants en Mountain Madness, worden geleid door Rob Hall (Clarke) en Fischer (Gyllenhaal), twee klim-pro’s die de omgeving kennen als hun handpalm.

Het zijn thrillseekers die de fascinerende drang hebben altijd de menselijke grens op te zoeken, net als de stoere mannen, en vrouw, die goed geld betalen voor een uitzicht en een ervaring die je nergens anders zal vinden. Maar dit zou geen waargebeurd verhaal zijn als er niet een aantal dingen gruwelijk mis zouden gaan, met alle angstaanjagende gevolgen van dien.

Recensie Everest

Man versus Berg
Regisseur Baltasar Kormákur gaat dus voor realisme. Dat valt enerzijds te prijzen omdat we het hier hebben over echte mensen en hun families die in sommige gevallen te maken kregen met het tragische overlijden van hun dierbaren. Anderzijds ondermijnt deze keuze hier en daar de intrigerende psychologie die mensen ertoe drijft hun leven in de waagschaal te leggen. Kormákur investeert veel tijd in het introduceren van de personages, maar dit zijn er zoveel dat we ze nooit écht goed leren kennen.

Waarom iemand ervoor zou kiezen om dit bijna buitenaardse natuurgeweld te trotseren is een buitengewoon interessante vraag die nooit bevredigend wordt beantwoord. Dit zorgt er wel voor dat we ons als kijker al snel overgeven aan de achtbaanrit die vooral in de tweede helft van de film wordt voorgeschoteld. Visueel gezien is de film dan ook meer dan geslaagd: strijkende helikoptershots geven indrukwekkende impressies van de schijnbare oneindigheid van de Himalaya en de overdonderende lawines zijn huiveringwekkend. De primaire overlevingsdrang die zich van bergbeklimmers meester maakt is vele malen beter neergezet dan in popcornflicks als Vertical Limit of Cliffhanger, wat dat betreft is Everest een uitschieter binnen het genre.

Recensie Everest

Het geluid van de wind
Naast het visuele aspect is er terecht veel aandacht besteed aan hoe het daar op de top van zo’n berg moet klinken. De razende wind is alomtegenwoordig en zorgt samen met het vervaarlijk krakende ijs voor een dreigende atmosfeer die de klimmers nooit met rust laat. Het is alsof de berg constant op hen inpraat en laat weten dat ze niet zullen ontsnappen. Wanneer een van de meedogenloze lawines onder een hangbrug door raast, trilt het geluid van tonnen voorbij woedend sneeuw en ijs ons bijna uit onze stoel. In contrast voelen scènes die zich elders afspelen, zoals wanneer Hall belt met zijn zwangere vrouw die thuis achterblijft (gespeeld door Keira Knightley), uiterst sereen. Het maakt duidelijk dat onze helden zich haast letterlijk in een ‘andere wereld’ bevinden.

Dergelijke scènes leggen echter ook meteen de vinger op de zere plek. Knightley speelt de loyale echtgenote die nooit helemaal zal snappen waarom haar man doet wat hij doet en moet toekijken vanaf de zijlijn. Dit geldt ook voor ons als publiek. De vraag waarom je vrijwillig die monsterachtige berg zou willen beklimmen wordt het best beantwoord met de oneliner ‘Because it’s there’.

 

14 september 2015

 

 

MEER RECENSIES