A New Kind of Wilderness

***
recensie A New Kind of Wilderness
Laten we in de zon blijven tot hij ondergaat

door Cor Oliemeulen

In films, documentaires en tv-programma’s zie je steeds vaker hoe mensen zich terugtrekken uit de drukke, gehaaste en materialistische maatschappij om in de natuur een nieuw leven te beginnen. A New Kind of Wilderness toont een mooi voorbeeld van zo’n eenvoudig leven, maar laat ook zien hoe idealen vervagen door onvermijdelijke aanpassingen aan het moderne leven.

“Laten we buiten gaan wandelen. Midden in het gebied van kabbelend water. En vogels die barsten van enthousiasme. Met zicht op de kale grond, de eerste lentebloemen en vlinders. Laten we in de zon blijven tot hij ondergaat.”

A New Kind of Wilderness

Verstoken van luxe
Het zijn de laatste woorden van Maria in A New Kind of Wilderness van de Noorse filmmaakster Silje Evensmo Jacobsen dat werd gekozen tot beste documentaire op het afgelopen Sundance Film Festival. Maria is een Noorse fotograaf die samen met haar partner, de Engelsman Nik, besluit om het hectische leven van de grote stad achter zich te laten, zich terug te trekken in de natuur en daar verstoken van luxe grotendeels zelfvoorzienend te worden.

Ze kopen een oude boerderij, knappen die op en gaan zelf hun groenten verbouwen. Ze krijgen vier kinderen, die ze tweetalig opvoeden en zelf lesgeven, en genieten samen met hun kroost van het leven in de overweldigende Noorse natuur. Een tragedie verstoort hun dromen en dwingt hen om langzaam contact met de buitenwereld te krijgen.

Gevangenis
De camera van Silje Evensmo Jacobsen (bekend van haar tv-serie over de Noorse atletiekfamilie Ingebrigsten) registreert zowel het leven in de wildernis waar de kinderen spelen in het bos, bomen knuffelen of houtsnijden, als binnen in de boerderij waar de twee meisjes en twee jongens het geweldig naar hun zin lijken te hebben, ook als ze les krijgen van hun ouders. Ze hebben nog nooit televisie gekeken en hebben dan ook niet het gevoel dat ze iets missen als ze op hun verjaardag bijvoorbeeld een door pa vervaardigde houten lepel cadeau krijgen.

A New Kind of Wilderness

Maar de Noorse wet gebiedt dat ingezetenen op een bepaalde leeftijd naar school moeten. Als Nik zijn oudste dochter Ronja met zijn auto naar school brengt, vraagt zij zich af waarom ze per se naar die “gevangenis” moet. En als de nieuwe omstandigheden daar om vragen, moet Nik een deal maken met de autoriteiten en moeten ook de jongere kinderen voortaan naar school; drie dagen, de rest mag thuis. Ze kunnen ook maar beter hun messen thuislaten om geen problemen met andere leerlingen te krijgen.

Onbestemde hoop
Naast de beelden van de wonderschone Noorse natuur en de louter observerende filmcamera geeft A New Kind of Wilderness ook door de montage van filmpjes en foto’s met teksten van Maria een prachtig beeld van twee vrije geesten en de naar hun idealen opgevoede kinderen. Totdat langzaam pijnlijk duidelijk wordt dat een geïsoleerd leven in deze tijd nauwelijks of niet is vol te houden. Want geef een kind een laptop en voordat je het weet, speelt het spelletjes en zijn ook de andere kinderen er niet meer bij weg te slaan.

De maatschappij wil dat iedereen zich moet ontwikkelen en het liefst ook leert omgaan met andere mensen. En dus moet in deze met liefde gemaakte documentaire over idealen, rouw en verdriet ook een ouder leren om het oude leven los te laten.

 

27 augustus 2024

 

ALLE RECENSIES

No Country for Old Men (2007)

No Country for Old Men (2007) 
Hoe een deel van deze wereld te zijn

door Bert Potvliege

Er komen enkele spoilers aan, dus gelieve je te onthouden als je deze nog niet zag. Wel vraag ik me af, als je No Country for Old Men na een goeie vijftien jaar nog steeds niet gezien hebt, of het leuk wonen was op Mars.

Het moest er ooit van komen. Het talent van regisseursduo Joel & Ethan Coen was te groot om nooit een film af te leveren die ongeveer alle prijzen zou winnen die te winnen vielen, een film die velen beschouwen als hun meesterwerk. Zowel Joel als Ethan mochten elk drie Oscars op de schouwmantel zetten voor het fantastische No Country for Old Men (2007). Javier Bardem zou het vierde beeldje mee naar huis nemen voor de beste bijrol. Het was mooi om zien hoe deze arthouse darlings de hoofdvogel afschoten in mainstreamcinema. De prijzenregen was meer dan verdiend, want de Coens hebben er een meesterlijke suspenserijke thriller van gemaakt. 

Josh Brolin als de armtierige cowboy Llewelyn Moss

Josh Brolin als de armtierige cowboy Llewelyn Moss

Het was het punt in de carrière van de Coens waar ze in een vervelend dipje zaten. Intolerable Cruelty (2003) deed menigeen fronsen en het daaropvolgende The Ladykillers (2004) wordt zelfs beschouwd als hun slechtste film. Niemand heeft enig idee wat de impact ervan was op de broers. Maalden ze er überhaupt om? Maar het valt wel op dat ze voor hun volgende prent voor het eerst een boek zouden verfilmen en geen origineel werk. Het was producent Scott Rudin die het boek No Country for Old Men, van befaamd auteur Cormac McCarthy (The Road), de broertjes onder de neuzen schoof. Rudin had eerder dan de rest van de wereld door dat dit verhaal hen op het lijf geschreven stond, alsof ze geboren waren om dit te vertalen naar het witte doek.

You don’t often see a Mexican in a suit
De armtierige cowboy Llewelyn Moss (Josh Brolin in een doorbraakrol) stoot op een fout gelopen Mexicaanse drugsdeal in de droge vlaktes van West-Texas. Een koffer met twee miljoen dollar valt er zomaar voor het rapen en hij besluit het geld voor zich te houden. Het betekent dat hij op de vlucht moet, want uiteraard maken een aantal dubieuze figuren jacht op het geld. Enter fenomeen Anton Chigurh (Javier Bardem is om duimen en vingers bij af te likken), een sociopaat en huurmoordenaar zonder gevoel voor humor, die niet zal stoppen vooraleer hij Llewelyn heeft leren kennismaken met zijn penschietpistool. Naast het kat-en-muisspel tussen beide mannen vertelt de film ook over sheriff Ed Tom Bell (een briljante Tommy Lee Jones), die noodgedwongen achter de feiten aanloopt en vooral het hoofd schudt voor al het geweld in de wereld. Zal Llewelyn de poen voor zich kunnen houden? Zal de waanzinnige Chigurh hem te pakken krijgen? Of zal Ed Tom hem kunnen redden van het onvermijdelijke?

Het is op zich een ontzettend eenvoudig en rechtlijnig verhaal, maar monstertalenten voor en achter de camera maken er een nagelbijtende rit met diepgang van. De vraag stelt zich wat McCarthy wou zeggen met dit verhaal. Het is daar dat de titel een hoop werk verzet voor de kijker, want die verraadt de thematische lading van de prent. Net zoals die scène bijna aan het eind van de film waar Ed Tom een familielid opzoekt die het hem nog eens haarfijn uitspelt: “You can’t stop what’s coming. It ain’t all waiting on you. That’s vanity.”

Het grootste deel van je leven spendeer je in een wereld die je steeds minder lijkt te herkennen, die niet langer de wereld is waarin je opgroeide. Die verdere evolutie is normaal, maar ervaar je als iets dat steeds verder verwijderd raakt van wat je zelf ooit normaal vond. Het aanvaarden dat de wereld verder draait zonder jou, is een essentiële stap die je moet zetten om verbittering tegen te gaan. Want verwachten dat alles blijft zoals je het gewoon bent, dat is die ijdelheid. Dat vind ik een heerlijke moraal en ik was aangenaam verrast toen ik de film voor het eerst zag, door die ontzettend mooie levensles die erin schuilt.

What business is it of yours where I’m from, friendo?
Director of photography Roger Deakins is in mijn ogen, met uitzondering van Emmanuel ‘Chivo’ Lubezki (The Tree Of Life), de beste cameraman ter wereld. De man had hiervoor al een aantal keer samengewerkt met de broertjes. Zo denk ik met plezier terug aan O Brother, Where Art Thou?. Maar dit is zijn strafste bijdrage aan het oeuvre van de Coens. De film straalt aan de oppervlakte een visuele bedaring uit, maar onderhuids gaat er een niet te negeren dreiging van uit. Die dreiging komt regelmatig opborrelen dankzij een uitstekende montage, die de suspense voedt. Het ontbreken van muziek in de film versterkt dit enkel. Er valt geen noot te horen in de twee uur durende speeltijd.

Een mooi voorbeeld van die visuele rust met onderhuidse dreiging vind je bij de introductiescène van Llewelyn, wanneer hij in alle kalmte aan het jagen is. Een moment van hoe montage de dreiging aan de oppervlakte kan brengen, is bij dat beeld van de papierwikkel op de balie van het tankstation, dat net iets te lang duurt waardoor een tastbaar ongemak ontstaat (Scorsese deed net hetzelfde in Taxi Driver). Het ontbreken van muziek leidt ertoe dat de klankeffecten een meer centrale rol innemen en zelfs fungeren als een muzikale begeleiding. Let maar op het moment wanneer Llewelyn vlucht uit het hotel, waarbij de impact van een kogelregen in een autoraam een ritmiek creëert die me op het puntje van mijn stoel deed zitten. Het is een creatief spel met de middelen van het filmmaken dat hypereffectief blijkt te zijn.

And then I woke up
De drie hoofdrolspelers zijn elk voor hun eigen reden een mooi staaltje casting. Een hoofdrol geven in 2007 aan Josh Brolin was een groter risico dan dat het vandaag zou zijn, gezien alle succes dat hij had sindsdien (hij speelde Thanos in The Avengers en won prijzen voor Milk). Mooi dat de broers de kans gaven aan Brolin, om hem zo aan het grote publiek te kunnen voorstellen. Het bleek de doorbraak die hij bovendien verdiende, al was het maar omdat het zou leiden tot zijn rol in Inherent Vice, waarvan de lachkrampen nog nazinderen.

Javier Bardem in de rol van Chigurh ging met de meeste aandacht lopen en het is duidelijk waarom. Het is het personage dat meest tot de verbeelding spreekt, met dat gekke kapsel en die bizarre eigengereidheid van hem (check hoe hij zijn sokken uitdoet na een schietpartij). Zijn Oscar voor beste bijrol bleek dat jaar de logica zelve. Laat ons ook niet vergeten dat Bardem ondertussen al vijfentwintig jaar topwerk aflevert dat bovendien heel divers is, van Mar adentro tot Skyfall.

Javier Bardem als de psychopaat Anton Chigurh

Javier Bardem als de psychopaat Anton Chigurh

Dan is er nog klasbak Tommy Lee Jones in de rol van sheriff Ed Tom. Ik zie de man al mijn hele leven goeie kwaliteit leveren, maar wat hij hier neerzet, is meer dan dat. Ik wik even mijn woorden, maar zijn spel in No Country for Old Men vind ik een van de allerbeste acteerprestaties van de afgelopen kwarteeuw. Omdat de rol van Chigurh zo flamboyant is, bleef Jones wat in de luwte, maar vergis je niet. Wat hij hier neerzet is voor de annalen van de cinema. Het mooiste voorbeeld daarvan is de slotscène, een monoloog van Jones waarin hij vertelt over een droom die hij had over zijn vader. Ik kan er opnieuw en opnieuw naar kijken op zoek naar een foute noot, maar die monoloog is perfect gespeeld – net zoals de monoloog van Michael Stuhlbarg in Call Me by Your Name of Anthony Hopkins in de slotscène van The Father.

Are you all right? You got a bone stickin’ out of your arm.
Om te eindigen wil ik een ogenblik stilstaan bij de zin voor risico die Joel & Ethan Coen hier etaleren. Het is niet omdat deze film een enorm succes was dat dit zou betekenen dat ze op veilig speelden bij het maken ervan, om een groter publiek te kunnen bereiken. Op narratief vlak gebeurt er zelfs een plotwending zoals je nooit eerder zag, waarbij Llewelyn – nota bene de protagonist in dit verhaal – off-screen doodgeschoten wordt, een half uur voor het einde van de film. Uiteraard frustreert dit mateloos, maar het heeft een thematisch gewicht (iets over uitgerangeerd worden, maar vlooi dat gerust zelf uit naar eigen believen). Ik houd best wel van dergelijke gewaagdheid en voor zij die menen dat het ontzettend ergerlijk is, leer inzien dat het net de bedoeling is. De dood is een plots ding.

De gewaagdheid van de broers vind je ook terug bij de conclusie van de film en die slotmonoloog van Tommy Lee Jones. Het is een riskante afhandeling van de plot, maar het tilt de film naar een hoger niveau, verder weg van de eenduidigheid van een traditionele achtervolgingsfilm, naar een bedachtzame parabel over het leven. Het eindresultaat is een meesterlijke thriller die veel meer te bieden heeft dan enkel een verhaal vertellen. Moest het door hun eerder werk nog niet in kannen en kruiken zijn, dan hebben de Coens met deze No Country for Old Men hun status in de filmgeschiedenis voor eens en voor altijd bezegeld.

 

29 juli 2024

 

THEMAMAAND JOEL EN ETHAN COEN

Nosferatu: Phantom der Nacht (1979)

Nosferatu: Phantom der Nacht (1979)
Aandoenlijke ondode in bijna volmaakte remake

door Paul Rübsaam

Nosferatu, eine Symphonie des Grauens van F.W. Murnau uit 1922 is een meesterwerk. Werner Herzog bracht in 1979 een hommage met Nosferatu: Phantom der Nacht, een bijna volmaakte remake met glansrollen voor Klaus Kinski en Isabelle Adjani.

Als kind zag ik Dracula (1931) van Tod Browning met Bela Lugosi als vampier. Nosferatu van Herzog zag ik toen hij voor het eerst in Nederland in de bioscoop verscheen. Ik was een jaar of twintig en ging naar films die je zien moest. Spraakmakende Duitse filmmakers als Rainer Werner Fassbinder, Wim Wenders en Werner Herzog diende je te volgen. De naam F.W. Murnau was mij in die tijd onbekend.

Nosferatu: Phantom der Nacht (1979)

In Nosferatu: Phantom der Nacht (1979) was er weinig dat deed denken aan de goochelaarachtige Draculafiguur van Bela Lugosi, die met een zwierige cape en zwoele blik af en toe ten tonele verschijnt als welgestelde verloofden, een arts en een wetenschapper in een salon zitten te keuvelen. Herzogs Nosferatu was allerminst statische, oubollige horror. Eerder zwart-romantische kunst die bij de kijker schoonheidservaringen teweeg kon brengen, vond ik.

Nosferatu, eine Symphonie des Grauens (1922) van Murnau zag ik ongeveer vijftien jaar geleden voor het eerst. Pas toen ik van middelbare leeftijd was, ontwikkelde zich bij mij een fascinatie voor met name Duitse films uit het zwijgende tijdperk. Werner Herzog heeft meerdere keren verklaard dat Nosferatu: Phantom der Nacht bedoeld is als hommage aan de film van Murnau. Van een remake heeft hij echter nooit willen spreken. Toch vind ik het nu verleidelijk om Nosferatu: Phantom der Nacht in dat laatste licht te bezien. Want Murnau’s verhaallijn wordt opmerkelijk getrouw gevolgd. Al weet Herzog met de acteurs en de modernere cinematografische middelen zijn landgenoot regelmatig te overtreffen.

Ongrijpbaarheid en beweging
Naarmate je Murnau’s origineel vaker ziet, kom je steeds meer tot de conclusie dat Nosferatu, eine Symfonie des Grauens niet in de eerste plaats gaat over een vampier, of specifieker een ondode graaf. De film gaat over angst. Angst voor ziektes, bacillen en de dood uiteraard. Angst voor wat met de wind uit verre oorden wordt aangewaaid. Angst voor het onzichtbare, ongrijpbare, maar immer beweeglijke en noodlottige.

Beweging en tegenbeweging, traag maar onstuitbaar, maar ook fluïditeit en permeabiliteit zijn kernwoorden bij Murnau. Wekenlange reizen per schip, te voet en te paard, golven die het strand overspoelen, de wind in de zeilen, het slaapwandelen van Ellen (Lucy bij Herzog), de wind die met de gordijnen speelt, de trage vleugelslag van een vleermuis. Alles is een beweging bij Murnau en alles verbeeldt hetzelfde noodlot. De ritmiek van zijn film is weergaloos.

Lijden
Graaf Dracula zoals Klaus Kinski die in Nosferatu: Phantom der Nacht verbeeldt, is nog een verfijning van de graaf Orlok die Max Schreck gestalte gaf in Nosferatu, eine Symphonie des Grauens. Nou ja, gestalte? Orlok was al een akelig schriel mannetje. Een levend skelet waar je bijna doorheen greep. Zoals het een ondode betaamt.

Bij de zacht, bijna bedeesd sprekende graaf Dracula waar Jonathan Harker (Bruno Ganz) na zijn reis van Wismar naar Transsylvanië een onroerendgoedtransactie mee af dient te sluiten, manifesteert dat half vergane van graaf Orlok uit Murnau’s zwijgende film zich in de vorm van fragiliteit en kwetsbaarheid.

Kinski’s graaf Dracula is innemend tot op zekere hoogte en zelfs bijna aandoenlijk. Al is hij een uitgemergelde, wasbleke man met rafelige oren, lange en puntige boventanden, handen met klauwachtig lange nagels, die zijn bloeddorst bovendien nauwelijks beteugelen kan als Harker per ongeluk met een mes in zijn vingertop snijdt in plaats van in een brood. Deze graaf Dracula is een man die in de eerste plaats lijdt. Hij is iemand die veel liever dood dan ondood zou zijn. Meer nog dan in het afschrikwekkende van zijn personage leeft Kinski zich uit in het tragische daarvan.

Schrikogen
De ultieme tegenspeler van Kinski’s Dracula is uiteindelijk niet Jonathan Harker, maar diens echtgenote Lucy Harker (Isabelle Adjani). Het duurt lang voordat Lucy en de graaf elkaar ontmoeten. Ze zijn zich echter een groot deel van de film al sterk van elkaars bestaan bewust, respectievelijk als de belichaming van het noodlot en de ultieme belofte.

Met haar lange zwarte haar, lange slanke hals en grote schrikogen geeft Adjani gestalte aan het engelachtige, hypergevoelige, op het randje van hysterie balancerende personage Lucy Harker, die als haar man uit Wismar op weg gaat naar Transsylvanië al voorvoelt dat die reis niets goeds kan brengen en uiteindelijk bereid is zichzelf op te offeren om het onheil af te wenden dat Dracula over Wismar zal brengen. Beide gedempt sprekend, prevelend bijna, zijn Lucy Harker en graaf Dracula tot elkaar veroordeeld, maar eigenlijk ook voor elkaar gemaakt.

Nosferatu: Phantom der Nacht (1979)

Schoonheid van Holland
De immer trage, maar constante beweging bij Murnau bouwt Herzog onder andere uit bij de aankomst te voet van Jonathan Harker bij zonsondergang op de Borgopas, waar Transsylvanië zich ontvouwt voor het oog van de wandelaar. Tegen de steeds donker wordende hemel ontwaart Harker daar op een heuveltop het kasteel van Dracula in de gedaante van een ruïne. De gedragen klanken van de ouverture van Richard Wagners opera ‘Das Rheingold’ lijken een dreiging, maar ook een belofte in te houden. Harker gaat immers hoe dan ook een andere wereld betreden.

Nadat hij in het slot zaken met de bewoner heeft gedaan, zal Harker terugreizen naar Wismar. Maar Dracula is hem voor. Over Varna en de golf van Biskaje reist de ondode graaf met zijn kisten per schip naar het stadje, waar hij niet in de laatste plaats zijn tanden in de hals van Lucy wil zetten. De bemanning van het schip met zijn rode zeilen zal ten prooi vallen aan de pest, verspreid door de uit de kisten afkomstige ratten. Machtig traag en schijnbaar onbestuurd zien we het verdoemde vaartuig tenslotte de haven van Wismar binnenschuiven (in werkelijkheid een kade in Schiedam, voor het overige wordt Wismar hoofdzakelijk met behulp van locaties in Delft verbeeld).

Een typisch Hollands decor wordt eveneens luisterrijk over het voetlicht gebracht bij de gehaaste terugreis die Harker onderneemt in de hoop Lucy nog te kunnen redden, nadat hij zich bevrijd heeft uit het slot waar Dracula hem opgesloten heeft. Aanvankelijk reist Harker te paard. Maar later, als zijn lichamelijke en geestelijke gezondheid steeds verder verslechteren, als koetspassagier. Het is die koets die we over een kaarsrechte dijk tussen twee Hollandse plassen zien rijden. De dijk vormt een horizontale streep precies in het midden van het beeld. Het rijtuig met de dravende paarden ervoor weerspiegelt zich feilloos in het roerloze water.

Jarenzeventigfilm
In een film die geen remake is, maar een ode mag de regisseur ook dingen weglaten, of toevoegen. Maar had Herzog dat ook moeten doen? Wanneer we de sensueel griezelige finale waarin Kinski en Adjani opnieuw excelleren buiten beschouwing laten, gaat hij zich in het laatste deel van de film (als graaf Dracula in Wismar is gearriveerd) te buiten aan toevoegingen die te veel een dam vormen in Murnau’s constante stroom. Dan wordt het ineens zo’n typische jarenzeventigfilm met te veel ratten en decadente personages die in het zicht van de dood nog een feestmaal aan willen richten. Alsof Herzog zich ook nog schatplichtig achtte aan La Grande Bouffe (Marco Ferreri, 1973), of iets dergelijks.

Nu ja, niemand is volmaakt. Zelfs Werner Herzog niet.

 

Kijk hier waar en wanneer Nosferatu: Phantom der Nacht draait.

 

24 juni 2023

 

THEMAMAAND WERNER HERZOG

No Dogs or Italians Allowed

****
recensie No Dogs or Italians Allowed
De geestige wortels van regisseur Alain Ughetto

door Bob van der Sterre

Een van de revelaties bij het laatste IFFR (International Film Festival Rotterdam) was de stopmotionfilm No Dogs or Italians Allowed. “Weten waar ik vandaan kom, vind ik een geruststellende gedachte”, zegt regisseur Alain Ughetto. Een vriendelijke film die moeilijke thema’s op lichtvoetige manier aanpakt.

Ughetto bouwt de set en praat tegelijk in het geboortedorp van zijn familie, Ughetterra, met zijn oma, Cesira. Zij blikt terug op hun geschiedenissen, terwijl ze zijn enorme mensensok stopt.

Het is begin twintigste eeuw. Luigi en Cesira komen uit Italië en gaan hun geluk beproeven in Frankrijk. Luigi (de opa van de regisseur) is handig en gaat er werken. Dat is het begin van hun droomhuis.

De ontwikkelingen in de wereld doorkruisen hun plannen. Oorlogen (Abessinië, Eerste Wereldoorlog)… De Spaanse griep… Fascisten… Discriminatie… Er gebeurt ontzettend veel. En dan dient de volgende generatie zich alweer aan.

No Dogs or Italians Allowed

Een kind van migranten
Alain Ughetto, een Franse regisseur, besefte een tijd geleden dat zijn roots elders lagen. In een interview met de Filmkrant zei hij: ‘Mijn vader verliet Italië om opgeleid te worden in Frankrijk. Hij was zeventien toen hij de Franse nationaliteit kreeg. Pas toen ik me in dit verhaal verdiepte, realiseerde ik me dat ik zelf ook een kind van migranten ben.’

Ughetto ging na het overlijden van zijn vader op zoek naar ‘het dorp waar iedereen Ughetto heet’ in Italië. En het bleek te bestaan: Ughettera. ‘Iedereen heet daar Ughetto. In elk geval op de begraafplaats.’

De wortels van zijn leven waren ook de wortels van zijn film, die de IFFR-publieksprijs net niet won, maar wel de European Film Award voor beste animatie.

Ughetto verzon het meeste over de familie die hij laat zien. Dat kwam omdat hij weinig bronnen over zijn familie had. In hetzelfde interview met de Filmkrant: ‘De mensen van Italiaanse origine kennen hun eigen geschiedenis niet. Ze besloten dat ze Frans moesten worden, Franser dan de Fransen, dus Italië hebben ze uit hun geheugen gewist. Men wil het niet meer weten.’

Ughetto ziet de wrange parallel met de huidige generatie vluchtelingen die naar Italië gaan. ‘(…) terwijl de Italianen zelf jarenlang overal ter wereld hun arbeid aanboden, en overal heen vertrokken, is de situatie nu omgedraaid. Nu ontvangen ze migranten en weten ze niet wat ze met hen aan moeten.’

Mooie vondsten in een lichtvoetig verhaal
Het klinkt allemaal als een vrij pittig politiek verhaal – en dat komt ook een beetje door de misleidende titel – maar hier heb je de mooie uitdrukking ‘niets is minder waar’ voor: de film verrast met een geestige en lichtvoetige aanpak van het drama.

Neem het decor. Ughetto creëert de setting letterlijk in de film: we zien zijn handen het decor bouwen. ‘Het gaat over mijn familie en dan moeten mijn handen ook zichtbaar zijn, dat is natuurlijk.’ Het is ook een familietrekje want zijn vader was een handige man die ‘alles kon maken’, die het weer van zijn vader had. ‘Ik ben zoals hen, maar dan met films.’

Broccoli als bomen, kartonnen huisjes die voor je neus aan elkaar worden gelijmd, een speelgoedkoe die uit elkaar valt, suikerklontjes als muur.

No Dogs or Italians Allowed

Als Alains vader als kleuter huilt in de film, vraagt Cesira aan de regisseur: ‘Alain, kun jij met je vader praten?’ Dat zijn mooie vondsten en dat laat ook zien hoe goed die lichte stijl tegenwoordig past bij de animatie voor volwassenen. Zelfs ondanks de oorlog, het fascisme en de fatale ziektes weet Ughetto het allemaal vrij luchtig te houden. De kijker werkt het weg met een flinke teug droge, zwarte humor. In feite graaft zo’n film net zo diep als een roman – maar mist de pretentie die deze romans vaak onleesbaar maken.

100 jaar eenzaamheid?
Over romans gesproken, de film heeft wat weg van de beroemde roman van Gabriel García Márquez: Honderd jaar eenzaamheid. Hier ook het komen en gaan van generaties. En het is net zo meelevend als die roman. De kijker wordt erin getrokken en voor je het weet leef je met ze mee. En denk je als de Italiaanse fascisten het deel van Frankrijk binnenvallen waar zij nou net zijn gaan wonen: hoeveel pech kan een gezin hebben?

Een mooi moment in de film is als de broers voor militaire dienst worden opgeroepen, wat ze aanvankelijk als een grote grap zien, maar ze keren terug, gebroken, om vervolgens voor wéér een oorlog te worden opgeroepen… Zo vrolijk zijn ze niet meer; ze hadden nog geen idee hoe verschrikkelijk moderne oorlogen waren geworden. Die herhaling maakt het ontzettend wrange ook weer komisch, en dat is het kenmerk van verfijnde humor.

 

17 mei 2023

 

ALLE RECENSIES

No Bears

****
recensie No Bears
Ragfijn spel met film en werkelijkheid

door Jochum de Graaf

Op het moment dat No Bears op het IFFR in première ging, ging Jafar Panahi in hongerstaking. De Iraanse regisseur zat al sinds juli in de beruchte Evin-gevangenis in Teheran. Toen hij uit solidariteit de rechtszaak tegen collega-regisseur Mohammad Rasoulof (There is no Evil) wilde bijwonen, werd een oude straf wegens ‘het bedreigen van de staatsveiligheid’ ten uitvoer gelegd. Afgelopen vrijdag 3 februari werd Panahi op borgtocht vrijgelaten. Actueler en urgenter kan het nieuwe meesterwerk van de chroniqueur van het leven in de islamitische dictatuur van Iran niet zijn.

Panahi wordt gezien als vertegenwoordiger van het neorealisme. Zelf beschrijft hij zijn als het in beeld brengen van ‘menselijke gebeurtenissen op poëtische een artistieke wijze’, maar ik beschouw hem vooral als haarscherpe observator en volhardend criticaster van het dictatoriale regime van de Islamitische Republiek Iran, dat na veertig jaar onderdrukking met de hevigste vormen van verzet wordt geconfronteerd, met vooralsnog ongewisse afloop.

No Bears

Conflicten met regime
Panahi heeft als meest gelauwerde Iraanse cineast een lange geschiedenis van conflicten met het ayatollah-regime. Hij werd regelmatig aangeklaagd en opgepakt, het werd hem verboden films te maken, hij kreeg een verbod op reizen naar het buitenland. Het weerhield hem niet van het tot op de dag van vandaag met zijn veelal clandestien opgenomen en uitgebrachte films de perfide islamitische dictatuur aan de kaak te stellen.

Al in 2000 stelde hij met The Circle, waarvoor hij in Venetië de Gouden Leeuw kreeg, de onderdrukte positie van vrouwen aan de orde, in Offside volgde hij een aantal vrouwen die zich als man verkleedden om een voetbalwedstrijd te zien. De film werd net als The Circle officieel verboden en was desondanks in 2006 toch in het ondergrondse circuit in Iran de meest bekeken film, bovendien bekroond met de Zilveren Beer in Berlijn. Taxi Teheran won in 2015 de Gouden Beer, Panahi speelt zelf de hoofdrol als taxichauffeur in de straten van Teheran die met zijn bijzondere passagiers aan de hand van alledaagse gebeurtenissen grotere thema’s als moraal en censuur onder de Islamitische dictatuur bespreekt.

Rituele voetwassing
Ook No Bears biedt een haarscherp, prachtig poëtisch inkijkje in de huidige Iraanse samenleving. Panahi speelt zichzelf als de tijdelijk naar een klein dorpje aan de grens met Turkije uitgeweken regisseur die van daaruit een speelfilm in een stad net over de grens probeert te maken. Het volgens het scenario ook in werkelijkheid Iran ontvluchte stel Zara en Bakhtiar wil asiel aanvragen in Europa en krijgt los van elkaar valse paspoorten toegespeeld, waardoor ze zeer tegen de zin van met name Zara niet samen kunnen reizen.

De opnamen vorderen redelijk, maar door het haperende internet in de afgelegen regio kan Panahi maar zeer beperkt de rushes bekijken. Zijn opnameleider Reza komt hem vanuit Turkije bezoeken en wil hem overhalen met behulp van smokkelaars de grens over te steken. Panahi maakt een nachtelijke rit door het onherbergzame gebied, maar deinst uiteindelijk terug voor de rigoureuze stap zich af te sluiten van zijn afkomst, land en verleden.

Wanneer het contact met de crew in Turkije al een aantal dagen verbroken is, besluit hij het leven in het dorp en zijn bewoners vast te leggen. Hij geeft zijn fotocamera in handen van zijn huisbaas met de opdracht om de voetwassing van twee jonggeliefden, onderdeel van een eeuwenoud verlovingsritueel, vast te leggen. Tegelijkertijd loopt als speelfilm in een speelfilm de verhouding tussen Zara en Bakhtiar in Turkije uit op een verschrikkelijk drama.

No Bears

En ook in het Iraanse bergdorp loopt het gruwelijk mis. De jonge vrouw zou kort voor het ritueel gezien zijn met een andere jonge man die korte tijd vanuit Teheran in zijn geboortedorp is teruggekeerd. Een grote schande en aantasting van de eer van haar beoogde echtgenoot en zijn familie, die niet ongewroken mag blijven.

Panahi zou de geheime ontmoeting vastgelegd hebben. Eerst zijn huisbaas en even later de dorpsoudste vragen hem de foto als bewijs te overhandigen, maar hij ontkent dit en levert hen de harde schijf uit de camera. Om aan alle onzekerheid een einde te maken, wordt Panahi gevraagd zijn getuigenis onder ede ten overstaan van de raad van dorpsoudsten te bevestigen.

Op weg naar de openbare ceremonie ontmoet Panahi een toevallige wandelaar die een eindje met hem meeloopt en hem wijst op het gevaar van beren in de duisternis. Even later merkt hij op dat de verschillen tussen stad en platteland minder groot zijn als iedereen denkt. Stadsmensen hebben problemen met de autoriteiten, zij als dorpsbewoners hebben problemen met bijgeloof. Die geruchten over gevaarlijke beren vindt hij eigenlijk onzin, het zijn ‘verhalen om ons bang te maken, onze angst geeft anderen kracht, niet beren’.

Lagen en perspectieven
Eenmaal in het primitieve dorpslokaal ontstaat een discussie of liegen onder ede volgens de Koran wel verboden is. Panahi verbindt aan zijn getuigenis de voorwaarde dat de ceremonie ook op film wordt vastgelegd, waardoor het indringender voor de eeuwigheid bewaard kan worden. Ook dit maakt weer deel uit van het ragfijne spel dat Panahi met film en werkelijkheid speelt. De speelfilm in de speelfilm, de botsing van culturen, het vasthouden aan absurde dogma’s, de eeuwenoude tradities op het platteland in contrast met moderne opvattingen over de verhouding tussen mannen en vrouwen, de dramatische liefdesgeschiedenissen als gevolg daarvan, het toch bij elkaar komen van archaïsche opvattingen en moderne stadse inzichten in de gedeelde afkeer van het verre Teheran, het dilemma van vluchten of blijven en de achtergrond van het zoveel mogelijk ontwijken van of juist verzet bieden aan het regime. Het is dat telkens aanboren van nieuwe lagen en perspectieven dat No Bears zo fascinerend maakt.

 

8 februari 2023

 

ALLE RECENSIES

La nuit du 12

***
recensie La nuit du 12
Iedere rechercheur heeft een misdaad die hem achtervolgt

door Ries Jacobs

In een Frans Alpendorp wordt de eenentwintigjarige Clara Royer met benzine overgoten en in brand gestoken. Ze overleeft de aanslag niet. Het is aan het team van rechercheur Vivès om de dader te vinden.

La nuit du 12 lijkt aanvankelijk een klassieke whodunnit, een soort Baantjer in de Franse Alpen. Vele verdachten komen in beeld in wat al snel een crime passionel lijkt te zijn. Clara was een romanticus, op zoek naar liefde kwam ze steeds weer in de armen van foute mannen terecht.

La nuit de 12

De politieagenten die op de moord gezet worden, zijn uiterst serieus, maar  hebben tegelijk geen hoge pet op van vrouwen, of in ieder geval niet van de interactie tussen mannen en vrouwen.

Zijn ook zij diep van binnen geen foute mannen? De liefde hebben ze afgezworen, ze waarschuwen een nieuwe collega die onlangs voor zijn vriendin op zijn knieën is gegaan voor de valkuilen van het huwelijk. Opvallend is het personage Marceau. De getatoeëerde rechercheur en zijn vriendin probeerden jarenlang vergeefs een kind te krijgen. Nu is ze zwanger van haar minnaar. Deze zes mannen, murw gebeukt door verloren liefdes en gruwelijke misdaden, hebben de taak om de moord op te lossen.

Feminisme
Dominik Moll maakte ruim 20 jaar geleden een bliksemstart als regisseur. Voor zijn tweede film Harry, un ami qui vous veut du bien (2000) kreeg hij een César, het Franse equivalent van de Oscar, en ook in de jaren daarna werden zijn films goed ontvangen. Een rode draad in zijn oeuvre zijn personages die op zoek zijn naar liefde en intimiteit. Deze lijn zet hij voort in La nuit du 12. De film toont gelijkenissen met Moll’s voorlaatste werk. Ook in Seules les bêtes (2019) hebben we te maken met ongelukkige liefde, een misdaad en een keur aan verdachten.

Ook voor die film schreef de Frans-Duitse regisseur zelf het scenario. Voor La nuit du 12 baseerde hij het script losjes op het boek 18.3. Une année à la PJ van de Franse schrijfster Pauline Guéna. Het centrale thema in het boek, ‘iedere rechercheur heeft een misdaad die hem achtervolgt’, fascineerde hem zodanig dat hij het verwerkte in een film. Toch is dit niet het enige dat hij wil zeggen. 

La nuit de 12

Er zit een feministisch element in de film dat niet goed uit de verf komt. Foute verdachten en vrouwonvriendelijke politieagenten staan tegenover een gewelddadig uit haar jonge leven gerukte blondine, een meisje eigenlijk nog. Moll lijkt de onschuld van het meisje tegenover het cynisme van de mannen te willen zetten, maar wat hij nu werkelijk wil zeggen, wordt geen moment duidelijk. 

Verval en verveling
Dit had Moll in zijn scenario beter uit moeten diepen. Nu is er een lichaam van een aan de liefde verslaafde vrouw en een allegaartje van mannen die de liefde hebben afgezworen. Deze verhaallijn leidt nergens naartoe. Het acteerwerk is oké, maar geen moment leef je mee met de nabestaanden of met de getroebleerde politiemannen. Het lukt de regisseur niet om dicht op de huid van zijn personages te zitten.

Ook wat betreft de beelden lukt het niet om La nuit du 12 voldoende sfeer te geven. Het camerawerk is eenvoudig en droog, je kunt het zelfs afstandelijk noemen. Dat is jammer, want het Alpendecor leent zich uitstekend voor de desolate sfeer van verval en verveling die in de leeggelopen bergdorpjes hangt. Toch kijkt de film lekker weg en verveelt hij geen moment. Alsof je kijkt naar een lange aflevering van Baantjer, maar dan zonder ontknoping.

 

4 december 2022

 

ALLE RECENSIES

Nowhere

***
recensie Nowhere
Van nergens tot hier

door Cor Oliemeulen

Twee mannen rouwen. De een is op zoek naar wat hij heeft verloren, de ander naar wat hij nooit heeft gehad. Nowhere is een wat traag, maar soms aandoenlijk drama over het verlies en gemis van dierbaren.

Na zijn bejubelde speelfilmdebuut Offline (2012), waarin een ex-gedetineerde zich probeert te verzoenen met zijn familie en Le Ciel Flamand (2016), waarin een seksmisdrijf in een bordeel tot moord leidt, biedt de Belgische regisseur Peter Monsaerts in zijn derde langspeler Nowhere zijn personages hoop op betere tijden. Ook ditmaal bewegen de belangrijkste personages zich in de marge van de samenleving en wachten zij op betere tijden.

Nowhere

Rouw
Ex-vrachtwagenchauffeur André (Koen de Bouw: Het Vonnis, De Premier) is ingehuurd om van een afgelegen pand een wegcafé te maken. In de eerste helft van de film zien we hoe hij overdag buitenlandse werknemers in een busje ophaalt en ’s avonds filmpjes kijkt van zijn op 13-jarige leeftijd overleden dochter, die naar later blijkt vijf jaar geleden werd doodgereden. André is het type ijzervreter en een man van weinig woorden, maar ontdooit enigszins nadat hij de 17-jarige Noord-Afrikaan Thierry (Noa Tambwe Kabati) heeft betrapt tijdens een inbraak. De vijftiger ziet hoe de tiener net als hijzelf worstelt met het leven.

Dit gegeven doet toevalligerwijs denken aan een ander Belgisch drama dat zojuist in de Nederlandse bioscoop is verschenen. Ook in Dealer van Jeroen Perceval is een tienerjongen op zoek naar zijn identiteit en een rolmodel die een heilzaam perspectief kan bieden en probeert een volwassene de leegheid van zijn bestaan in te vullen. Dit klassieke gegeven zien we terug in Nowhere als André Thierry wil behoeden om niet verder weg te zakken in de uitlaatklep die criminaliteit heet. “Die jongen is gewoon op zoek naar wie hij is. Hij heeft gewoon iemand nodig”, zegt André tegen een politievrouw. Op haar beurt moet zij erkennen dat Thierry meedoet aan de ‘Ronde van Vlaanderen’, zoals Vlaamse hulpverleners dat noemen: “Hij is van opvangplek naar opvangplek gegaan.”

Nowhere

Moeder
In de tweede helft van de film blijkt dat André en Thierry elkaar meer nodig hebben dan zij denken om een nieuwe afslag in hun leven te vinden. Zo wil André als compensatie voor zijn overleden kind nu voor een andere onvolwassen persoon zorgen en heeft Thierry van een oudere een duwtje nodig om op zoek te gaan naar zijn roots. Hij weet dat zijn vader ‘waarschijnlijk Marokkaans’ is en heeft ook geen idee waar zijn moeder is. Tijdens hun gezamenlijke roadtrip naar Frankrijk blijkt dat Thierry’s moeder is verstoten door haar familie omdat ze hem op jonge leeftijd kreeg.

Regisseur Monsaerts pleit in Nowhere voor optimisme om te kiezen voor connectie in plaats van afzondering en uitsluiting. Hij is niet blind voor de uitdagingen van de multiculturele samenleving, maar wil een hoopvol tegenwicht bieden aan de polemiek in de media en de politiek. Hoe broos die lijn tussen inclusie en exclusie is, tonen de letters van de filmtitel in de aftiteling: ‘Nowhere’ (nergens) verspringt naar ‘Now here’ (nu hier).

 

26 september 2022

 

ALLE RECENSIES

Nowhere Special

****
recensie Nowhere Special
Op de drempel van het bestaan

door Tim Bouwhuis

Hoe vertel je je kind dat je terminaal ziek bent? Een brok in de keel is waarschijnlijk bij Nowhere Special, een beheerst, ingetogen drama over de relatie tussen een alleenstaande vader en zijn vierjarige zoontje.

“Mama moest gaan, heel ver weg.” Het zijn de gebruikelijke eufemismen van verleden leed, verteld van ouder op kind om de klap van een blijvend verlies te verzachten. In Nowhere Special is de moeder van Michael (kindacteur Daniel Lamont in zijn eerste rol) dan nog wel in leven, John (doorleefd vertolkt door James Norton) weet heel goed dat ze niet meer naar hen zal terugkeren. Ondanks de voelbare last van het gemis wordt de kennis van deze situatie vrijwel vanaf het begin overschaduwd door de onafwendbare tragedie die de film overspant.

Nowhere Special

Een andere vorm van pijn
Je merkt het aan Johns doorgroefde gezicht, aan de zorgen die hem op het lijf geschreven zijn. Je merkt het aan de vele toespelingen op de dood, de symbolische gebaren (een levenloze kever, een wegzwevende ballon) die Michael zonder woorden leren te begrijpen. En bovenal merk je het aan de zware zoektocht naar een adoptiehuis, die als een rode draad naar de uitgang van het leven (en daarmee naar het einde van de film) leidt.

Nowhere Special speelt zonder meer in op het sentiment van zijn publiek, maar de relevante vraag is of regisseur Uberto Pasolini (Machan, Still Life) de emoties daarbij zodanig ‘bespeelt’ dat hij zijn personages en het ziekteproces van de vader uitbuit. Daarvan is gelukkig geen moment sprake. Zo kiest Pasolini er duidelijk voor Johns lijden niet in de eerste plaats weer te geven als een keten van symptomen en bestralingen, maar als een even pijnlijke als hartverwarmende serie van laatste interacties tussen een liefdevolle vader en zijn pientere kind. Wanneer een film dramatische keuzes maakt, hoeven we niet alle ellende te zien.

Nowhere Special

Leven in de wereld van de dood
Doordachte reflecties op de wetmatigheden van dualiteit – leven en dood, lichaam en geest – maken Nowhere Special een passende opvolger van Still Life (in 2014 ook in Nederland uitgebracht). In die film speelt Eddie Marsan een begrafenisondernemer die uitvaarten regelt voor mensen zonder familie en vrienden. Net als John (twee karaktervolle creaties van Pasolini, die zijn eigen scenario’s schrijft) zoekt hij naar de betekenis en waardigheid van het leven in een wereld die om de dood draait.

De hoofdpersoon van Still Life vindt die betekenis in de kracht van empathie en dienstbaarheid, die uiteindelijk altijd loont, nu of in een volgend leven. John vindt die in het verzekeren van een geborgen toekomst voor het meest waardevolle dat hij op aarde mocht ontvangen. Op bijzonder knappe wijze weten Norton en Lamont via subtiele, vaak non-verbale signalen en handelingen over te brengen dat gevoel en intuïtie in complexe situaties de beste raadgevers kunnen zijn. Opdat de deurbel op de drempel van het bestaan maar op het juiste adres mag rinkelen.

 

20 juni 2022

 

ALLE RECENSIES

Movies that Matter 2022 – Openingsfilm Navalny

Movies that Matter Festival 2022:
Navalny: de enige serieuze bedreiger van Poetin

door Jochum de Graaf

Navalny, de openingsfilm van het Movies that Matter Festival 2022, was de publieksfavoriet op het afgelopen Sundance Festival. De documentaire laat niet alleen de opkomst van de meest prominente uitdager van Poetins macht zien, maar toont ook onthullend hoe pervers dat regime werkt.

Het verhaal van Navalny is redelijk bekend: de activist, advocaat die zich kandidaat stelde voor het burgemeesterschap van Moskou en in 2016 als presidentskandidaat een serieuze uitdager van de zittende macht van Poetin werd. In de loop der jaren mocht hij zich meer en meer verheugen in de speciale aandacht van de FSB, de geheime dienst waarin Poetin opgeleid werd, tegenwerking, intimidatie, arrestaties, gevangenschap. In juni 2020 wordt hij op studiereis in Siberië ernstig ziek, hij blijkt vergiftigd met novitsjok, een dodelijk gif dat al vaker op tegenstanders van het Poetin-regime werd ingezet, zoals de voormalige inlichtingenofficier Skripal die naar Salisbury was uitgeweken.

Navalny

Herstel van vergiftiging
Dankzij bemiddeling van Angela Merkel mag Navalny naar een kliniek in Berlijn worden overgebracht, herstelt langzaam in de luwte van een blokhut in het Zwarte Woud en besluit uiteindelijk om in januari 2021 toch weer terug naar Rusland te gaan. Aangekomen in Moskou wordt hij onmiddellijk in de boeien geslagen en na een showproces tot 9 jaar strafkamp veroordeeld; door nieuwe wetgeving hangt hem 20 jaar extra boven het hoofd.

De Canadese regisseur Daniel Roher laat op overtuigende wijze zien hoe Navalny uit kon groeien tot de grootste uitdager van de macht in Rusland, de enige serieuze bedreiger van Poetin. We zien de grote rally’s door het hele land, de onverschrokken Navalny die grote menigten op de been krijgt, hen opzweept: ‘De machthebbers zijn corrupte dieven. Wie is Vladimir Poetin?’ ‘Dief!’, scanderen ze terug ‘Poetin?’, ‘Dief! Dief!’. Bij Navalny’s terugkeer staat op vliegveld Sjeremetjevo een grote menigte hem op te wachten, zijn arrestatie groeit uit tot de grootste protestgolf in jaren.

IJzersterke thriller
Navalny is met de ontrafeling van het waargebeurde complot, de verpletterende werkelijkheid die soms sterker is dan de goed bedachte fictie, vooral ook een ijzersterke thriller. Christo Grozev, Bulgaars onderzoeksjournalist van het befaamde Bellingcat – dat ook in de Oekraïense oorlog een aantal spraakmakende onthullingen op zijn naam heeft staan – brengt samen met Maria Pevtsjiech, hoofdonderzoeker van Navalny’s Anti-Corrupt Foundation, in kaart hoe meest waarschijnlijk de FSB achter de aanslag zit en het ook niet anders kan dat Poetin zelf daar op z’n minst van geweten moet hebben, zo niet de opdracht heeft verstrekt. Zoals het een goed rechercheonderzoek betaamt, zien we foto’s van alle betrokkenen en verdachten en hun onderlinge dwarslijnen aan de muur gepind, Poetin bovenaan als hoofdverdachte.

In december 2020 zit Navalny met Grozev en Pevtsjiech aan de keukentafel van een blokhut in het Zwarte Woud, waar hij met zijn familie een aantal dagen uitrust van de aanslag. Grozev heeft drie FSB-agenten geïdentificeerd die al een aantal jaren Navalny schaduwen en hem vermoedelijk het novitsjok hebben toegediend. Vrouw en kinderen liggen nog te slapen als Navlny ze alle drie belt, maar de FSB-ers hangen snel op wanneer ze de stem aan de andere kant van de lijn herkennen. En dan besluit hij, zich voordoend als een ongeduldige ondergeschikte van Poetin die dringend informatie nodig heeft, nog een chemicus te bellen die ook betrokken is. Tot verbijstering en schrik van iedereen vertelt deze Konstantin Koedrjavtsev precies hoe het gebeurde: ‘we deden het precies zoals gepland, de manier waarop we het vaak hebben geoefend’ en ‘ja, het gif kan het beste via de onderbroek worden ingebracht’.

De film legt ook de ongelooflijke perversiteit bloot, het systeem van desinformatie dat nu al decennialang kenmerkend voor Rusland is.

Navalny

Vakkundig monddood
Navalny
vertelt ook het verhaal van zijn vader die dichtbij Tsjernobyl woonde ten tijde van de kernramp en door de Sovjet-autoriteiten gedwongen werd om aardappelen te poten, een publicitaire poging om aan te tonen dat er zogenaamd niets aan de hand was. Navalny zegt dan dat hij toen hij voor het eerst het gezicht van Vladimir Poetin op tv zag, gelijk wist hoe dit soort leugens in elkaar gestoken worden. Poetin op zijn beurt noemt zijn rivaal nooit bij naam, heeft het over ‘deze patiënt in een Berlijnse kliniek’.

Navalny kon door zijn uitgekiende gebruik van social media en de gelikte filmpjes waarmee hij de corruptie van het Poetin-regime onthulde zich lang onaantastbaar wanen. De onthullende virtuele rondleiding door het exorbitante geheime paleis van Poetin in Sotsji aan de Zwarte Zee is wereldwijd miljoenen keren bekeken. De film speculeert erop dat Navalny’s dood hem tot een formidabele martelaar zou uit doen groeien.

Navalny zelf is aan het eind van de film positief en vastberaden over zijn missie en roept de Russen op vol te houden: ‘geef nooit op!’ Maar de cyberoorlog die parallel aan de oorlog in Oekraïne gevoerd wordt, de afsluiting van het internet, het verbod op voor Rusland ‘onvriendelijke’ informatie waarmee Navalny vakkundig monddood gemaakt wordt, doen het ergste vrezen.

Alle voorstellingen van Navalny zijn uitverkocht.

 

8 april 2022

 

Movies that Matter Festival 2022 – Activisten
Movies that Matter Festival 2022 – Judas and the Black Messiah
Movies that Matter Festival 2022 – Les choses humaines is genuanceerde bijdrage #MeToo
Movies that Matter Festival 2022 – Sovjet- en post-Sovjetfilms
Movies that Matter Festival 2022 – Het Grote Verzwijgen

 


MEER FILMFESTIVAL

Nr.10

****
recensie Nr.10

Mysterie ontrafeld met unieke Van Warmerdam-aanpak

door Jochum de Graaf

Nr.10 is de tiende film van Alex van Warmerdam. De vraag is of deze tiende aflevering tevens het hoogtepunt van zijn rijke oeuvre is en misschien wel het laatste afrondende hoofdstuk.

Voor Alex van Warmerdam zou het publiek het liefst zo onbevangen mogelijk zijn nieuwe film Nr.10 moeten gaan zien. Daarom het vriendelijke doch dringende verzoek (hij overwoog zelfs een schriftelijke verklaring ter ondertekening af te dwingen) aan de recensenten om geen spoilers te geven. En in interviews geeft hij aan niet over de betekenis van zijn werk te kunnen praten, hij slaat dan dicht. Je kunt dit af doen als humbug: een afleidingsmanoeuvre om de publiciteit rond de film op te voeren.

Nr.10

Warrig maar samenhangend
Wanneer je Nr.10 zou willen beschrijven – met de vele afwisselende scènes, de sterk wisselende locaties, de nodige plotwendingen – zou je een nogal warrig verhaal krijgen. Maar de film hangt onmiskenbaar samen. Hij begint als een film over theater, een klein theatergezelschap repeteert voor een nieuwe voorstelling. Acteur Marius (Pierre Bokma) kan zijn teksten niet onthouden, omdat naar eigen zeggen zijn vrouw ernstig ziek is, maar bij thuiskomst blijkt daar maar weinig van. Hij heeft vooral een moeizame relatie met tegenspeler Günther (Tom Dewispelaere): er ontspint zich een machtsspelletje wie de belangrijkste rol mag hebben. En op typisch Van Warmerdamse wijze worden de rollen en de handelingen omgedraaid, de scènes telkens opnieuw uitgevoerd. Volgens de moderne toneelopvatting van regisseur Karl (Hans Kesting) moeten ze het spelen van rollen loslaten en eenvoudigweg teksten uitspreken, het gaat niet langer om een toneelstuk, maar om het maken van een ‘collage zonder logica’.

Bij de uitvoering moet er een souffleur aan te pas komen, die door Günther met geweld uit het hokje wordt verdreven waarop hij vervolgens Marius met forse hamerslagen aan het podium vastnagelt. De reminiscentie met het christendom en met name de rooms-katholieke variant daarvan wordt verderop in de film nog verder uitgediept.

Bij het toneelgezelschap speelt ook nog een rol dat actrice Isabel (Anniek Pheifer) een relatie heeft met regisseur Karl, maar er ook een affaire met collega Günther op nahoudt. Na het spelen met toneelspel komt nu overspel aan de orde. Op zeker moment achtervolgt Karl Isabel op weg naar Günther, die op zijn beurt heimelijk gefilmd wordt door zijn dochter Lizzy (Frieda Barnhard), een tafereel dat wordt gadegeslagen door een raadselachtige overbuurman (Gene Bervoets) die we ook weer later in de film zullen tegenkomen. Enfin, van die dingen, volgt u het nog?

Twist
Dan krijgt de film een twist, waarover we verder dus niet meer veel over zeggen en volgen we Günther op zijn queeste naar het vinden van zijn afkomst. Lijkt Nr.10 in het eerste deel een thriller, met achtervolgingen, het elkaar schaduwen, nu krijgt de film sf-achtige trekjes, zonder uiteraard in de clichés van het genre te vervallen. Er ontvouwt zich een raadselachtig mysterie dat vervolgens met de unieke Van Warmerdam-aanpak volstrekt logisch wordt ontrafeld. En dat alles ingetogen in licht donkere kleuren gefilmd in het decor van de haven van IJmuiden, de oostelijke eilanden van Amsterdam, een zwaar katholiek klooster, een klein houten kerkje op een open plek in een diep donker Duits bos.

Nr.10

Adoptie, misbruik in de katholieke kerk, zendingsdrang, het willen verspreiden van het ware geloof, het eeuwige gedoe tussen mannen en vrouwen, de vraag waar we vandaan komen en waar we naartoe gaan, in Nr.10 krijgen we het mysterie van het leven weer op bijzondere wijze voorgeschoteld. Van Warmerdam laat het acteur Marius op voor hem kenmerkende wijze zeggen: ‘We zijn in de war om alles wat we zien en wat we krijgen toegefluisterd’ en parafraseert Vondel en Shakespeare op al even typische eigen wijze: ‘De wereld is geen schouwtoneel, ik zal u tonen wat u zien wilt, de stille, stille wereld waarin wij allen zijn geboren.’ En misschien vat de prelude van de film symbolisch zijn kijk op de wereld nog wel het beste samen: beelden van een woeste zee in slow motion afgedraaid.

Tijdreis door eigen filmgeschiedenis
35 jaar geleden stormde Alex van Warmerdam met Abel op verpletterende wijze de Nederlandse filmwereld binnen. Met De Noordelingen, De Jurk, Kleine Teun, Grimm, Ober, De Laatste Dagen van Emma Blank, zonder uitzondering als zeer geslaagde zwarte filmkomedies bestempeld, leek hij zich op den duur te herhalen. Met Borgman en vervolgens Schneider vs. Bax, films waarin hij nu eens niet een (hoofd)rol speelde, sloeg hij een nieuwe richting in. Nr.10, waarin hij een soort tijdreis door zijn eigen filmgeschiedenis maakt, is een nieuw hoogtepunt en na Abel zijn beste film. Mocht Nr.10 inderdaad de laatste afrondende aflevering zijn, Van Warmerdam loopt tenslotte tegen de 70, dan is het ook wel mooi, heel bijzonder mooi geweest.

 

29 september 2021

 

ALLE RECENSIES