****
recensie Riefenstahl
Bewonderd en verguisd
door Jochum de Graaf
Leni Riefenstahl is zo ongeveer de meest omstreden figuur uit de filmgeschiedenis. Bewonderd als esthetisch innovatieve cineaste, maar verguisd als onvervalste propagandist van het naziregime. Regisseur Andres Veiel velt met Riefenstahl het definitieve oordeel over haar in een even fascinerend als ontluisterend portret.
‘Als u uw leven over zou mogen doen, wat zou u dan doen?’ is de vraag aan Leni Riefenstahl. Na enig nadenken zegt ze: ’Ik heb een rijk leven gehad, ik zou het grotendeels hetzelfde doen.’ Heeft ze misschien fouten gemaakt, met haar vriendschap met Hitler? Nee hoor, geen fouten. Het komt er zonder blikken of blozen uit.
Intieme band met Hitler
Het was begin 1932 dat ze voor de eerste keer Adolf Hitler in levende lijve zag, hij gaf een toespraak in het Berliner Sportpalast. ‘Toen hij de eerste woorden sprak, begon ik helemaal te trillen, het zweet brak mij uit, het was alsof hij mij magnetiseerde.’ Ze schreef hem een brief met het verzoek om een persoonlijke ontmoeting. Volgens haar memoires sprak hij toen zijn bewondering uit voor haar eerste film Das Blaue Licht. ‘Zodra we aan de macht zijn, moet jij mijn films maken.’
In andere interviews ontkende ze glashard haar intieme band met Hitler en andere kopstukken van het naziregime. Joseph Goebbels met wie ze een kortstondige heftige relatie had, schildert ze nu af als een brute verkrachter om wie ze niets gaf en moeite had om hem van zich af te houden. Peter Jacob, de Gebirgsjäger-officier met wie ze in 1944 trouwde en van wie ze drie jaar later scheidde, was een fanatieke nazi.
Ze had het nooit geweten
Riefenstahl vertelt uitvoerig over haar bijzondere band met Albert Speer, Hitlers favoriete architect en minister van Bewapening die tot het eind van de oorlog het naziregime trouw bleef en er met 20 jaar gevangenisstraf genadig van af kwam. Net als Speer zou ze altijd blijven ontkennen dat ze weet had van de gruwelijkheden in de Tweede Wereldoorlog. De holocaust, de gaskamers, concentratiekampen en de vervolging van Joden – ze had er maar weinig van meegekregen.
Van Magnus Brechtken verscheen onlangs Albert Speer. Een Duitse carrière, waarin de auteur overtuigend afrekent met het beeld van de ‘goede nazi’ dat Speer van zichzelf vormde. Regisseur Andres Veiel komt tot eenzelfde oordeel over Leni Riefenstahl. Als een detective doorzocht hij de ruim 700 dozen met filmspoelen, foto’s, cassettes van telefoongesprekken, dagboeken, interviews, manuscripten, zorgvuldig door Riefenstahl gerubriceerd in zeven categorieën, variërend van steunbetuigingen (enorm veel) tot felle kritiek (beperkt) en alles daar tussenin. Zo achterhaalt hij dat Riefenstahl de passage in een interview met de Britse krant Dailey Express uit 1934, waarin ze zonder gêne vertelt dat ze Mein Kampf heeft gelezen en sindsdien een overtuigd nationaalsocialist is, buiten het archief heeft gelaten.
In het in 1943 opgenomen Tiefland liet Riefenstahl 50 Roma en Sinti uit de concentratiekampen overkomen als figuranten, waarover ze beweert dat die na de opnamen vrijgelaten zouden zijn. Geconfronteerd met het overtuigende bewijs dat ze in plaats daarvan naar Auschwitz afgevoerd werden, reageert ze unverfroren: ‘Ik zeg niet dat zigeuners altijd liegen, maar wie zou er sneller meineed plegen: ik of een zigeuner?’
Vernieuwende cineast
Nee, aan al die ‘politiek’, zoals ze dat noemt, wil ze na de oorlog niet herinnerd worden, iedereen begint er met haar steeds maar weer over. Haar ging het zuiver en alleen om de ‘kunst’. Voor haar lag het hoogtepunt eind jaren dertig toen ze roemruchte films als Triumph des Willens en Olympia al gemaakt gehad en haar reputatie als vernieuwend cineast gevestigd was. Wat daarna gebeurde, heeft ze zo veel mogelijk proberen te bagatelliseren en in eerste aanleg succesvol verdonkeremaand. Na de oorlog werd ze gezuiverd; er zijn wel dertig rechtszaken tegen haar gevoerd, meesmuilt ze. Ze komt er af met het oordeel ‘Mitläuferin’ en verbleef uiteindelijk een aantal maanden in een psychiatrische inrichting. En dat beschrijft ze ook nog veel erger dan het in werkelijkheid was.
In die eerste naoorlogse jaren kreeg ze gehinderd door het imago van nazipropagandist maar weinig opdrachten. Riefenstahl werd vooral gekend om esthetische manier van filmen. De indringende, uiterst suggestieve manier waarop ze nazisymbolen in beeld bracht – een adelaar, de swastika’s, een zee van gestrekte rechterarmen, Hitler consequent in kikvorsperspectief van onder gefilmd, speciale lichtval op zijn gezicht – het was wel baanbrekend. Ze demonstreert haar dynamische montagetechniek: een peloton soldaten die ze eerst linksom langs de massa op de Neurenbergse Parteitag laat marcheren en dan rechtsom zodat het allemaal veel massaler en indrukwekkender lijkt.
Olympia: atleten zonder enige emotie
Vol trots vertelt ze dat ze voor haar film Olympia maar liefst dertig cameramannen rond had lopen op de Olympische Spelen van Berlijn 1936 (In Race kroop Carice van Houten in de huid van Leni Riefenstahl, red.). Bijzonder om zien dat ze toen al gebruik maakte van een camera die over een rails loopt naast de atletiekbaan en de atleten van dichtbij in beeld brengt.
Nog veel meer tot de verbeelding sprekend is haar sublimatie van de Körperkultur, de verheerlijking van de schoonheid van het menselijk lichaam. De atleten in Olympia zijn ontdaan van iedere emotie, geen lach of traan op het gezicht, geen spoor van vermoeidheid. De camera zoomt in op de machtige handen van een basketballer, de welgevormde dijen van een – ook zeer bijzonder voor die tijd – naakte speerwerper, de turnster die geen spier vertrekt bij de inspannende oefening op de balk. Het is kil, afstandelijk, haarscherp zwart-wit gefilmd, maar tegelijk soms van een huiveringwekkende schoonheid.
Comeback
Dat laatste komt sterk terug in Riefenstahls reizen naar donker Afrika, haar films en fotografie van de Nuba-stam, waarmee ze in de revolutionaire jaren zeventig en tachtig opnieuw furore maakt en door de kunstelite omarmd wordt. Andy Warhol die een tentoonstelling van haar opent.
Susan Sontag kenschetste het treffend als ‘fascinerend fascisme’. De blanke vrouw die tussen de woeste ritueel dansende zwarten beweegt. Het inzoomen op de gespierde lijven, de witte kalk waarmee ze zijn ingesmeerd. Kijk eens naar de beelden dat ze vanuit haar witte Landrover snoepjes naar de grijpgrage handen van jonge zwarten gooit. Het is verbijsterend en intrigerend tegelijk, het levende bewijs dat ze nooit wezenlijk veranderd is.
23 april 2025