Farewell Paradise

****
recensie Farewell Paradise

Keihard eerlijk

door Sjoerd van Wijk

Met keiharde eerlijkheid toont Farewell Paradise een enerverend portret van een gebroken familie. Niemand lijkt een blad voor de mond te nemen, maar toch blijven er vragen hangen. Het gesprek zal nooit af zijn.

Regisseuse Sonja Wyss interviewt in deze documentaire haar vader, moeder en oudere zussen een op een over hun veelbewogen familiegeschiedenis. Moeder vluchtte op een dag weg uit de Bahama’s na de zoveelste affaire van vader en het gezin brak uiteen. Een deel bleef achter in de Verenigde Staten, terwijl de jongere zusters om vage redenen verder reisden naar land van herkomst Zwitserland. In de interviews passeren vele verhuizingen, een halfslachtige tweede poging van de ouders om bij elkaar te blijven en diverse nalatigheden van de verschillende familieleden de revue. Wyss lijkt daar als jongste kind het meest onder te hebben geleden. Zo blijkt maar weer dat de structuur van het kerngezin niet altijd een hoeksteen in de samenleving is.

Farewell Paradise

Pratende hoofden
Deze verhandeling van een mislukt huisje-boompje-beestje fantasie is ogenschijnlijk een verzameling pratende hoofden die vertellen over wat er is gebeurd, waar maar sporadisch beeldmateriaal uit het familiearchief ter ondersteuning bijkomt. Pratende hoofden zijn vaak een cliché in documentaires, maar Wyss weet dit op zijn kop te zetten met een enerverende film.

Op zwartgrijze achtergrond steken de familieleden fel af tijdens het vragenvuur van de jongste, die bijzonder kritisch durft te zijn. Geen opsmuk, de camera staat op gepaste afstand om elke gelaatstrekking secuur vast te leggen voor het nageslacht. Wyss neemt de tijd om reacties op een confronterende vraag, of gewoon mijmeren hoe het ook alweer zat, af te laten spelen tot de volgende revelatie van de bizarre verhoudingen.

Wederhoor geen kruisverhoor
Die nadruk op de scherp opgenomen aan hun stoel gekluisterde ondervraagden maakt Farewell Paradise tot een enerverend onderzoek van een gebroken familie. De lukrake intermezzo’s van landschappen steken er enigszins potsierlijk bij af, een misplaatste stilte voor een woordenstorm. Het is echter niet louter een kruisverhoor, want er is ook wederhoor. Wyss is niet uit op bloed noch wraak, maar begrip.

Doordat het geen moddergooien is, schetst zich langzaam maar zeker een beeld van ieders aandeel in de familiegeschiedenis. Zelfs in heftiger momenten blijft de kalmte overeind, als bijvoorbeeld de vader zonder blikken of blozen de verantwoordelijkheid voor het ontfermen over zijn van moeder weggelopen dochter bij zijn nieuwe vrouw legt in plaats van zichzelf.

Farewell Paradise

Ontwapenend openhartig
Zoals het een gecompliceerde familieverhouding betaamt, heeft uiteindelijk niemand echt schuld aan alle gebeurtenissen. In alle heftige gesprekken spreekt iedereen elkaar tegen, want iedereen beleefde elk moment vanuit een ander perspectief. Het werkelijke verhaal speelt zich niet af in een zelden tot niet getoond verleden, maar op de gezichten wanneer alle kaarten open op tafel komen.

Dankzij de strakke hand van Wyss resoneren de dialogen, die de spanning opdrijven. Momenten van hardvochtigheid, verteld met een onschuldige glimlach, hakken er zo in. De openhartigheid is ontwapenend en leidt als vanzelf tot nieuwe mysteries dankzij de tegenspraak. Daarbij stoort het wel dat de openingsfoto, die bij de moeder inslaat als een bom, weinig verdere context krijgt. Maar misschien is dat maar beter zo, want dit soort gesprekken zullen nooit een einde krijgen.

 

26 oktober 2020

 

ALLE RECENSIES

Frida Kahlo

***
recensie Frida Kahlo

Tussen intense verbeelding en persoonlijke tragiek

door Sjoerd van Wijk

Frida Kahlo brengt het werk van deze Mexicaanse kunstenares tot leven. De kunstdocumentaire ontsnapt niet volledig aan de beperkingen van een museum door een toeristische benadering.

Al jarenlang brengt de productiemaatschappij Seventh Art Productions onder leiding van Phil Grabsky de filmserie Exhibition on Screen uit. Dit zijn kunstdocumentaires die tot in detail de besproken werken opnemen en van context laten voorzien door kunsthistorici en andere relevante figuren. Na Secret Impressionists en Gaugain is het de beurt aan de Mexicaanse Frida Kahlo. Haar schilderijen raken door haar intense verbeelding verweven met persoonlijke tragiek die desalniettemin universeel aangrijpt. Aan de hand van een aantal chronologisch gepresenteerde sleutelwerken, vage beelden van een fictieve Kahlo aan de make-up en plaatsen waar ze heeft geleefd, vertelt de documentaire een verhaal over haar leven en kunst.

Frida Kahlo

Rondleiding
Het is een filmversie van een rondleiding door het museum, maar door de uitgekiende selectie vervalt dit niet in een overdaad van werken in te korte tijd aanschouwd en een prijzige ansichtkaart na afloop. Er zit een goede balans tussen bekender werk als The Broken Column en onderschat werk als My Nurse and I. Elk besproken schilderij krijgt de ruimte om in te werken. De doeken komen tot leven zodra de camera er minutieus overheen glijdt. Doorweven met opheldering over haar veelbewogen leven resoneert de sterk persoonlijke dimensie van Kahlo’s werk, waardoor de film tegelijk functioneert als een biografie. De toewijding waarmee deze documentaire de doeken de ruimte geeft, zegt meer over dat leven dan de tandeloze biopic Frida (2002) met Salma Hayek.

Niet alleen over privé-invloeden, maar ook over artistieke invloeden zoals fotografie of retablos (kleine schilderingen van Christelijke iconen) deelt de film veel over Kahlo. Daar zit echter een beperking aan. Niets is zo verstikkend voor de beleving van de schilderkunst als een museum, waarin werken hangen als een steriele verzameling, dikwijls voorzien van een paneel vol academisch jargon om een en ander te duiden. Kunst hoort te ademen binnen een passende praktische context. Maar in deze film legt men al snel de eigen interpretatie op als men bijvoorbeeld gaat doorzagen over de symboliek van een klein detail op een schilderij, net zoals de panelen in musea.

Frida Kahlo

Toeristisch
Het haalt de angel uit Kahlo’s werk. Een zich opmakende fictieve Kahlo vernauwt de verbeelding over haar persoonlijkheid. Exhibition on Screen: Frida Kahlo voelt soms als een toeristische aangelegenheid, een veilig gereguleerde ervaring. De overdaad aan beelden van het weliswaar fraaie La Casa Azul in Coyoacán of een Mexicaans bandje als afsluiter komen daarin over als een stukje exotisme.

Teksten geschreven door Kahlo of tijdsgenoten voegen veel toe aan het verhaal, maar de geforceerde accenten van het gesproken Engels maakt het tot een beschamend relaas dat herinnert aan de slechtste aspecten van een toeristisch museum. En clichés over genialiteit voelen overbodig als Frida Kahlo de werken al zo sterk voor zich laat spreken.

 

Kijk hier waar de documentaire Frida Kahlo draait.

 

8 september 2020

 

ALLE RECENSIES

Fahim

***
recensie Fahim

Illegaal schaaktalent wil wereldkampioen worden

door Cor Oliemeulen

Onderhoudende biografie over een vader in Bangladesh die zijn zoon meeneemt naar Frankrijk om daar diens schaaktalent verder te kunnen ontwikkelen. Tegen de achtergrond van de hoop op een verblijfstatus ontwikkelt zich een hartverwarmend verhaal over een jochie dat wereldkampioen wil worden.

Schaken in films wordt over het algemeen niet bar serieus genomen. Vaak staat het bord verkeerd (het vakje rechtsonder moet wit zijn) en hebben de intelligent geachte personages geen flauw idee wat ze aan het doen zijn. De liefhebber kijkt reikhalzend uit naar een goede schaakfilm, waarvan er slechts sporadisch eentje de bioscoop weet te bereiken. De laatste was The Dark Horse vijf jaar geleden. Dit Nieuw-Zeelandse drama vertelt het waargebeurde verhaal van de bipolaire ex-bendeleider Genesis Potini die zijn passie voor schaken overbrengt op Maori-jongeren en hen daarmee probeert te behoeden voor het criminele circuit.

Fahim

Oorlog tussen twee geesten
Een goede schaakfilm gaat nooit alleen over het strategisch verplaatsen van stukken op het bord. Het zijn met name de achtergronden van de schaker die een film, ook voor het grote publiek, interessant maken. In Pawn Sacrifice (uit hetzelfde jaar) kruipt Tobey Maguire in de huid van de meest legendarische – en volgens velen beste – schaker Bobby Fisher. Geweldig voor de schaakfanaat, omdat daarin bijvoorbeeld de beroemde schaaktweekamp van de onvoorspelbare Amerikaan tegen de stoïcijnse Rus Boris Spassky uitgebreid aan bod komt. Maar ondanks de psychologische oorlogsvoering tussen de twee kemphanen is zo’n film slaapverwekkend voor de niet-schaker, omdat die geen snars van het spelletje begrijpt.

Schaken is geen spelletje, aldus de eigenzinnige Franse topcoach Xavier Parmentier (geweldige rol van Gérard Depardieu) in Fahim, maar een oorlog tussen twee geesten. In zijn schaaklokaal in Parijs heeft hij zojuist kennisgemaakt met de spontane Fahim Mohammad Alam (ontwapenend oprecht vertolkt door Assad Ahmed) die met zijn vader is gevlucht uit Bangladesh om hier een beter leven te kunnen opbouwen. Het grootste doel is om het 11-jarige talent te laten kneden tot schaakprofessional. Het is aan de stugge, afstandelijke en chagrijnige Xavier om Fahim op een onalledaagse manier de subtiele kneepjes van het schaken te leren. Belangrijkste les: speel niet altijd zo agressief en neem af en toe genoegen met remise. Net als in het echte leven.

Fahim

Onderduiken
Fahim vertelt een waargebeurd verhaal waarin schaken en politiek op een geloofwaardige manier worden gemengd. Ja, Fahim is een groot talent, die zich snel de Franse taal machtig maakt en soms heel gevat voor zich weet op te komen, echter zijn vader kan zich maar moeilijk aanpassen in deze volstrekt andere maatschappij. Hij kan geen structurele baan vinden en dreigt te worden uitgezet. Ook Fahim moet, geholpen door zijn nieuwe schaakvriendjes, onderduiken. Ondertussen blijft hij dromen om kampioen te worden.

De nijpende omstandigheden waarin het duo verzeild is geraakt, maakt de film meer dan alleen een verhaal over de relatie tussen leraar en leerling, zoals die heel kenmerkend aan bod komt in de schaakklassieker Searching for Bobby Fisher (1993). Hierin wordt de pas 7-jarige Josh, die graag in de voetsporen van zijn idool wil stappen, hardhandig aangepakt door zijn schaakleraar Bruce (Ben Kingsley). Naast de verwikkelingen rond de vluchtelingenstatus en de relatie tussen mentor en talent, besteedt Fahim ook de nodige aandacht aan de verhouding tussen vader en zoon. Hun geschiedenis doet – hoewel minder confronterend – denken aan Pelle the Conquerer (1987) waarin eveneens een vader (Max von Sydow) zijn zoontje meeneemt naar een ander land in de hoop daar een beter bestaan te kunnen opbouwen. Ondanks dat het titelpersonage niet de beste schaker van de wereld zal worden, is Fahim een inspirerende film voor het hele gezin.

 

27 juli 2020

 

ALLE RECENSIES

Fall Collini, Der

***
recensie Der Fall Collini

Een appel stelen als je honger hebt

door Cor Oliemeulen

Intrigerend rechtbankdrama over een juridisch schandaal in Duitsland dat zou leiden tot de moord op een grootindustrieel. Ondanks enkele onwaarschijnlijkheden in het verhaal stuurt Der Fall Collini aan op een afgrijselijke, emotionele afloop.

“Stelt u zich voor dat u een winkel hebt en een jongen steelt een appel. U zou dan boos zijn. Maar als u zou weten dat die jongen twee dagen niet gegeten heeft, zou u minder boos zijn, toch?” De jonge advocaat Caspar Leinen (Elyas M’Barek) legt de verdachte uit dat een verklaring afleggen zinvol is, want als de misdaad emotioneel is te begrijpen, kan dat tot strafvermindering leiden. Pas wanneer Leinen iets vertelt over zijn jeugd en de relatie met zijn vader beginnen de blauwe ogen van de verdachte te fonkelen en lijkt hij te willen praten. Maar daadwerkelijk iets vertellen, heeft volgens hem toch geen zin, hoe hoog de strafeis ook moge zijn.

Der Fall Collini

Moord op surrogaatvader
De bekende Berlijnse strafpleiter Ferdinand von Schirarch verkocht meer dan een half miljoen boeken van De zaak Collini waarop regisseur Marco Kreuzpainter zijn rechtbankdrama Der Fall Collini baseert. Het verhaal begint in 2001 als grootindustrieel Meyer dood in zijn hotelkamer wordt aangetroffen met drie kogels door zijn hoofd geschoten en een kant van zijn gezicht tot gort getrapt. Lang zoeken naar de vermeende dader hoeft de politie niet. De gepensioneerde Italiaanse gastarbeider Fabrizio Collini (Franco Nero) gaat rustig in de hotellobby zitten met Meyers bloed op zijn kleren en schoenen.

Gemakkelijker kun je het niet hebben, zou je zeggen. Dat vindt ook Caspar Leinen die voor zijn eerste zaak als pro-Deoadvocaat wordt aangewezen. Maar hij schrikt als hij verneemt dat de vermoorde industrieel Jean-Baptiste Meyer dezelfde persoon is als Hans Meyer, de grootvader van zijn jeugdvriendje Philip. In flashbacks leren we hoe Caspar er kind aan huis was en dat Hans zich ontpopte als een vaderfiguur voor hem. De oude Mercedes waarin de advocaat nu rijdt, kreeg hij van Meyer toen hij als jurist afstudeerde.

Gevoelens buiten de rechtszaal
Wanneer Philips zus Johanna (Alexandra Maria Lara), met wie Caspar destijds een korte liefdesrelatie had, zich meldt, ziet hij er vanaf om Collini te verdedigen. Echter Caspars professor van de universiteit en tevens beroemd strafpleiter Richard Mattinger (Heiner Lauterbach) moedigt hem aan de zaak toch op zich te nemen, terwijl Mattinger nota bene zelf zal fungeren als mede-aanklager. Persoonlijke gevoelens hebben toch niets te zoeken in de rechtszaal? Die woorden zijn voor Caspar voldoende reden om alsnog door te zetten, tot afschuw van Johanna. “Ik ben advocaat”, zegt Caspar.
“Ja, en dat heb je aan mijn grootvader te danken”, snauwt Johanna. “Anders had je nu in een shoarmazaak gestaan.” Ondanks de verschillende belangen en emoties laait hun amoureuze relatie weer op.

Der Fall Collini

Na mooie woorden tijdens de uitvaart over de overledene, zowel op persoonlijk als zakelijk vlak, en omdat Collini blijft weigeren om een verklaring af te leggen en zijn vingerafdrukken op het moordwapen worden bevestigd, lijkt de zaak snel beklonken. Totdat onze rookie een ingeving krijgt. Hij vraagt de rechter uitstel, duikt de archieven in en gaat naar de geboorteplaats van Collini in Italië waar hij een ontdekking doet. Het blijkt dat er op 19 juni 1944 iets is gebeurd wat van invloed op het misdrijf is. Voor de weldenkende kijker van Der Fall Collini is het waarschijnlijk geen verrassende ontdekking, want twee bejaarde mannen in Duitsland zullen nu eenmaal snel worden gelinkt aan de Tweede Wereldoorlog. Alle omstandigheden en nuances gaan we hier natuurlijk niet verklappen.

Motief gerechtvaardigd?
Minder waarschijnlijk is het feit dat een juridisch groentje de kans krijgt om tijdens ‘het proces van het jaar’ de verdachte in zijn eentje te verdedigen. Bovendien is het bijzonder dat hij in eerste instantie niet in de gaten heeft dat grootindustrieel Jean-Baptiste Meyer dezelfde persoon is als Hans Meyer, zijn surrogaatvader. En dan de rol van de media. Hoewel het tegenwoordige verhaal zich zo’n twee decennia geleden afspeelt en de communicatiemiddelen beperkter waren, komt de pers er bekaaid van af. De zaak Collini schreeuwt om het achterhalen van het moordmotief, echter geen enkele Duitse journalist vindt kennelijk de relatie tussen de verdachte en het slachtoffer, terwijl Caspar Leinens dagtripje naar Italië prompt het raadsel oplost.

Dat alles wil zeker niet zeggen dat Der Fall Collini een simplistische geschiedenis vertelt. Collini begaat de moord omdat de wet volgens hem geen rechtvaardigheid bracht. Maar maakt dat hem minder schuldig?

 

10 juli 2020

 

ALLE RECENSIES

Filles de joie

**
recensie Filles de joie

Geen druk op de ketel

door Sjoerd van Wijk

Filles de joie loopt met een sisser af. Het is niet gelukt om de noodgedwongen vriendschap tussen drie prostituees te duiden, want hun levens blijven hangen in stereotypering.

De dames hebben elk hun eigen problemen. Axelle (Sara Forestier) moet heftig schreeuwen tegen haar kinderen om op tijd te komen en moeder krijgt een lezing over budgetteren. Bij de guitige Conso (Annabelle Lengronne) speelt werkloosheid in plaats van gezinszorgen een rol. Ze hoopt haar droomman te hebben gevonden, een sujet dat haar zijn zwarte panter noemt. Gezinsproblematiek speelt weer wel bij de wat oudere Dominique (Noémie Lvovsky) met een heftig puberende dochter met wie het niet botert. De drie dames reizen dagelijks de Frans-Belgische grens over naar hun gezamenlijke werkplek. Het geheime beroepsleven schept een band ondanks hun verschillen.

Filles de joie

Geen alternatief
Die premisse lijkt aanleiding voor een intrigerend drama met een botsing van persoonlijkheden, maar het scenario van regieduo Anne Paulicevich en Frédéric Fonteyne (die eerder samen Tango Libre maakten) zet geen druk op de ketel. De meer heftige confrontaties vinden vooral plaats buiten de werkplek met onder andere Axelle’s dreigende ex-man Yann (Nicholas Cazalé). Onderweg of in de wachtkamer van het etablissement is het veel keuvelen, lachen om theatrale nabootsingen van de daad en soms de kleine irritatie, alles met verve op de voet gevolgd door cameravrouw Juliette van Dormael. Er lijkt geen alternatief leven voor de dames, maar echt knap lastig lijkt het gedwongen rondhangen met elkaar niet.

Er valt weinig af te dingen op Axelle’s geldzorgen en gewelddadige ex. Al het geschreeuw demonstreert die misère. Conso droomt van een beter leven en een droomman, zoals Cabiria in Le notte di Cabiria (van Federico Fellini), maar Lengronne bezit niet Giulietta Masina’s flair. Het verrast niet dat die droomman haar voor de gek houdt, wel dat dit op potsierlijke wijze aan het licht komt tijdens een decadent feestje. Als reactie grijpen naar drugs als troost voelt weer als een cliché. Het lijkt een ingepland incident om de toch al vriendschappelijke dames meer naar elkaar toe te laten trekken. Zo zijn de beslommeringen van Axelle en Conso de te verwachten problemen als je denkt aan de combinatie van prostitutie en financiële zorgen.

De uitzondering die de regel bevestigt is echter Dominique, wiens stroeve omgang met haar dochter, maar amicale verhouding met haar man, zorgt voor een ronder personage dan alleen maar het gelijkstellen van prostitutie met aanhoudende misère.

Filles de joie

Illusie van realiteit
Fellini romantiseerde in Le notte di Cabiria het straatleven zo sterk dat Cabiria’s dromen van het doek spatten met een indringende sentimentaliteit. Filles de joie geeft daarentegen een illusie van realiteit met gebeurtenissen die het echte harde leven als prostituee moeten voorstellen. Het zware leven van de drie dames lijkt eerder conceptueel dan concreet. De stereotypering van de personages symboliseert het harde leven te gemakzuchtig. Daarin staan Axelle’s ex en Conso’s charlatan voor puur kwaad, dus in het verhaal gewillig kanonnenvoer om de harde wereld vet te onderstrepen.

Naast deze cartooneske externe bedreigingen is er nog het harde schreeuwen over van alles. De botsingen hangen in het luchtledige, omdat de perspectieven slechts aarden in voor de hand liggende gemeenplaatsen over prostitutie. Dat maakt Filles de joie een povere poging om de beproevingen van de sekswereld en de onderlinge vriendschap daarin invoelbaar te krijgen.

 

25 mei 2020

 

ALLE RECENSIES

For Sama

*****
recensie For Sama

Een film die gezien moet worden

door Jochum de Graaf

Nu het slotoffensief op Idlib, het laatste grote verzetsbolwerk in Noord-Syrië, is ingezet, is er geen actuelere of misschien beter gezegd, urgentere film te bedenken dan For Sama. In haar aangrijpende indrukwekkende documentaire-debuut legt burgerjournalist Waad al-Kateab met een eenvoudige digitale camera de ondergang van haar geliefde Aleppo vast.

Zij filmt vanaf het begin, de studentenopstand tegen dictator Assad in 2012, tot aan de gedwongen evacuatie eind 2016 na een maandenlang beleg van, net als nu in Idlib, door de Syrische regeringstroepen, met steun van bondgenoten Rusland en Iran.

For Sama

Er is de laatste jaren een serie indrukwekkende films en documentaires over de Syrische tragedie uitgebracht, A Syrian Love Story, Last Men in Aleppo, Of Fathers And Sons, Radio Kobani om er maar een paar te noemen. Een paar weken geleden ging The Cave in première, de beklemmende documentaire over het ondergrondse ziekenhuis in Oost-Gouta, genomineerd voor een Oscar.

Die films zijn zonder uitzondering ‘indringend’, ‘aangrijpend’, maar For Sama, winnaar van de Audience Award op het afgelopen IDFA en inmiddels ook Oscar genomineerd, is meer nog dan alle anderen de Syrische opstand van binnenuit gefilmd. Veel dichterbij kan een oorlog niet komen.

Begrip
Waad al-Kateab ontmoet in de begindagen van wat toen de Arabische Lente werd genoemd haar grote liefde Hamza, arts en ziekenhuisdirecteur die als een van de laatste op zijn post blijft. Ze draagt de film op aan hun dochter Sama die temidden van de heftige oorlogsomstandigheden geboren wordt. ‘Ik wil dat je begrijpt waarom je vader en ik deze keuzes hebben gemaakt, waarvoor we vochten.’

In de vijf jaar die de film beslaat gebeurt veel: de hoopgevende studentenopstand wordt neergeslagen, de stad Aleppo belegerd en continu gebombardeerd. For Sama laat met gerichte stappen in de tijd zien hoe de oorlog steeds dichterbij komt in het persoonlijk leven van Waad Al-Kateab en de haren. Met haar handheld camera filmt ze het oorlogsgeweld in het steeds kleiner wordende stukje Aleppo om haar heen in alle bloederige details, soms is ze bijna zelf slachtoffer. Ze heeft geluk dat ze net niet aanwezig zijn wanneer de Russen het ziekenhuis bombarderen en 53 slachtoffers vallen.

For Sama

En toch, ondanks al die verschrikkingen, wordt er ook nog zoiets als een ‘gewoon’ leven voortgezet. Er wordt getrouwd en gefeest, samen gegeten, er wordt onderwijs gegeven, kinderen spelen vrolijk in het karkas van een volledig uitgebrande bus, springen in een bomkrater om te zwemmen.

Wereld steeds kleiner
De wereld om hen heen wordt kleiner en kleiner, op het laatst bevinden ze zich op de laatste vierkante kilometers waar de rebellen nog stand houden. Acht van de negen ziekenhuizen zijn weggebombardeerd, per dag worden ruim driehonderd gewonden behandeld, zesduizend mensen moeten worden opgevangen.

Halverwege de film is er die scène die allesomvattend de mix van horror en hoop samenvat. In de nasleep van opnieuw een zwaar bombardement wordt een zwangere vrouw met gebroken ribben en een granaatscherf in haar buik binnengebracht. Ze ondergaat een spoedkeizersnede en we zien minutenlang de baby ondersteboven bungelen, nog inclusief navelstreng. Artsen en verpleegsters wrijven op de rug en buik, slaan hem op z’n billen, er lijkt geen leven in te zitten. Net op het moment dat je wilt smeken om op te houden omdat het een hopeloze zaak lijkt, opent het baby’tje zijn ogen en slaakt een zucht.

Te midden van de waanzin besluiten Waad en Hamza op familiebezoek te gaan naar Turkije, waar zijn ouders naartoe zijn gevlucht. Ondanks ontspannende dagen en een indringend verzoek van de grootouders keren ze toch weer terug naar Aleppo. Waad zegt tegen ons als kijker dat ze willen blijven tot het bittere einde omdat ze wil registreren wat er gebeurt en omdat haar man Hamza een van de weinige dokters is die onder de barre omstandigheden de gewonden blijft helpen. Aan Sama vertelt ze te hebben gevochten voor ‘de belangrijkste zaak ooit’, ‘Ik kan niet wachten tot jij vertelt wat je ervan vindt.’

For Sama

Gruwelijke scènes
Er zijn nogal wat scènes waarbij je liever wilt wegkijken, de lijken die al bij het begin van de opstand uit de rivier worden gevist, de compleet verwoeste straten en wijken van Aleppo, de verschrikkelijke verwondingen van chemische wapens en vatbommen, de twee jongetjes onder het stof van het zoveelste bombardement in de gang van het ziekenhuis op zoek naar hun jongere broertje die horen dat hij geen polsslag meer heeft en zien dat een blauwe zak om het lichaam wordt geschoven.

Hoeveel kun je als mens verdragen, willen we dit allemaal wel aanzien? Het antwoord op die vraag wordt gegeven door een vrouw, moeder, die vol ongeloof aanhoort dat haar zoon is overleden en in eerste instantie sterk afwerend reageert op de filmploeg. Eenmaal buiten op de stoep van het ziekenhuis klemt ze de lijkzak stevig tegen zich aan, schreeuwt het uit van verdriet, maar wil dat de camera op haar gericht blijft. ‘Filmen!’, roept ze, ‘film dit!’ De wereld moet zien hoe het eraan toegaat in die vreselijke oorlog in Syrië.
For Sama is een film die gezien moet worden.

 

21 januari 2020

 

ALLE RECENSIES

Farewell, The

****
recensie The Farewell

Slecht nieuws niet delen met zieke

door Nanda Aris

Wanneer de zus van oma het slechte nieuws over de uitgezaaide longkanker te horen krijgt van de arts, zegt ze oma dat er niks aan de hand is. De familie respecteert het besluit, ook al vinden sommige familieleden het lastig. Een bruiloft moet ervoor zorgen dat de familie samenkomt in China, om samen het leven te vieren, en in stilte afscheid te nemen van oma.

Regisseuse en schrijfster Lulu Wang maakte eerder de films Touch (2015) en Posthumous (2014). The Farewell is gebaseerd op een ‘echte leugen’, ook de oma van de filmmaakster werd verzwegen dat ze ziek was.

The Farewell

Billi (een mooie rol van Awkwafina: Ocean’s Eight, Crazy Rich Asians, waarin ze een hysterischer type speelt) is een rustige, wat dwalende dertiger die vanaf haar zesde in New York woont. Ze heeft nog altijd veel contact met Nai Nai (Zhao Shuzhen), haar oma in China. Zij is de wijze matriarch van de familie, ook al wonen haar kinderen en kleinkinderen verspreid over de wereld. Wanneer het slechte nieuws via de zus van Nai Nai (Lu Hung, in werkelijkheid de tante van Wang) Amerika bereikt, reizen Billi’s vader (Tzi Ma: Rush Hour, Arrival) en moeder (Diana Lin: Australia Day) af naar China en vertellen hun dochter niet te komen, omdat ze geen geheim zou kunnen bewaren. Billi negeert dit en vliegt haar ouders achterna.

Samenzijn
In China is de familie sinds vijfentwintig jaar weer compleet. Billi’s oom uit Japan is er ook, evenals haar neefje met zijn Japanse verloofde, een houterig stel, wier bruiloft ze gaan vieren. Het wordt een melancholisch, grappig en soms ook verdrietig samenzijn. Er wordt gegeten, nagedacht en gepraat over hoe het is om Chinees te zijn en om in het buitenland te wonen. Het is een bekend thema voor emigranten: in het thuisland voelen zij zich niet meer thuis, omdat ze er al zo lang weg zijn, maar in het nieuwe land worden ze nog altijd gezien als de buitenlander.

Soms komt deze worsteling duidelijk naar voren, bijvoorbeeld wanneer Billi huilend aan haar moeder vertelt hoe ze zich voelde toen ze vanuit China naar Amerika verhuisde. Vaker nog zijn de aanwijzingen subtieler, en daarin blinkt de film uit, zoals wanneer Billi in haar hotel door een deur die op een kier staat, een groep rokende en spelende mannen omringd door sexy geklede vrouwen ziet. Ze vindt verschrikt oogcontact met een leeftijdsgenootje – zou dat ook haar leven in China geweest kunnen zijn?

The Farewell

Ziekte
Billi blijft het lastig vinden dat Nai Nai van niks weet, maar haar oom herinnert haar eraan dat men in het westen niet op dezelfde manier tegen ziekte aankijkt. Hier ben je zelfs strafbaar als je zulke informatie achterhoudt, laat staan dat je een brief van de dokter vervalst. Doordat men in het westen individualistischer is, draagt de zieke de last van het ziek zijn zelf. In China ben je onderdeel van een groter geheel, en wordt de last van de ziekte gedragen door naasten.

Bovendien, zo zegt Billi’s moeder, is er in China een gezegde: ‘Wanneer mensen kanker krijgen, gaan ze dood’. Niet door de kanker zelf, maar door de angst sterven ze. De dood is in China geen omarmd thema. Zo gelooft men dat een testament schrijven, jezelf vervloeken is. Aanvankelijk is het onbegrijpelijk dat zulk groot nieuws niet gedeeld wordt met de zieke, maar gaandeweg krijgen we, net als Billie zelf, meer begrip voor de situatie.

 

20 november 2019

 

ALLE RECENSIES

Fisherman’s Friends

**
recensie Fisherman’s Friends

Brexit-escapisme

door Sjoerd van Wijk

Fisherman’s Friends is Oost-Indisch doof voor geluiden uit de echte wereld. Hier bestaan tegenstellingen louter uit ruwe bolsters, blanke pitten en doetjes met een gouden hart. Alsof alles goed komt met een welgemeend zeemanslied. 

Dat dit een feelgoodfilm is, blijkt uit de olifantenpaadjes van het verhaal. De verwaande muziekproducent Jim doet met drie collega’s een dorpje in Cornwall aan voor een vrijgezellenfeest. Zijn vrienden bakken hem een poets dat hij het plaatselijke zangkoor van vissers moet binnenhalen voor een platencontract. Hun zeeliederen raken echter een gevoelige snaar bij Jim en een vervelende klus verandert in een missie. Natuurlijk komt Jim daarbij een dame tegen direct na zijn verklaring van ongeloof in monogamie. Natuurlijk zijn er wat tegenslagen hier en daar. Natuurlijk groeien de kustmensen en stadsmensen nader tot elkaar. Natuurlijk gelooft niemand er in dat een stel zeebonken een hit kunnen maken. Maar het moge duidelijk zijn wie er het laatst lacht. 

Fisherman’s Friends

De gunfactor
En dat alles is gebaseerd op een waargebeurd verhaal. Gelukkig waren de zwart-wit foto’s uit 2011 er nog voor de aftiteling. De film is echter niet zo cynisch als dat klinkt en heeft juist een grote gunfactor. Cameraman Simon Tindall brengt het plaatsje op dynamische wijze tot leven, de zee zit niet alleen in het bloed van de bewoners. De ruige Cornish-kust is in wezen een knusse plek als je tegen een windstootje kan. Het scenaristentrio vult de film met kattige dialogen, die alle strubbelingen tussen stadsmens en kustmens in lieflijke plaagstootjes samenvatten. 

James Purefoy maakt van Jim een blaag met het hart op de goede plaats. Er zit een overdreven onbevangenheid in zijn doen, waarmee het vinden van verlossing in Cornwall een innemende kant krijgt. Ook bij de vissers zit deze onbevangenheid en blijkt hun potige voorkomen eenvoudig plaats te maken voor sympathie. Fisherman’s Friends is daardoor een genoeglijk relaas over de onwaarschijnlijke hit. 

Onbekend Verenig Koninkrijk
Dit werkt wel oubollig en is daarmee te voorzichtig. Het Verenigd Koninkrijk van deze film bestaat niet buiten de bioscoop. In de werkelijkheid is de Britse samenleving een absurde sitcom met wekelijks een jump the shark moment, in tegenstelling tot het stramien van deze vertelling. Brexit ontregelt met een groeiende hysterie nu mensen steeds verbetener in de eigen positie stelling nemen. Niks hiervan in Fisherman’s Friends, waar Cornish-zeebonken en Londense hipsters gezellig samen de Drunken Sailor ten gehore brengen. Alsof alles wel goed komt. Er zijn geen wezenlijke verschillen tussen de personages, hun gedrag is slechts een laagje vernis.

Door de timing van de uitgave lijkt de film te willen ontsnappen in een nostalgisch wereldje waar politieke crises non-existent zijn. Om voor twee uur de puinhoop even te vergeten. Feelgood is wellicht slechts fantasie, maar de “Capra-corn” (It’s a Wonderful Life) bewees al dat dit niet betekent dat het leven buiten de bioscoopzaal hoeft te blijven. 

Fisherman’s Friends

Ansichtkaartenmoraal
In plaats van verdeeldheid emotioneel uit te diepen gaat Fisherman’s Friends voor een ansichtkaartenmoraal van het verhaal. De genoeglijke kust van Cornwall is een toeristische droom van authenticiteit. Nu identiteit geen vaste grond heeft, grijpt men terug op een imaginair verleden waar alles nog heel gewoon was. De film hamert hier op door een letterlijk zakenpraatje over de aantrekkingskracht van de vissers te verwarren met een scherp inzicht over de samenleving. Het gaat hier louter om een consumptie van authenticiteit in plaats van oprechtheid.

Het geld en de commercie krijgen ook een gemakzuchtige behandeling. Een zakenman die de plaatselijke kroeg overneemt is slecht, want hij tast de authentieke beleving aan. Het devies luidt dat aardig doen de oplossing is. Doe als Jim en koop de kroeg zelf. Met zulke impliciete stellingname stopt de film systemische oorzaken zoals een parasitair financieel systeem in de doofpot. Hoe hoog de gunfactor ook is, Fisherman’s Friends blijft uiteindelijk Brexit-escapisme.

 

8 oktober 2019

 

ALLE RECENSIES

Front Runner, The

***
recensie The Front Runner

Politicus gaat vreemd

door Cor Oliemeulen

Stop de persen! De senator gaat vreemd! Met de buitenechtelijke escapades van de Amerikaanse presidentskandidaat Gary Hart eind jaren tachtig veranderde de rol van de media voorgoed.

De Canadese regisseur Jason Reitman (Juno, Tully) baseerde zijn biografische drama The Front Runner op het boek All the Truth Is Out: The Week Politics Went Tabloid (2014) van de Amerikaanse schrijver Matt Bai. Laatstgenoemde produceerde het filmscenario samen met Jason Reitman en Hillary Clintons voormalige perschef Jay Carson, die eerder meeschreef aan de politieke serie House of Cards.

The Front Runner

Privé
De onthullingen over Gary Harts scheve schaats komen nadat de rijzende politicus terloops tegen een journalist van The Washington Post zegt dat hij niets te verbergen heeft. Medewerkers van de minder serieuze Miami Herald willen dat maar al te graag checken en posten net zo lang bij Harts onderkomen totdat ze hem kunnen fotograferen met een jonge vrouw aan zijn zijde. Terwijl het campagneteam de bui al ziet hangen en strategisch de bakens wil verzetten, weigert Hart categorisch om op zijn privéleven in te gaan. Dat maakt zijn rol zowel in de verkiezingsstrijd als in de film ondergeschikt.

Hoewel Hugh Jackman geloofwaardig is als de goed uitziende, relatief jonge en soms koppige democratische senator met presidentiële ambities verbleken zijn acteerprestaties naast die van Vera Farmiga (eerder te zien in Reitmans Up in the Air) als Harts echtgenote, J.K. Simmons (Juno en Up in the Air) als zijn campagnemanager en Sara Paxton als zijn love interest die een en al eighties uitstraalt. Het titelpersonage blijft letterlijk en figuurlijk op afstand. Er is weinig ruimte voor zijn politieke ideeën en buiten zijn charismatische voorkomen blijft het gissen waarom hij jongeren zo aansprak. Gary Hart blijft ongrijpbaar, maar wordt in alle omstandigheden sympathiek opgevoerd, ook als ontrouwe echtgenoot.

Journalistiek
The Front Runner
is dan ook geen karakterstudie – Jackman is op zijn best en vertrouwdst tijdens een potje bijlwerpen op een campagnebijeenkomst – maar vooral een verhaal over de tendentieuze rol van media die buitenechtelijke affaires interessanter vinden dan politieke visies. Juist vanaf eind jaren tachtig, de periode waarin de film zich afspeelt, hebben media de neiging om de behoefte van het publiek te volgen. En hoe meer je aan die sensatiezucht tegemoet komt, hoe meer geld je ermee kunt verdienen. Begonnen in Amerika, inmiddels als epidemie over de hele wereld uitgewaaierd.

The Front Runner

Terwijl het script weinig ruimte laat voor enige karakterontwikkeling van de hoofdpersoon krijgt de verschuiving van serieuze berichtgeving naar riooljournalistiek wel de nodige dynamiek en diepgang. De roep om meer en sappiger nieuws over de mens achter de functie past bij de maatschappelijke ontwikkelingen en Gary Hart, die in 1988 streed om koploper van de Democraten te worden, was een van de eerste slachtoffers. Terecht of onterecht? Die conclusie laat Jason Reitman de kijker zelf trekken.

Infotainment
Reitmans docudrama toont hoe hard nieuws plaatsmaakt voor zacht nieuws en hoe journalistieke integriteit ondergeschikt wordt aan infotainment. Zien we in The Post hoe Tom Hanks als Ben Bradlee, hoofdredacteur van The Washington Post, in 1972 nog uiterst zorgvuldig afweegt hoe en wanneer zijn toen nog onbeduidende krant het Watergate-schandaal zal publiceren, in The Front Runner gaat diezelfde hoofdredacteur (Alfred Molina) wel over een nacht ijs: geruchten en suggestieve foto’s vormen voldoende motivatie om te berichten over (vermeende) buitenechtelijke escapades van een veelbelovende politicus. Je zou de boot maar missen!

Publiciteit moet gaan over politiek en niet over de persoon achter de politicus, luidt het motto van Gary Hart. Jason Reitman draagt met The Front Runner dezelfde boodschap uit. Hoezeer zijn regie als vanouds vakkundig is en hij de tijdsgeest uitstekend neerzet, voelt Reitmans film overbodig en is hij niet bijster interessant voor kijkers onder de vijftig. Het wachten is op een smeuïge reconstructie van hoe een Democraat het in de jaren negentig wél tot president zou schoppen, Bill Clinton. Een film met als titel The Intern, Her President & His Cigar zal eerder volle zalen trekken.

 

2 maart 2019

 

ALLE RECENSIES

First Man

***

recensie First Man

IJskonijn wint publiciteitsslag in Koude Oorlog

door Alfred Bos

First Man, de vierde speelfilm van Damien Chazelle (Whiplash, La La Land), wil twee dingen tegelijk. Een persoonlijk portret schetsen van Neil Armstrong, de eerste mens op de maan, en het drama achter het Amerikaanse ruimtevaartprogramma tonen.

De jaren zestig, dat is rock en ruimtevaart. Wat nu sociale media en kunstmatige intelligentie zijn, waren toen The Beatles en het Amerikaanse ruimtevaartprogramma. De Amerikanen hadden iets te bewijzen, want de Russen waren hen in de ruimte steeds een stap voor. De Koude Oorlog werd in de media uitgevochten en de hoofdprijs in die propagandaoorlog was de maan. Wie daar als eerste zijn vlag plantte, had zijn superioriteit bewezen.

First Man

Nieuws over successen en drama in de space-race was er maandelijks. Hoe krankzinnig de onderneming – in 1962 door president Kennedy afgekondigd – vanuit wetenschappelijk, werktuigbouwkundig en waaghalserig oogpunt was, bleef voor de tv-kijkers en krantenlezers van toen lang onbenoemd. Maar het was heroïsch en een kwart van de wereldbevolking zat aan de beeldbuis gekluisterd toen Neil Armstrong in de nacht van 21 juli 1969 (Nederlandse tijd) zijn schoen in het maanstof plaatste.

Publiciteitsschuwe sfinx
Regisseur Damien Chazelle is, geheel in lijn met zijn onderwerp, ambitieus van zin. Hij wil het drama achter het Amerikaanse ruimtevaartprogramma (Mercury, Gemini, Apollo) van de jaren zestig schetsen. En hij wil Neil Armstrong, de publiciteitsschuwe sfinx, een gezicht geven. De ironie is dat de hele krankzinnige, door blind zelfvertrouwen en pure bluf gestutte onderneming nooit tot een goed einde had kunnen worden gebracht met een diva als held. Armstrong was een koele kikker die ook onder extreme stress nuchter bleef, precies de juiste persoon om het stoerste potje blufpoker van de Koude Oorlog te winnen.

Hij redde tot driemaal toe NASA’s Gemini- en Apollo-programma en daarmee het gezicht van Amerika. Gemini 8, gelanceerd op 16 maart 1966, moest voor de eerste maal twee vehikels in de ruimte aan elkaar koppelen (in de film à la Kubrick begeleid door een walsje). Dat lukte, maar vervolgens begon de combinatie van Gemini-capsule en Agena-docking station vervaarlijk te tollen; Armstrong wist – buiten de kaders denkend – een noodlottige afloop te voorkomen. Op 6 mei 1968 redde hij ternauwernood zijn leven, en de maanmissie, toen ‘het vliegende bed’, een testtype van de maanlander, onbestuurbaar bleek en crashte.

En toen hij in de nacht van 21 juli 1969 in de maanlander, met Buzz Aldrin (Corey Stoll) aan zijn zijde, boven de Mare Tranquillitatis zweefde, op zoek naar een geschikte landingsplaats, had hij nauwelijks brandstof over. Neil Armstrong had ijs in zijn bloed, anders had hij nooit op de maan gestaan. Ryan Gosling, na La La Land opnieuw verenigd met Chazelle, speelt de unverfroren astronaut met de van hem bekende pokerface. Hij heeft van non-acteren zijn specialiteit gemaakt.

Sentimenteel op zijn Spielbergs
Maar Armstrong, de koele ruimtecowboy uit Ohio, is en blijft in First Man een sfinx. Het scenario, gebaseerd op de biografie van James Hansen, tracht warm mensenbloed in het personage van de introverte ingenieur te schrijven. Het gebruikt een incident dat lang uit de publiciteit is gebleven en ook niet wordt vermeld op Armstrongs uitgebreide Wikipedia-pagina. In 1962 overleed zijn driejarige dochter Karen aan kanker, net op het moment dat hij als eerste civiele testpiloot toetrad tot NASA’s groep van toekomstige astronauten, allen voormalige testpiloten van marine en luchtmacht.

De spanning tussen de macho’s, de militaire vliegers, en de – in hun ogen – mietjes van de universiteit had First Man volop drama kunnen geven. Chazelle kiest er evenwel voor om Armstrong in stilte te laten rouwen en Karens armbandje als eerbetoon op de maan achter te laten. Historisch correct of Hollywood fantasie—het smaakt als Steven Spielberg op zijn smalst (hij is co-producent van de film). In de slotscène herenigen Armstrong, in quarantaine na zijn buitenaardse reis, en diens vrouw Janet (de Engelse actrice Claire Foy) zich zonder woorden. Het voelt als vals sentiment, ijskonijn Armstrong is domweg niet het meest uitgelezen personage voor filmdrama.

First Man

Technische triomf
Méér drama was te filteren geweest uit de persoonlijke verhoudingen tussen de astronauten; de spanning tussen de macho’s en de mietjes; de onderlinge wedijver; de buitengesloten echtgenotes; de drank en de pillen; de dodelijke ongelukken. In dat opzicht blijft First Man achter bij The Right Stuff, Philip Kaufmans film uit 1983 over testpiloot Chuck Yeager en de eerste jaren van het Amerikaanse ruimtevaartprogramma. De race naar de maan wordt meer in detail en met meer diepgang verteld in From the Earth to the Moon, de door Tom Hanks geproduceerde tv-serie uit 1998.

Chazelle’s film ziet er prachtig uit. Als in Christopher Nolans Dunkirk plaatst hij de camera in de besloten ruimte van de cockpit en beleeft de kijker de druk en de claustrofobie van de piloot; overdadige close-ups, snelle montage en nerveuze cameravoering suggereren stress. De lanceringen zijn spectaculair, alles trilt en dreunt (met dank aan het sound design in Dolby Atmos). In technisch opzicht is First Man een triomf, qua psychologie echter een natte vuurpijl. Macho’s zijn in het #MeToo-tijdperk niet geliefd. Maar met metro’s waren we nooit op de maan gekomen.
 

14 oktober 2018

 
MEER RECENSIES