What Happened to Monday

***

recensie What Happened to Monday

Watskeburt met maandag?

door Ralph Evers

In het jaar 2043 kampt de aarde met een onoverkomelijke overbevolking. Een wereldwijde eenkindpolitiek moet een leefbare planeet betekenen. Wat doe je dan als vader met een zevenling?

Klimaatverandering en overpopulatie zou voldoende materiaal voor de filmindustrie moeten zijn. Toch blijven we vaak vooral rampenfilms zien: de VS heeft uiteindelijk een oplossing, het kerngezin blijft intact, iedereen gelooft braaf in God en de dag erna is als alle anderen, alsof er nooit wat gebeurt is. Rampen als orkanen, mislukte oogsten en verschroeiende branden zijn aan de orde van de dag, doch klimaatverandering vraagt in de filmwetten een gezicht, anders verkoopt het nauwelijks.

What Happened to Monday

Overbevolking
Streamingdienst Netflix zag voldoende brood in de overpopulatiethematiek, met als vanouds een dystopisch sausje. Die overbevolking in What Happened to Monday wordt overigens in elk buitenshot nogal in je gezicht gedrukt. Er wordt losjes gerefereerd naar bekende dystopische literatuur en eerdere films als equals, de Divergent-serie en de klassenmaatschappij in Brave New World, aangevuld met wat Bond-thema’s als een grote corporatie – in dit geval het Child Allocation Bureau (CAB), dat achter de schermen schurk blijkt. Ook de zeven zussen krijgen – na zo’n dertig jaar gebonden aan regels van de dag te leven – zo hun rebelse trekjes.

Wanneer moeder sterft tijdens de geboorte van een identieke zevenling kiest vader (gespeeld door Willem Dafoe) ervoor zijn zeven dochters te houden en ze middels ingenieuze manieren binnen de eenkindpolitiek te passen. Binnenshuis hebben ze hun eigen karakter en talenten, buitenshuis zijn de zussen eenzelfde persoon. Vader vernoemt hen dan ook naar de weekdagen, zodat verwarring over wie wat doet zoveel mogelijk uitblijft.

Het verhaal komt op gang wanneer Maandag plots vermist raakt. Niet veel later breekt de pleuris uit en hebben de zussen de geoliede moordmachines (uitgerust met gepersonaliseerde wapens, zoals we die al eens zagen in Cronenbergs Cosmopolis) van het CAB achter zich aan. Waar de eerste dertig minuten zich prima lenen voor een uitgebreidere serie, leent de resterende negentig minuten zich voor een goede actiethriller. Dit weet regisseur Tommy Wirkola (Død snø, Hansel and Gretel: Witch Hunters) goed uit te buiten.

What Happened to Monday

Sensatie versus plotgaten
Hoewel de premisse van het verhaal sterk is, kent de uitwerking te veel zwakke momenten. De film vraagt vooral niet teveel na te denken over gegevenheden zoals dat de zeven zussen al jaren in een appartement wonen, wat linksom of rechtsom verdacht zou zijn. Of een conciërge die opmerkt dat Karen gisteren nog ziek was en nu ineens niet meer.

Wirkola weet charmant met een goede spanningsboog en actie de vaart er voldoende in te houden om ons af te leiden van de vele plotgaten. Noomi Rapace zet de zeven zussen overtuigend neer, een trucje dat al eerder te zien was in het eveneens door Netflix uitgezonden Orphan Black, waar Tatyana Maslani de show steelt met een veelvoud aan gekloonde zussen. Dat er gelukkig wat karakterontwikkeling plaatsvindt komt de kijker en de spanning goed uit. In de film is een leuke rol weggelegd voor de Nederlandse acteur Marwan Kenzari (Wolf, Loft, The Mummy), die naast CAB-werknemer een mens blijft.

What Happened to Monday stipt het probleem van overbevolking op sensationele wijze aan, maar vervalt in een Hollywoodiaanse kramp waar het goed en kwaad te simplistisch neergezet wordt. Dat de film bij tijden lekker meedogenloos is, redt het geheel echter niet. Misschien toch maar een serie met meer oog voor detail en het dilemma van eenkindpolitiek en de dilemma’s van overbevolking volwassen neerzetten, zonder dat er een oplossing hoeft te komen.
 

26 oktober 2017

 
MEER RECENSIES

Family Quartet, A

*

recensie A Family Quartet

Vlekkeloos succesverhaal

door Ralph Evers

A Family Quartet volgt de vlekkeloze ontwikkeling van een nieuw viooltalent uit Nederland, genaamd Noa Wildschut. Als documentaire gaat de film mank vanwege het ontbreken van een spanningsboog. 

Noa Wildschut is geen wonderkind, zo zegt moeder in een interview. Ze is wel een zeer getalenteerde violiste die op zeer jonge leeftijd al met de grote orkesten meespeelde. We zien videobeelden, gemaakt door papa en mama, waarop een piepjonge Noa de katten uit de buurt verleidt met haar viool. Twee gedreven ouders en een oudere zus die de katten reeds de baas is. Fast forward naar haar twaalfde verjaardag horen we al helder spel en inmiddels toert ze de wereld rond en poseert ze met vele bewonderaars. 

A Family Quartet

Bevoorrecht
Nee, ze is geen wonderkind, maar een geprivilegieerd kind. Opgegroeid in een steunend, faciliterend, muzikaal (mama is vioolpedagoog, papa speelt altviool en zus Avigal speelt ook viool) en liefdevol gezin, dat het financieel breed genoeg lijkt te hebben om het maximale uit hun dochters te halen.

De film is opgedeeld in drie periodes, die gaandeweg de chronologie loslaten. Noa’s kindertijd waar ze zoekende is naar de zuivere noten. De tweede periode is rond haar twaalfde jaar waar blijkt dat ze een groot talent heeft, en dan haar zestiende jaar waar ze reeds doorgebroken is.

Zoals dat bij talent gaat is het eerder dat hetgeen je doet je bevalt en dat het vele oefenen je met gemak afgaat. We zien daar echter weinig van. Er is veel herhaling van een vlak voor de uitvoering repeterende Noa, of het gezellige gezinnetje in Zwitserland (of waar ook) en het gebrek aan drama breekt de film op. De enige tegenvaller die we te zien krijgen is een snee in haar vinger, net nu ze in Amerika mag gaan spelen. Vervelend nou! 

A Family Quartet

Spanningsboog?
Het is een wet in de (documentaire)film: zonder spanningsboog geen verhaal. We zien louter een talent in ontwikkeling, zonder grote tegenslagen, zonder grote problemen. We horen en zien Noa ofwel Paganini in verlegenheid brengen, ofwel gevoelvol haar eigen accenten aan een stuk toevoegen, maar spanning? Op de snaren en de haren van de strijkstok na, is dit de grote afwezige.

Daarbij is Noa te jong om al een persoonlijkheid te zijn (en het is maar de vraag of dat nog komt). Hoe anders was dat bij een eerdere film dit jaar over een ander groot talent, Sergei Polunin, in The Dancer. Een getormenteerde geest, een onvoorspelbare performer, die grote pieken en diepe dalen heeft gekend, het kijkt toch allemaal lekkerder weg. Ouders die alles opofferen met het risico te gronde gericht te worden, een alles of niets persoonlijkheid, een grote bek en een breekbaar hart. Drama. Meeleven! Dit grootse blijft in A Family Quartet uit. Dat is voor Noa zelf ongetwijfeld erg fijn, voor een negentig minuten durende documentaire is haar lineaire succesverhaal te weinig om te blijven boeien.
 

23 september 2017

 
MEER RECENSIES

Lily Lane

***

recensie Lily Lane

Afwezige kaders in naargeestig sprookje

door Ralph Evers

Lily Lane is een zoektocht naar identiteit van zowel de moeder (Rebeka) als haar zoon (Dani) in een omgeving waar niets vaststaat. De situatie wordt urgent wanneer de moeder van Rebeka sterft aan kanker. Daarnaast is de getroebleerde relatie met haar man slechts nog zakelijk en digitaal. 

De Hongaarse filmmaker Benedek Fliegauf valt op door zijn eigenzinnige en unieke beeldtaal. Vanaf zijn eerste lange film, of liever documentaire Van élet a halál elött? tot zijn eerste speelfilm Rengeteg (Forest), via Dealer, Milky Way (Tejút), Womb en Csak a szél (Just the wind), iedere keer val je in een nieuwe wereld.

Lily Lane

Geen concessies
Geïnspireerd door onder andere zijn dromen, het zenboeddhisme en zijn liefde voor symmetrie komt hij telkens tot een eigenzinnig werk. Forest doet denken aan Dogme, Dealer roept in stijlvorm, tempo en thematiek landgenoot Béla Tarr op, Milky Way blinkt uit in verstild absurdisme, Womb is een verrassend intelligente sci-fi en Just the wind een sociaal geëngageerd drama. Geen enkele keer tot dusver heeft Fliegauf zichzelf herhaald. Geen enkele keer heeft hij concessies gedaan aan het genre of thema waar hij zijn film aan ophangt. 

In Lily Lane (Liliom Ösvény) maakt Fliegauf gebruik van handheld camerabeelden die een spookachtige, unheimische sfeer oproepen en waarmee hij zijn narratief deels woordeloos vertelt. Verwacht bij Fliegauf geen compromissen. De inhoud van de openingsbeelden, een indrukwekkend Lego-kasteel, verraadt de getroebleerde kindertijd van Dani. Enerzijds een tastbaar object van weelde en kinderverlangen, anderzijds verkondigt de kilheid van de beelden de afwezigheid van vader, de verkilde relatie tussen zijn ouders en het onvermogen hier als kind woorden aan te geven. Moeder ontfermt zich over het lot van haar zoon en vertelt aan de hand van een sprookje over een jager, een fee en hun zoon Honey. Naarmate de film vordert wordt het sprookje steeds naargeestiger.

Lily Lane

Afwezige vaders
Ondertussen is de vader slechts aanwezig als een schim, ergens anders. Iemand die communiceert via een chatsite en aanstuurt om de scheiding af te ronden. Of tastbaar in het Lego-kasteel dat aandoet als een herinnering van eens, een vervlogen tijd met vader, met gezinsleven, zoals het sprookje ook over een toen-en-daar spreekt.

De ontvouwing van het sprookje belooft dan ook weinig goeds voor Dani. Temeer daar er een herhaling van zetten blijkt. Ook de vader van Rebeka is een grote afwezige, een mysterie gebleken. En wanneer haar moeder plots komt te overlijden vervalt ook haar wereldbeeld in een vacuüm. Ze besluit met haar zoon op zoek te gaan naar haar vader. Dit leidt via een zoektocht door de bossen (waar haar moeder woonde).

Hoewel Fliegauf zonder meer wederom een eigenzinnig en artistiek werk heeft afgeleverd, toont hij weinig mededogen met zijn kijkers. De film biedt te weinig houvast om meegevoerd te worden en is te afstandelijk om mee te voelen met misschien wel de zoveelste dolende vrouw in Oost Europa.
 

28 augustus 2017

 
MEER RECENSIES

Body

***

recensie Body

Kritiek op Poolse maatschappij in mozaïek rond lichaamsbeleving

door Ralph Evers

Body laat zich vertellen als een mozaïek rond lichaamsbeleving, opgehangen aan het rouwproces van vader en dochter en haar onalledaagse therapeut Anna.

Vader Janusz werkt als forensisch advocaat en is vanwege de vele gruwelijke taferelen die hij in zijn werk ziet afstandelijk. De openingsscène toont hoe Janusz de dood vaststelt bij een man die zich verhangen heeft in het bos. De geprevelde feitelijkheden geven het tafereel die bij Janusz’ karakter passende afstandelijkheid. De wodka die hij later drinkt completeert het plaatje.

Body

Zijn dochter Olga is een emotioneel wrak. Zij lijdt aan anorexia (hoewel haar uitingsvormen meer op boulimia lijken) sinds het verlies van haar moeder en wordt door haar vader na een wanhoops-suïcidepoging bij een psychiatrisch ziekenhuis afgeleverd. Daar komt ze onder de hoede van therapeut Anna, die zelf ook met een verlies kampt. Anna houdt er eigenzinnige methoden op na. Zo is ze medium.

Lichaam
In de huidige tijd krijgt het lichaam weinig aandacht, los van de schoonheidsidealen bij (jonge) mannen en vrouwen, hetgeen eerder als tunnelvisie jegens het lichaam is. De vele lichamen die we in magazines voorbij zien komen, zijn gemanipuleerd en op tv komt men niet voordat men langs de schmink is geweest. Over het lichaam valt al met al veel te zeggen.

Er zijn meerdere films die het lichaam en problemen rondom lichaamsbeleving als uitgangspunt nemen. Zoiets voor de hand liggends als lichaamstaal, zwijgende lichamen, of een fascinatie voor het lichaam blijft uit. Dan opent Nocturnal Animals een stuk lichamelijker of de onalledaagse blootscène uit Chetyre van Ilya Khrzhanovskiy.

Voor regisseur Małgorzata Szumowska is het lichaam een fascinatie die in meerdere van haar films terugkomt. De drie-eenheid van het verhaal van Body (Cialo) heeft een gemankeerde relatie tot het lichaam. Anorexiapatiënte Olga haat haar lichaam. Haar corpulente vader verwaarloost zijn lichaam. Anna verhoudt zich vooral tot het niet-lichamelijke; lichamen aan gene zijde. Toch voelt de focus op het lichaam gekunsteld aan. De titel verwijst er in directe zin naar en contrasteert met de lichamen van vader en dochter. Het verhaal eromheen doet alledaagser aan.

Body

Subtiele maatschappijkritiek
De film leent zich ondertussen in tal van situaties voor terloopse kritiek op de hedendaagse Poolse maatschappij. Een gruwelijke moord van een jong kind in een metrostation wordt in verband gebracht met de moeilijke toegang tot abortus: ‘dat krijg je, wanneer abortus illegaal is’, verzucht Anna. En in de openingsscène, waarbij iemand die zich heeft opgehangen, na dood verklaard te zijn, los geknipt wordt en vervolgens wegloopt, zie je misschien een verlosser die het huidige Polen niet zo ziet zitten.

Anna’s geloof in een wereld naast de onze, botst voortdurend zowel subtiel als openlijk met de conservatieve katholieke wind die door Polen waait. Haar tegenhanger is de sceptische Janusz, en tussen hen staat de gespleten Olga. Hoewel de film in het nu speelt, heeft Szumowska de sfeer van de ontwikkelingen van de afgelopen twintig jaar willen vangen. Een verhaal waar de kerk haar grip op het land en de politiek ziet afnemen, een land vol snelle, moderne ontwikkelingen, waarbij menigeen salaris achterblijft en het gevoel van vervreemding, zonder dat daar op korte termijn een passend antwoord op is. Interessante maatschappelijke bewegingen die zich lenen voor (arthouse)film. Echter Body vertilt zich hierin, door haar narratief en karakters te weinig ‘body’ mee te geven.
 

13 augustus 2017

 
MEER RECENSIES

Baltische cinema: Letland

Cinema van de Baltische staten, deel 2: LETLAND
De menselijke conditie alleen is niet genoeg

door Ralph Evers

Nadat ik eerder de Estse cinema nader bekeek, ben ik nu in de Letse cinema gedoken. Een voor mij relatief onbekende filmwereld. Ik heb me gericht op de hedendaagse film, vanaf 2000. In dit stuk beschrijf ik mijn bevindingen van de films die ik heb kunnen vinden: Cilveki Tur / Lyudi Tam (People out there) Mammu, es Tevi mīlu (Mother, I love you) – Vecas Pagastmajas Misterija (The mystery of old parish house) – Kolka Cool Rocks in my pocket.

Als er een thema terugkeert in deze films is het wel de sociale condition humaine in Letland. Vergeleken met haar buurlanden staat de Letse cinema in de kinderschoenen en is hij minder productief, zeker in vergelijking met Litouwen.

Cilveki Tur

Zelfkant van de maatschappij zonder mededogen
Cilveki Tur en Mama es Tevi milu spelen zich allebei af in Riga, de hoofdstad van Letland. Ze laten een minder mooie kant van de stad zien. Cilveki Tur gaat over twee vrienden, Jan en Cracker, die met kleine criminaliteit hun gedroomde toekomst trachten te realiseren. Cracker hoopt in Engeland een beter leven voor zichzelf op te bouwen, Jan is op zoek naar zijn moeder, die in Minsk zou wonen, aldus zijn opa, bij wie hij nu verblijft. De film begint met een kraak van een auto, waarbij Jan achterna gezeten wordt door de eigenaar. Op het nippertje ontsnapt hij. Wanneer hij later met andere criminelen in zwaar water terechtkomt, weet hij opnieuw te ontsnappen, ditmaal ten koste van een jeugdvriend. Hij ontsnapt weliswaar aan de dood, maar ook aan de kans op een ander leven, wellicht een beter leven.

Wanneer Jan in aanraking komt met de bourgeoisie, lijkt zijn leven een wending te kunnen nemen. Het najagen van een vrouw brengt hem bij een evangelisch genootschap. De verkondiger van de boodschap, blijkt de man wiens auto hij gekraakt heeft. In diens ‘goedheid’ geeft hij Jan de gelegenheid zijn zonde onder ogen te komen. Echter, met de mate van ellende en uitzichtloosheid verwacht je als kijker niet dat de oplossing zo gemakkelijk gaat. En dat klopt. De algehele boodschap van de film is dat je je ‘hemel’ niet met crimineel gedrag bereikt. De catharsis blijft echter uit. Een weinig hoopvolle film, die de zelfkant van de Letse maatschappij zonder mededogen toont. 

Mammu, es tevi mīlu

Mededogen vinden we wel bij Mammu, es tevi mīlu. Raimond groeit op bij zijn moeder, die dag- en avonddiensten draait om financieel rond te komen. Raimond kent wat gedragsproblemen, maar weet deze goed te verbloemen naar zijn moeder. Aan de vooravond van het concert dat Raimond met zijn klas ten gehore zal brengen wordt zijn saxofoon gestolen.

Vastberaden zelf zijn problemen op te lossen raakt hij van de regen in de drup. Regisseur Janis Nords weet zijn drama klein en invoelbaar te houden. Deze film werd in 2013 ingezonden voor de Oscar. Van de speelfilms die ik zag, de meest ‘volwassen’ film.

Uitzichtloos
Zich buiten Riga afspelend, maar wederom de ‘gewone man’ is Kolka Cool. Een groepje vrienden in een ruraal dorpje ergens aan de Baltische kust verdoet zijn tijd door te drinken, te knokken met mannen van een naburig dorpje en te lanterfanten. De enige die zich uit de verveling probeert te worstelen is Andzha. Hij wil zijn vriendin ervan overtuigen met hem te trouwen en een beter leven elders op te bouwen.

Wanneer Andzha’s oudere broer Guido op het toneel verschijnt lijkt er iets meer leven in de brouwerij te komen, maar helaas voor de jongens (en de film) is de omgeving meedogenloos, ontsnappen is een schier onmogelijke taak temidden van zo weinig perspectief. Een urgent thema dat voor vele jongeren opgaat in Europa. Echter de regisseur schiet door in zijn registratie van de uitzichtloosheid en de conversaties zijn te leeg om als kijker geïnteresseerd te blijven in de levens van de personages.

Een filmisch dieptepunt is Vecas Pagastmajas Misterija. Met een aantrekkelijke Engelse titel: The mystery of old parish house, en een typering dat het zou gaan om drama / mystery zijn de verwachtingen hooggespannen. In plaats daarvan krijgen we een film in een film, verdeeld in drie hoofdstukken, die niet met elkaar in verband staan. Geen verwijzing naar een oud parochiehuis waar het een en ander spookt, maar flauwe humor, matig en overdreven acteerwerk en nauwelijks interessante verhalen.

Rocks in my pockets

De animatiefilm Rocks in my pockets speelde in 2015 op het Holland Animatie Film Festival in Utrecht. Filmmaakster Signe Baumane gaat in deze film terug naar de oorsprong van haar gezin en tracht de gekte in haar familie te ontrafelen. Zelfmoord, jaloezie, geslotenheid, onderdrukking van de nazi’s en de Soviets, het loopt als een rode draad door hun geschiedenis heen en Signe kan haar eigen depressies plaatsen in dit grotere verhaal. De animatie doet soms aan als een grimmig sprookje, waar doorheen een prettige ironische ondertoon stroomt en een mooi spel vormt tussen beeld en psychologische onderzoekingen.

Teveel condition humaine
De algehele grondtoon van de Letse cinema is gericht op de ‘gewone’ Let in strijd met de alledaagse menselijke tegenslag. Hierbij mist men de verbeelding, waardoor de focus teveel op de condition humaine komt te liggen met een typisch arthouse (lees: traag) sausje. Dat Letland hierbij inmiddels links en rechts ingehaald wordt, zou een wake-up call moeten zijn om zich eens op een new wave te bezinnen.

Wat ook kan, is dat ik de pech heb gehad de minder tot de verbeelding sprekende films gevonden te hebben. Ik zal het land de komende tijd in de gaten houden. Tot die tijd kan er wellicht meer genoten worden van de Letse componist Peteris Vasks, die in het straatje van Arvo Pärt thuishoort.

 

8 augustus 2017

 

Cinema van de Baltische staten, deel 1: ESTLAND
Cinema van de Baltische staten, deel 3: LITOUWEN

MEER ESSAYS

Shutter Island

Shutter Island:
Duik in de vertroebelde psyche van de moderne man

door Ralph Evers

Martin Scorsese’s Shutter Island kijkt als een metafoor, met subtiele odes aan meesters die Scorsese voorgingen. Daarnaast is de film een belangrijke inspiratiebron voor latere films gebleken. Een duik in de vertroebelde psyche van de moderne man. Let op: dit stuk bevat spoilers!

Een centraal thema in Shutter Island is schizofrenie in de klassieke betekenis. Vanuit het Grieks betekent schizofrenie ‘gespleten geest’. Overigens is de term op dit moment aan veel kritiek onderhevig. Terecht. Schizofrenie is eerder een containerbegrip voor een aantal psychotische aandoeningen. In de volksmond wordt schizofrenie nogal eens verward met de multipele persoonlijkheidsstoornis, waarin mensen meerdere identiteiten hebben, vaak een gevolg van zeer ernstig (psycho)trauma.

Shutter Island

Schizofrenie kent twee fases: de positieve en de negatieve. De positieve fase spreekt het meest tot de verbeelding. Dat is de fase waarin men dingen ziet die er niet zijn, hallucinaties en / of wanen heeft. In de positieve fase is men niet in staat een betekenisvolle gestalt van de wereld te maken. Men vloeit voortdurend samen met alle indrukken die zich aandienen. Wie wel eens psychedelica heeft gebruikt heeft ervaren hoe het is wanneer alle stimuli ongefilterd binnen mogen komen. Wanneer dit fenomeen je overvalt, kom je op de buitenwereld verwarrend over en is het voor jezelf vooral angstig, omdat je geen idee meer hebt waar je aan toe bent. Ternauwernood ga je op zoek naar houvast.

Schokkende waarheid
U.S. Marshall Teddy (Edward) Daniels (Leonardo DiCaprio) heeft een bewogen, traumatische geschiedenis achter de rug. De (historisch getrouwe beelden van de) bevrijding van concentratiekamp Dachau en de schokkende waarheid die hij daar aantrof. Thuis wordt hij geconfronteerd met het verlies van vrouw en kinderen. Beiden heeft hij nooit goed kunnen verwerken. Te gruwelijk om onder ogen te komen schuift hij zijn eigen aandeel af op een ander, Andrew Leaddis.

Martin ScorseseHierin valt een link naar Stanley Kubricks The Shining te maken, met dat verschil dat hier niet de omgeving, maar de persoon zelf bezeten is. In het afwijzen van zijn eigen aandeel wordt de plot complexer. Er is niet ‘slechts’ sprake van een psychose, er treedt ook dissociatie op. Dit is subtiel verwerkt in de omkering in de film. Aanvankelijk lijkt Chuck Aule de collega van Teddy, waarbij hij later de vertrokken behandelaar van Teddy, Sheehan, blijkt te zijn.

De gelaagdheid van Teddy’s trauma’s kennen verschillende metaforen. Het eiland verwijst naar zijn onbereikbaarheid voor anderen. Zijn ergste daden komt hij tegen in Ward C, waar de zwaarste gevallen opgesloten zitten. In het mausoleum biecht hij op een moordenaar te zijn, de slachting van de SS’ers in Dachau was moord (“it wasn’t warfare, it was murder”). Daniels vervolgt: “I’ve had enough of killing”, hetgeen hij zegt tegen zijn collega Aule / Sheehan.

Shakespeare
Drie vrouwen spelen een richtinggevende of plotbepalende rol, vergelijkbaar met de drie heksen uit Macbeth. De eerste is de vrouw die we in het openingsshot haar vinger voor haar mond zien doen. Wees gewaarschuwd: doe er het zwijgen toe of kom je demonen tegen. De tweede is de flashback naar zijn vrouw, de engel die demonisch bleek en de derde is de ontmoeting met Rachel Solando in de grot, die hem zijn waarheid ontvouwt, hem overtuigt dat zij niet gestoord is, maar juist de psychiater.

Hier ontvouwt zich het thema van de omkering. Een dankbaar motief in de horror en thriller, verwijzend naar bijvoorbeeld het duivelse (vgl. diens omgekeerde kruis), het kwaad, of het zich roerende onbewuste. In de droomleer van de psychoanalytici wordt nogal eens opgemerkt dat droomtaal zich vaak bedient van het omgekeerde. De dood staat dan bijvoorbeeld voor een nieuw begin en heeft daarmee een heel andere lading dan in onze wakkere wereld.

De worsteling van Daniels is om in het reine te komen met zijn verleden. Daarvoor heeft hij zijn eigen aandeel, zijn eigen verschrikkingen onder ogen te zien. In de ontknoping van de film wordt dan ook de omkering teruggedraaid: Teddy Daniels is Andrew Leaddis.

Shutter Island

Omkering
Wederom een subtiele hint, ditmaal naar Hitchcock. In Psycho verwijst het huis naar de bekende theorie van Freud van het onbewuste. De kelder is het Id, waar onze driften leven. De begane grond, het ego, waar we ons masker van sociale wenselijkheid dragen. Op de bovenverdieping huist ons superego, ons geweten. We leren al gauw dat Norman Bates een gebrekkig geweten heeft.

Eenzelfde analogie valt te maken met de vuurtoren in Shutter Island. De zee eromheen is het onstuimige driftleven. In zijn klim omhoog, ontmoet de protagonist bovenin, waar het licht de schepen van onheil redt, zijn behandelaars. In een ‘helder licht’ ontwaakt het besef naar de eigenlijke Daniels. Hier wordt duidelijk dat zijn collega Chuck Aule zijn behandelaar Sheehan is.

Om dan bij mijn laatste omkering te komen: Shutter Island is een omkering: van Truths / Denial, of ‘Truth and Lies’. Daarbij valt voor shutters op te merken dat ze slechts een gefragmenteerde kijk op de wereld geeft. Bovenin de vuurtoren komt hij de afschuwelijke werkelijkheid rondom het verlies van vrouw en kinderen tegen. Eenmaal op begane grond, komt zijn sociaal wenselijke ego, die fantastische verhalen (‘lies’ en ‘denials’) bedenkt om zichzelf staande te houden weer opzetten. De naald, de vuurtoren, de psychiater en de onheilspellende soundtrack doen lobotomie vermoeden.

 

24 juli 2017

 
MEER MARTIN SCORSESE
 
 
MEER ESSAYS

Homo Sapiens

****

recensie Homo Sapiens

Concrete vragen

door Ralph Evers

Een requiem gegoten in beton. Verlatenheid als hoofdrolspeler, ondersteund door wind, regen, insecten en vogels. Een onalledaags portret van de mens, waarin hij als levend wezen de grote afwezige is. 

In 2007 bracht de Amerikaanse journalist Alan Weisman zijn boek The world without us (de wereld zonder ons) uit. Een boek dat de gevolgen beschrijft van een plotseling verdwijnen van de mensheid van deze planeet. Daarin heeft hij een citaat van een boer opgenomen: “Als je een stal wilt verwoesten, maak dan een gat van zo’n vijftig bij vijftig centimeter in het dak. Moet je zien wat er op den duur gebeurt”. Het boek vervolgt met verlaten gebieden, waar dergelijke daken veelal vindbaar zijn. Een parallel is te trekken met de nieuwste documentaire van de Oostenrijker Nicolaus Geyrhalter, Homo Sapiens.

Homo Sapiens

In louter vanuit stilstaande camera geschoten beelden, zien we een door de mens verlaten wereld, overgenomen door padden, vogels, insecten en veel groen. Op de meest onvoorstelbare plekken (zoals de rubberbanden van legertuig) zien we alg en mos opkomen, die in de afgelopen decennia de tijd hebben genomen om aan te tonen dat alles altijd in verval (of verandering) is.

Raadspelletje
Verlaten plaatsen spreken veel mensen tot de verbeelding. Het is daarbij niet de eerste film van Geyrhalter die hierop inspeelt. Eerder maakte hij al Pripyat, over het nu uitgestorven Tsjernobyl en met zijn kenmerkende, registrerende stijl, legt hij slechts vast, zonder een oordeel te vellen. Dat is aangenaam. Zeker ook in het trage tempo dat Homo Sapiens heeft, waardoor je de beelden tot je door kan laten dringen.

Er zit een sereniteit in de verlatenheid, die doet verlangen naar minder van onze soort om ons heen op plekken waar we tot rust willen komen en in tegenstelling tot de film van de unieke esthetiek willen genieten. Dat is namelijk een opvallend aspect, tenzij je (zoals de schrijver dezes) van verval houdt, roepen de meeste beelden niet direct schoonheid op. Of althans niet wat we doorgaans onder schoonheid verstaan. Het is soms echter amusant te zien wat de natuur met een door ons gecreëerde plek doet, eens ze haar gezag daar weer terug heeft. Ook is het af en toe een uitdaging te zien wat er getoond wordt, zoals de kippenboerderij met al zijn buitenaards aandoende lege drinkbakken. Of de macabere overblijfselen van een slachthuis. Of, dichtbij huis, hoe het Rotterdamse Tropicana letterlijk overgenomen is door de natuur (inmiddels zit er een paddenstoelenboerderij, Rotterzwam).

Evenwel ontbreken de voor de hand liggende plekken, zoals de verlaten olievelden van Baku, Azerbeidzjan, Ta Prom in Cambodja of de dome houses in het zuidwesten van Florida. Soms, omdat sommige verlaten plekken, ook enkele die getoond worden, niet meer bestaan.

Betonnen hier-en-nu
Door te vertragen en te tonen opent Geyrhalter een hernieuwde blik op onze wereld, die bij wijze van spreken om de hoek ligt. Niet zelden geeft dit een wat unheimische sfeer, en soms, zoals in zijn Unser Täglich Brot, waar hij de industriële massavernietiging van kippen, varkens en koeien laat zien, een ongemakkelijk beeld van ons, homo sapiens.

Homo Sapiens

Creativiteit is een complex samenspel tussen vernietiging en vormgeving, voorafgegaan door bezinning en geworteld in een existentiële oerdrift tot… creatie. Een circulair proces. Ze toont op een tragere (beton is langzaam) en grotere (beton is groots) schaal onze creaties, zoals een voormalig bewoond eiland om delfstoffen te winnen, een verlaten bunker voor wapentuig, overwoekerde parkeerplaatsen bij een kernreactor. Het verstillende karakter van Homo Sapiens is als een contemplatie op onze creaties en ons aanwezig zijn op deze planeet. Gegoten in beton is niet meer iets permanents, maar eveneens een bevestiging van onze tijdelijkheid en evenals onze consumptiedrift een surrogaat voor betekenisgeving.

Homo Sapiens is een film die in haar eenvoud fundamentele vragen stelt. Vragen als: wie is de mens? Sartre zei: “Alles wat je over de mens kunt zeggen is precies niet wat de mens is”. De van nature kunstmatige mens (een uitspraak van Helmuth Plessner) laat onder andere beton na. Vreemd genoeg is dit dode, kille materiaal iets heel menselijks geworden. Kortom, een film die vanuit vele invalshoeken aangevlogen kan worden en waarvan Geyrhalter in een interview aangaf dat het aan de kijker zelf is om betekenis te geven aan hetgeen je ziet.
 

23 juli 2017

 
MEER RECENSIES

Koza

***

recensie Koza

Terneergeslagen boksgeschiedenis

door Ralph Evers

Koza biedt een inkijkje in een arm gezin dat geconfronteerd wordt met een ongewenste zwangerschap en de wens tot abortus. Het geld dat hiervoor nodig is, leidt tot een destructieve odyssee van voormalig bokser Peter Baláž, bijnaam Koza. 

Het Eye brengt deze zomer een aantal niet eerder uitgebrachte films, veelal van Oost Europese makelij, uit. De eerste in deze reeks is de Slowaakse film Koza, die reeds in 2015 in Slowakije uitkwam en de Slowaakse Oscar-inzending van 2016 was. 

Koza

Koza speelt zich af aan de onderkant van de Slowaakse samenleving. Een voormalige bokser houdt zijn leven en gezin net staande met tal van slecht betaalde baantjes. Wanneer zijn vriendin zwanger blijkt oppert ze dan ook een abortus. Een kind erbij kunnen ze niet onderhouden. Daarnaast heeft ze weinig fiducie in de opvoedkwaliteiten van Koza. Bij zijn werkgever probeert hij de benodigde 400 euro te regelen, maar deze weigert. Zijn werkgever is overigens niet bepaald een behulpzaam iemand, al neemt hij Koza wel mee op toer door Europa voor een aantal illegale bokswedstrijden. Dat is namelijk wat Koza bedenkt om aan het benodigde geld te komen; opnieuw de ring in. Dat zijn conditie het al tijden laat afweten wordt voor de urgentie maar even vergeten. 

Ondergangsparabel
De eerste wedstrijd loopt direct al verkeerd af en de aanwezige dokter raadt Koza af ooit weer de ring in te stappen. Dit weerhoudt Koza echter niet. We volgen hem langs een aantal mislukkingen, waarop een trainer wordt ingehuurd. Passend bij de reeds ingezette neergaande spiraal is dit het type trainer dat je liever kwijt dan rijk bent.

In veelzeggende zwijgende beelden (de film had wel in de jaren 20 gemaakt kunnen zijn, zo weinig wordt er gesproken) zien we de wanhoop en uitzichtloosheid enerzijds en de koppigheid door te gaan anderzijds. Acteur Peter Baláž weet de tegenstrijdige belangen van Koza invoelbaar neer te zetten. Het ene moment heb je medelijden met zijn lot, om hem vervolgens voor zijn stommiteiten en eigenwijsheid te verafschuwen.

Zijn coach Zvonka roept vooral antipathie op. Al lijkt hij de enige, in de kleine kosmos waarin de film zich afspeelt, die zich bekommert om Koza. Als twee tegenpolen interacteren ze op elkaar. Als de een zich laat uitbuiten, buit de ander hem uit. Da’s allemaal niet zo fraai, maar wel reëel. 

Koza

Fictie is realiteit
Over reëel gesproken. Realiteit en fictie liggen soms dichtbij elkaar. Peter Baláž speelt namelijk zichzelf. Hij ís Koza, met een nagenoeg gelijke geschiedenis. De vriendschap tussen Peter en regisseur Ivan Ostrochovskí en het lot van Peter dat Ivan aanging, heeft geleid tot deze film. 

Naast de veelal zwijgende personen, zien we veel lege landschappen. Achteraf dorpjes, besneeuwde in uni-colour gehulde heuvelgebieden en grauwe cafés. Plots afgewisseld met moderne monorail en een tamelijk kleurrijk eindshot aan het strand. Alsof na die hele lijdensweg er enige hoop gloort aan de horizon. Fictie wordt realiteit.
 

11 juli 2017

 
MEER RECENSIES

Louise en hiver

*****

recensie Louise en hiver

Verstilde tijd in een Frans badplaatsje

door Ralph Evers

Louise en hiver, de nieuwe telg van Jean-Francois Laguionie, is een prachtig melancholische vertelling in pasteltinten. Louise blijft door een stilstaande klok achter in een Frans kustplaatsje en heeft noodgedwongen alle tijd om de balans van haar leven op te maken. 

Het badplaatsje Biligen-sur-Mer is populair gedurende de zomerperiode. Op de dag van de herfstequinox verlaat de laatste trein met de laatste bezoekers het plaatsje. Door een speling van het lot, een stilstaande klok, mist Louise haar trein en blijft ze achter in het verlaten oord. Aanvankelijk slaat de zwoele zomertijd om in een naargeestige, demonische herfst. Als na drie dagen de storm gaat liggen is het alsof Louise ontwaakt in een parallelle wereld.

Louise en hiver

Een overgang die sprookjes, mythes en sjamanistische rituelen wel vaker hebben en die hier effectief een breuk met die andere wereld aangeeft. De eerste dagen na de storm maakt Louise zich nog zorgen om de mensen op het vasteland die haar inmiddels zullen missen. Al gauw komen er andere taken voor in de plaats. Zo bouwt ze haar eigen huisje op het strand, doet haar dagelijkse wandeling, vangt wat vis en gaat op verkenning uit. In haar dagboekaantekeningen, die ze al mijmerend voor zich uit vertelt, alsof de zee haar toehoorder is, ontvouwt zich gaandeweg een avontuur naar haar jeugdherinneringen. Tijd om de balans op te maken.

Kinderjaren
Met een aantal ontdekkingen in haar omgeving, zoals aangespoeld schroot met boeken als Robinson Crusoe en een rotspartij verderop in zee, lonkt het avontuur. Een thematiek die in meerdere overlevingsverhalen naar voren komt: de immer babbelende geest op zoek naar houvast.

Grasduinend in haar geheugen komt ze terecht in de angstige tijd van de oorlog en haar strenge, kille tante. Haar eerste liefde herbeleeft ze en ze voert gesprekken met een overleden parachutist. Wijsheden van gene zijde afgewisseld met waar het werkelijk om gaat aan deze zijde. In het overdenken van haar keuzes, wordt ze geholpen door een wat onalledaagse gesprekspartner: de niet-mens Pepper. Haar eenzaamheid heeft een stem gekregen, tijd om terug te keren.

Louise en hiver

Weemoed
Met Louise en hiver heeft Laguionie opnieuw een prachtig sprookje afgeleverd. Het timbre ligt ditmaal veel meer op de weemoed en lijkt een meer persoonlijke touch te hebben. Met zijn stijl, die klare lijn met pastel mixt, weet hij een unieke beeldtaal te creëren.

Waar zijn vorige film Le Tableau het surrealisme verleidde, maakt hij hier het magisch realisme het hof. Het thema van de eenzaamheid wordt meedogend ondersteund door de vele zee- en kustgeluiden, waarmee een haast verloren taal weer hoorbaar wordt (hoe lang is het geleden dat we werkelijk ‘stilte’ hoorden? Hoe lang dat op een zwoele dag, de zee leeg en schoon was?).

Samen met de magnifieke soundtrack ontstaat een duet dat de natuur met haar aangaat, waarmee de film, ondanks dat het animatie is (met een nadruk op vorm, in plaats van detail), zeer reëel aandoet. Naast de klare lijn heeft Laguionie zich laten inspireren door schilders als Jean-Francis Auburtin en (de mede door Japanse prentkunst geïnspireerde) Henri Rivière.
 

7 juli 2017

 
MEER RECENSIES

Belgisch Film Festival 2017

Belgische cinema is van elke markt thuis

door Ralph Evers

De vierde editie van dit festival dat begon als Vlaams Film Festival en sinds vorig jaar het Belgisch film festival heet. België heeft namelijk veel te bieden op filmgebied, of het nou horror, drama, coming-of-age, komedie of sociaalrealisme is, van elke markt zijn ze thuis.

Plaats van handeling is nog steeds het Louis Hartlooper Complex in Utrecht. De opening wordt ingeluid aan de hand van een gedicht van Dimitri Verhulst: een ode aan de cinema. Cinema is een krachtig medium dat ons helpt in onze beeldvorming van het Europa dat we samen aangaan binnen de Europese Unie. Daarvoor is het nodig te weten wat er buiten je grenzen leeft. Met het vaak gebezigde idee dat de meesten van ons in een ‘bubbel’ leven, biedt de film een veilig avontuur om uit die bubbel te stappen.

Belgisch Film Festival 2017

Dat blijkt al in de kortfilm, voorafgaand aan de openingsfilm Boi. We zien twee Bulgaarse broers via wat kleine criminaliteit aan zakgeld komen. Het begin van die film duwt ons een morele kant op, waarbij het makkelijk is de jongens te veroordelen om hun gedrag. Dan krijgt het verhaal meer context en blijkt ons aanvankelijke oordeel, voor de meesten althans, te voorbarig.

Gedurfde keuze
De hoofdfilm, My First Highway, is een coming-of-age film die gedragen wordt door de dan 16-jarige acteur Aäron Roggeman. Een aanvankelijk suffe vakantie in Spanje krijgt een dramatische wending wanneer Benjamin hals over kop verliefd wordt op Annabel. Een Vlaamse die met haar moeder een supermarkt runt bij de camping waar Benjamin verblijft. Wat begint als een onschuldig spelletje om een kus te krijgen, mondt uit in een hels avontuur. De jongen Benjamin wordt met een knal een volwassen, getekende man, knap neergezet door Roggeman. Dat de film uiteindelijk de catharsis achterwege laat, maakt de impact des te groter. Een gedurfde keuze van debutant Kevin Meul.

Doordat de Belgische cinema de afgelopen jaren steeds vaker vertoond wordt in Nederlandse bioscopen, kent deze editie minder verrassingen. Die zitten hem vooral in de kortfilms en in de vertoning van de tv-serie Clinch. Houd je lokale bioscoop in de gaten en laat je verrassen door de Belgische film.

 

12 juni 2017

 

MEER FILMFESTIVALS